Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 05 oktober 2007
gepubliceerd op 24 oktober 2007

Ministerieel besluit betreffende de tijdelijke overdracht van de instandhoudingsplicht van blijvend grasland zonder overdracht van gronden

bron
vlaamse overheid
numac
2007036795
pub.
24/10/2007
prom.
05/10/2007
ELI
eli/besluit/2007/10/05/2007036795/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

5 OKTOBER 2007. - Ministerieel besluit betreffende de tijdelijke overdracht van de instandhoudingsplicht van blijvend grasland zonder overdracht van gronden


De Vlaamse minister van Institutionele Hervormingen, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, inzonderheid op artikel 3, § 1, 1°, vervangen bij de wet van 29 december 1990;

Gelet op Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van de gemeenschappelijke voorschriften inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 2019/93, (EG) nr. 1452/2001, (EG) nr. 1453/2001, (EG) nr. 1454/2001, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 1251/1999, (EG) nr. 1254/1999, (EG) nr. 1673/2000, (EEG) nr. 2358/71 en (EG) nr. 2529/2001, het laatst gewijzigd bij verordening (EG) nr. 552/2007 van de Raad van 22 mei 2007;

Gelet op Verordening (EG) nr. 795/2004 van de Commissie van 21 april 2004 houdende bepalingen voor de uitvoering van de bedrijfstoeslagregeling waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, het laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 608/2007 van de commissie van 1 juni 2007;

Gelet op Verordening (EG) nr. 796/2004 van de Commissie van 21 april 2004 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de randvoorwaarden, de modulatie en het geïntegreerd beheers- en controlesysteem waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, het laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 381/2007 van de Commissie van 4 april 2007;

Gelet op Verordening (EG) nr. 1973/2004 van de Commissie van 29 oktober 2004 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad met betrekking tot de bij titels IV en IVbis van die verordening ingestelde steunregelingen en het gebruik van braakgelegde grond voor de productie van grondstoffen, het laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 381/2007 van de Commissie van 4 april 2007;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2005 tot instelling van een bedrijfstoeslagregeling en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en tot toepassing van de randvoorwaarden, inzonderheid op artikel 12, § 1, tweede lid, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006, 8 september 2006, 9 februari 2007 en 14 september 2007;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 4 juni 2007;

Gelet op het advies 43.429/1/V van de Raad van State, gegeven op 2 augustus 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Institutionele Hervormingen, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° het jaar N : het jaar waarin de niet-naleving van de verplichting wordt vastgesteld;2° het jaar N+1 : het jaar dat volgt op het jaar waarin de niet-naleving van de verplichting wordt vastgesteld.

Art. 2.Een tijdelijke overlater en een tijdelijke overnemer kunnen overeenkomen dat de tijdelijke overnemer voor een minimale periode van vijf jaar een instandhoudingsplicht blijvend grasland overneemt van de tijdelijke overlater.

Art. 3.Uiterlijk op de uiterste datum van indiening van de verzamelaanvraag deelt de tijdelijke overlater aan de bevoegde buitendienst van de afdeling Markt- en Inkomensbeheer van het Agentschap voor Landbouw en Visserij mee voor welke oppervlakte blijvend grasland gedurende hoeveel jaar de instandhoudingsplicht wordt overgedragen aan een tijdelijke overnemer en welke percelen hij zal scheuren of gescheurd heeft.

Art. 4.De tijdelijke overlater heeft de volgende verplichtingen : 1° hij vraagt jaarlijks gedurende de duur van de overeenkomst rechtstreekse inkomenssteun aan via de verzamelaanvraag;2° hij mag geen braakleggingstoeslagrechten activeren op hetzelfde areaal blijvend grasland waarvan de instandhoudingsplicht wordt overgedragen en hij vermeldt die percelen en de oppervlakte ervan in de overeenkomst met de tijdelijke overnemer;3° hij mag geen instandhoudingsplicht van een perceel blijvend grasland overlaten dat minder dan vijf jaar in stand werd gehouden;4° op het einde van de tijdelijke overdrachtsperiode zaait hij het door de tijdelijke overnemer tijdelijk overgenomen areaal opnieuw in of sluit hij een andere overeenkomst voor tijdelijke overdracht.

