Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 18 maart 2020
gepubliceerd op 25 maart 2020

Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 23 december 2019 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen voor het jaar 2020 tot het behoud van de visbestanden in zee

bron
vlaamse overheid
numac
2020040691
pub.
25/03/2020
prom.
18/03/2020
ELI
eli/besluit/2020/03/18/2020040691/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

VLAAMSE OVERHEID

Landbouw en Visserij


18 MAART 2020. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 23 december 2019Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 23/12/2019 pub. 27/12/2019 numac 2019015907 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit houdende tijdelijke aanvullende maatregelen voor het jaar 2020 tot het behoud van de visbestanden in zee sluiten houdende tijdelijke aanvullende maatregelen voor het jaar 2020 tot het behoud van de visbestanden in zee


Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - Verordening (EU) nr. 1380/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2013 inzake het gemeenschappelijk visserijbeleid, tot wijziging van verordeningen (EG) nr. 1954/2003 en (EG) nr. 1224/2009 van de Raad en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 2371/2002 en (EG) nr. 639/2004 van de Raad en Besluit 2004/585/EG van de Raad, artikel 15; - Verordening (EU) nr. 2020/123 van de Raad van 27 januari 2020 tot vaststelling, voor 2020, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vaartuigen van de Unie in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn; - gedelegeerde verordening (EU) nr. 2019/2239 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van een teruggooiplan voor bepaalde demersale visserijen in de noordwestelijke wateren voor de periode 2020-2021; - gedelegeerde verordening (EU) nr. 2019/2237 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van een teruggooiplan voor bepaalde demersale visserijen in de zuidwestelijke wateren voor de periode 2020-2021; - gedelegeerde verordening (EU) nr. 2019/2238 van de Commissie van 1 oktober 2019 tot vaststelling van nadere bepalingen ter uitvoering van de aanlandingsverplichting voor bepaalde demersale visserijen in de Noordzee voor de periode 2020-2021; - het decreet van 28 juni 2013Relevante gevonden documenten type decreet prom. 28/06/2013 pub. 12/09/2013 numac 2013204905 bron vlaamse overheid Decreet betreffende het landbouw- en visserijbeleid sluiten betreffende het landbouw- en visserijbeleid, artikel 24; - het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 16/12/2005 pub. 23/01/2006 numac 2006035027 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Besluit van de Vlaamse Regering tot de instelling van een visvergunning en houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de communautaire regeling inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden sluiten tot de instelling van een visvergunning en houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de communautaire regeling inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 22 juli 2011, artikel 18.

Vormvereiste Er is geen advies gevraagd aan de Raad van State, met toepassing van artikel 3, § 1, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.

Er is een dringende noodzakelijkheid omdat dit ministerieel besluit op 1 april 2020 in werking moet treden gelet op de verplichtingen die door de Europese en internationale regelgeving op het gebied van de zeevisserij worden opgelegd, in concreto met betrekking tot het beheer van de visquota.

Motivering Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven: De quotacommissie heeft op haar zitting van 2 maart 2020 een voorstel van advies tot aanpassing van het Visplan 2020 geformuleerd. De opname van het effectief quotum tongschar en witje is momenteel minimaal. In het begin van het jaar geldt een bijvangstregeling per dag op zee in het gebied van 200 kg voor het klein vlootsegment (KVS) en 400 kg voor het groot vlootsegment (GVS). Normaliter wordt vanaf april/mei een versoepeling tot 500 kg en 1000 kg voor respectievelijk het KVS en het GVS toegestaan.

Er is geen enkele reden om deze versoepeling langer uit te stellen.

Voor kabeljauw in de Noordzee moeten er vangsthoeveelheden worden vastgesteld die geldig zijn vanaf 1 april 2020. Voor de periode van 1 april 2020 tot 30 juni 2020 heeft de quotacommissie beslist om de hoeveelheden kabeljauw per zeereis voor zeeschepen beperkt te verhogen. In 2020 is er initieel een quotum van 682 ton kabeljauw beschikbaar. Er moet wel rekening gehouden worden met het feit dat de jaarflexibiliteit uit hoofde van artikel 15, lid 9, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 in dit geval niet mag worden toegepast omdat daardoor de verwezenlijking van de doelstellingen van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid (GVB) zou worden ondermijnd. Het kabeljauwbestand doet het immers niet zo goed en heeft met name een paaibiomassa onder Blim. Daarom wordt het dagplafond enkel voor vaartuigen met specifieke vistuigen verhoogd.

Tenslotte worden ook de bepalingen voor de visvergunningen `Golf van Gascogne 2020' tussen 1 juni en 30 september 2020 vastgesteld.

