Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 25 januari 2007
gepubliceerd op 07 februari 2007

Ministerieel besluit tot uitvoering van artikel 1 en artikel 6, laatste lid van het uitvoeringsbesluit houdende uitvoering van het Wetboek diverse rechten en taksen van 3 maart 1927

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2007003053
pub.
07/02/2007
prom.
25/01/2007
ELI
eli/besluit/2007/01/25/2007003053/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

25 JANUARI 2007. - Ministerieel besluit tot uitvoering van artikel 1 en artikel 6, laatste lid van het uitvoeringsbesluit houdende uitvoering van het Wetboek diverse rechten en taksen van 3 maart 1927


De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, Gelet op het Wetboek diverse rechten en taksen, inzonderheid op de artikelen 1 tot en met 12, hersteld bij de Wet tot omvorming van het Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen tot het Wetboek diverse rechten en taksen, tot opheffing van het Wetboek der zegelrechten en houdende verscheidene andere wetswijzigingen van 19 december 2006;

Gelet op het Uitvoeringsbesluit houdende uitvoering van het Wetboek diverse rechten en taksen van 3 maart 1927, inzonderheid op artikel 1 en op artikel 6, laatste Iid, beiden hersteld bij Koninklijk besluit tot omvorming van de algemene verordening op de met het zegel gelijkgestelde taksen tot het uitvoeringsbesluit van het Wetboek diverse rechten en taksen, tot opheffing van het regentbesluit betreffende de uitvoering van het Wetboek der zegelrechten en houdende verscheidene andere wijzigingen aan uitvoeringsbesluiten van 21 december 2006;

Overwegende dat het Wetboek der Zegelrechten integraal werd afgeschaft met ingang van 1 januari 2007 waardoor het gebruik van gezegeld papier voor de akten van notarissen en van gerechtsdeurwaarders verdwijnt;

Overwegende dat de nieuwe bepalingen werden geïntegreerd in het bestaande Wetboek der met Zegel gelijkgestelde taksen, dat werd hernoemd in Wetboek diverse rechten en taksen;

Overwegende dat de Algemene Verordening van 3 maart 1927 op de met het zegel gelijkgestelde taksen werd gewijzigd in het Uitvoeringsbesluit houdende uitvoering van het Wetboek diverse rechten en taksen;

Overwegende dat vanaf 1 januari 2007 de akten van de notarissen en de akten van de gerechtsdeurwaarders onderworpen zijn aan het recht op geschriften, zijnde een forfaitair recht bepaald rekening houdend met de inhoudelijke aard van de akte of het geschrift, waarbij deze notarissen en gerechtsdeurwaarders schuldenaars zijn van dit recht;

Overwegende dat vanaf 1 januari 2007 de akten van weigering tot overschrijving van beslaglegging zomede de getuigschriften, afschriften of uittreksels afgeleverd door de hypotheekbewaarders onderworpen zijn aan een specifiek recht op geschriften, waarbij de hypotheekbewaarder die ze opmaakt schuldenaar is van dit recht;

Overwegende dat het artikel 2 van het Wetboek diverse rechten en taksen voorziet dat de betaling van de rechten gebeurt in speciën, via overschrijving of elektronische betaalmiddelen, en dat het gebruik en de modaliteiten van die verschillende wijzen van betaling, alsook de mogelijkheid tot het indienen van een periodieke aangifte, bij koninklijk besluit worden geregeld indien het Wetboek op dat gebied niet beschikt;

Overwegende dat het artikel 12 van het Wetboek diverse rechten en taksen voorziet dat het recht moet worden betaald bij het bevoegde kantoor en binnen de termijn vastgesteld bij koninklijk besluit;

Overwegende dat het artikel 1 van het Uitvoeringsbesluit houdende uitvoering van het Wetboek diverse rechten en taksen voorziet dat het recht op de in artikelen 3 tot 10 van het Wetboek diverse rechten en taksen aangeduide akten en geschriften, alsook eventuele boeten en interesten, wordt voldaan in speciën, via overschrijving of elektronische betaalmiddelen, ten gunste van de postchequerekening van het bevoegde kantoor zoals bepaald in het tweede lid van zelfde artikel 1 van het Uitvoeringsbesluit;

Overwegende dat gebruik kan gemaakt worden van de mogelijkheid tot periodieke aangifte voor de akten en geschriften vermeld in artikel 8 van het voormelde Wetboek indien voldaan is aan de modaliteiten van artikel 5 van het voormelde Uitvoeringsbesluit en voor de akten en geschriften vermeld in artikelen 3 tot 7, 9 en 10 van het voormelde Wetboek indien voldaan is aan de modaliteiten van artikel 6 van het voormelde Uitvoeringsbesluit;

Overwegende dat bij toepassing van artikel 1, laatste Iid en artikel 6, laatste lid van het voormelde Uitvoeringsbesluit de Minister van Financiën of zijn afgevaardigde onder de voorwaarden die zij vaststellen, afwijkingen mogen toestaan van de bepalingen van het Uitvoeringsbesluit;

Overwegende dat de betaling door de notaris en de gerechtsdeurwaarder van het recht op geschriften op de door hen opgemaakte akten en de opvolging van deze betaling door de Federale Overheidsdienst Financiën het eenvoudigst wordt geregeld op basis van het repertorium dat in overeenstemming met artikel 180 en artikel 39 van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten, respectievelijk door de notaris en de gerechtsdeurwaarder wordt neergelegd voor de ontvanger van het registratiekantoor van zijn standplaats binnen de eerste tien dagen van de maanden januari, april, juli en oktober van elk jaar;

