Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 01 juli 1999
gepubliceerd op 02 juli 1999

Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 18 juni 1999 betreffende de afmaking van dieren in het kader van de tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de dioxineverspreiding en -besmetting

bron
ministerie van middenstand en landbouw
numac
1999016239
pub.
02/07/1999
prom.
01/07/1999
ELI
eli/besluit/1999/07/01/1999016239/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

1 JULI 1999. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 18 juni 1999 betreffende de afmaking van dieren in het kader van de tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de dioxineverspreiding en -besmetting


De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, belast met Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw-, en zeevisserijproducten, gewijzigd bij de wetten van 11 april 1983 en 29 december 1990, het koninklijk besluit van 25 oktober 1995 en de wetten van 5 februari 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 juni 1999 betreffende tijdelijke maatregelen inzake de handel in landbouwproducten ingevolge de dioxinecontaminatie, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 juni 1999;

Gelet op het ministerieel besluit van 12 juni 1999 tot vaststelling van de modaliteiten van monsterneming en de technische competentie van de laboratoria voor het opsporen van residuen van PCB's / dioxines in sommige producten van dierlijke oorsprong;

Gelet op het ministerieel besluit van 18 juni 1999 betreffende de afmaking van dieren in het kader van de tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de dioxineverspreiding en -besmetting.

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat onverwijld maatregelen moeten worden genomen om elk risico op dioxineverspreiding en -besmetting bij de consument te vermijden en om onverwijld de reglementering aan te passen aan de toestand op het terrein, Besluit :

Artikel 1.Artikel 2, alinea 2 van het ministerieel besluit van 18 juni 1999 betreffende de afmaking van dieren in het kader van de tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de dioxineverspreiding en -besmetting wordt vervangen door de volgende bepaling : « Na officiële kennisgeving van het resultaat van de analyse aan de verantwoordelijke van het bedrijf, stelt de inspecteur-dierenarts, rekening houdende met de bedrijfsomstandigheden een bevel tot afmaking op, waarin het aantal, de leeftijd, de eventuele identificatiegegevens, de modaliteiten en de termijn voor de afmaking worden vermeld. Desgevallend stelt hij een bevel tot destructie op voor de dierlijke producten afkomstig van de bovenvermelde dieren. Hij geeft het bevel tot afmaking en desgevallend tot destructie aan de verantwoordelijke.

Een kopie van het bevel tot afmaking en desgevallend tot destructie deelt hij mede aan de burgemeester. »

Art. 2.In hetzelfde besluit wordt een artikel 5 ingevoegd, luidend als volgt : «

Artikel 5.De kosten voor het vervoer, het doden, de opslag, het verwerken en het vernietigen van de dieren en de dierlijke producten die in toepassing van de bepalingen van dit besluit op bevel worden vernietigd vallen ten laste van de overheid. »

Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het uit het Belgische Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Brussel, 1 juli 1999.

H. VAN ROMPUY

^