Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 19 juni 2002
gepubliceerd op 16 juli 2002

Ministerieel besluit tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2002012856
pub.
16/07/2002
prom.
19/06/2002
ELI
eli/besluit/2002/06/19/2002012856/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 JUNI 2002. - Ministerieel besluit tot goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk


De Minister van Werkgelegenheid, Gelet op de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, inzonderheid op de artikelen 44 en 47;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 mei 1999 betreffende de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk, inzonderheid op de artikelen 18 en 33;

Overwegende dat de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk zijn huishoudelijk reglement heeft goedgekeurd op 12 april 2002, Besluit : Enig artikel. Het huishoudelijk reglement van de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk, gevoegd in bijlage bij dit besluit, wordt goedgekeurd.

Brussel, 19 juni 2002.

Mevr. L. ONKELINX

Bijlage Huishoudelijk reglement van de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk Afdeling I . - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van de bepalingen van dit besluit wordt verstaan onder : 1° het koninklijk besluit : het koninklijk besluit van 3 mei 1999 betreffende de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk;2° de Raad : de Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk;3° het secretariaat : het secretariaat van de Raad. Afdeling II. - De Raad

Art. 2.§ 1. Vergaderritme.

Met uitzondering van de maanden juli en augustus, vergadert de Raad in principe de tweede vrijdag van de maanden met even volgnummer, van 10 u. 30 tot 12.u 00.

De voorzitter wijkt van het voormeld uurrooster af of last bijkomende vergaderingen in wanneer ten minste vijf stemgerechtigde leden erom verzoeken, of indien er aanleiding toe bestaat.

Bij eventuele ontstentenis van onderwerpen op de dagorde van de Raad, gelast de voorzitter de in het eerste lid bedoelde vergaderingen af. § 2. Uitnodigingen en verzenden van de documenten.

De uitnodigingen worden aan de gewone en plaatsvervangende leden, aan de permanente deskundigen en, indien zulks het geval is, aan de tijdelijke deskundigen gezonden, ten minste vijftien dagen vóór de datum van de vergadering.

Die termijn kan in dringende gevallen verkort worden tot een termijn van ten minste zeven dagen.

In dit laatste geval worden de uitnodigingen ook per elektronische post verzonden aan de leden en deskundigen die hiertoe van hun elektronisch adres kennisgeving deden aan het secretariaat.

De uitnodiging omvat de agenda en, als bijlage, afhankelijk van de beschikbaarheid, de documenten nodig voor de besprekingen in de Raad. § 3. Werkingsregels.

De hierna vermelde werkingsregels zijn van toepassing onverminderd deze vastgesteld in het koninklijk besluit, inzonderheid in zijn artikelen 16 en 17 : 1° De permanente deskundigen die verhinderd zijn een vergadering bij te wonen, kunnen geen vervanger aanduiden. Zij kunnen evenwel hun eventuele bemerkingen en voorstellen in verband met punten op de dagorde van de Raad aan de voorzitter schriftelijk mededelen; 2° De voorzitter nodigt de door de Raad of door het uitvoerend bureau aangewezen tijdelijke deskundigen op de vergaderingen van de Raad uit, of nodigt hen uit om hem schriftelijk hun advies te willen verstrekken. De tijdelijke deskundigen worden aangewezen door ten minste de helft van de aanwezige stemgerechtigde leden die de werkgevers vertegenwoordigen en ten minste de helft van de aanwezige stemgerechtigde leden die de werknemers vertegenwoordigen.

De ambtenaren die betrokken zijn bij de opstelling van een ontwerp van besluit zijn van rechtswege, in de hoedanigheid van tijdelijke deskundigen, voor de besprekingen van het ontwerp in de vergaderingen van de Raad, uitgenodigd; 3° De voorzitter vertegenwoordigt de Raad bij de overheden en de private organisaties, vergezeld van een afvaardiging van de Raad, hetzij door deze aangeduid, hetzij door het uitvoerend bureau;4° Onverminderd de bepalingen betreffende de vorm van de adviezen en de verslagen van de vergaderingen van de Raad vastgesteld in artikel 24 van het koninklijk besluit, vermelden de verslagen de standpunten van de ambtenaren en de deskundigen. Afdeling III. - Het uitvoerend bureau en zijn relaties tot de

commissies

Art. 3.§ 1. Vergaderritme.

Met uitzondering van de maanden juli en augustus, vergadert het uitvoerend bureau in principe de tweede vrijdag van elke maand, van 09 u. 00 tot, al naar gelang het geval, 12 u.00 of, wanneer de Raad vergadert, 10 u 15.

