Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 27 november 1998
gepubliceerd op 01 december 1998

Ministerieel besluit inzake douane en accijnzen

bron
ministerie van financien
numac
1998003607
pub.
01/12/1998
prom.
27/11/1998
ELI
eli/besluit/1998/11/27/1998003607/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

27 NOVEMBER 1998. - Ministerieel besluit inzake douane en accijnzen


De Minister van Financiën, Gelet op verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek, inzonderheid de bijlage 37 zoals gewijzigd bij de verordening (EG) nr. 1677/98 van de Commissie van 29 juli 1998 en de bijlage 38 zoals gewijzigd bij de verordening (EG) nr. 75/98 van de Commissie van 12 januari 1998.

Gelet op verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 over de invoering van de euro, inzonderheid op artikel 8, § 3;

Gelet op de algemene wet inzake douane en accijnzen, gecoördineerd op 18 juli 1977, inzonderheid op de artikelen 5 en 9, artikel 10 vervangen bij de wet van 22 december 1989, en artikel 132;

Gelet op het advies van de Douaneraad van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie, gegeven op 15 september 1998;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op art. 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende met name dat het noodzakelijk is dat de fysieke personen of de rechtspersonen die hebben beslist om met ingang van 1 januari 1999 hun aangiften inzake douane en accijnzen op te stellen in euro, zo vlug mogelijk de aan hun computerprogramma's aan te brengen wijzigingen kennen, Besluit : HOOFDSTUK I. - Douane-expediteurs

Artikel 1.Artikel 25 van het ministerieel besluit van 19 oktober 1971 betreffende de douane-expediteurs wordt aangevuld met de volgende bepaling : « Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen betreffende de afronding en de omrekening van geldbedragen die zijn vastgesteld in de artikelen 4 en 5 van Verordening (EG) nr. 1103/97 van de Raad van 17 juni 1997 over enkele bepalingen betreffende de invoering van de euro, mogen de op de afrekeningen vermelde bedragen worden uitgedrukt in een vreemde munt maar dan moet het totaal bedrag worden gevolgd door de vermelding van de waarde in Belgische frank of in euro en van de wisselkoers. » HOOFDSTUK II. - Kantoren der douane of der accijnzen

Art. 2.De tekst van de Algemene nota's, gevoegd bij het ministerieel besluit van 24 december 1992 betreffende de kantoren der douane of der accijnzen, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 12 september 1997, wordt vervolledigd als volgt : « d) goederencomptabiliteit - luchtvracht of goederencomptabiliteit - zeevracht : een kantoor waar het bepaalde in artikel 17bis van het ministerieel besluit van 22 juli 1998 betreffende de aangiften inzake douane en accijnzen van toepassing is. »

Art. 3.In het vak Bijzonderheden van tabel II Attributen van de bijlage bij hetzelfde besluit, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 12 september 1997 worden de volgende woorden ingevoegd : 1°) "Goederencomptabiliteit - zeevracht" naast de naam van het kantoor Antwerpen (DE); 2°) "Goederencomptabiliteit - luchtvracht" naast de naam van het kantoor Zaventem (D). HOOFDSTUK III. - Accijnsbewegingen

Art. 4.§ 1. In cijfer 10 van bijlage I bij het ministerieel besluit van 23 december 1993 betreffende de algemene regeling voor accijnsproducten, het voorhanden hebben en het verkeer daarvan en de controle daarop, worden tussen de woorden "Bedrag" en "van de eventuele akte" de woorden ",naargelang van het geval uitgedrukt in Belgische frank of in euro," ingevoegd. § 2. De toelichting in bijlage IV van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt : « 9. Het bedrag van de borgtocht wordt, naargelang van het geval, uitgedrukt in Belgische frank of in euro ». § 3. De toelichting in bijlage V van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt : « 8. Het bedrag van de borgtocht wordt, naargelang van het geval, uitgedrukt in Belgische frank of in euro ». § 4. In bijlage VII van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) de commentaar betreffende vak 22 wordt vervangen door de volgende bepaling : « Vak 22 : Valuta en totaal gefactureerd bedrag : achtereenvolgens vermelding van de munteenheid waarin het handelscontract is opgesteld en van het gefactureerde bedrag voor alle aangegeven goederen. Indien een factuur is opgesteld in euro, in Belgische of in Luxemburgse frank en in vreemde deviezen, moet het in vak 22 te vermelden bedrag worden uitgedrukt in de munteenheid waarvan de code is vermeld in vak 44.

