Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 20 januari 2008
gepubliceerd op 26 februari 2008

Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 7 juli 2006 betreffende de aanvragen om vaststelling of aanpassing van de bedrijfstoeslagrechten in 2005 door het gebruik van de nationale reserve ter uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006 tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

bron
ministerie van het waalse gewest
numac
2008200643
pub.
26/02/2008
prom.
20/01/2008
ELI
eli/besluit/2008/01/20/2008200643/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 JANUARI 2008. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 7 juli 2006 betreffende de aanvragen om vaststelling of aanpassing van de bedrijfstoeslagrechten in 2005 door het gebruik van de nationale reserve ter uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006 tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid


De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme, Gelet op Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van de verordeningen (EEG) nr. 2019/93, (EG) nr. 1452/2001, (EG) nr. 1453/2001, (EG) nr. 1454/2001, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 1251/1999, (EG) nr. 1254/1999, (EG) nr. 1673/2000, (EEG) nr. 2358/71, (EG) nr. 2529/2001 en 2183/2005, laatst gewijzigd bij de verordening (EG) nr. 552/2007 van 22 mei 2007;

Gelet op Verordening (EG) nr. 795/2004 van de Commissie van 21 april 2004 houdende bepalingen voor de uitvoering van de bedrijfstoeslagregeling waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 608/2007 van de Commissie van 1 juni 2007;

Gelet op Verordening (EG) nr. 796/2004 van de Commissie van 21 april 2004 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de randvoorwaarden, de modulatie en het geïntegreerd beheers- en controlesysteem waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers, laatst gewijzigd bij de Verordening (EG) nr. 972/2007 van de Commissie van 20 augustus 2007;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006 tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, laatst gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 25 oktober 2007;

Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, inzonderheid op artikel 3, § 1, 1°, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 februari 2001;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, laatst gewijzigd bij de bijzondere wet van 12 augustus 2003;

Gelet op het ministerieel besluit van 7 juli 2006 betreffende de aanvragen om vaststelling of aanpassing van de bedrijfstoeslagrechten in 2005 door het gebruik van de nationale reserve ter uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006 tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid;

Gelet op het samenwerkingsakkoord van 18 juni 2003 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van Landbouw en Visserij;

Gelet op het samenwerkingsakkoord van 30 maart 2004 tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van Landbouw en Visserij;

Gelet op het overleg tussen de Gewestregeringen en de federale overheid op 2 februari 2007;

Gelet op de notificatie door België d.d. 29 juli 2004 in hoofde van de artikelen 58, § 1, en 64, § 1, en 70, § 1, punt a), 2de streepje, van Verordening (EG) nr. 1782/2003;

Gelet op de overdracht naar de Gewesten van de bevoegdheden inzake landbouw vanaf 1 januari 2002;

Overwegende dat wat betreft het gebruik van de nationale reserve voor de toekenning van bedrijfstoeslagrechten en ten gevolge van de opname van de betalingen voor tabak, zuivelproducten en de steun voor de suikerbiet en in de inulinechicorei in de bedrijfstoeslagregeling in 2006, de voorwaarden om in aanmerking te komen voor die rechten nader moeten worden bepaald voor de landbouwers die zich bevinden in bijzondere toestanden en voor de landbouwers in de gebieden waarvoor herstructureringsprogramma's gelden en dat vaststellingsvoorwaarden m.b.t. die rechten moeten worden bepaald;

Overwegende dat voor het kalenderjaar 2006 de landbouwers die in aanmerking wensen te komen voor die rechten uit de nationale reserve, hun aanvraag moeten indienen uiterlijk op 31 maart 2006 en ingelicht moeten worden over de toekenningsvoorwaarden en -modaliteiten;

Overwegende dat om de aanvragen om vaststelling of aanpassing van de bedrijfstoeslagrechten door het gebruik van de nationale reserve efficiënt te controleren, de werkelijkheid van gehele of gedeeltelijke bedrijfsoverdrachten moet geverifieerd worden door het bestuur wanneer dergelijke overdrachten worden ingeroepen;

Overwegende dat met het oog op vereenvoudiging, de al ter beschikking van het bestuur gestelde gegevens moeten worden gebruikt;

Overwegende dat in het kader van de aanvragen om vaststelling of aanpassing van bedrijfstoeslagrechten door het gebruik van de nationale reserve, het bewijs van het bestaan van een huurovereenkomst kan worden geleverd door alle wettelijke middelen, getuigen en vermoedens inbegrepen, en dat derhalve het gebruik van de gronden zoals aangegeven door de landbouwers in hun oppervlakteaangifte een vermoeden vormt van de bezetting van die gronden door laatstgenoemden;

