Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 12 mei 2003
gepubliceerd op 04 juni 2003

Ministerieel besluit houdende bepaling van de middelgrote en grote veebedrijven en nadere bepalingen omtrent het abonnement voor de financiering van de ophaling en verwerking van krengen voor 2003

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2003035570
pub.
04/06/2003
prom.
12/05/2003
ELI
eli/besluit/2003/05/12/2003035570/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 MEI 2003. - Ministerieel besluit houdende bepaling van de middelgrote en grote veebedrijven en nadere bepalingen omtrent het abonnement voor de financiering van de ophaling en verwerking van krengen voor 2003


De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Gelet op het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, inzonderheid op hoofdstuk IV, afdeling 5, gewijzigd bij het decreet van 20 april 1994 en 13 juli 2001;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 1995 betreffende de ophaling en de verwerking van dierlijk afval, inzonderheid op de artikelen 1, 12° en 13°, zoals gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 19 juli 2002 en 12 oktober 2001 en op artikel 5, § 1 en § 3;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 2001 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering;

Overwegende dat de commissie Dierlijk Afval op 13 november 2002 advies uitbracht, Besluit :

Artikel 1.De overeenkomst aangaande de financiering van de ophaling van dierlijk afval in de zin van artikel 5, § 1, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 1995 betreffende de ophaling en de verwerking van dierlijk afval, krijgt voor de houder van een middelgroot en/of groot veebedrijf, zoals gedefinieerd in artikel 1, 13°, van hetzelfde besluit, gestalte in de vorm van een abonnement. De ondergrenzen die voor de onderstaande abonnementsprijzen per diersoort worden gehanteerd, worden beschouwd als de ondergrenzen van middelgrote bedrijven. Bedrijven waar minder dieren worden gehouden dan de ondergrens die per diersoort in onderstaande prijsbepalingen gehanteerd wordt, worden beschouwd als kleine bedrijven.

Voor veebedrijven met loopvogels wordt geen abonnementssysteem opgezet, de prijszetting gebeurt dus door de ophaler of verwerker van dierlijk afval. Veebedrijven met minder dan 5 loopvogels worden als kleine bedrijven beschouwd.

