Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 08 maart 2017
gepubliceerd op 11 december 2017

Ministerieel besluit houdende gedeeltelijke uitvoering, inzake economie, innovatie en digitale technologieën, van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2017 houdende uitvoering van de hoofdstukken 1, 3 en 4 van het decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter vergoeding van de diensten ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille

bron
waalse overheidsdienst
numac
2017070171
pub.
11/12/2017
prom.
08/03/2017
ELI
eli/besluit/2017/03/08/2017070171/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

8 MAART 2017. - Ministerieel besluit houdende gedeeltelijke uitvoering, inzake economie, innovatie en digitale technologieën, van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2017 houdende uitvoering van de hoofdstukken 1, 3 en 4 van het decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter vergoeding van de diensten ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille


De Minister van Economie, Industrie, Innovatie en Digitale Technologieën, Gelet op 16 mei 2003 tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de Gemeenschappen en de Gewesten, alsook voor de organisatie van de controle van het Rekenhof, artikelen 11 tot 14;

Gelet op het decreet van 15 december 2011 houdende organisatie van de begroting, de boekhouding en de rapportage van de Waalse overheidsbestuurseenheden, artikel 57 tot 62;

Gelet op het decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter vergoeding van de diensten ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2017 houdende uitvoering van de hoofdstukken 1, 3 en 4 van het decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter vergoeding van de diensten ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 28 november 2013 tot organisatie van de interne controle en de interne audit met betrekking tot de begroting en de boekhouding, evenals van de administratieve en begrotingscontrole;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 24 juli 2014 tot regeling van de werking van de Regering, artikelen 12 en 19;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 26 januari 2017 tot vaststelling van de verdeling van de ministeriële bevoegdheden en tot regeling van de ondertekening van haar akten;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de inwerkingtreding van het geïntegreerd steunportfolio bij het decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter vergoeding van de diensten ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille, op 1 maart 2017 vastgesteld wordt;

Overwegende dat dit ministerieel besluit het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2017 houdende uitvoering van de hoofdstukken 1, 3 en 4 van het decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter vergoeding van de diensten ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille uitvoert;

Dat dit besluit met ingang van 1 maart 2017 uitwerking heeft;

Overwegende dat dit ministerieel besluit eveneens met ingang van 1 maart 2017 uitwerking moet hebben, om de rechtszekerheid van het geheel van de regeling te garanderen en de uitvoering van steun aan projectontwikkelaars en ondernemingen ter bevordering van het ondernemerschap of de groei mogelijk te maken, namelijk om een toegevoegde waarde voor de Waalse economie te genereren, met name inzake creatie of behoud van werkgelegenheid in het Waalse Gewest of inzake ontwikkeling van de productie van goederen of diensten in het Waalse Gewest of inzake innovatie;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 22 februari 2017;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 23 februari 2017, Besluit : Titel 1. - Gemeenschappelijke bepalingen voor het geheel van het besluit

Artikel 1.Voor de toepassing van dit ministerieel besluit wordt verstaan onder: 1° decreet : decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter vergoeding van diensten ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille;2° besluit : besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2017 houdende uitvoering van de hoofdstukken 1, 3 en 4 van het decreet van 21 december 2016 houdende de toekenning van steun via een in het Waalse Gewest geïntegreerd steunportfolio aan projectontwikkelaars en kleine en middelgrote ondernemingen, ter vergoeding van diensten ter bevordering van het ondernemerschap of de groei, en strekkende de oprichting van een databank van authentieke bronnen die verbonden is met die geïntegreerde portefeuille;3° de Minister : de Minister van Economie, Industrie, Innovatie en Digitale Technologieën, 4° DGO6 : Operationeel Directoraat-generaal Economie, Werk en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst 5° AWEX Waals Agentschap voor Uitvoer en Buitenlandse Investeringen;6° de bevoegde contactpersoon bij de Administratie : elk personeelslid van niveau A zoals omschreven in het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode, aangewezen door de Directeur-Generaal van DGO6;7° de bevoegde contactpersoon bij AWEX : elk personeelslid van niveau A of B zoals omschreven in het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode, aangewezen door de Administrateur-Generaal van AWEX;8° het aanspreekpunt bij de Administratie : elk personeelslid van niveau A, B, C of D zoals omschreven in het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode, aangewezen door de Directeur-Generaal van DGO6;9° het aanspreekpunt bij AWEX : elk personeelslid van niveau A, B, C of D zoals omschreven in het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode, aangewezen door de Administrateur-Generaal van AWEX; 10° webplatform : de webtoepassing www.cheques-entreprises.be.

Art. 2.§ 1.De steun van de geïntegreerde portefeuille vallend onder de Minister neemt de volgende vormen aan : 1° de adviescheque voor de oprichting van een onderneming;2° de coachingcheque voor de oprichting van een onderneming;3° de technologiecheque;4° de cheque intellectuele eigendom;5° de cheque operationele uitmuntendheid;6° de cheque strategisch advies;7° de cheque voor digitale transformatie en cybersecurity 8° de cheque ondernemingsoverdracht;9° de cheque internationale ontwikkeling. § 2. De dossiers met betrekking tot de steun van de geïntegreerde portefeuille worden door de aanspreekpunten behandeld.

De beslissing over de ontvankelijkheid, betaling, controle en invordering van de steun van de geïntegreerde portefeuille wordt door het bevoegde aanspreekpunt genomen.

Titel 2. - Steun van de geïntegreerde portefeuille beheerd door het Operationele Directoraat-generaal Economie, Tewerkstelling en Onderzoek van de Waalse Overheidsdienst HOOFDSTUK 1. - Steun van de geïntegreerde portefeuille voor de projectontwikkelaar

Art. 3.De chequeaanvraag van de projectontwikkelaar(s) bevat tenminste de informatie bedoeld in bijlage 1.

De overeenkomst tussen de projectontwikkelaar(s) en de dienstverlener bevat tenminste de informatie bedoeld in bijlage 2.

Het verslag over de prestaties bevat tenminste de informatie bedoeld in bijlage 3.

Art. 4.De steun van de geïntegreerde portefeuille voor de projectontwikkelaar zijn geen de minimis-steun. Afdeling 1. - Adviescheque voor de oprichting van een onderneming

Art. 5.§ 1. De adviescheque voor de oprichting van een onderneming heeft tot doel de advieskosten van een projectontwikkelaar te dekken, bedoeld om zich als zelfstandige in hoofdberoep te kunnen vestigen of één van de handelsvennootschappen bedoeld in artikel 2 van het Wetboek der vennootschappen te kunnen oprichten en die met de begripsomschrijving van een onderneming in de zin van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 70/2001 overeenstemt.

