Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 08 maart 2001
gepubliceerd op 10 maart 2001

Ministerieel besluit houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van mond- en klauwzeer

bron
ministerie van middenstand en landbouw
numac
2001016073
pub.
10/03/2001
prom.
08/03/2001
ELI
eli/besluit/2001/03/08/2001016073/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

8 MAART 2001. - Ministerieel besluit houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van mond- en klauwzeer


De Minister van Landbouw en Middenstand, Gelet op de dierengezondheidswet van 24 maart 1987, gewijzigd bij de wetten van 29 december 1990, 20 juli 1991, 6 augustus 1993, 21 december 1994, 20 december 1995, 23 maart 1998 en 5 februari 1999, inzonderheid op artikel 9bis;

Gelet op het koninklijk besluit van 15 maart 1995 tot aanwijzing van de dierenziekten die vallen onder de toepassing van artikel 9bis van de dierengezondheidswet van 24 maart 1987;

Gelet op het koninklijk besluit van 9 juli 1999 betreffende de bescherming van de dieren tijdens het vervoer en de erkenningvoorwaarden van vervoerders, handelaars, halteplaatsen en verzamelcentra;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 1965 betreffende de bestrijding van mond- en klauwzeer, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 21 februari 1972, 3 april 1989, 18 maart 1991 en 31 oktober 1996, inzonderheid op artikel 53bis;

Gelet op de beschikking 2001/172/EG van de Commissie betreffende vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk, zoals gewijzigd;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989, 6 april 1995 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het dringend noodzakelijk is de sanitaire maatregelen aan te passen aan de evolutie van de toestand wat betreft mond- en klauwzeer, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : verzameling : - het bijeenbrengen van dieren op openbare plaatsen, inzonderheid de verzamelplaatsen en markten bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 9 juli 1999 betreffende de bescherming van de dieren tijdens het vervoer en de erkenningvoorwaarden van vervoerders, handelaars, halteplaatsen en verzamelcentra; - bedrijf : elk bedrijf of plaats waar gewoonlijk dieren worden gehouden, erin begrepen de erbij horende terreinen; - verdacht aangetast bedrijf : bedrijf waar één of meer aangetaste dieren aanwezig zijn en waarvan de laboratoriumonderzoeken, uitgevoerd zijn in het Centrum voor Onderzoek in de Diergeneeskunde en Agrochemie, de aanwezigheid van het mond- en klauwzeervirus niet weerlegd hebben. - verdacht besmet bedrijf: bedrijf waar één of meer van besmetting verdachte dieren aanwezig zijn, zelfs als de termijn van twaalf dagen verstreken is.

Art. 2.Elke verzameling van, runderen, varkens, schapen, geiten en andere tweehoevigen is verboden op het grondgebied van het Rijk.

Art. 3.§ 1. Het transport van tweehoevigen is verboden op het grondgebied van het Rijk. § 2. In uitzondering op § 1 van dit artikel mogen de tweehoevigen, anderen dan schapen en geiten vervoerd worden : - direct naar een slachthuis, of - direct naar een ander beslag en onder de volgende voorwaarden dat : 1° geen dieren van verschillende beslagen op hetzelfde transport samengebracht worden en tijdens het transport de dieren niet in contact komen met dieren van een ander beslag;2° na elk transport van dieren de transportmiddelen worden gereinigd en ontsmet. § 3. Elke certificatie van een zending van dieren bedoeld in § 2 naar een andere lidstaat moet, voor zover de lidstaat van bestemming zijn goedkeuring geeft, tijdig aangevraagd worden zodat vierentwintig uur voor het transport melding kan gedaan worden door de bevoegde diergeneeskundige inspectie aan de centrale en locale Veterinaire Diensten van het land van bestemming. § 4. Alle vervoerders van varkens zijn er toe gehouden om de vervoersdocumenten dagelijks over te maken aan het Verbond voor dierenziektenbestrijding.