De voorzitter wijkt van voormeld uurrooster af of last bijkomende vergaderingen in op verzoek van één van de leden van het uitvoerend bureau, of indien er aanleiding toe bestaat.

Bij eventuele ontstentenis van onderwerpen op de dagorde van het uitvoerend bureau, last de voorzitter de in het eerste lid bedoelde vergaderingen af.

Wanneer de Raad tijdens dezelfde voormiddag als het uitvoerend bureau vergadert, worden de leden van de Raad die de werkgevers vertegenwoordigen en de leden van de Raad die de werknemers vertegenwoordigen en die niet in het uitvoerend bureau zetelen, vanaf 10 u. 15 tot de vergaderzaal toegelaten om informatie uit te kunnen wisselen met de leden van het uitvoerend bureau. § 2. Uitnodigingen en verzenden van de documenten.

De uitnodigingen worden aan de leden van het uitvoerend bureau gezonden, ten minste vijftien dagen vóór de datum van de vergadering, via de traditionele en de elektronische post.

Die termijn kan in dringende gevallen verkort worden tot een termijn van ten minste zeven dagen.

De uitnodiging omvat de agenda.

De documenten, nodig voor de besprekingen in het uitvoerend bureau, worden verzonden zodra ze ter beschikking van het secretariaat gesteld zijn. De documenten die op elektronische drager ter beschikking gesteld zijn, worden bovendien via elektronische post verzonden.

Een kopie van de eventuele bemerkingen en voorstellen betreffende materies behorende tot de bevoegdheid van de Raad en die schriftelijk aan de voorzitter of aan het secretariaat worden medegedeeld, wordt, ongeacht hun oorsprong, systematisch door het secretariaat aan de leden van het uitvoerend bureau verstrekt. § 3. Werkingsregels.

De hierna vermelde werkingsregels zijn van toepassing onverminderd deze vastgesteld in het koninklijk besluit, inzonderheid in zijn artikel 19 : 1° Het uitvoerend bureau plaatst de oprichting van een vaste commissie op de dagorde van de Raad, wanneer ten minste de helft van de aanwezige bureauleden die de werkgevers vertegenwoordigen en ten minste de helft van de aanwezige bureauleden die de werknemers vertegenwoordigen, hierom verzoeken. Bij deze gelegenheid stelt het uitvoerend bureau de omschrijving van het actieterrein van de vaste commissie voor, haar vergaderritme, haar voorzitter, haar samenstelling, alsook de samenstelling van haar secretariaat.

Het uitvoerend bureau stelt de mandaten van een vaste commissie vast.

Deze mandaten houden een precieze permanente opdracht in.

Het uitvoerend bureau kan voor bepaalde aan een vaste commissie toevertrouwde mandaten, een vergaderritme vragen dat hoger is dan het ritme bedoeld in het tweede lid, mits daartoe de redenen op te geven. 2° Het uitvoerend bureau richt een commissie ad hoc op wanneer ten minste de helft van de aanwezige leden die de werkgevers vertegenwoordigen en ten minste de helft van de aanwezige leden die de werknemers vertegenwoordigen, hierom verzoeken. Bij deze gelegenheid bepaalt het uitvoerend bureau het mandaat van de commissie ad hoc, haar samenstelling overeenkomstig artikel 22, vierde lid, van het koninklijk besluit, de datum van haar eerste vergadering, alsook de datum waarop de commissie de werkzaamheden verbonden aan haar mandaat moet beëindigen, ongeacht het resultaat.

Indien een commissie ad hoc haar werkzaamheden niet vóór de voormelde datum beëindigt, deelt zij een verslag betreffende de stand van zaken aan het uitvoerend bureau mee.

Het uitvoerend bureau kan een afgelopen mandaat verlengen. Afdeling IV. - De vaste commissies

Art. 4.§ 1. Vergaderritme.

De vaste commissies vergaderen overeenkomstig het ritme dat hen is opgelegd door de Raad, of het hogere ritme dat hen is gevraagd door het uitvoerend bureau. § 2. Uitnodigingen en verzenden van de documenten.

De uitnodigingen worden aan de leden gezonden, ten minste vijftien dagen vóór de datum van de vergadering.

De uitnodiging omvat de agenda en, als bijlage, afhankelijk van de beschikbaarheid, de documenten nodig voor de besprekingen in de commissie.