De toegelaten kosten gedekt door de adviesverlening bij de oprichting van een onderneming vallen onder de pijler « adviesverlening » van de elektronische portefeuille van de onderneming. § 2. De verschillende types kosten toegestaan via de adviescheque voor de oprichting van een onderneming zijn de kosten in verband met : 1° consultancykosten in verband met de haalbaarheidsstudie, het opmaken van een businessplan, de keuze van een juridische structuur. De steun vertegenwoordigt maximaal vijfenzeventig procent van het totale bedrag van de toegelaten kosten en het maximale bedrag van de overheidssteun in de tenlasteneming van de toegelaten kosten bedraagt 5.000 euro per jaar en 15.000 euro over 3 jaar.

De dienstverleningen moeten binnen de 6 maanden na de ontvankelijkheid van het dossier uitgevoerd worden; 2° aanvullende consultancykosten in verband met het project, indien de leefbaarheid van het project bepaald is, en die met name gebonden zijn aan de validatie van het proces, het product of de dienstverlening ontwikkeld door de uitvoering van testen en analyses, energiebalansen, de uitwerking van specifieke controlemethodes, het optimaliseren en de validatie van testprotocollen. De steun vertegenwoordigt maximaal vijfenzeventig procent van het totale bedrag van de toegelaten kosten en het maximale bedrag van de overheidssteun in de tenlasteneming van de toegelaten kosten bedraagt 15.000 euro over 3 jaar.

De dienstverleningen moeten binnen de vierentwintig maanden na de ontvankelijkheid van het dossier uitgevoerd worden; 3° de ontwikkeling van prototypes voor de verwezenlijking van laboratoriumtests. De steun bedraagt maximaal vijfenzeventig procent van het totale bedrag van de toegelaten kosten en het maximale bedrag van de overheidssteun in de tenlasteneming van de toegelaten kosten bedraagt 15.000 euro over 3 jaar.

De dienstverleningen moeten binnen de vierentwintig maanden na de ontvankelijkheid van het dossier uitgevoerd worden; 4° een communicatieplan omtrent de grafische identiteit, de identificatie van actieve gemeenschappen, de zoektocht naar leden,...

De steun bedraagt maximaal vijftig procent van het totale bedrag van de toegelaten kosten en het maximale bedrag van de overheidssteun in de tenlasteneming van de toegelaten kosten bedraagt 10.000 euro over 3 jaar.

De dienstverleningen moeten binnen de twaalf maanden na de ontvankelijkheid van het dossier uitgevoerd worden. § 3. De toegelaten kosten bedoeld in paragraaf 2 mogen terugkerend zijn indien ze geen identiek project dekken.

Ter aanvulling van artikel 3, wat de toegelaten kosten bedoeld in paragraaf 2, 2°, betreft, bevat het dossier eveneens de haalbaarheidsstudie en het businessplan van het project. § 5. Het maximale dagtarief voor de prestaties met betrekking tot de toegelaten kosten bedoeld in paragraaf 1 bedraagt 750 euro excl. BTW.

Art. 6.Wat de adviescheques voor de oprichting van een onderneming betreft, zijn, tot 31 december 2017, de dienstverleners:de 1° de dienstverleners erkend in het kader van artikel 32 van het decreet en geïdentificeerd door DGO6, de begeleiders erkend in het kader van het decreet bedoeld in artikel 35 van het decreet en de adviesagentschappen erkend door DGO6 voor de toegelaten kosten bedoeld in artikel 5, § 2, 1° ;2° de dienstverleners tijdelijk erkend door DGO6 voor de toegelaten kosten bedoeld in artikel 5, § 2, 2°, 3° en 4°. Vanaf 1 januari 2018 mogen, overeenkomstig artikel 10 van het decreet en artikelen 12 tot 14 van het besluit, enkel dienstverleners erkend of gelabeld door DGO6, na advies van het referentiecentrum, voor de toegelaten kosten van de adviescheque voor de oprichting van een onderneming, hun prestaties uitvoeren. Afdeling 2. - Coachingcheque voor de oprichting van een onderneming

Art. 7.§ 1. De coachingcheque voor de oprichting van een onderneming heeft tot doel de coachingkosten van een projectontwikkelaar in het kader van de uitvoering van zijn project te dekken.

In het kader van de coachingcheque voor de oprichting van een onderneming moet de projectontwikkelaar in de lokale regelingen voor student-ondernemers of in de erkende programma's voor versnelde ontwikkeling en begeleiding van startups geïntegreerd worden.

De toegelaten kosten gedekt door de coaching voor de oprichting van een onderneming vallen onder de pijler « coaching » van de elektronische portefeuille van de onderneming. § 2. De verschillende types kosten toegestaan via de coachingcheque voor de oprichting van een onderneming zijn de kosten in verband met : 1° de coachingkosten in verband met de uitvoering van het project dat met name als doel heeft mogelijke klanten te identificeren;2° de kosten met betrekking tot het afstemmen van het toekomstig product of dienstverlening op de marktverwachtingen. § 3. De toegelaten kosten bedoeld in paragraaf 2 mogen niet identiek zijn.

De steun bedraagt maximaal vijfenzeventig procent van het totale bedrag van de toegelaten kosten en het maximale bedrag van de overheidssteun in de tenlasteneming van de toegelaten kosten bedraagt 15.000 euro over 3 jaar.

De dienstverleningen moeten binnen de twaalf maanden na de ontvankelijkheid van het dossier uitgevoerd worden. § 4. Het maximale dagtarief voor de prestaties met betrekking tot de toegelaten kosten bedoeld in paragraaf 1 bedraagt 750 euro excl. BTW.

Art. 8.Wat de coachingcheques voor de oprichting van een onderneming betreft, zijn de dienstverleners tot 31 december 2017 diegenen die tijdelijk door DGO6 erkend worden : Vanaf 1 januari 2018 mogen, overeenkomstig artikel 10 van het decreet en artikelen 12 tot 14 van het besluit, enkel dienstverleners gelabeld door DGO6, na advies van het referentiecentrum, voor de toegelaten kosten van de coachingcheque voor de oprichting van een onderneming, de prestaties uitvoeren. HOOFDSTUK II. - Steun van het geïntegreerd portfolio voor de onderneming Afdeling 1. - Bepalingen gemeen aan de verschillende steunmaatregelen

van dit hoofstuk

Art. 9.Overeenkomstig artikel 1 van de de minimis-Verordening, wordt de onderneming vallend onder de volgende sectoren van het voordeel van de cheques uitgesloten : 1° de sectoren visserij en aquacultuur (NACE-BEL code 2008 : 03.); 2° de sector van primaire productie van landbouwproducten (NACE-BEL code 2008 : 01.1 tot 01.5); 3° de sector van de verwerking en de afzet van landbouwproducten wanneer : het bedrag van de steun wordt vastgesteld op basis van de prijs of de hoeveelheid producten van dit soort gekocht bij primaire producenten of afgezet door de betrokken ondernemingen;b) de steun wordt uitbetaald op voorwaarde dat die geheel of gedeeltelijk aan primaire producenten overgedragen wordt.