Overwegende dat de betaling door de hypotheekbewaarder van het recht op geschriften en de opvolging van deze betaling door de Federale Overheidsdienst Financiën het eenvoudigst wordt geregeld door de hypotheekbewaarder bepaalde boekhoudkundige verplichtingen op te leggen;

Overwegende dat de melding als bedoeld in artikel 6, 3° van het voormelde Uitvoeringsbesluit in notariële akten best wordt opgenomen na de rubriek van de fiscale verklaringen in een aparte rubriek waarin wordt vermeld hoeveel het recht (op geschriften) bedraagt;

Overwegende dat de melding als bedoeld in artikel 6, 3° van het voormelde Uitvoeringsbesluit in processen-verbaal van gerechtsdeurwaarders best wordt opgenomen onderaan het proces-verbaal in een aparte vermelding waarin wordt opgenomen hoeveel het recht (op geschriften) bedraagt;

Overwegende dat de bepalingen van onderhavig besluit onder meer de toepassingsmaatregelen bevatten van voormeld Uitvoeringsbesluit zonder dewelke dit besluit een bron van juridische onzekerheid zou zijn;

Overwegende dat het bijgevolg vereist is dat onderhavige bepalingen uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2007, Besluit :

Artikel 1.In afwijking van wat werd voorzien in artikel 1 en artikel 6, 1° en 2° van het uitvoeringsbesluit houdende uitvoering van het Wetboek diverse rechten en taksen worden de betalingsmodaliteiten voor het recht op geschriften voorzien in artikelen 3 tot en met 7 van het Wetboek diverse rechten en taksen als volgt geregeld.

De notaris of in voorkomend geval de notaris-titularis die het repertorium van de vennootschap bewaart en de gerechtsdeurwaarder legt het repertorium neer op het bevoegde kantoor en op de voorziene tijdstippen als bepaald in het artikel 180 en 39 van het Wetboek van Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten.

Uiterlijk bij de neerlegging van het repertorium wordt het totale bedrag van het verschuldigde recht op geschriften voor het verlopen kwartaal overgeschreven op de postrekening van het bevoegde kantoor vermeld onder artikel 1 van het Uitvoeringsbesluit houdende uitvoering van het Wetboek diverse rechten en taksen.

Na het visum van het repertorium als voorzien in het artikel 180 van het Wetboek van Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten en na ontvangst van het verschuldigde bedrag van het recht op geschriften, vermeerderd met de eventuele boeten en intresten, wordt het repertorium aan de notaris of in voorkomend geval de notaris-titularis of gerechtsdeurwaarder teruggegeven aangevuld met de vermelding door de bevoegde ontvanger van het ontvangen bedrag van het recht op geschriften, vermeerderd met de eventuele boeten en intresten.

Art. 2.In afwijking van wat werd voorzien in het artikel 6, 3° van het uitvoeringsbesluit houdende uitvoering van het Wetboek diverse rechten en taksen wordt de melding voor de akten van notarissen en gerechtsdeurwaarders als bedoeld in artikelen 3, 4, 5, 6 en 7 van het Wetboek diverse rechten en taksen als volgt geregeld.

In de akten van notarissen wordt na de fiscale verklaringen een afzonderlijke rubriek opgenomen met als titel « Rechten op geschriften (Wetboek diverse rechten en taksen) ». Onder deze titel wordt het bedrag van het ingevolge het Wetboek diverse rechten en taksen verschuldigde recht opgenomen in de volgende vermelding : « Het recht bedraagt ... euro ».

In de processen-verbaal van gerechtsdeurwaarders wordt onderaan het proces-verbaal een vermelding opgenomen met als titel « Rechten op geschriften (Wetboek diverse rechten en taksen) ». Onder deze titel wordt het bedrag van het ingevolge het Wetboek diverse rechten en taksen verschuldigde recht opgenomen in de volgende vermelding « Het recht bedraagt ... euro ».

Art. 3.In afwijking van wat werd voorzien in de artikelen 1 en 6, 1° en 2° van het Uitvoeringsbesluit van het Wetboek diverse rechten en taksen worden de betalingsmodaliteiten voor het recht op geschriften voorzien in artikel 10 van het Wetboek diverse rechten en taksen als volgt geregeld.

De hypotheekbewaarder die de stukken vermeld in artikel 10 van het Wetboek diverse rechten en taksen heeft opgemaakt moet een boekhouding houden die toelaat voor de verlopen maand, op de Iaatste werkdag van dezelfde maand, een Iijst op te maken die artikelsgewijs en in chronologische volgorde van afgifte alle door hem afgeleverde akten van weigering tot overschrijving van beslaglegging zomede de door hem afgeleverde getuigschriften, afschriften of uittreksels, weergeeft, evenals het totale bedrag van de over die periode verschuldigde rechten. Indien voormelde akten, getuigschriften, afschriften of uittreksels in meerdere dubbels of originelen zijn opgemaakt, is per exemplaar een artikel in voormelde lijst nodig. De lijst wordt gedateerd op de laatste werkdag van de maand en ondertekend door de hypotheekbewaarder.

De Administrateur-generaal van de Patrimoniumdocumentatie kan verdere modaliteiten aangaande de te voeren boekhouding bepalen en tevens afwijkingen toestaan van het voorgaande lid voor wat betreft de scheepshypotheekbewaring.

Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2007.

Brussel, 25 januari 2007.

D. REYNDERS

^