Overwegende dat de oppervlakteaangiften ter beschikking van het bestuur worden gesteld en dat derhalve voornoemd element verifieerbaar is;

Overwegende dat er in boetes is voorzien bij slechte toepassing van de nieuwe rechtstreekse bedrijfstoeslagregeling of bij niet-naleving van de termijnen opgelegd bij de Europese regelgeving voor de instelling van dat stelsel, Besluit :

Artikel 1.Artikel 2 van het ministerieel besluit van 7 juli 2006 betreffende de aanvragen om vaststelling of aanpassing van de bedrijfstoeslagrechten in 2005 door het gebruik van de nationale reserve ter uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006 tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid wordt als volgt gewijzigd : lid 1 wordt als volgt gewijzigd : b) de woorden "of in 2006" worden ingevoegd tussen de woorden "2005" en de woorden "een aanvankelijke aanvraag";b) de woorden "in 2005 ingediende" worden ingevoegd tussen het woord "De" en het woord "aanvraag";c) de woorden ", paragraaf 1;terwijl de in 2006 ingediende aanvraag enkel kan berusten op één van de toestanden bedoeld in artikel 3, paragraaf 1bis " ingevoegd tussen de woorden "bedoeld in artikel 3" en de woorden "Alle vereiste voorwaarden".

Art. 2.Een artikel 2bis, luidend als volgt, wordt in hetzelfde ministerieel besluit ingevoegd : "

Art. 2bis.De landbouwer-aanvrager die als overlater betrokken is (geweest) bij een overdracht van referentiegegevens of medegedeelde rechten mag de toekenning van rechten uit de reserve niet aanvragen, behoudens de gevallen van toekenningsaanvragen wegens de uitvoering van een herstructureringsprogramme, een bestuurshandeling of een gerechtelijke beslissing.".

Art. 3.In artikel 3 van hetzelfde ministerieel besluit wordt een § 1bis toegevoegd, luidend als volgt : "§ 1bis. Wat betreft de in artikel 2 bedoelde aanvragen die in 2006 ingediend zijn, kunnen vijf situaties in aanmerking worden genomen : 1° de investeringen in productiecapaciteit;2° de aankoop, de huur op lange termijn of de vererving van gronden;3° de toepassing van herstructureringsprogramma's;4° de bestuurshandelingen en gerechtelijke beslissingen;5° de leasing in de hoedanigheid van overlater van een referentiehoeveelheid verbonden aan de zuivelsector wegens een geval van overmacht en/of een buitengewone omstandigheid zoals bedoeld in artikel 40 van Verordening (EG) nr.1782/2003.".

Art. 4.Artikel 4 van hetzelfde ministerieel besluit wordt gewijzigd als volgt : 1° paragraaf 1 wordt als volgt gewijzigd : b) in lid 1 worden de woorden "of in 2006" ingevoegd tussen de woorden "aanvraag" en de woorden "om vaststelling of aanpassing";b) op het einde van de streepjes 1, 2, 3 en 8 worden de woorden "voor de aanvragen ingediend in 2005" ingevoegd;c) volgende streepjes worden ingevoegd tussen streepjes 8 en 9 : "de investering moet betrekking hebben op de productiecapaciteit betreffende de steunregeling in de tabaksector voor de aanvragen ingediend in 2006; - de betrokken investeringen betreffen de bouw, renovatie en aankoop van gebouwen voor droging in de tabaksector voor de aanvragen ingediend in 2006; - de investering moet minstens 5.000 euro bedragen in een gebouw/in gebouwen voor droging in de tabaksector voor de aanvragen ingediend in 2006; - in geval van aankoop van een gebouw mag de landbouwer-aanvrager geen aanvraag om herziening van de voorlopige rechten hebben ingediend indien die gegrond zou zijn op een vererving, een vervroegde vererving, een erfopvolging bij wege van huuroverdracht, een fusie of splitsing van bedrijven of een privaatrechtelijke contractuele clausule bij grondoverdracht zoals bedoeld in artikel 3bis, § 2, punten 3°, 5° en 7°, van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006, voor de aanvragen ingediend in 2006; d) in het laatste streepje worden de woorden "in de rundvleessector voor het of de ontkoppelde steunregelingen of van de steun in de schapensector" vervangen door de woorden "de betrokken sector";2° in § 3 worden de woorden "betreffen de steun voor schapen en/of geiten door de gegevens betreffende de in 2004 verleende steun voor runderen en/of varkens" vervangen door de woorden "betreffende enerzijds de steun voor schapen en/of runderen voor de aanvragen ingediend in 2005 en anderzijds de steun voor tabak voor de aanvragen ingediend in 2006, door de gegevens betreffende dezelfde steun gekregen in 2004".

