Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 19 december 2003
gepubliceerd op 24 februari 2004

Ministerieel besluit betreffende de toekenning van subsidies voor mechanische onkruidbestrijding met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling

bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
numac
2004035241
pub.
24/02/2004
prom.
19/12/2003
ELI
eli/besluit/2003/12/19/2004035241/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 DECEMBER 2003. - Ministerieel besluit betreffende de toekenning van subsidies voor mechanische onkruidbestrijding met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling


De Vlaamse minister van leefmilieu, landbouw en ontwikkelingssamenwerking, Gelet op het decreet van 17 maart 1998 houdende diverse beleidsbepalingen, inzonderheid op artikel 10;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 juni 2003 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 29 augustus 2003;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 3 oktober 2003 betreffende de toekenning van subsidies voor het toepassen van milieuvriendelijke landbouwproductiemethoden en het in stand houden van de genetische diversiteit;

Gelet op het ministerieel besluit van 18 mei 2001 betreffende de toekenning van subsidies voor mechanische onkruidbestrijding met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling;

Overwegende dat Verordening (EG) nr. 1257/99 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en instelling van een aantal verordeningen, milieumaatregelen in de landbouw voorschrijft en aanmoedigt;

Overwegende dat Verordening (EG) nr. 2419/2001 van de Commissie van 11 december 2001 houdende uitvoeringsbepalingen inzake het bij Verordening (EG) nr. 3508/92 van de Raad ingestelde geïntegreerde beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen uitvoering geeft aan Verordening (EG) nr. 3508/92 van de Raad van 27 november 1992 tot instelling van een geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen;

Overwegende dat Verordening (EG) nr. 445/2002 van de Commissie van 26 februari 2002 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1257/99 van de Raad inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), uitvoering geeft aan Verordening (EG) nr. 1257/99 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en instelling van een aantal verordeningen;

Overwegende dat het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, periode 2000-2006, door de Commissie, op 6 oktober 2000, onder nummer C (2000) 2970 is goedgekeurd;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 31 oktober 2003, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen met betrekking tot de verbintenis

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1° De oppervlakteaangifte : de oppervlakteaangifte voor het verkrijgen van premies voor bepaalde akkerbouwgewassen, voor milieumaatregelen en voor rundvee en schapen, bedoeld in het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen en in het ministerieel besluit van 20 december 2001 houdende uitvoering van het koninklijk besluit van 14 december 2000 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen, zoals tot op heden gewijzigd;2° ALP : administratie Landbouwproductiebeheer van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;3° de afdeling : de afdeling Land- en Tuinbouwvorming van de administratie Land- en Tuinbouw van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;4° de producent : de landbouwer die als producent geïdentificeerd is bij de administratie Landbouwproductiebeheer, overeenkomstig de bepalingen van Verordening EEG nr.3508/92 tot instelling van een geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen; 5° uitsluitend mechanische onkruidbestrijding : onkruidbestrijding waarbij helemaal geen herbiciden of bodemontsmettingsmiddelen gebruikt worden;6° mechanische onkruidbestrijding met rijenbespuiting : combinatie van uitsluitend mechanische onkruidbestrijding tussen de rijen en chemische onkruidbestrijding op de rijen.De producent kan hierbij op de rij gebruik maken van herbiciden, met uitzondering van triazineverbindingen en bodemontsmettingsmiddelen.

Art. 2.De producent die een verbintenis aangaat om jaarlijks, gedurende minstens vijf opeenvolgende jaren, op een oppervlakte van minstens 0,5 ha mechanische onkruidbestrijding toe te passen, kan hiervoor een jaarlijkse subsidie ontvangen.

Voor het toepassen van uitsluitend mechanische onkruidbestrijding kan hij een jaarlijkse subsidie van 150 euro per ha ontvangen. Voor het toepassen van mechanische onkruidbestrijding met rijenbespuiting, kan hij een jaarlijkse subsidie van 50 euro per ha ontvangen. HOOFDSTUK II. - Voorwaarden om voor de subsidie in aanmerking te komen

Art. 3.Voor eenjarige teelten gelden de voorwaarden van de verbintenis niet alleen gedurende het hele teeltseizoen van de hoofdteelt, maar ook tijdens de voorteelt of de nateelt van deze hoofdteelt voor een totale duur van minstens één jaar.

Art. 4.Alle openluchtteelten, met uitzondering van graslanden en braak, komen in aanmerking voor de subsidie van uitsluitend mechanische onkruidbestrijding.

Art. 5.Alle openluchtteelten, met uitzondering van graslanden en braak, met een rijafstand van minstens 20 cm, komen in aanmerking voor de subsidie van de mechanische onkruidbestrijding met rijenbespuiting.

Voor fruitboomgaarden geldt dat de breedte van de strook tussen de rijen, waar uitsluitend mechanische onkruidbestrijding wordt toegepast, minstens de helft van de onderlinge rijafstand moet bedragen. Hierbij worden eventuele grasstroken niet meegerekend.

Art. 6.Als wegens uitzonderlijke weersomstandigheden een sterke veronkruiding met zaadvorming dreigt, en de producent herbiciden wenst toe te passen, moet de producent een met redenen omkleed verzoek met een aangetekende brief richten tot de afdeling om het gebruik van herbiciden, met uitzondering van triazineverbindingen, toe te staan.