Art. 4.Op geheel het grondgebied van het Rijk zijn volgende maatregelen van kracht : - de toegang tot de bedrijven waar runderen, varkens, schapen, geiten of andere tweehoevigen worden gehouden, is verboden voor personen of voertuigen die niet behoren tot het bedrijf, behoudens voor dienst- en bevoorradingsnoodwendigheid; - van elk vervoermiddel dat een bedrijf verlaat waar tweehoevigen worden gehouden, worden de wielen en de banden ontsmet; - al de personen die toegang hebben gehad tot het bedrijf om dienst- of bevoorradingsnoodwendigheden zijn verplicht de nodige hygiënische voorzorgen te nemen bij het betreden en verlaten van het bedrijf; - aan de ingang van elk bedrijf waar tweehoevigen worden gehouden en aan de ingang van de stallen wordt een ontsmettingsvoetbad met ontsmettingsmiddel geplaatst.

Art. 5.In alle bedrijven waar schapen, geiten, hertachtigen of camelidae afkomstig uit het Verenigd Koninkrijk werden binnengebracht sedert 1 februari 2001, worden alle vatbare dieren behorende tot deze soorten, preventief afgemaakt.

Art. 6.In alle inrichtingen of plaatsen van het Rijk, waar zich tweehoevige dieren bevinden, kan worden beslist, op basis van een gemotiveerd advies van het Hoofd van de Veterinaire Diensten, om over te gaan tot de preventieve opruiming van alle er aanwezige tweehoevige dieren. HOOFDSTUK II Maatregelen in het kader van het intra-communautaire handelsverkeer

Art. 7.Het binnenbrengen van levende paarden, runderen, schapen, geiten, varkens of andere tweehoevige dieren uit of via het Verenigd Koninkrijk is verboden.

Art. 8.Voor het binnenbrengen van producten van dierlijke oorsprong afkomstig uit het Verenigd Koninkrijk gelden volgende voorschriften : - producten binnengebracht tussen 21 februari 2001 en 1 maart 2001 moeten voldoen aan de bepalingen van beschikking 2001/145/EG van de Commissie van 21 februari 2001 tot vaststelling van beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk; - producten binnengebracht vanaf 1 maart 2001 moeten voldoen aan de bepalingen van beschikking 2001/172/EG van de Commissie van 1 maart 200, zoals gewijzigd, tot vaststelling van beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk.

Art. 9.Elke vervoerder, die verantwoordelijk is voor een voertuig dat dieren heeft vervoerd bestemd voor of herkomstig van het Verenigd Koninkrijk, ongeacht de eindbestemming, is verplicht dit, bij terugkeer op het grondgebied van het Rijk, onverwijld te melden aan de inspecteur-dierenarts die territoriaal bevoegd is voor de plaats waar de zetel van de vervoersonderneming is gevestigd.

Art. 10.§ 1. Onverminderd de bepalingen van het koninklijk besluit van 9 juli 1999 betreffende de bescherming van de dieren tijdens het vervoer en de erkenningvoorwaarden van vervoerders, handelaars, halteplaatsen en verzamelcentra, moet er een bijkomende reiniging en ontsmetting worden uitgevoerd onder officieel toezicht, vóór er opnieuw dieren mogen worden geladen.

De bijkomende reiniging en ontsmetting moet ten laatste binnen de drie werkdagen volgend op de terugkeer op het grondgebied van het Rijk van het vervoermiddel, worden uitgevoerd op de daartoe ingerichte plaats van de bedrijfszetel van de vervoerder, onder officieel toezicht van een aangenomen dierenarts die daartoe door de territoriaal bevoegde inspecteur-dierenarts werd aangeduid.

De reiniging en de ontsmetting moet onder officieel toezicht worden uitgevoerd volgens de procedure en met de ontsmettingsmiddelen voorgeschreven door de inspecteur-dierenarts. § 2. De erkende dierenarts, belast met het officieel toezicht op de reiniging en ontsmetting van het vervoermiddel, certificeert de reiniging en ontsmetting in het daartoe voorziene luik van het document voor gezondmaking en overhandigt het aan de verantwoordelijke van het voertuig Het model van het document voor gezondmaking bevindt zich in bijlage bij dit besluit. § 3. Na de bijkomende reiniging en ontsmetting zendt de vervoerder het dubbel van het document voor gezondmaking onverwijld naar de inspecteur-dierenarts.