Art. 10.De chequeaanvraag van de onderneming bevat tenminste de informatie bedoeld in bijlage 4.

De overeenkomst tussen de onderneming en de dienstverlener bevat tenminste de informatie bedoeld in bijlage 5.

Het de minimis-attest bedoeld in bijlage 6 wordt eveneens aan de overeenkomst toegevoegd.

Het verslag over de prestaties bevat tenminste de informatie bedoeld in bijlage 7. Afdeling 2. - De technologiecheque

Art. 11.§ 1. De technologiecheque strekt ertoe, het onderzoek, de technologische ontwikkeling en de innovatie te versterken door de investeringen van de ondernemingen te begunstigen in R&D, door banden en samenwerkingsverbanden te ontwikkelen tussen de ondernemingen, de R&D-centra en de sector van het hoger onderwijs.

De toegelaten kosten, gedekt door de technologiecheque, vallen onder de pijlers "advisering" en "coaching" van de elektronische portefeuille van de onderneming. § 2. De verschillende types kosten toegestaan via de technologiecheque zijn de kosten in verband met : 1° de verkennende fase : a) verruimde technologische sturing (behalve digitale technologieën);b) voorafgaande tests, berekeningen en analyses;2° de technische haalbaarheidsfase : a) gehele of gedeeltelijke uitvoering van een bestek met het oog op het ontwerpen en/of het aanpassen van producten, procédés en diensten, evenals de bijstand bij de keuze van één of meerdere dienstverleners;b) bekrachtiging van het procédé, het product of de dienst ontwikkeld via de uitvoering van tests en analyses, energiebalansen, de uitwerking van specifieke controlemethodes, de optimalisering van testprotocollen en hun bekrachtiging;c) de ontwikkeling van prototypes voor de verwezenlijking van laboratoriumtests;d) onderzoekswerken in verband met de aanpassing van de resultaten aan de specifieke kenmerken van de onderneming in het geval van technologietransfers;3° de ontwikkelingsfase van nieuwe producten, procédés en diensten : a) uitvoering van studies voor de evaluatie van de levenscyclus van nieuwe producten en de impact in termen van duurzame ontwikkeling van de ontwikkelde procédés, producten en diensten;b) begeleiding bij het voorbereiden van de industrialisering: steun bij het uitwerken van het technisch bestek, het ontwerpen van het productieschema en het technisch vestigingsschema, bij het uitwerken van de packaging. De prestaties moeten geheel opgenomen worden in de strategie voor slimme specialisatie (S3), goedgekeurd door de Waalse Regering op 3 september 2015.

De geselecteerde projecten zullen moeten bijdragen aan de verwachte resultaten van maatregel 2.2.1.2 van OP EFRO 2014-2020 in een tijdsschema dat verenigbaar is met de kalender van de programmatie.

De projecten, verenigbaar met de inachtneming van de terugtredingsregel N+3, worden bij voorrang behandeld.

De potentieel positieve impact op zowel de actoren van de onderneming als de prestaties van laatstgenoemde in termen van competitiviteit, innovatie, duurzame ontwikkeling of gelijke kansen (niet cumuleerbare voorwaarden) zal aangetoond dienen te worden.

De projecten waarvan de meetbare resultaten of fall-out op korte of middellange termijn plaatsvinden, maar waarvan het tijdspad hoe dan ook de duur van de programmering niet overschrijdt, worden bij voorrang behandeld. § 3. De toegelaten kosten bedoeld in paragraaf 2 mogen niet identiek zijn.

De dienstverleningen voor de toegelaten kosten bedoeld in paragraaf 2 moeten binnen de twaalf maanden na de ontvankelijkheid van het dossier uitgevoerd worden. § 4. De steun bedraagt maximaal vijfenzeventig procent van het totale bedrag van de toegelaten kosten en het maximale bedrag van de overheidssteun in de tenlasteneming van de toegelaten kosten bedoeld in paragraaf 2 bedraagt 15.000 euro.

Het maximumbedrag van de overheidssteun in het kader van de technologiecheque bedraagt eveneens 15.000 euro per jaar. § 5. Het maximumbedrag van de overheidssteun in het kader van de technologiecheque bedraagt eveneens 45.000 euro over drie jaar. § 6. Aanvullend op artikel 10 voegt de onderneming het attest bedoeld in bijlage 10 bij de overeenkomst gevoegd.

Art. 12.De dienstverleners moeten ofwel erkende onderzoekscentra zijn in de zin van het besluit van de Waalse Regering van 18 september 2008 betreffende de steun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie in Wallonië, ofwel onderzoekscentra die over een afzonderlijke rechtspersoonlijkheid beschikken, die afhangt van één of meerdere hogescholen bedoeld bij het decreet van de Raad van de Franse Gemeenschap van 5 augustus 1995 houdende de algemene organisatie van het hoger onderwijs in hogescholen of bij het decreet van de Raad van de Duitstalige Gemeenschap van 27 juni 2005 houdende oprichting van een autonome hogeschool.

De dienstverlener kan bepaalde onderdelen van de prestatie enkel in onderaanneming geven als dit nodig is voor de zorgvuldige uitvoering ervan en hij niet in staat is dit zelf uit te voeren. De in onderaanneming gegeven onderdelen mogen niet meer dan 15 % van de prijs van de prestatie vertegenwoordigen.

Art. 13.De technologiecheque heeft een Europese medefinanciering (EFRO). Afdeling 3. - Cheque intellectuele eigendom

Art. 14.§ 1. De cheque intellectuele eigendom heeft als doel om het gebruik van de octrooi-informatie (wetenschappelijk en strategisch) te bevorderen voor de technologische ontwikkeling.

