Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 02 augustus 2002
gepubliceerd op 14 september 2002

Ministerieel besluit tot uitvoering van artikel 74, § 1, 7°, van de wet van 28 juli 1992 houdende fiscale en financiële bepalingen

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
2002022719
pub.
14/09/2002
prom.
02/08/2002
ELI
eli/besluit/2002/08/02/2002022719/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

2 AUGUSTUS 2002. - Ministerieel besluit tot uitvoering van artikel 74, § 1, 7°, van de wet van 28 juli 1992 houdende fiscale en financiële bepalingen


De Minister van Werkgelegenheid, De Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, De Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, Gelet op artikel 74, § 1, 7°, van de wet van 28 juli 1992 houdende fiscale en financiële bepalingen;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 augustus 2002 tot bepaling van een sector die het voorwerp van reconversiemaatregelen met toelagen uitmaakt, zoals bedoeld in artikel 74, § 1, 7°, van de wet van 28 juli 1992 houdende fiscale en financiële bepalingen;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 mei 2002;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 6 juni 2002;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het noodzakelijk is dat het Participatiefonds in de mogelijkheid gesteld wordt om onverwijld de voorfinanciering van de toelagen uitbetaalbaar in het kader van het plan-kiné aan te vatten, aangezien de eerste aanvragen hiertoe reeds begin mei 2002 werden ingediend, Besluiten :

Artikel 1.§ 1. Het Participatiefonds wordt gelast met de voorfinanciering voor rekening van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering van de toelagen voorzien in het koninklijk besluit van 2 augustus 2002 ter uitvoering van artikel 55bis van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994. § 2. De totale kost die voor het Participatiefonds voortvloeit uit de toepassing van dit besluit mag niet meer bedragen dan euro 37 miljoen.

Art. 2.§ 1. Het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering betaalt de facturen die het Participatiefonds aan dat Instituut voorlegt met toepassing van dit besluit bij wege van 3 jaarlijkse schijven van maximaal euro 12,333 miljoen elk. § 2. De eerste schijf wordt uiterlijk op 30 juni 2003 betaalt en bevat : 1° de werkingskosten zoals bedoeld in artikel 3;2° de terugvordering van de toelagen waartoe het RIZIV aan het Participatiefonds opdracht gegeven heeft om in de voorfinanciering te voorzien;3° de intresten verschuldigd op de sommen die in voorfinanciering worden vrijgegeven, berekend met toepassing van artikel 4 van dit besluit. § 3. De tweede en derde schijf wordt respectievelijk uiterlijk op 31 maart 2004 en 31 maart 2005 betaalt en bevat : 1° de terugvordering van de toelagen waartoe het RIZIV aan het Participatiefonds opdracht gegeven heeft om in de voorfinanciering te voorzien;2° de intresten verschuldigd op de sommen die in voorfinanciering worden vrijgegeven, berekend met toepassing van artikel 4 van dit besluit. § 4. De facturatie van de terugvordering van de toelagen, bedoeld in § 2, 2°, en § 3, 1°, gebeurt in de volgorde waarin de opdracht voor voorfinanciering door het RIZIV werd gegeven.

Art. 3.De werkingskosten bedoeld in artikel 2 bedragen euro 50.000 te vermeerderen met euro 50 per dossier dat het aantal van 1000 overschrijdt.

Art. 4.De intresten bedoeld in artikel 2 worden berekend overeenkomstig de referte-indexen gepubliceerd door het Rentenfonds met toepassing van artikel 9, § 1, van de wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair krediet.

Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking op 1 mei 2002.

Brussel, 2 augustus 2002.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, F. VANDENBROUCKE De Minister van Telecomunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, R. DAEMS

^