Het secretariaat van een vaste commissie kan voor het typen, vermenigvuldigen of verzenden van documenten, een beroep doen op bijstand door het secretariaat van de Raad. § 3. Werkingsregels.

Een vaste commissie behandelt enkel de onderwerpen waarvoor het uitvoerend bureau haar een mandaat heeft gegeven.

Zij kan eveneens aan het uitvoerend bureau voorstellen bepaalde onderwerpen te behandelen.

Een vaste commissie vat evenwel de behandeling van de door haar voorgestelde onderwerpen slechts aan, zodra het uitvoerend bureau haar hiertoe een mandaat geeft.

In vaste commissies wordt niet gestemd. De vorm van het verslag is dezelfde als deze voorzien voor de Raad in artikel 24 van het koninklijk besluit.

Indien een lid verhinderd is deel te nemen aan een vergadering van een vaste commissie, voorziet het een plaatsvervanger, verstrekt het hem of haar de nodige informatie en documenten en brengt de voorzitter hiervan op de hoogte.

De voorzitter van elke vaste commissie brengt aan het uitvoerend bureau verslag uit over haar werkzaamheden, telkens zij vergaderd heeft tussen twee opeenvolgende maandelijkse vergaderingen van het uitvoerend bureau.

Hiertoe wordt de voorzitter van elke vaste commissie ambtshalve uitgenodigd deel te nemen aan de besprekingen van haar werkzaamheden in de vergaderingen van het uitvoerend bureau. Afdeling V. - De commissies ad hoc

Art. 5.§ 1. Vergaderritme.

De commissies ad hoc bepalen zelf hun vergaderritme, rekening houdend met de termijn gesteld door het uitvoerend bureau om hun werkzaamheden te beëindigen. § 2. Uitnodigingen en verzenden van de documenten.

De uitnodigingen worden aan de leden gezonden, ten minste vijftien dagen vóór de datum van de vergadering.

Die termijn kan in dringende gevallen verkort worden tot een termijn van ten minste zeven dagen.

De uitnodiging omvat de agenda.

De documenten, nodig voor de besprekingen in de commissie ad hoc, worden verzonden zodra ze ter beschikking van het secretariaat gesteld zijn. De documenten die op elektronische drager ter beschikking gesteld zijn, worden bovendien via elektronische post verzonden.

De ontwerpen van reglementaire teksten en de beslissingen van het uitvoerend bureau tot oprichting van een commissie ad hoc, worden eveneens aan de permanente deskundigen van de Raad medegedeeld. § 3. Werkingsregels.

In commissies ad hoc wordt niet gestemd. De vorm van het verslag is dezelfde als deze voorzien voor de Raad in artikel 24 van het koninklijk besluit.

De permanente deskundigen van de Raad kunnen, zo zij dit wensen, hetzij hun eventuele bemerkingen in verband met de ontvangen ontwerpen van reglementaire teksten schriftelijk aan de voorzitter meedelen, hetzij aan de werkzaamheden van de desbetreffende commissies ad hoc deelnemen. In dit laatste geval brengen zij het secretariaat op de hoogte van hun wens tot deelneming.

Indien een lid verhinderd is deel te nemen aan een vergadering van een commissie ad hoc, voorziet het een plaatsvervanger, verstrekt het hem of haar de nodige informatie en documenten, en brengt er de voorzitter van op de hoogte.

De permanente deskundigen kunnen zich niet laten vervangen.

Indien de termijn tussen twee opeenvolgende vergaderingen van een commissie ad hoc minder dan vijftien dagen bedraagt, wordt enkel een globaal verslag voor het geheel van de vergaderingen opgesteld.

Tijdens elke vergadering van het uitvoerend bureau brengt de voorzitter verslag uit over de werkzaamheden van de commissies ad hoc. Afdeling VI. - Het secretariaat

Art. 6.De hierna vermelde bepalingen zijn van toepassing, onverminderd deze vastgesteld in het koninklijk besluit, inzonderheid in zijn artikel 24 : In toepassing van het principe van de openbaarheid van bestuur, deelt het secretariaat een kopie van de adviezen van de Raad of van de ontwerpen van besluit mee aan eenieder die hierom schriftelijk en met de precieze aanduiding van het onderwerp, verzoekt.

Het secretariaat voert de opdrachten uit die aan het secretariaat toekomen ingevolge de bepalingen van de andere afdelingen van dit huishoudelijk reglement.

Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 19 juni 2002.

Mevr. L. ONKELINX

^