De in aanmerking komende kosten gedekt door de cheque intellectuelle eigendom vallen onder de pijler "advies" van het elektronische portfolio van de onderneming. § 2. De soorten kosten die in aanmerking komen via de cheque intellectuele eigendom zijn de kosten betreffende: 1° het onderzoek naar vernieuwing met het oog op octrooieerbaarheid: als het gevoerd wordt vóór het indienen van de octrooiaanvraag, is het mogelijk om te of als de uitvinding octrooieerbaar is en of de uitvinding vóór een kritische datum werd verspreid. Het bestaat er dus in om de stand van de techniek te bepalen met een maximale openbare tussenkomst van 3.000 euro per prestatie; 2° het onderzoek met het oog op de exploitatievrijheid: dit onderzoek, zo volledig mogelijk, gaat na of een product of een procédé exploitatievrij is op de markt. Het moet worden uitgevoerd op het ogenblik dat de technische karakterisering van het product, van het procédé, van de samenstelling,...en worden gestopt, idealiter juist voor het op de markt brengen.

De maximale openbare tussenkomst is 6.000 euro per prestatie; 3° het onderzoek voor tegenstelling : het gaat om een onderzoek om de documenten te identificeren die de uitvinding beschermd door een verleend octrooi zouden kunnen anterioriseren. Het beoogt dus het ongeldig maken van de terugvordering t.o.v. de stand van de techniek met een maximale openbare tussenkomst van 6.000 euro per prestatie; 4° de state-of-the-art: het gaat om een volledig onderzoek van alle octrooien en documenten van de literatuur (buiten de octrooien). Het brengt niet één enkele uitvinding onder de aandacht, maar het verzamelt alle referenties die betrekking hebben op een bepaalde technisch domein met een maximale openbare tussenkomst van 3.000 euro per prestatie; 5° de cartografie octrooi : het gaat om een diepgaande analyse van octrooi en niet-octrooi referenties tot ondersteuning van de strategische besluitvorming inzake business met een maximale openbare tussenkomst van 7.500 euro per prestatie; 6° de invoering van een technologische bewaking: het gaat om de stap voor de opbouw van een technologische bewaking met inbegrip van de octrooien en aangepast aan de business van de aanvragende onderneming zonder evenwel de opvolging ervan te verzekeren met een maximale openbare tussenkomst van 1.500 euro per prestatie.

De prestaties moeten volledig in het kader passen van de slimme specialisatiestrategie (S3) goedgekeurd door de Waalse Regering van 3 september 2015.

De geselecteerde projecten zullen moeten bijdragen tot de resultaten verwacht van de maatregel 2.2.1.2 van de PO EFRO 2014-2020 en dit in een tijdschema dat verenigbaar is met die van het programma.

Voorrang zal gegeven worden aan de projecten die verenigbaar zijn met de naleving van de terugtrekkingsregel N+3.

De potentiële positieve impact zowel op de actoren van de onderneming als op de prestaties van de onderneming in termen van concurrentievermogen, innovatie, duurzame ontwikkeling of gelijke kansen (niet cumulatieve criteria) zal bewezen moeten worden.

Voorrang zal gegeven worden aan projecten waarvan de resultaten of de meetbare gevolgen in de korte of middellange termijn passen maar in elk geval in een tijdschema dat de duur van de programmering overschrijdt. § 3. De in aanmerking komende kosten bedoeld in paragraaf 2, mogen niet dezelfde zijn.

De dienstverlenende prestaties betreffende de in aanmerking komende kosten bedoeld in paragraaf 2 moeten binnen de zes maanden te rekenen van de ontvankelijkheid van het dossier worden uitgevoerd. § 4. De steun vertegenwoordigt maximum vijfenzeventig percent van het totaalbedrag van de in aanmerking komende kosten en het maximaal bedrag van de openbare tussenkomst in het ten laste nemen van de in aanmerking komende kosten bedoeld in paragraaf 2, bedraagt 15.000 euro.

Het maximaal bedrag van de openbare tussenkomst in het kader van de cheque intellectuele eigendom bedraagt ook 15.000 euro per jaar. § 5. Het maximaal bedrag van de openbare tussenkomst in het kader van de cheque intellectuele eigendom bedraagt 45.000 euro over drie jaar. § 6. Aanvullend met artikel 10, voegt de onderneming bij de overeenkomst het "KMO" attest bedoeld in bijlage 10

Art. 15.De dienstverleners zijn, hetzij de Dienst voor de intellectuele eigendom (DIE), hetzij een PATLIB (patent information centre), hetzij een erkende mandataris inzake uitvindingsoctrooien.

De dienstverlener mag de prestatie niet uitbesteden.

Art. 16.Deze cheque maakt het voorwerp uit van een Europese medefinanciering (EFRO). Afdeling 4. - Cheque operationele uitmuntendheid

Art. 17.Naast de sectoren uitgesloten in artikel 9, zijn ook uitgesloten de sectoren bedoeld in bijlage 9.

Art. 18.§ 1. De cheque operationele uitmuntendheid heeft als doel om de methoden en praktijken te bevorderen die de prestaties van de onderneming op alle niveaus moeten verbeteren en ten gunste van het geheel van de betrokken partijen klanten, werknemers, leveranciers, partners en aandeelhouders.

De in aanmerking komende kosten gedekt door de cheque operationele uitmuntendheid vallen onder de pijlers "opleiding", "advies" en "coaching" van het elektronische portfolio van de onderneming. § 2. De soorten kosten die in aanmerking komen voor de cheque operationele uitmuntendheid zijn de kosten betreffende: 1° de analyse van de toestand van de onderneming, de vastlegging van de voorstellen waarin de toegankelijke vooruitgang uiteengezet wordt, de verwachte effecten in termen van kwaliteit, dienst, kosten en "intelligente" producten (smart products) met inbegrip van de digitale wereld en de opstelling van een plan van uitvoering van de audit:

Soort

Maximale intensiteit van de steun

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost

Duur waarin de prestaties kunnen worden uitgevoerd

Maximale openbare tussenkomst per jaar

Maximale openbare tussenkomst over drie jaar

Onderneming

50 %

15.000 euro

zes maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier

30.000 euro

30.000 euro

Starter

75 %

15.000 euro

Micro-onderneming

75 %

15.000 euro

Onderneming in groeitraject

75 %

15.000 euro


2° de opleidingen gaande van de initiatie tot de expertise, van de praktijk en de methoden van de operationele uitmuntendheid tot de verbeteringsbeginselen van de processen door de reële werksituatie en het beroep op werkelijke gevallen te bevorderen (minimum 50 percent van de opleiding):

Soort

Maximale intensiteit van de steun

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost

Duur waarin de prestaties kunnen worden uitgevoerd

Maximale openbare tussenkomst per jaar

Maximale openbare tussenkomst over drie jaar

Onderneming

50 %

10.000 euro

twaalf maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier

20.000 euro

20.000 euro

Starter

75 %

10.000 euro

Micro-onderneming

75 %

10.000 euro

Onderneming in groeitraject

75 %

10.000 euro


3° de begeleiding van de onderneming in de uitvoering van een plan van operationele uitmuntendheid:

Soort

Maximale intensiteit van de steun

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost

Duur waarin de prestaties kunnen worden uitgevoerd

Maximale openbare tussenkomst per jaar

Maximale openbare tussenkomst over drie jaar

Onderneming

50 %

60.000 euro

Vierentwintig maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier

60.000 euro

60.000 euro

Starter

75 %

60.000 euro

Micro-onderneming

75 %

60.000 euro

Onderneming in groeitraject

75 %

60.000 euro


§ 3. Het maximum dagtarief voor de prestaties betreffende de in aanmerking komende kosten bedoeld in paragraaf 2 bedraagt 750 euro excl. BTW. § 4. Aanvullend met artikel 10, voegt de onderneming bij de overeenkomst het KMO attest bepaald door de DGO6.

Art. 19.De dienstverleners zijn, voor de cheques operationele uitmuntendheid en tot 31 december 2017, de dienstverleners erkend in het kader van artikel 32 van het decreet.

Vanaf 1 januari 2018, zullen alleen de gelabelde verleners voor in aanmerking komende kosten van de cheque operationele uitmuntendheid, overeenkomstig artikel 10 van het decreet en de artikelen 12 tot 14 van het besluit, de prestaties kunnen uitvoeren. Afdeling 5. - Cheque strategisch advies

Art. 20.Naast de sectoren uitgesloten in artikel 9, worden ook uitgesloten, voor de soorten kosten die in artikel 21, § 2, 1° en 2° in aanmerking komen, de sectoren bedoeld in bijlage 9.

Art. 21.§ 1. De cheque strategisch advies heeft als doel om de strategische analyse van de onderneming te bevorderen - haar sterke punten en haar zwakke punten - met het oog op de ontwikkeling en de verbetering van haar commerciële en marketing prestaties.

De in aanmerking komende kosten gedekt door de cheque strategisch advies vallen onder de pijlers "opleiding", en "advies" van het elektronische portfolio van de onderneming. § 2. De soorten kosten die in aanmerking komen door de cheque strategisch advies zijn de kosten betreffende: 1° de verbetering of de ontwikkeling van de commerciële en marketing methoden, met inbegrip d.m.v. de digitale wereld (herpositionering van de onderneming op haar markt) en het design:

Soort

Maximale intensiteit van de steun

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost

Duur waarin de prestaties kunnen worden uitgevoerd

Maximale openbare tussenkomst per jaar

Maximale openbare tussenkomst over drie jaar

Onderneming

50 %

20.000 euro

twaalf maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier

20.000 euro

40.000 euro

Starter

75 %

20.000 euro

Micro-onderneming

75 %

20.000 euro

Onderneming in groeitraject

75 %

20.000 euro


2° de inbreng van een significante differentiëring van de producten of de diensten op commercieel vlak, met inbegrip van de ontwikkeling van nieuwe businessmodellen:

Soort

Maximale intensiteit van de steun

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost

Duur waarin de prestaties kunnen worden uitgevoerd

Maximale openbare tussenkomst per jaar

Maximale openbare tussenkomst over drie jaar

Onderneming

50 %

20.000 euro

twaalf maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier

20.000 euro

40.000 euro

Starter

75 %

20.000 euro

Micro-onderneming

75 %

20.000 euro

Onderneming in groeitraject

75 %

20.000 euro


3° de opleidingen voor de overheidsopdrachten, die met name de verbetering van de opsporing van de opportuniteiten alsook van de offertes tot doel heeft door de reële werksituatie te bevorderen. De dienstverlenende prestaties moeten worden uitgevoerd binnen twaalf maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier.

De steun vertegenwoordigt maximum vijftig percent van het totaalbedrag van de in aanmerking komende kosten en het maximaal bedrag van de openbare tussenkomst in het ten laste nemen van de in aanmerking komende kosten bedraagt 5.000 euro over drie jaar; 4° de gespecialiseerde adviezen in overheidsopdrachten om de kwaliteit van de ingediende offertediensten te verbeteren:

Soort

Maximale intensiteit van de steun

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost

Duur waarin de prestaties kunnen worden uitgevoerd

Maximale openbare tussenkomst per jaar

Maximale openbare tussenkomst over drie jaar

Onderneming

50 %

10.000 euro

twaalf maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier

10.000 euro

20.000 euro

Micro-onderneming

75 %

10.000 euro


§ 3. De in aanmerking komende kosten bedoeld in paragraaf 2, mogen niet dezelfde zijn. § 4. Het maximum dagtarief voor de prestaties betreffende de in aanmerking komende kosten bedoeld in paragraaf 2 bedraagt 750 euro excl. BTW. § 5. Aanvullend met artikel 9, voegt de onderneming bij de overeenkomst het KMO attest bepaald door de DGO6.

Art. 22.De dienstverleners zijn, voor de cheques strategisch advies en tot 31 december 2017: 1° de dienstverleners erkend in het kader van artikel 32 van het decreet voor de in aanmerking komende kosten bedoeld in artikel 21, § 2, 1° en 2° ;2° de dienstverleners die tijdelijk erkend zijn door de DGO6 voor de in aanmerking komende kosten bedoeld in artikel 21, § 2, 3° en 4°. Vanaf 1 januari 2018, zullen alleen de gelabelde verleners voor in aanmerking komende kosten van de cheque strategisch advies, overeenkomstig artikel 10 van het decreet en de artikelen 12 tot 14 van het besluit, de prestaties kunnen uitvoeren. Afdeling 6. - Cheque digitale transformatie en cybersecurity

Art. 23.Naast de sectoren uitgesloten in artikel 9, zijn ook uitgesloten voor de volgende bedoelde sectoren: 1° 61.10; 2° 61.20; 3° 61.30; 4° 62.01; 5° 62.02; 6° 62.03; 7° 62.09; 8° 63.12.

Art. 24.§ 1. De cheque digitale transformatie en cybersecurity heeft als doel om de digitale rijpheid van de ondernemingen te vergroten om hun concurrentievermogen en bestendigheid te verbeteren en ook de totstandkoming en de verspreiding van een cybersecurity label binnen de Waalse bedrijven bevorderen.