DE VLAAMSE MINISTER VAN ECONOMIE, INNOVATIE, WERK, SOCIALE ECONOMIE EN LANDBOUW, BESLUIT :

Artikel 1.In artikel 8, laatste lid, van het ministerieel besluit van 23 december 2019Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 23/12/2019 pub. 27/12/2019 numac 2019015907 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit houdende tijdelijke aanvullende maatregelen voor het jaar 2020 tot het behoud van de visbestanden in zee sluiten houdende tijdelijke aanvullende maatregelen voor het jaar 2020 tot het behoud van de visbestanden in zee, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 22 januari 2020Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 22/01/2020 pub. 28/01/2020 numac 2020010266 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 23 december 2019 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen voor het jaar 2020 tot het behoud van de visbestanden in zee sluiten, wordt de zinsnede "artikel 14, 16, 18, 22, 27 § 9" vervangen door de zinsnede "artikel 14, 16, 18, 21, 22, 27 § 9".

Art. 2.Aan artikel 21 van hetzelfde besluit, worden paragrafen 2 tot en met 8 toegevoegd, die luiden als volgt: " § 2. In afwijking van paragraaf 1 is het vanaf 1 juni 2020 om 00.00 uur, alleen voor de vissersvaartuigen die op de lijst "Visvergunningen Golf van Gascogne 2020" vermeld worden, toegestaan om in de ICES-gebieden VIIIa en b aanwezig te zijn.

Om aan de lijst, vermeld in het eerste lid, toegevoegd te kunnen worden, moeten de eigenaars van vissersvaartuigen vóór 10 april 2020 via een aangetekende brief of per e-mail een aanvraag tot de dienst richten.

Ingeval de vangstrechten van de ingeschreven vaartuigen 18.000 kW in significante mate overtreft, zal er een loting plaatsvinden waarbij rekening wordt gehouden met ervaring in de Golf van Gascogne. § 3. Vanaf 1 juni 2020 tot en met 30 september 2020 is het verboden dat in de ICES-gebieden VIIIa en b de tongvangst van een vissersvaartuig, dat voorkomt op de lijst vermeld in § 2, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 15 kg, vermenigvuldigd met het motorvermogen van het vissersvaartuig, uitgedrukt in kW. De hoeveelheid vermeld in vorig lid kan door de dienst Visserij van het Departement Landbouw en Visserij worden herzien. Als uitgangspunt daarbij wordt de situatie van het motorvermogen van de deelnemende vaartuigen op 10 april 2020 genomen. § 4. Ingeval de hoeveelheden tong, vermeld in § 3, worden overschreden, worden de door dat vissersvaartuig overschreden hoeveelheden tong in tweevoud in mindering gebracht op de hoeveelheid tong die aan het vissersvaartuig wordt toegekend voor 2021. § 5. De vissersvaartuigen die op de lijst "Visvergunningen Golf van Gascogne 2020" vermeld worden, krijgen voor de periode 1 juli 2020 tot 31 oktober 2020 geen toegang tot de zone VIIa. Voor de zone VIIf, g wordt voor deze vaartuigen een hoeveelheid tong van 5 kg/kW voorzien.

Tijdens eenzelfde visreis in de Golf van Gascogne mag slechts één soort vistuig aan boord worden gehouden. § 6. Het is verboden gemengde visreizen te maken waarbij tijdens dezelfde visreis naast ICES-gebieden VIIIa en b, ook gevist wordt in andere ICES-gebieden. § 7. Voor de vissersvaartuigen die de bepalingen van § 1 of § 2 niet naleven, wordt het aantal dagen, vermeld in artikel 12, verminderd met 10.

Bovendien zullen de vissersvaartuigen in kwestie niet aanwezig mogen zijn in de ICES-gebieden VIIIa en b gedurende het jaar 2021. § 8. Het de-minimisquotum voor tong in de ICES-gebieden VIIIa en b wordt vastgelegd op 16.000 kg tong. De drempelwaarde bedoeld in artikel 8 wordt voor de tongvisserij in de ICES-gebieden VIIIa en b vastgelegd op maximaal 8% van de reeds in de visreis gerealiseerde tongvangst in het gebied in kwestie.".

Art. 3.In artikel 25 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 22 januari 2020Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 22/01/2020 pub. 28/01/2020 numac 2020010266 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 23 december 2019 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen voor het jaar 2020 tot het behoud van de visbestanden in zee sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in § 1 wordt de zinsnede "31 maart" vervangen door de zinsnede "30 juni";2° in § 2 wordt de zinsnede "31 maart" vervangen door de zinsnede "30 juni";3° in § 3 wordt de zinsnede "31 maart" vervangen door de zinsnede "30 juni"; 4° aan § 6 wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt: "De hoeveelheden, vermeld in de paragrafen een tot en met drie, worden van 1 april 2020 tot en met 30 juni 2020 tot 300 kg per vaartdag verhoogd, als het vaartuig in kwestie gedurende de gehele visreis actief was met een TR1- of BT1-vistuig.".

Art. 4.In artikel 27 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij ministeriële besluiten van 22 januari 2020 en 7 februari 2020, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in § 4, eerste lid, wordt de zinsnede "200 kg" vervangen door de zinsnede "500 kg";2° in § 4, tweede lid, wordt de zinsnede "400 kg" vervangen door de zinsnede "1000 kg".

Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 1 april 2020. Het besluit houdt op van kracht te zijn op 1 januari 2021.

Brussel, 18 maart 2020.

De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw, H. CREVITS

^