Het origineel van het document voor gezondmaking wordt door de vervoerder gedurende tenminste één jaar bewaard.

Art. 11.De kosten die voortvloeien uit de toepassing van dit besluit zijn ten laste van de verantwoordelijke van het betrokken voertuig. HOOFDSTUK III. - Maatregelen in een bufferzone

Art. 12.§ 1. Voor de toepassing van dit besluit bakent de inspecteur-dierenarts een zone af, hierna genoemd de bufferzone, met een straal van minstens 10 kilometer rond een verdacht aangetast bedrijf.

Het bestaan van de zone wordt bekend gemaakt aan het publiek door de burgemeester. Met dit doel plaatst hij op de wegen aan de grens van de bufferzone witte waarschuwingsborden met in zwarte hoofdletters het opschrift : « BUFFERZONE MOND- EN KLAUWZEER BEPERKENDE MAATREGELEN VAN TOEPASSING ». § 2. In de bufferzone zijn de volgende maatregelen van kracht : - elk vervoer of verplaatsen van tweehoevigen op de openbare weg is verboden; - alle varkens moeten worden binnengehouden in de bedrijfsgebouwen; - van elk vervoermiddel dat een bedrijf verlaat waar tweehoevigen worden gehouden, worden de wielen en de banden ontsmet; - de toegang tot elk bedrijf waar tweehoevigen worden gehouden, wordt afgesloten met een rood-witte ketting met een waarschuwingsbord waarop duidelijk leesbaar de vermelding « TOEGANG VERBODEN »; - het ophalen van melk is verboden behalve volgens de voorschriften van de Dienst; - honden, katten en loslopend pluimvee op bedrijven waar tweehoevigen worden gehouden moeten worden opgesloten; - het verzamelen van andere landbouwdieren dan tweehoevigen is verboden; - huisslachtingen van tweehoevigen zijn verboden; - sperma, eicellen en embryo's van tweehoevigen mogen niet buiten de bufferzone worden gebracht; - het vervoer en het uitrijden van dierlijke mest of gier is verboden. HOOFDSTUK IV. - Maatregelen in een verdacht besmet bedrijf

Art. 13.In een verdacht besmet bedrijf zijn de volgende maatregelen van kracht : - elke aanvoer of afvoer van dieren is verboden; - alle tweehoevige dieren van het bedrijf moeten afgezonderd worden of in kantonnement geplaatst. Alle varkens moeten worden binnengehouden in de bedrijfsgebouwen; - het is verboden het bedrijf te betreden of te verlaten, behoudens toelating van de inspecteur-dierenarts. De wielen en de banden van de voertuigen die het bedrijf verlaten, moeten afgespoten worden en ontsmet met een erkend product; - de toegang tot het bedrijf wordt afgesloten met een rood-witte ketting met een waarschuwingsbord waarop duidelijk leesbaar de vermelding : « TOEGANG VERBODEN »; - het ophalen van melk is verboden, behalve volgens de voorschriften van de Dienst; - honden, katten en loslopend pluimvee moeten worden opgesloten; - huisslachtingen van tweehoevigen zijn verboden; - sperma, eicellen en embryo's van tweehoevigen mogen niet buiten het bedrijf worden gebracht; - vlees en vleesproducten, diervoeders, landbouwgereedschap, verpakkingen, mest, alsmede alle voorwerpen of afvallen die de vermoede ziekte kunnen overbrengen, mogen niet buiten het bedrijf gebracht worden. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 14.Overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden gestraft overeenkomstig de dierengezondheidswet van 24 maart 1987.

Art. 15.Bij dringende gevallen, welke niet beschreven zijn in dit besluit, kan het Hoofd van de Veterinaire Diensten een beslissing nemen op basis van een gemotiveerd advies.