De in aanmerking komende kosten gedekt door de cheque digitale transformatie en cybersecurity vallen onder de pijlers "advies" en "coaching" van het elektronische portfolio van de onderneming. § 2. De soorten kosten die in aanmerking komen door de cheque digitale transformatie en cybersecurity zijn de kosten betreffende: 1° de analyse van de behoeften in termen van digitale ontwikkeling van de onderneming (rijpheidsaudit en audit van digitale transformatie):

Soort

Maximale intensiteit van de steun

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost

Duur waarin de prestaties kunnen worden uitgevoerd

Maximale openbare tussenkomst per jaar

Maximale openbare tussenkomst over drie jaar

Onderneming

50 %

10.000 euro

twaalf maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier

20.000 euro

20.000 euro

Starter

75 %

15.000 euro

30.000 euro

30.000 euro

Micro-onderneming

75 %

15.000 euro


2° de begeleiding van de onderneming in de uitvoering van de behoeften voortvloeiend uit de rijpheidsaudit en de audit van digitale transformatie:

Soort

Maximale intensiteit van de steun

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost

Duur waarin de prestaties kunnen worden uitgevoerd

Maximale openbare tussenkomst per jaar

Maximale openbare tussenkomst over drie jaar

Onderneming

50 %

20.000 euro

twaalf maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier

40.000 euro

60.000 euro

Starter

75 %

30.000 euro

60.000 euro

60.000 euro

Micro-onderneming

75 %

30.000 euro


3° de invoering van een beleid inzake cybersecurity (vanaf de audit tot aan de voorbereiding van het bestek):

Soort

Maximale intensiteit van de steun

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost

Duur waarin de prestaties kunnen worden uitgevoerd

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost per jaar

Maximale openbare tussenkomst per soort prestatie over drie jaar

Onderneming

50 %

10.000 euro

zes maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier

20.000 euro

20.000 euro

Micro-onderneming

75 %

10.000 euro


4° de tenlasteneming van de inschrijving en het abonnement op de co working places gevestigd op het Waals grondgebied. De steun,voorbehouden aan de starters, vertegenwoordigt maximum vijftig percent van het totaalbedrag van de in aanmerking komende kosten en het maximaal bedrag van de openbare tussenkomst in het ten laste nemen van de in aanmerking komende kosten bedraagt 1.500 euro per jaar en 3.000 euro over drie jaar; 5° de audit en de beoordeling van de toestand van de onderneming in termen van cybersecurity met het oog op het verkrijgen van een label. De steun vertegenwoordigt maximum vijfenzeventig percent van het totaalbedrag van de in aanmerking komende kosten en het maximaal bedrag van de openbare tussenkomst in het ten laste nemen van de in aanmerking komende kosten bedraagt 2.500 euro over drie jaar.

De dienstverlenende prestaties moeten worden uitgevoerd binnen drie maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier. § 3. De in aanmerking komende kosten bedoeld in paragraaf 2, mogen niet dezelfde zijn. § 4. Aanvullend met artikel 10, voor de in aanmerking komende kost bedoeld in paragraaf 2, 2°, bevat het dossier ook de rijpheidsaudit en de audit van digitale transformatie. § 5. Aanvullend met artikel 10, voegt de onderneming bij de overeenkomst het KMO attest bepaald door DGO6.

Art. 25.De dienstverleners zijn, voor de cheques digitale transformatie en cybersecurity en tot 31 december 2017: 1° de dienstverleners erkend in het kader van artikel 34 van het decreet voor de in aanmerking komende kosten bedoeld in artikel 24, § 2, 2° de dienstverleners die tijdelijk erkend zijn door het DGO6 voor de in aanmerking komende kosten bedoeld in artikel 24, § 2, 3° en 5° ;3° de co-workingruimtes erkend door de Waalse Regering voor de in aanmerking komende kosten bedoeld in artikel 24, § 2, 4°. Vanaf 1 januari 2018 en met uitzondering van de door de Waalse Regering erkende co-workingruimtes zullen alleen de verleners die door het DGO6 na advies van het referentiecentrum gelabeld zijn voor in aanmerking komende kosten van de cheque digitale transformatie en cybersecurity, overeenkomstig artikel 10 van het decreet en de artikelen 12 tot 14 van het besluit, de prestaties kunnen uitvoeren. Afdeling 7. - Cheque ondernemingsoverdracht

Art. 26.Naast de sectoren uitgesloten in artikel 9 worden de sectoren bedoeld in bijlage 9 ook uitgesloten voor de in artikel 29, § 2, 2°, bedoelde in aanmerking komende kosten.

Art. 27.§ 1. De cheque ondernemingsoverdracht heeft als doel de overdracht van de onderneming door een overdrager of een overnemer te bevorderen.

De in aanmerking komende kosten gedekt door de cheque ondernemingsoverdracht vallen onder de pijlers "advies" en "coaching" van het elektronische portfolio van de onderneming. § 2. De soorten kosten die in aanmerking komen via de cheque ondernemingsoverdracht zijn de kosten betreffende: 1° de diagnose overdracht. De overdrachtdiagnose moet binnen zes maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier verricht worden.

De steun vertegenwoordigt maximum vijfenzeventig percent van het totaalbedrag van de in aanmerking komende kosten en het maximaal bedrag van de openbare tussenkomst in het ten laste nemen van de in aanmerking komende kosten bedraagt 3.500 euro per jaar en een maximumbedrag van 7.000 euro over drie jaar; 2° de adviesverleningskosten die op de overdrachtaudit aanvullend zijn en die gebonden zijn aan de overdracht/overname van een onderneming zoals de waardering van de onderneming, de zoektocht naar een overnemer, de opmaking van een overdrachtovereenkomst, het juridisch advies (buiten het fiscaal advies), de uitvoering van financiële, sociale of milieuaudits,...

Soort

Maximale intensiteit van de steun

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost

Duur waarin de prestaties kunnen worden uitgevoerd

Maximale openbare tussenkomst per in aanmerking komende kost per jaar

Maximale openbare tussenkomst per soort prestatie over drie jaar

Onderneming

50 %

15.000 euro

Zesendertig maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier

15.000 euro

15.000 euro

Micro-onderneming

75 %

15.000 euro


§ 3. De in aanmerking komende kosten bedoeld in paragraaf 2, mogen niet dezelfde en terugkerend zijn. § 4. Aanvullend met artikel 10 bevat het dossier voor de in aanmerking komende kost bedoeld in paragraaf 2, 2°, ook de overdrachtdiagnose. § 5. Aanvullend met artikel 10 voegt de onderneming bij de overeenkomst het KMO-attest bepaald door het DGO6. § 6. In het kader van de overdrachtdiagnose neemt de onderneming eerst contact met de "SOWACCESS " die haar dienstverleners voorstelt voor de uitvoering van de diagnose.