De afdeling beantwoordt dit verzoek schriftelijk, met een aangetekende brief, binnen tien kalenderdagen vanaf de verzending van het verzoek.

De beslissing is gunstig als binnen de gestelde termijn de afdeling aan de producent geen aangetekende brief bezorgt. In ieder geval kunnen zonder deze gunstige beslissing binnen deze termijn geen herbiciden worden gebruikt. In voorkomend geval bepaalt de afdeling in welke mate de verbintenis is nagekomen en hoeveel de uitbetaling zal bedragen.

Art. 7.Voor percelen waar de hectaresteun biologische teelt wordt aangevraagd, kan in hetzelfde jaar geen subsidie voor mechanische onkruidbestrijding worden aangevraagd.

Art. 8.De producent bezorgt jaarlijks zijn oppervlakteaangifte aan de ALP volgens de richtlijnen die horen bij deze oppervlakteaangifte. HOOFDSTUK III. - Procedure van aanvraag en uitbetaling

Art. 9.Het oppervlakteaangifteformulier geldt tegelijkertijd als aanvraag tot uitbetaling van de subsidie voor mechanische onkruidbestrijding. Het bedrag voor uitbetaling kan verminderd worden als gevolg van door de producent gemelde wijzigingen, administratieve controles, controles ter plaatse of als gevolg van de bepalingen in artikel 6. HOOFDSTUK IV. - Voortgangscontrole van het dossier en controle

Art. 10.De afdeling zorgt voor de voortgangscontrole van het dossier en voor de controle op de voorwaarden voor subsidietoekenning en geeft opdracht tot de uitbetaling van de subsidie voor mechanische onkruidbestrijding.

Art. 11.De producent houdt in de loop van het seizoen een teeltfiche bij, zoals in de bijlage, gevoegd bij dit besluit, is vastgelegd, waarop hij voor al de percelen in kwestie de gegevens vermeldt. Deze teeltfiche moet steeds de meest actuele gegevens bevatten en moet bij controle kunnen worden voorgelegd.

Art. 12.De ALP en de afdeling zorgen voor de controle van de oppervlakte van de aangegeven percelen.

De controle op de oppervlakte van de aangegeven percelen gebeurt volgens de methoden van het geïntegreerd beheers- en controlesysteem, ingesteld bij Verordening (EEG) nr. 3508/92 van de Raad van 27 november 1992 tot instelling van een geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen, laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 495/2001 van de Commissie.

Bij een oppervlaktecontrole wordt onder de geconstateerde oppervlakte de oppervlakte verstaan waarvoor aan alle voorwaarden, gesteld in de voorschriften, is voldaan.

Als bij controle blijkt dat de geconstateerde oppervlakte verschillend is van de opgegeven oppervlakte, worden de regels toegepast zoals beschreven in artikel 32, eerste lid, van Verordening (EG) nr. 2419/2001 van de Commissie van 11 december 2001 houdende uitvoeringsbepalingen inzake het bij Verordening (EEG) nr 3508/92 van de Raad ingestelde geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen.

Voor producenten, die in één oppervlakteaangifte zowel percelen met uitsluitend mechanische onkruidbestrijding als percelen met mechanische onkruidbestrijding met rijenbespuiting aangeven, moet de berekening voor beide soorten mechanische onkruidbestrijding apart gebeuren.

Als de afdeling volgens artikel 6 bepaalt dat de verbintenissen in zekere mate zijn nagekomen, wordt niet de geconstateerde oppervlakte, maar enkel de uitbetaling in voorkomend geval verminderd. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 13.Het ministerieel besluit van 18 mei 2001 betreffende de toekenning van subsidies voor mechanische onkruidbestrijding met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, wordt opgeheven.

Art. 14.Lopende overeenkomsten voor mechanische onkruidbestrijding, gesloten met toepassing van het ministerieel besluit van 18 mei 2001 betreffende de toekenning van subsidies voor mechanische onkruidbestrijding met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling of met toepassing van het ministerieel besluit van 4 juni 1999 betreffende het toepassen van milieuvriendelijke landbouwproductiemethoden ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2078/92 van de Raad van 30 juni 1992, worden voor de verdere looptijd omgezet in verbintenissen volgens de in dit ministerieel besluit beschreven bepalingen.

Art. 15.Dit besluit is van toepassing op subsidieaanvragen voor verkoopseizoenen die op of na 1 januari 2004 ingaan.

Brussel, 19 december 2003.

L. SANNEN

Bijlage : Teeltfiche mechanische onkruidbestrijding (Artikel 11 van het ministrerieel besluit van 19 december 2003 betreffende de toekenning van subsidies voor mechanische onkruidbestrijding met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling.) Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld (*) Verschillende percelen met dezelfde teelt kunnen gegroepeerd worden op één teeltfiche.

Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 19 december 2003 betreffende de toekenning van subsidies voor mechanische onkruidbestrijding met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling.

Brussel, 19 december 2003.

De Vlaamse minister van Leefmilieu, Landbouw en Ontwikkelingssamenwerking, L. SANNEN

^