Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 24 juni 2014
gepubliceerd op 04 augustus 2014

Ministerieel besluit betreffende het in toepassing brengen van de bepalingen inzake de eenmalige aanvraag en het in aanmerking komen van de oppervlaktes bedoeld in het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006 tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid

bron
waalse overheidsdienst
numac
2014204848
pub.
04/08/2014
prom.
24/06/2014
ELI
eli/besluit/2014/06/24/2014204848/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

24 JUNI 2014. - Ministerieel besluit betreffende het in toepassing brengen van de bepalingen inzake de eenmalige aanvraag en het in aanmerking komen van de oppervlaktes bedoeld in het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 23/02/2006 pub. 23/03/2006 numac 2006200957 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid


De Minister van Landbouw, Gelet op het Waalse landbouwwetboek, artikelen D.4, D.31, D.61, § 2, en D.242;

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 23/02/2006 pub. 23/03/2006 numac 2006200957 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, artikelen 10, § 2, en 12, §§ 1 en 2, vervangen bij het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2014, en artikelen 15/1, § 3, 15/2, 15/3, tweede lid, en 15/6, § 2, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2014;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, ingegeven door het feit dat de afwijkingen toegestaan aan de door de landbouwers onder code 613 aangegeven gebieden met een bijzonder statuut die niet in aanmerking komend zijn, ten gevolge van de definitieve conclusies van de oppervlakte-audit van 2013, overgemaakt op 25 maart 2014, van het LPIS en dus van de betaling van steun van de eerste peiler geschrapt werden waardoor deze landbouwpercelen geen steun uitbetaald kregen in oktober en december 2013; Overwegende dat de bedrijven die zich het meest hebben ingezet voor het beheer van natuuroppervlaktes het meest onder de invloed van die maatregel staan; Overwegende dat de betaling van die steun enkel mogelijk zal zijn als er éénmaal nieuwe toelatingscriteria vastgesteld zijn voor de aangegeven oppervlaktes;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, eveneens ingegeven door de noodzaak om de nieuwe toelatingsregels voor landbouwoppervlaktes voor de stellen voor de eerste peiler van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, die officieel moeten worden gemaakt en in alle duidelijkheid gekend moeten zijn van de landbouwers voor het seizoen 2014, voor 30 mei 2014, daar de steunaanvrager na die datum zijn bij de administratie ingediende oppervlakte-aangifte niet meer mag wijzigen;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, eveneens ingegeven door de noodzaak om het wettelijk karakter mogelijk te maken van de indiening van de in 2014 door sommige landbouwers elektronisch ingediende oppervlakte-aangiften en in de bepalingen te voorzien die een verankering verlenen aan die wijze van aangifte;

Gelet op het advies 56.407/4 van de Raad van State, gegeven op 28 mei 2014, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Besluit :

Artikel 1.De steunaanvragen voor de volgende regelingen geschieden via de eenmalige aanvraag : 1° de bedrijfstoeslagregeling;2° de graspremieregeling;3° de agromilieusteun 4° de steun voor biologische landbouw;5° de compenserende vergoedingen in benadeelde gebieden;6° de vergoedingen Natura 2000.

Art. 2.De eenmalige aanvraag wordt uiterlijk 31 maart van bedoeld seizoen aan het betaalorgaan gestuurd.

De elektronische eenmalige aanvraag wordt uiterlijk 30 april van bedoeld seizoen door de aanvrager aan het betaalorgaan gericht.

Art. 3.§ 1. De in bijlage omschreven activiteiten kunnen het voorwerp van een afwijking uitmaken als bedoelde oppervlaktes niet voor landbouwdoeleinden gebruikt worden. De vergunningsaanvragen betreffende die activiteiten worden gericht aan de Externe Directie van het Departement Steun, die bevoegd is om de eenmalige aanvraag van de aanvrager te behandelen. Ze worden gericht uiterlijk dertig kalenderdagen voor de datum voorzien voor de niet-landbouwactiviteit aan de hand van het formulier dat door genoemd Departement bepaald wordt. De bevoegde externe directie spreekt zich uit over de aanvraag tot machtiging om de niet-landbouwactiviteit uit te oefenen op de betrokken landbouwoppervlaktes op grond van de criteria vermeld in de bijlage.

De aanvragen betreffende de in bijlage bedoelde activiteiten die overwogen worden in de omtrek van een Natura 2000-locatie worden eveneens per brief meegedeeld aan de directeur van de externe dienst van het betrokken Departement Natuur en Bossen.

Voor de gevallen die niet in bijlage omschreven worden, worden de aanvragen aan de Directie Landbouwoppervlaktes van het Departement Steun gericht volgens dezelfde modaliteiten als die waarin het eerste lid voorziet. § 2. De bijeenkomsten en competities van tractor-pulling, dragsters en monsterstrucks mogen niet toegelaten worden op landbouwoppervlaktes.

Gymkhana-activiteiten, mountainbike-, crossfiets-, karting-, motocross-, quadcross-, autocross- of stockcar-competities, concentraties van landbouwtractors en van ander landbouwmateriaal mogen niet toegelaten worden in Natura 2000-locaties.

De ontwikkeling van niet-landbouwactiviteiten op landbouwoppervlaktes volgens een biologisch productieproces kan slechts toegelaten worden met de toestemming van de certificerende instelling die erkend is voor de biologische productiewijze.