Art. 28.De dienstverleners zijn, voor de cheques ondernemingsoverdracht en tot 31 december 2017: 2° de dienstverleners die tijdelijk erkend zijn door de SOWACCESS voor de in aanmerking komende kosten bedoeld in artikel 27, § 2, 1° ;2° de dienstverleners erkend voor de overdracht van een onderneming in het kader van artikel 32 van het decreet alsook de erkende dienstverleners erkend door de SOWACCESS voor de in aanmerking komende kosten bedoeld in artikel 27, § 2, 2°. Vanaf 1 januari 2018 zullen alleen de verleners die door het DGO6 na advies van het referentiecentrum gelabeld zijn voor de in aanmerking komende kosten van de cheque ondernemingsoverdracht, overeenkomstig artikel 10 van het decreet en de artikelen 12 tot 14 van het besluit, de prestaties kunnen uitvoeren.

Titel 3 - Cheques internationale ontwikkeling van de geïntegreerde portfolio beheerd door het "Agence wallonne à l'Exportation et aux investissements étrangers" (Waals Exportagentschap voor uitvoer en Buitenlandse Investeringen) HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Art. 29.Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder : 1° een trader: elke onderneming die uitsluitend belast is met actitiveiten inzake invoer-uitvoer, distributie, commercialisering of verkoop, waarbij die activiteiten telkens slaan op goederen of diensten die voornamelijk buiten het grondgebied van het Waalse Gewest worden geproduceerd of verleend;2° de cheques internationale ontwikkeling : gedematerialiseerde elektronische betaalmiddellen voor de vergoeding van de diensten uitgevoerd door de dienstverleners die door het "AWEX" na advies van het referentiecentrum zijn gelabeld en die de ondernemingen in hun internationale ontwikkeling begeleiden en leiden;ze slaan op : a) het support adviesverlening: adviezen inzake buitenlandse handel, uitvoerdesign en webmarketing;b) coaching partnerschap op internationaal vlak;c) adviesverleningen inzake expertise internationale markten;d) taalopleidingen.

Art. 30.De cheques internationale ontwikkeling zijn minimissteun in de zin van Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun.

Overeenkomstig artikel 1, 1, d), van de minimis-verordening mag de steun niet dienen voor de financiering van de invoering en de werking van een distributienet of van andere lopende kosten gebonden aan de uitvoer. HOOFDSTUK II. - Aan de cheques internationale ontwikkeling gemene voorwaarden

Art. 31.De cheques internationale ontwikkeling zijn voor de ondernemingen bestemd voor de ontwikkeling van internationaal gerichte activiteiten.

Een dienstverlener mag geen prestatie bedoeld in deze titel verrichten voor een onderneming waarin hij op enigerlei wijze in het beheer en/of de controle betrokken is.

Art. 32.§ 1. De ondernemig die wenst in aanmerking te komen voor de cheques internationale ontwikkeling, oefent een activiteit uit die geen deel uitmaakt van één van de volgende sectoren, overeenkomstig artikel 1 van de minimis-verordening: 1° de sector visvangst en aquacultuur (NACE-BEL-code 2008 : 03.); 2° de sector primaire productie van landbouwproducten (NACE-BEL-code 2008 : 01.01 tot 01.5); 3° de sector verwerking en afzet van landbouwproducten wanneer: a) het bedrag van de steun wordt vastgesteld op basis van de prijs of de hoeveelheid van deze producten die van primaire producenten worden gekocht of door de betrokken ondernemingen in de handel worden gebracht;b) de steun afhankelijk wordt gesteld van de verplichting deze steun geheel of ten dele aan primaire producenten door te geven. § 2. De onderneming die wenst in aanmerking te komen voor de cheques internationale ontwikkeling, mag geen trader, noch een holdingvennootschap zijn.

Art. 33.De aanvraag om cheques internationale ontwikkeling bevat minstens de in bijlage 4 vermelde informatie.

De overeenkomst tussen de onderneming en de dienstverlener bevat minstens de in bijlage 5 vermelde informatie.

Het in bijlage 6 bedoelde minimis-attest en het door het AWEX bepaalde KMO-attest worden ook bij de overeenkomst gevoegd.

Het verslag over de prestaties bevat minstens de in bijlage 7 vermelde informatie.

Art. 34.§ 1. Het AWEX beoordeelt het realistische karakter van die meerwaarde voor de Waalse economie, waarbij het indien nodig om het advies van de regionale centra van het Agentschap of van leden van zijn net in het buitenland verzoekt. § 2. Het project op internationaal vlak stemt overeen met de nationale en internationale normen die van toepassing zijn op de beroepssector van de onderneming met inbegrip van de eventuele deontologische regels.

Art. 35.De in aanmerking komende kosten gedekt door de cheque internationale ontwikkeling mogen niet cumuleerbaar zijn met een andere steun, ongeacht de bron, de vorm en het doel ervan, met betrekking tot dezelfde in aanmerking komende kosten als, door die optelling, de intensiteit van de steun overschreden zou worden. HOOFDSTUK III. - Aan de steun van de cheques internationale ontwikkeling gemene specifieke voorwaarden Afdeling 1. - Voorwaarden die eigen zijn aan de steun van de support

adviesverlening

Art. 36.§ 1. De steun betrokken bij de cheques van het elektronische portfolio van deze afdeling dekken de in aanmerking komende kosten van de steun van de support adviesverlening gebonden aan adviesdiensten inzake buitenlandse hanel, webmarketing of uitvoerdesign die nodig zijn voor het lanceren van een nieuw product of van een op een nieuwe markt in het buitentand bestaand product. § 2. De adviesdiensten inzake buitenlandse handel hebben betrekking op : - de invoering of de herstructurering van een uitvoerdienst; - de uitvoering van marktstudies en marktprospectie; - de verwerving van technische voorwaarden voor deelneming aan een aanbestedingsprocedureen internationale financiering; - het zoeken naar partners en het sluiten van internationale partnerschappen. § 3. De adviesdiensten inzake werkmarketing hebben betrekking op de analyse- en adviesverleningprestaties bestemd voor de uitwerking van een op de uitvoer gerichte webstrategie. § 4. De adviesdiensten inzake uitvoerdesign hebben betrekking op : - de ontwikkeling van het merkimago van de onderneming en van de uitvoerproducten/-diensten; - de ontwikkeling van een grafische uitvoervoorstelling; - de aanpassing van het design van bestaande producten en diensten aan de bijzonderheden van buitenlandse markten.

Art. 37.De in aanmerking komende kosten zijn alleen het ereloon van de externe dienstverlener(s) die de onderneming kiest onder de door het AWEX na advies van het referentiecentrum gelabelde deskundigen die het aan de onderneming voorstelt.