Het forfaitaire bedrag voor 2003 bedraagt : 1° voor rundveebedrijven (rekening houdend met alle runderen exclusief mestkalveren) : a) 37 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 21 tot 50 dieren;b) 68 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 51 tot 75 dieren;c) 94 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 76 tot 100 dieren;d) 121 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 101 tot 125 dieren;e) 148 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 126 tot 150 dieren;f) 176 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 151 tot 175 dieren;g) 202 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 176 tot 200 dieren;h) 228 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 201 tot 225 dieren;i) 255 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 226 tot 250 dieren;j) 283 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 251 tot 275 dieren;k) 309 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 276 tot 300 dieren;l) 407 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 301 of meer dieren;2° voor mestkalverenbedrijven : a) 57 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 51 tot 100 dieren;b) 120 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 101 tot 200 dieren;c) 198 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 201 tot 300 dieren;d) 282 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 301 tot 400 dieren;e) 364 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 401 tot 500 dieren;f) 436 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 501 tot 600 dieren;g) 512 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 601 tot 700 dieren;h) 591 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 701 tot 800 dieren;i) 578 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 801 tot 900 dieren; j) 758 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 901 tot 1.000 dieren; k) 1.657 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 1.001 of meer dieren; 3° voor pluimveebedrijven (rekening houdende met alle pluimveesoorten uitgezonderd struisvogels) : a) 37 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 1.501 tot 3.000 dieren; b) 64 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 3.001 tot 5.000 dieren; c) 103 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 5.001 tot 7.500 dieren; d) 143 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 7.501 tot 10.000 dieren; e) 209 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 10.001 tot 15.000 dieren; f) 279 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 15.001 tot 20.000 dieren; g) 365 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 20.001 tot 25.000 dieren; h) 455 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 25.001 tot 30.000 dieren; i) 529 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 30.001 tot 35.000 dieren; j) 608 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 35.001 tot 40.000 dieren; k) 694 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 40.001 tot 45.000 dieren; l) 772 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 45.001 tot 50.000 dieren; m) 895 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 50.001 tot 60.000 dieren; n) 1.062 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 60.001 tot 70.000 dieren; o) 1.236 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 70.001 tot 80.000 dieren; p) 1.351 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 80.001 tot 90.000 dieren; q) 1.499 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 90.001 tot 100.000 dieren; r) 1.707 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 100.001 tot 125.000 dieren; s) 2.215 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 125.001 tot 150.000 dieren; t) 2.793 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 150.001 of meer dieren; 4° voor varkensbedrijven (rekening houdende met alle varkens exclusief biggen van 7 tot 20 kg) : a) 89 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 51 tot 100 dieren;b) 146 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 101 tot 150 dieren;c) 206 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 151 tot 200 dieren;d) 291 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 201 tot 300 dieren;e) 409 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 301 tot 400 dieren;f) 580 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 401 tot 600 dieren;g) 819 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 601 tot 800 dieren; h) 1.047 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 801 tot 1.000 dieren; i) 1.283 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 1.001 tot 1.200 dieren; j) 1.524 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 1.201 tot 1.400 dieren; k) 1.743 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 1.401 tot 1.600 dieren; l) 1.985 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 1.601 tot 1.800 dieren; m) 2.216 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 1.801 tot 2.000 dieren; n) 2.561 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 2.001 tot 2.400 dieren; o) 3.003 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 2.401 tot 2.800 dieren; p) 3.527 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 2.801 tot 3.200 dieren; q) 4.029 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 3.201 tot 3.700 dieren; r) 5.839 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 3.701 of meer dieren; 5° voor schapen- en geitenbedrijven : a) 30 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 21 tot 50 dieren;b) 68 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 51 tot 100 dieren;c) 116 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 101 tot 150 dieren;d) 162 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 151 tot 200 dieren;e) 229 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 201 tot 300 dieren;f) 298 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 301 tot 400 dieren;g) 435 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 401 tot 500 dieren;h) 656 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 501 of meer dieren;6° voor konijnenbedrijven : a) (218) 20 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 101 tot 200 dieren;b) (405) 35 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 201 tot 300 dieren;c) (537) 45 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 301 tot 400 dieren; d) (1.025) 105 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 401 of meer dieren; 7° voor paardenbedrijven : a) 12 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 10 tot 20 dieren;b) 28 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 21 tot 50 dieren;c) 60 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 51 tot 100 dieren;d) 102 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 101 tot 150 dieren;e) 155 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 151 tot 200 dieren;f) 245 euro voor bedrijven met een gemiddelde bezetting van 201 of meer dieren. De bijdrage voor de broeierijen omvat enerzijds een vast bedrag per ophaling van 25 euro en anderzijds een vast bedrag per opgehaald gewicht van 83,50 euro/ton.

De bedragen die vastgelegd worden in dit besluit zijn exclusief BTW. De gemiddelde bezetting wordt bepaald op basis van de gemiddelde veebezetting zoals geregistreerd bij de aangifte van 2001, overeenkomstig artikel 3 van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen.

Eenzelfde bedrijf kan een som van de forfaitaire bedragen voor verschillende diersoorten moeten betalen.

Art. 2.Bij de overname van een veebedrijf moet de nieuwe eigenaar abonnementskosten betalen op basis van de mestbankaangifte van dat bedrijf die door de vorige eigenaar werd gedaan.

Art. 3.Producenten van dierlijk afval die niet vernoemd worden in artikel 5, § 2, van het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 1995 betreffende de ophaling en de verwerking van dierlijk afval, zoals herhaaldelijk gewijzigd, en waarvoor geen abonnementstarieven werden vastgelegd, moeten zelf met een erkende verwerker een financiële overeenkomst sluiten.

Art. 4.Als de betrokken producenten van dierlijk afval in de zin van artikel 1 en 2 van dit besluit geen abonnement, zoals bepaald in deze artikelen, hebben genomen, wordt de ophaling en de verwerking door de erkende ophaler verricht tegen een vergoeding per prestatie. Daarbij kan het maximumtarief worden toegepast dat door de Vlaamse minister, bevoegd voor het leefmilieu, bepaald is in de erkenning van de ophaler.

Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2002.

Brussel, 12 mei 2003.

De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, V. DUA

^