Art. 5.De tijdelijke overnemer heeft de volgende verplichtingen : 1° hij vraagt jaarlijks gedurende de duur van de overeenkomst rechtstreekse inkomenssteun aan via de verzamelaanvraag;2° de overgenomen instandhoudingsplicht wordt door de tijdelijke overnemer aan specifieke percelen gekoppeld die een oppervlakte vertegenwoordigen die minstens even groot is als de door de tijdelijke overlater gescheurde oppervlakte blijvend grasland en die vanaf de overname van de tijdelijke instandhoudingsplicht gedurende vijf jaar niet gescheurd mogen worden.De tijdelijke overnemer vermeldt die percelen en de oppervlakte ervan in de overeenkomst met de tijdelijke overlater; 3° hij moet jaarlijks op zijn bedrijf zijn totale referentieareaal, vermeerderd met de oppervlakte blijvend grasland waarvan hij de instandhoudingsplicht heeft overgenomen, in standhouden;4° de tijdelijke overnemer mag de oppervlakte blijvend grasland waarvan hij de instandhoudingsplicht heeft overgenomen, niet inzaaien op gepachte percelen waarvan de pacht afloopt binnen vijf jaar of waarvan hij de pacht opzegt voor het einde van de vijfjarige periode;5° de oppervlakte blijvend grasland waarvan de instandhoudingsplicht overgenomen kan worden, wordt beperkt tot het aantal hectare, aangegeven in de verzamelaanvraag van de tijdelijke overnemer.

Art. 6.§ 1. In de volgende gevallen wordt de overeenkomst ontbonden in het jaar N : 1° de tijdelijke overnemer of de tijdelijke overlater heeft geen geldige verzamelaanvraag ingediend in het jaar N;2° de overgenomen instandhoudingsplicht is groter dan de in de verzamelaanvraag van het jaar N aangegeven totale oppervlakte van de tijdelijke overnemer. § 2. Bij onteigening van een perceel van de tijdelijke overlater als vermeld in artikel 4, 2°, of bij onteigening van een perceel van de tijdelijke overnemer als vermeld in artikel 5, 2°, kan de overeenkomst ontbonden worden op zijn vroegst in het jaar van onteigening mits de administratie en de tijdelijke overlater hierover geïnformeerd werden in het jaar dat voorafgaat aan de onteigening. § 3. In de volgende gevallen wordt de overeenkomst ontbonden in het jaar N+1 : 1° de overgenomen instandhoudingsplicht is kleiner dan of gelijk aan de totale aangegeven oppervlakte in de verzamelaanvraag van het jaar N van de tijdelijke overnemer, maar de tijdelijke overnemer voldoet niet aan de instandhoudingsplicht in dat jaar N;2° de tijdelijke overnemer heeft de percelen, vermeld in artikel 5, 2°, niet in gebruik, of hij heeft deze percelen zoals vermeld in artikel 5, 2°, in het jaar N niet aangegeven in zijn verzamelaanvraag, of hij heeft deze percelen aangegeven met een andere teelt dan blijvend grasland.

Art. 7.Bij opzettelijke niet-naleving van de overeenkomst door de tijdelijke overlater respectievelijk overnemer mag de tijdelijke overlater respectievelijk overnemer gedurende drie jaar geen nieuwe overeenkomst sluiten.

Als de tijdelijke overlater of de tijdelijke overnemer over een periode van tien jaar driemaal zijn verplichtingen niet respecteert, mag hij geen nieuwe overeenkomst meer sluiten.

Brussel, 5 oktober 2007.

K. PEETERS

^