Art. 5.In artikel 5, § 4, lid 2, van hetzelfde ministerieel besluit worden enerzijds de woorden "in 2005" ingevoegd tussen de woorden "Dat aantal hectaren wordt vermenigvuldigd" en de woorden "met coëfficiënt 0,83" en anderzijds worden de woorden "berekend in 2005" ingevoegd tussen de woorden "het gewestelijke gemiddelde" en de woorden "namelijk 252,60 euro".

Art. 6.Een artikel 5bis, luidend als volgt, wordt in hetzelfde ministerieel besluit ingevoegd : "

Art. 5bis.§ 1. Wanneer de motivering van de aanvraag in 2006 tot vaststelling of aanpassing van de rechten door gebruik van de nationale reserve gegrond is op de aankoop, de huur op lange termijn of de vererving van grond, worden enkel de volgende toestanden erkend door het bestuur : 1° de vererving of de vervroegde vererving van een volledig of gedeeltelijk bedrijf dat in pacht is gegeven tijdens de referentieperiode tussen 15 mei 2004 en uiterlijk 31 maart 2005 voor de landbouwers die niet in aanmerking komen voor opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen voor de tabaksector of uiterlijk op 31 maart 2006 voor de landbouwers die er wel voor in aanmerking komen;2° de aankoop van grond uiterlijk op 15 mei 2004 voor de landbouwers die niet in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector of uiterlijk op 3 maart 2006 voor de landbouwers die er wel voor in aanmerking komen;3° de huur op lange termijn van (een deel van) een bedrijf uiterlijk op 3 maart 2006 voor de landbouwers die in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector. § 2. In geval van motivering gegrond op de aankoop, de huur of de vererving van grond moeten de volgende voorwaarden vervuld zijn : - in geval van vererving of vervroegde vererving werd de betrokken grond verhuurd aan één of meerdere derden tijdens de referentieperiode; - de betrokken landbouwer mag de betrokken oppervlakte niet hebben aangegeven tijdens het geheel of een gedeelte van de referentieperiode; - de landbouwer-aanvrager moet die oppervlakte aangegeven hebben in zijn oppervlakteaangifte in 2006; - bij aankoop van grond voor de landbouwers die niet in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector is de betrokken oppervlakte door de aanvrager niet aangegeven voor 2006; - de betrokken oppervlakte moet minstens vijf are bedragen voor de producenten die in aanmerking komen voor de opname van de betalingen betreffende de tabaksector en twee hectare voor de andere gevallen; - voor de producenten die niet in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector mag er voor de betrokken oppervlakte noch geheel noch gedeeltelijk een aanvraag zijn ingediend tot herziening van de voorlopige rechten gegrond op een vererving, een vervroegde vererving, een erfopvolging bij wege van huuroverdracht, een fusie of splitsing van bedrijven of een privaatrechtelijke contractuele clausule bij grondoverdracht zoals bedoeld in artikel 3, § 2, punten 3°, 5° en 9° van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006; - voor de producenten die in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector mag er voor de betrokken oppervlakte noch geheel noch gedeeltelijk een aanvraag zijn ingediend tot herziening van de voorlopige rechten gegrond op een vererving, een vervroegde vererving, een erfopvolging bij wege van huuroverdracht, een fusie of splitsing van bedrijven of een privaatrechtelijke contractuele clausule bij grondoverdracht zoals bedoeld in artikel 3bis, § 2, punten 3°, 5° en 7° van voornoemd besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006; - er mogen nog geen rechten uit de nationale reserve zijn toegekend voor de betrokken oppervlakte. § 3. De landbouwer-aanvrager moet het in artikel 2, derde lid, bedoelde standaardformulier indienen met vermelding van het aantal hectaren waarvan hij het genot heeft overgenomen krachtens de betrokken vererving, aankoop of huur van grond.