De ontwikkeling van niet-landbouwactiviteiten mag niet toegelaten worden op de landbouwoppervlaktes die het voorwerp uitmaken van de volgende agromilieumethodes in de zin van het besluit van de Waalse Regering van 13 februari 2014 tot toekenning van agromilieusteun en tot opheffing van het besluit van de Waalse Regering van 24 april 2008 betreffende de toekenning van toelagen voor een milieuvriendelijke landbouw: 1° methode 2 : natuurlijke weide; 2° methode 3.a : met gras bezaaide perceelsranden; 3° methode 3.b : extensieve graslandstrook, voor het perceelgedeelte waarop die maatregel betrekking heeft; 4° methode 8 : weide met een hoge biologische waarde;5° methode 9 : ingerichte perceelstrook.

Art. 4.De oppervlaktes zonder landbouwproductie gelegen binnen de omtrek van luchthavens, militaire terreinen, sportterreinen, langs wegen, gebouwen en waterlopen worden beschouwd als oppervlaktes die voor niet-landbouwdoeleinden gebruikt worden.

Art. 5.De opslagplaatsen bedoeld in artikel 15/3, eerste lid, 5°, van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 23/02/2006 pub. 23/03/2006 numac 2006200957 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten betreffen de opslag van niet-landbouwproducten, meer bepaald de permanente opslag van landbouwmaterieel, bouw- en grondwerkafval, allerlei afval, banden, dekzeilen, die de landbouwexploitatie van bedoelde oppervlakte niet toelaten.

Art. 6.De verminderingscoëfficiënten bedoeld in artikel 15/6, § 2, van het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 23/02/2006 pub. 23/03/2006 numac 2006200957 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten worden vastgelegd als volgt : 1° 0 tot 10 % niet in aanmerking komende bedekking : 100 % van de in aanmerking komende bedekking;2° 10 tot 30 % niet in aanmerking komende bedekking : 90 % van de in aanmerking komende bedekking;3° 30 tot 50 % niet in aanmerking komende bedekking : 70 % van de in aanmerking komende bedekking;4° meer dan 50 % niet in aanmerking komende bedekking : niet in aanmerking komende oppervlakte.

Art. 7.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt wordt.

Namen, 24 juni 2014.

C. DI ANTONIO

Bijlage Voorwaarden waaronder afwijkingen worden verleend voor niet-landbouwgebruiken van landbouwoppervlaktes Hoofdstuk 1. Gevallen waarin lage eisen worden opgelegd

Artikel 1.Georganiseerde wandelingen alsook de doortocht van paardrijders of fietsers mogen zonder beperking toegelaten worden.

De organisatie van feestelijkheden, met uitsluiting van motorsporten en races met motorvoertuigen, kan hoogstens een week per jaar toegelaten worden.

De organisatie van activiteiten i.v.m. schietoefeningen, vliegtuigmodelbouw, ultralichte vliegtuigen, zeilschermen, paramotors en paardrijden kan hoogstens één weekend per maand toegelaten worden.

De inrichting van parkeerplaatsen en de installatie van circustenten, stands en kiosken kunnen hoogstens vijftien dagen per jaar toegelaten worden.

De installatie van kampen van jeugdbewegingen of soortgelijke bewegingen kan hoogstens anderhalve maand per jaar toegelaten worden.

Hoofdstuk 2. Gevallen waarin hoge eisen worden opgelegd

Art. 2.Gymkhana-, mountainbike-, crossfiets-, karting-, motocross-, quadcross-, autocross- of stockcar-activiteiten, concentraties van landbouwtractors, buiten het kader van een tractorpulling, en van ander landbouwmateriaal kunnen toegelaten worden onder de volgende voorwaarden: 1° de activiteiten vinden slechts één keer per jaar plaats;2° de activiteiten worden beperkt tot hoogstens vier dagen per jaar;3° de activiteiten veroorzaken geen definitieve wijziging van het bodemreliëf, tenzij vooraf een eenmalige vergunning voor die activiteiten werd afgeleverd;4° elke mobiele installatie betreffende de gebeurtenis wordt door de verantwoordelijke of de aanvrager weggevoerd en alle afval verwijderd binnen een termijn van 8 dagen na de activiteit. Als het landbouwperceel dat het voorwerp van de vergunning is zich in een waterwingebied bevindt, moet de brandstof- en oliebevoorrading van de motorvoertuigen, alsook het bijstellen en onderhoud ervan plaatsvinden in een daartoe ingerichte dichte ruimte.

De organisator beschikt over een geschikte anti-vervuilingsuitrusting waarmee hij de toevalligerwijze verspreide koolwaterstoffen kan opvangen. De organisator treft de nodige maatregelen om elke verontreiniging van de grondwaterspiegel te voorkomen.

Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 24 juni 2014 betreffende het in toepassing brengen van de bepalingen inzake de eenmalige aanvraag en het in aanmerking komen van de oppervlaktes bedoeld in het besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 23/02/2006 pub. 23/03/2006 numac 2006200957 bron ministerie van het waalse gewest Besluit van de Waalse Regering tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid sluiten tot invoering van de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid.

Namen, 24 juni 2014.

C. DI ANTONIO

^