Art. 16.Volgende besluiten houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van mond- en klauwzeer worden opgeheven : 5 MAART 2001. - Ministerieel besluit houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van mond- en klauwzeer; 5 MAART 2001. - Ministerieel besluit tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk; 2 MAART 2001. - Ministerieel besluit tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk; 26 FEBRUARI 2001. - Ministerieel besluit tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk; 22 FEBRUARI 2001. - Ministerieel besluit betreffende vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk; 21 FEBRUARI 2001. - Beslissing van het Hoofd van de Veterinaire Diensten van het Ministerie van Middenstand en Landbouw tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk.

Art. 17.Dit besluit treed in werking op 10 maart 2001, om 0.00 uur.

Brussel, de 8 maart 2001.

De Minister van Landbouw en Middenstand, J. GABRIELS

Bijlage bij het ministerieel besluit van 8 maart 2001 tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk DOCUMENT VOOR DE GEZONDMAKING VAN VERVOERMIDDELEN DIE GEDIEND HEBBEN VOOR HET VERVOER VAN DIEREN VAN OF NAAR HET VERENIGD KONINKRIJK 1. Luik voorbehouden voor de vervoerder : Ondergetekende, .. . . . (naam en voornaam van de vervoerder), straat, nr. : . . . . . postcode - gemeente : . . . . . eigenaar van het vervoermiddel : voertuig : . . . . . (nummerplaat) (1) aanhangwagen : . . . . . (nummerplaat) (1) bestemd voor het vervoer van dieren, verklaart kennis te hebben genomen van de bepalingen van het ministerieel besluit tot vaststelling van bepaalde beschermende maatregelen in verband met mond- en klauwzeer in het Verenigd Koninkrijk, in het bijzonder : Ten laatste binnen de drie werkdagen volgend op de terugkeer uit het Verenigd Koninkrijk, en vóór er opnieuw dieren worden geladen, moet bovenvermeld vervoermiddel, onder officieel toezicht van een door de inspecteur-dierenarts aangeduide, aangenomen dierenarts, worden gereinigd en ontsmet op de daartoe voorziene plaats van mijn bedrijfszetel.

Referentiegegevens van voornoemd transport : Nr. van het gezondheidscertificaat : . . . . .

Afgeleverd : . . . . . (plaats, datum en uur) Aantal, soort en categorie dieren : . . . . . datum van terugkeer van het vervoermiddel : . . . . .

Gedaan te............................................., de.......................................... (datum en uur) Naam en handtekening van de vervoerder, (1) Het onnodige schrappen. 2. Luik voorbehouden voor de aangenomen, aangeduide dierenarts Ondergetekende, Dr.. . . . . (naam van de aangenomen, aangeduiden dierenarts), belast met het officieel toezicht op de reiniging en ontsmetting van voertuigen die dieren hebben vervoerd van of naar het Verenigd Koninkrijk, verklaart dat het vervoermiddel : voertuig : . . . . . (nummerplaat) (1) aanhangwagen: . . . . . (nummerplaat) (1), terug uit het Verenigd Koninkrijk op : . . . . . (datum) werd gereinigd en ontsmet volgens de onderrichtingen van de inspecteur-dierenarts, op : . . . . . (datum en uur) te : . . . . . (naam en adres van de ontsmettingsplaats) met het ontsmettingsmiddel : . . . . . (naam en dosering van het product).

Gedaan te............................................., de.......................................... (datum en uur) Naam of naamstempel en handtekening van de aangenomen, aangeduide dierenarts: (1) Het onnodige schrappen. Het dubbel van het volledig ingevuld en ondertekend document voor gezondmaking moet door de vervoerder onverwijld worden overgemaakt naar de inspecteur-dierenarts.

Het origineel van het document voor gezondmaking moet gedurende tenminste één jaar worden bewaard door de vervoerder.

Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 8 maart 2001.

De Minister van Landbouw en Middenstand, J. GABRIELS

^