De motivering van de aanvraag moet vergezeld zijn van de volgende bewijsstukken die noodzakelijk zijn voor de behandeling van die aanvraag : - een orthofotoplan waarop alle percelen die het voorwerp uitmaken van de betrokken vererving, aankoop of huur van grond, staan getekend en in het rood genummerd; - in geval van feitelijke of verwachte vererving, een notarieel attest of een afschrift van de verervings- of schenkingsakte; - bij aankoop van grond voor de landbouwers die niet in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector, ofwel een afschrift van de eigendomsakte of van de koopakte, ondertekend op uiterlijk 15 mei 2004, ofwel een afschrift van de voorlopige koopakte, ondertekend op uiterlijk 15 mei 2004 voor zover de landbouwer een afschrift van de koopakte overmaakt binnen de tien dagen nadat de akte is opgemaakt en voor zover de landbouwer zich daartoe verbindt; - bij aankoop van grond voor de landbouwers die in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector, ofwel een afschrift van de eigendomsakte of van de koopakte, ondertekend op uiterlijk 3 maart 2006, ofwel een afschrift van de voorlopige koopakte, ondertekend op uiterlijk 3 maart 2006 en voor zover de landbouwer zich daartoe verbindt; - bij huur op lange termijn van (een deel van) een bedrijf voor de landbouwers die in aanmerking komen voor de opname van de steun ten gunste van de suikerbiet en/of de inulinechicorei en/of de opname van de betalingen betreffende de tabaksector, ofwel het afschrift van de voor notaris ondertekende huurpachtovereenkomst uiterlijk op 3 maart 2006, ofwel het afschrift van een onderhandse huurovereenkomst uiterlijk op 3 maart 2006 en uiterlijk vóór de datum van indiening van het standaardformulier bedoeld in artikel 2, lid 2, geregistreerd. § 4. In geval van motivering van de aanvraag, gegrond op de aankoop, de huur op lange termijn of de vererving van grond, wanneer de in §§ 1 tot 3 bedoelde voorwaarden zijn vervuld, wordt het aan de landbouwer toegekende aantal rechten verhoogd met een aantal rechten dat gelijk is aan het door het bestuur in aanmerking genomen aantal hectaren, waarvan hij het genot heeft overgenomen krachtens de betrokken vererving, aankoop of huur van grond. De waarde van elk van die toegekende rechten uit de nationale reserve stemt overeen met het gewestelijke gemiddelde berekend in 2006, namelijk 350, 23 euro, verminderd met de verlagingen zoals bedoeld in artikelen 41 tot 42 van Verordening (EG) nr. 1782/2003."

Art. 7.Artikel 6 van hetzelfde ministerieel besluit wordt gewijzigd als volgt : 1° paragraaf 1 wordt als volgt gewijzigd : b) in lid 1 worden de woorden "of in 2006" ingevoegd tussen de woorden "in 2005" en de woorden "om vaststelling of aanpassing";b) in de punten 2° en 3° worden de woorden "1 januari 2000 en de indieningsdatum van de aanvankelijke aanvraag" vervangen door de woorden "tussen enerzijds 1 januari 2000 voor de aanvragen ingediend in 2005 en anderzijds 16 maart 2005 voor de aanvragen ingediend in 2006, en de indieningsdatum van de aanvankelijke aanvraag";2° in § 2, derde en vierde streepje, worden de woorden "(in) 2005" vervangen door de woorden "het jaar van de indiening van de aanvraag".

Art. 8.Een artikel 6bis, luidend als volgt, wordt in hetzelfde ministerieel besluit ingevoegd : "

Art. 6bis.§ 1er. Wanneer de motivering van de aanvraag in 2006 om vaststelling of aanpassing van de rechten door gebruik van de nationale reserve gegrond is op een leasing van een referentiehoeveelheid melk als overlater, worden enkel de volgende gevallen van overmacht of buitengewone omstandigheid erkend : - het overlijden van de landbouwer of van de meewerkend echtgenoot; - de langdurige arbeidsongeschiktheid van de landbouwer; - de toevallige vernietiging van de veeteeltgebouwen van het bedrijf; - de epizoötie die het geheel of een gedeelte van de veestapel van de producent aantast en die een geheel of gedeeltelijk slachtbevel met zich meebrengt. § 2. Wanneer de motivering van de aanvraag in 2006 om vaststelling of aanpassing van de rechten door gebruik van de nationale reserve gegrond is op een leasing van een referentiehoeveelheid melk als overlater, wegens een geval van overmacht en/of buitengewone omstandigheid, dienen volgende voorwaarden vervuld te zijn : - de leasing dient verricht te zijn tijdens de periode van 1 april 2005 tot 31 maart 2006; - het geval van overmacht en/of de buitengewone omstandigheid moeten zich hebben voorgedaan tijdens de periode van 1 april 2005 tot 31 maart 2006 of in de loop van het voorgaande jaar; - in geval van overlijden wordt enkel het overlijden van de landbouwer, van de beheerder van de vennootschap of van een lid van de betrokken groepering van natuurlijke personen die zich heeft voorgedaan tijdens de referentieperiode of het voorgaande jaar, in aanmerking genomen met uitsluiting van elke andere persoon of periode.

