Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 20 september 1999
gepubliceerd op 22 september 1999

Ministerieel besluit tot het indienen van een dossier met het oog op de opstelling van een inventaris van de schade ingevolge de dioxinecrisis

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu en ministerie van economische zaken
numac
1999022908
pub.
22/09/1999
prom.
20/09/1999
ELI
eli/besluit/1999/09/20/1999022908/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

20 SEPTEMBER 1999. - Ministerieel besluit tot het indienen van een dossier met het oog op de opstelling van een inventaris van de schade ingevolge de dioxinecrisis


De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, De Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, Gelet op de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de gezondheid van de verbruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten, inzonderheid op artikel 6bis, ingevoegd bij de wet van 22 maart 1989;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op het feit dat de Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu en de Minister van Economie en Wetenschappelijke Onderzoek van plan zijn om voor sommige voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong een vergoedingsregeling uit te werken voor de aan het buitenland geleverde goederen, en dit teneinde het wegwerken van de gevolgen van de dioxinecrisis te bespoedigen;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door de hoger vermelde omstandigheid dat het voor de uitwerking van een gepaste vergoedingsregeling van belang is te kunnen beschikken over precieze gegevens, Besluiten : Toepassingsveld

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong voor menselijke consumptie verzonden uit België en 1. in het buitenland het voorwerp uitmaken van bewarende maatregelen in verband met de dioxinecrisis. of 2. in het buitenland het voorwerp hebben uitgemaakt van bewarende maatregelen in verband met de dioxinecrisis voor zover zij : - ofwel geanalyseerd werden; - ofwel vernietigd werden in het buitenland; - ofwel naar België zijn teruggekeerd met het oog op hun vernietiging, omwille van de bewezen contaminatie of omwille van het verstrijken van de houdsbaarheidsdatum tijdens de bewarende maatregelen Begrippen

Art. 2.§ 1. Onder bewarende maatregelen wordt verstaan de invoerweigering door Derde Landen of beslaglegging in de Europese Unie in toepassing van maatregelen van de buitenlandse overheid. § 2. Onder vernietiging wordt verstaan de definitieve verwijdering uit de voedselketen volgens de procedures voorzien in het land van vernietiging. § 3. Onder terugkeer wordt verstaan de terugkeer naar België in overeenstemming met de geldende EG-wetgeving volgens de Belgische procedures. § 4. Onder analyses op PCB's of dioxines in het buitenland wordt verstaan de analyses volgens de Belgische normen en testprocedures conform het ministerieel besluit van 12 juni 1999 zoals gewijzigd. § 5. Onder laatste Belgische verkoper wordt verstaan de persoon die in België bij de BTW-administratie geregistreerd is en die als laatste in België over de goederen kon beschikken alvorens deze verzonden werden naar het buitenland.

De indieningsprocedure

Art. 3.§ 1. De laatste Belgische verkoper van de in het buitenland vernietigde voedingsmiddelen of van de uit het buitenland teruggekeerde goederen, bedoeld in artikel 1, kan bij de overheid een dossier indienen uitsluitend aan de hand van het formulier dat als bijlage bij onderhavig ministerieel besluit gaat « voor de indiening van een dossier met het oog op de opstelling van een inventaris van de schade ingevolge de dioxinecrisisgoederen verzonden naar het buitenland ». § 2. De indiening van het in § 1 vermelde dossier moet uiterlijk 14 kalenderdagen na de publicatiedatum van onderhavig besluit bij een ter post aangetekende brief verzonden worden naar volgend adres : Enig loket Dioxine Kanselarij van de Eerste Minister Wetstraat 16 1000 Brussel De postdatum geldt als bewijs van de datum van de verzending. Dossiers ingediend na die datum komen niet in aanmerking. § 3. Bij het dossier is gevoegd : een door de indiener ondertekende verklaring waarin : a) hij bevestigt of de voedingsmiddelen bedoeld in artikel 1 verzekerd waren en of er een contractuele bepaling bestaat op basis waarvan hij enige vergoeding kan bekomen; Indien dergelijke verzekering bestaat, dient de indiener het bedrag mede te delen waarvoor de voedingsmiddelen werden gedekt en of de verzekeringspolis het risico van ongeschiktheid voor consumptie van de voedingsmiddelen dekt. In dit geval voegt hij een kopie van de polis bij zijn dossier. Indien een contractuele bepaling bedoeld in het eerste lid bestaat, voegt hij een kopie van de overeenkomst bij zijn aanvraag; b) hij toestemming geeft aan de ambtenaren bedoeld in artikel 4 van dit besluit, om bij de verzekeringsmaatschappijen alle inlichtingen op te vragen die zij nodig achten voor de behandeling van het dossier;c) hij aangeeft of hij voor de opslag of voor de uitvoer van de voedingsmiddelen subsidies of andere openbare financiële tegemoetkomingen heeft ontvangen, in het bijzonder op grond van europeesrechtelijke regelingen. Indien hij dergelijke voordelen heeft genoten, moet de aard van de tegemoetkoming en het bedrag ervan in het dossier vermeld worden; het bedrag van de eventueel uitgekeerde voorschotten op de restituties moet ook in het dossier vermeld worden; d) hij bevestigt of hij al dan niet een aanvraag tot het bekomen van een voorschot in toepassing van het koninklijk besluit van 22 juli 1999 tot instelling van een voorschot voor ondernemingen die rechtstreeks getroffen zijn door de dioxinecrisis van 1999 heeft gedaan. De dossiers ingediend op basis van onderhavig besluit worden kenbaar gemaakt aan de administratie die is belast met de uitvoering van het voornoemd koninklijk besluit van 22 juli 1999; e) hij meedeelt welke aanvragen tot vergoeding werden ingediend in het kader van de dioxinecrisis;f) hij de reglementaire basis van de blokkagemaatregelen moet verduidelijken;g) hij de aard en de gedetailleerde samenstelling van de geblokkeerde goederen moet opgeven;h) hij de kostprijs van de geblokkeerde goederen moet mededelen. § 4. De bewijsstukken ter staving van de gegevens ingevuld op het dossier als bijlage bij onderhavig besluit kunnen worden ingediend tot op de datum die in een afzonderlijk besluit door de Minister zal worden vastgesteld. § 5. Voor goederen die nog in het buitenland geblokkeerd staan, kan het initiële dossier achteraf worden vervolledigd.

Art. 4.Voor de behandeling van de dossiers hebben de ambtenaren en diegenen die hen daarin bijstaan, daartoe aangewezen door de Ministers tot wier bevoegdheid respectievelijk economische zaken en de volksgezondheid behoren, de toegang tot alle handelsdocumenten van de aanvrager evenals tot de registers met betrekking tot de door de inrichting ontvangen en verzonden voedingsmiddelen, die op eenvoudig verzoek worden voorgelegd. Zij kunnen daarenboven alle bijkomende gegevens die noodzakelijk zijn voor de toepassing van dit besluit opvragen.

Art. 5.Dossiers die niet voldoen aan deze voorwaarden, of die niet binnen de vooropgestelde termijnen ingediend werden, zullen niet in aanmerking kunnen genomen worden voor de vergoedingsregeling die uitgewerkt kan worden.

Art. 6.Dit besluit treedt in werking op de datum van publicatie in het Belgisch Staatsblad.

Brussel, 20 september 1999.

M. AELVOET R. DEMOTTE

BIJLAGE Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 20 september 1999 tot het indienen van een dossier met het oog op de opstelling van een inventaris van de schade ingevolge de dioxinecrisis.

De Minister van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Mevr. M. AELVOET De Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, R. DEMOTTE

^