De totale kosten van de adviesverlening is kleiner dan de som van de eigen fondsen en van de schulden van meer dan één jaar van de onderneming.

De dienstverlener(s) gekozen om de dienstverlening te verrichten mogen niet reeds voor de onderneming in het kader van een door het AWEX of het Waalse Gewest gesubsidieerde opdracht voor de aanvrager hebben gewerkt.

De opdrachten die vóór de inwerkingtreding van dit besluit door het AWEX of het Waalse Gewest zijn gesubisdieerd, worden voor de toepassing van deze regel in aanmerking genomen.

Het AWEX kan een afwijking van de regel bedoeld in het vorige lid toekennen indien er voor het project van de onderneming geen andere erkende beschikbare deskundigen zijn.

Art. 38.De adviesdiensten inzake buitenlandse handel, webmarktering of uitvoerdesign moeten verricht worden binnen een termijn van vierentwintig maanden te rekenen van de ontvankelijkheid van het dossier.

Art. 39.§ 1. Het percentage van de steun betreffende de in aanmerking komende kosten van deze afdeling is 50 percent.

De bijdrage van de onderneming in de tenlasteneming van de in aanmerking komende kosten is 50 percent. § 2. Het maximum dagtarief voor de prestaties betreffende de in aanmerking komende kosten bedoeld in deze afdeling bedraagt 750 euro excl. BTW. § 3. In geval van beroep op deskundigen die op het vlak van de adviesverlening in webmarketing gelabeld zijn, mag de toelage meer dan vijf werkdagen dekken. § 4. De openbare tussenkomst voor de steun van het support adviesverlening mag niet hoger zijn dan het plafond van 25.000 euro over drie jaar per onderneming.

Dit plafond wordt op 37.500 euro over drie jaar per onderneming gebracht wanneer de onderneming een starter is.

Art. 40.De gelabelde dienstverleners stellen diensten op het vlak van de adviesverlening in buitenhandel, webmarketing en design op internationaal vlak voor. Afdeling 2. - Voorwaarden die eigen zijn aan de coaching in

internationaal partnerschap

Art. 41.De in deze afdeling bedoelde steun dekt de in aanmerking komende kosten van een coach in internationaal partnerschap die de onderneming na advies van het referentiecentrum onder de lijst van de door het AWEX gelabelde coaches kiest.

De in aanmerking komende kosten zijn het ereloon, excl. BTW, van de door de onderneming gekozen coach(es).

Bij het gebruik van cheques ontvangen voor een bepaald project op internationaal vlak mag de onderneming geen beroep doen op meer dan twee verschillende coaches per jaar.

Art. 42.De coachingprestaties in internationaal partnerschap moeten worden uitgevoerd binnen twaalf maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier.

Art. 43.§ 1. Het percentage van de steun betreffende de in aanmerking komende kosten van deze afdeling is honderd percent. § 2. Het maximum dagtarief voor de prestaties betreffende de in aanmerking komende kosten bedoeld in deze afdeling bedraagt 1.000 euro excl. BTW. Een onderneming mag niet meer dan vijf coachingdagen in internationaal partnerschap per jaar ontvangen. § 3. De openbare tussenkomst voor de steun mag niet hoger zijn dan het plafond van 5.000 euro per jaar en per onderneming en van 15.000 euro over drie jaar. Afdeling 3. - Voorwaarden die eigen zijn aan de adviesverleningen

"expertise van de marken op internationaal vlak"

Art. 44.De steun van deze afdeling dekt alle in aanmerking komende kosten van erkende deskundigen op wie een beroep wordt gedaan voor een punctuele tussenkomst gebonden aan een project op internationaal vlak, namelijk de uitwerking van een strategisch internationaal plan of de oplossing van een specifiek internationaal probleem met name op juridisch vlak, logistiek, communicatie en webmarketing.

De in aanmerking komende kosten zijn alleen het ereloon, exclusief BTW, van de deskundigen voor de markten op internationaal vlak die de onderneming kiest onder de gelabelde deskundigen en die door het Bestuur aan de onderneming voorstelt.

Art. 45.De prestaties van expertise "markten op internationaal vlak" moeten worden uitgevoerd binnen zes maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier.

Art. 46.§ 1. Het percentage van de steun betreffende de in aanmerking komende kosten van deze afdeling is honderd percent. § 2. Het maximum dagtarief voor de prestaties betreffende de in aanmerking komende kosten bedoeld in deze afdeling bedraagt 750 euro excl. BTW. De prestatie mag niet betrekking hebben op een tussenkomst van meer dan drie werkdagen per jaar. § 3. De openbare tussenkomst voor de steun mag niet hoger zijn dan het plafond van 2.250 euro per jaar en per onderneming en van 6.750 euro over drie jaar.

Art. 47.De onderneming die een toelage bedoeld in deze afdeling vraagt, moet bovendien een micro-onderneming zijn. Afdeling 4. - Voorwaarden die eigen zijn aan de taalopleidingen

Art. 48.De steun dekt de in aanmerking komende kosten gebonden aan taalopleidingen bestemd om de markten op internationaal vlal doeltreffend te onderzoeken.

De in aanmerking komende kosten zijn het totaal van de aan de opleider(s) betaalde prijs, exclusief BTW. De opleider(s) moet(en) bovendien door het AWEX na advies van het referentiecentrum gelabeld worden.

Het AWEX bepaalt de bijkomende labelingsvoorwaarden van de taalopleiders. Deze voorwaarden worden op zijn website bekendgemaakt.

Art. 49.De taalopleidingen moeten worden uitgevoerd binnen twaalf maanden vanaf de ontvankelijkheid van het dossier.

Art. 50.§ 1. Het percentage van de steun betreffende de in aanmerking komende kosten van deze afdeling is 50 percent.

De bijdrage van de onderneming in de tenlasteneming van de in aanmerking komende kosten is 50 percent. § 2. De openbare tussenkomst voor de steun mag niet hoger zijn dan het plafond van 1.000 euro per jaar en per onderneming en van 3.000 euro over drie jaar.

Art. 51.Dit ministerieel besluit heeft uitwerking met ingang van 1 maart 2017.

In afwijking van het eerste lid: 1° hebben de artikelen 5 tot 6, 11 tot 16 en 26 tot 28 uitwerking met ingang van 1 april 2017;2° hebben de artikelen 7, 8 en 29 tot 50 uitwerking met ingang van 1 mei 2017. Namen, 8 maart 2017.

J.-Cl. MARCOURT

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^