Het overlijden van de meewerkende echtgenoot kan ook in aanmerking worden genomen op voorwaarde dat de echtgenoot op het ogenblik van het overlijden meewerkend is of geacht wordt meewerkend te zijn overeenkomstig artikel 7bis van het koninklijk besluit van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen en voor zover de aanvankelijke landbouwer-aanvrager hetzij een alleenstaande natuurlijke persoon, hetzij een groepering van echtgenoten was. Bij wijze van uitzondering kan de echtgenoot die geacht is meewerkend echtgenoot te zijn van de enige beheerder van een rechtspersoon, in aanmerking worden genomen voor zover de beheerder de echtgenoot van de overleden persoon is en op voorwaarde dat de rechtspersoon voldoet aan de voorwaarden om de steun voor investeringen in landbouwbedrijven te genieten zoals voorzien bij het besluit van de Waalse Regering van 17 juli 1997 betreffende de steun aan de landbouw; - in geval van arbeidsongeschiktheid van de landbouwer wordt enkel de arbeidsongeschiktheid van de landbouwer, van de beheerder van de vennootschap of van een lid van de betrokken groepering van natuurlijke personen die zich heeft voorgedaan in het jaar voorafgaande aan het begin van de referentieperiode of tijdens de referentieperiode, in aanmerking genomen met uitsluiting van elke andere persoon of periode. De aanvraag mag alleen worden ingediend door de landbouwer die arbeidsongeschikt was in tijdens de referentieperiode of in het voorgaande jaar, ongeacht of hij handelt als alleenstaande natuurlijke persoon, als beheerder van de betrokken vennootschap of als lid van de betrokken groepering van natuurlijke personen; - bij toevallige vernietiging van voor veehouderij bestemde gebouwen wordt enkel als dergelijke erkend, elke gebeurtenis die zich heeft voorgedaan tijdens de referentieperiode of in het voorgaande jaar en als die de vernietiging van een gebouw voor dierenverblijf van het betrokken bedrijf met zich heeft meegebracht; - bij epizoötie worden enkel de gevallen erkend door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) of een gelijkwaardige instelling (veterinaire inspectie) tijdens de referentieperiode of in het voorgaande jaar en die een geheel of gedeeltelijk slachtbevel met zich meebrengt, in aanmerking genomen. § 3. De landbouwer-aanvrager moet het gestandaardiseerd formulier bedoeld in artikel 2, lid 3, behoorlijk ingevuld, indienen.

De motivering van de aanvraag moet vergezeld zijn van de volgende bewijsstukken die noodzakelijk zijn voor de behandeling van die aanvraag : - bij overlijden, een bewijs van overlijden van de landbouwer en bij overlijden van de meewerkende echtgenoot moet bij de aanvraag eveneens een door de verzekeringskas afgeleverd attest gevoegd worden waarbij wordt bewezen dat de echtgenoot of echtgenote meewerkend was; - bij arbeidsongeschiktheid van de landbouwer, ofwel een afschrift van het attest van de arbeidsongeschiktheid, erkend door een ziekenkas; ofwel een attest van een specialist, met uitsluiting van die van een huisarts, ofwel een afschrift van de hospitalisatiefacturen waarbij de langdurige arbeidsongeschiktheid duidelijk wordt bewezen; - bij toevallige vernietiging van voor veehouderij bestemde gebouwen moet de landbouwer bij zijn aanvraag een verzekeringsattest of een attest van de brandweerdienst voegen waarbij die vernietiging wordt bewezen; bij epizoötie wordt een afschrift van het gehele of gedeeltelijke slachtbevel gevoegd bij de aanvraag van de landbouwer. § 4. Wanneer de motivering van de aanvraag gegrond op de leasing van een referentiehoeveelheid melk als overlater, wegens een geval van overmacht en/of buitengewone omstandigheid, wanneer de voorwaarden bedoeld in de §§ 1 tot 3 zijn vervuld, wordt de gehuurde referentiehoeveelheid als beschikbaar beschouwd in 2005."

Art. 9.Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt gewijzigd als volgt : 1° de woorden "of in 2006" ingevoegd tussen de woorden "in 2005" en de woorden "om vaststelling of aanpassing"; 2° hetzelfde artikel wordt aangevuld met volgende woorden : "in het kader van de aanvragen ingediend in 2005 en uiterlijk op 31 maart 2006 in het kader van de aanvragen ingediend in 2006.".

Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006, met uitzondering van artikel 2, dat van toepassing is op 1 januari 2005.

Namen, 20 januari 2008.

B. LUTGEN

^