Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 05 september 2006
gepubliceerd op 25 september 2006

Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere erkenningscriteria voor artsen, houders van een bijzondere beroepstitel van geneesheer-specialist in de arbeidsgeneeskunde, evenals voor stagemeesters en stagediensten in de arbeidsgeneeskunde

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2006022938
pub.
25/09/2006
prom.
05/09/2006
ELI
eli/besluit/2006/09/05/2006022938/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

5 SEPTEMBER 2006. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bijzondere erkenningscriteria voor artsen, houders van een bijzondere beroepstitel van geneesheer-specialist in de arbeidsgeneeskunde, evenals voor stagemeesters en stagediensten in de arbeidsgeneeskunde


De Minister van Volksgezondheid, Gelet op het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, inzonderheid op artikel 35sexies ingevoegd bij de wet van 19 december 1990;

Gelet op het koninklijk besluit van 21 april 1983 tot vaststelling van de nadere regelen voor erkenning van geneesheren-specialisten en van huisartsen, inzonderheid op artikel 3;

Gelet op het ministerieel besluit van 11 mei 1995 houdende speciale erkenningscriteria voor artsen, houders van een bijzondere beroepstitel van geneesheer-specialist in de arbeidsgeneeskunde, evenals voor stagemeesters en stagediensten voor arbeidsgeneeskunde;

Gelet op het advies van de Hoge Raad van geneesheren-specialisten en van huisartsen, gegeven op 29 september 2004;

Gelet op het advies 38.570/3 van de Raad van State, gegeven op 8 november 2005, Besluit : HOOFDSTUK I. - Criteria voor de erkenning van de geneesheren-specialisten in de arbeidsgeneeskunde

Artikel 1.Wie erkend wenst te worden om de bijzondere beroepstitel van geneesheer-specialist in de arbeidsgeneeskunde te mogen voeren, volgt met vrucht een opleiding die overeenstemt met ten minste vier voltijdse jaren. De opleiding bestaat uit een specifieke theoretische opleiding van twee jaar en stages in één of meer stagediensten of bij een stagemeester die erkend zijn volgens hoofdstukken III en IV Met instemming van zijn coördinerende stagemeester mag de kandidaat zijn opleiding in bijzondere gebieden van de arbeidsgeneeskunde aanvullen met stages, in gespecialiseerde en daartoe door de Hoge Raad van geneesheren-specialisten en van huisartsen erkende diensten, zonder dat het totaal van deze stages één jaar mag overschrijden.

Tijdens de stages neemt hij deel aan de wetenschappelijke activiteiten in de arbeidsgeneeskunde die in onderlinge samenwerking georganiseerd worden door de universiteiten, de wetenschappelijke verenigingen en de stagemeesters. Hij legt een wetenschappelijk en persoonlijk werk voor. HOOFDSTUK II. - Criteria voor het behouden van de erkenning

Art. 2.Om erkend te blijven, oefent de geneesheer-specialist in de arbeidsgeneeskunde de arbeidsgeneeskunde uit en levert het bewijs dat hij zijn kennis, bevoegdheden en medische prestaties in de arbeidsgeneeskunde onderhoudt en ontwikkelt. HOOFDSTUK III. - Criteria voor de erkenning van de stagemeesters in de arbeidsgeneeskunde

Art. 3.De stagemeester is voltijds aan een erkende stagedienst verbonden en besteedt ten minste 80 % van zijn tijd aan activiteiten die betrekking hebben op zijn specialiteit.

De stagemeester kan instaan voor de opleiding van kandidaat-specialisten naar rata van maximaal één kandidaat per voltijds aan de erkende stagedienst verbonden geneesheer-specialist in de arbeidsgeneeskunde.

De stagemeester is sedert acht jaar als geneesheer-specialist in de arbeidsgeneeskunde erkend.

De stagemeester ziet erop toe dat de kandidaat zijn opleidingsstage voltijds verricht. HOOFDSTUK IV. - Criteria voor de erkenning van de stagediensten

Art. 4.De afdeling of het departement belast met het medisch toezicht binnen de externe of interne dienst voor preventie en bescherming op het werk, bedoeld in artikels 33 en 40 van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, om erkend te worden als stagedienst : 1° beschikt over een erkenning toegekend door de Gemeenschappen;2° staat in voor de permanente opleiding van al het aan hem verbonden personeel;3° beschikt over een erkend stagemeester. HOOFDSTUK V. - Overgangsbepalingen

Art. 5.Het ministerieel besluit van 11 mei 1995 houdende speciale erkenningscriteria voor artsen, houders van een bijzondere beroepstitel van geneesheer-specialist in de arbeidsgeneeskunde, evenals voor stagemeesters en stagediensten voor arbeidsgeneeskunde, wordt opgeheven.

De erkenningen die op basis van dit ministerieel besluit van 11 mei 1995 aan de stagemeesters en aan de stagediensten werden toegekend blijven geldig totdat hun oorspronkelijk vastgestelde termijn is verlopen. HOOFDSTUK VI. - Inwerkingtreding

Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Brussel, 5 september 2006.

R. DEMOTTE

^