De vermelding van de gebruikte munteenheid geschiedt in de drielettercode van munteenheden van de ISO (ISO 4217). » b) de commentaar betreffende vak 23 wordt vervangen door de volgende bepaling : « Vak 23 : Wisselkoers : indien de munt van de factuur een andere van de aan de euro deelnemende munten is dan de Belgische of Luxemburgse frank, de omrekeningskoers van de euro in deze munt vermelden.In het geval de munt van de factuur een niet tot de eurozone behorende munt is : voor een aangifte opgesteld in Belgische of Luxemburgse frank de door de Administratie der douane en accijnzen gepubliceerde omrekeningskoers van de betrokken munt in Belgische of Luxemburgse frank vermelden; voor een aangifte in euro de omrekeningskoers van de euro in de betrokken munt vermelden.

Dit vak wordt slechts gebruikt in het geval dat de aangifte ten verbruik eveneens voor de inning van de BTW dient. » c) de commentaar betreffende vak 44 wordt aangevuld met de volgende bepaling : « In het deelvak in de rechterbenedenhoek de gebruikte munteenheid - Belgische of Luxemburgse frank of euro - vermelden bij het eerste artikel van de aangifte van de goederen.Deze vermelding wordt geacht voor alle artikelen te gelden waarop de aangifte betrekking heeft.

De vermelding van de munteenheid geschiedt in de drielettercode van munteenheden van de ISO (ISO 4217). » d) in de commentaar betreffende vak 47 worden de volgende wijzigingen aangebracht : i)de commentaar betreffende letter a) wordt vervangen door de volgende bepaling : « a) type van belasting : de codes die van toepassing zijn in verband met het type van belasting (eerste kolom) worden vastgesteld door de Directeur-generaal der douane en accijnzen.» ii) de commentaar wordt aangevuld met de volgende bepaling : « De in dit vak in te vullen bedragen worden uitgedrukt in de munteenheid waarvan de code is vermeld in vak 44. » § 5. Bijlage VIII bij hetzelfde besluit wordt vervangen door bijlage 1 bij dit besluit. HOOFDSTUK IV. - Gefabriceerde tabak

Art. 5.Bijlage V bij het ministerieel besluit van 1 augustus 1994 betreffende het fiscaal stelsel van gefabriceerde tabak wordt vervangen door bijlage 2 bij dit besluit. HOOFDSTUK V. - Bijzondere prestaties

Art. 6.Bijlage 2 bij het ministerieel besluit van 17 oktober 1997 tot vaststelling van de retributies voor bijzondere prestaties of voor verrichtingen van de ambtenaren der douane of accijnzen wordt vervangen door bijlage 3 bij dit besluit. HOOFDSTUK VI. - Documenten inzake douane en accijnzen

Art. 7.Artikel 17 van het ministerieel besluit van 22 juli 1998 betreffende de aangiften inzake douane en accijnzen wordt vervangen door de volgende bepaling : « Artikel 17, § 1. Onder voorbehoud van artikel 17bis, wordt bij de lossing en de tijdelijke opslag van goederen een formulier gebruikt volgens het model van bijlage XXI van dit besluit.

Dat formulier mag worden aangevuld met één of meer formulieren volgens het model van bijlage XXII van dit besluit. § 2. De in § 1 bedoelde formulieren worden gebruikt en ingevuld overeenkomstig de toelichting die voorkomt in bijlage XXIII van dit besluit. § 3. De in § 1 bedoelde formulieren mogen op verzoek worden vervangen door opgaven, vervaardigd met behulp van een geautomatiseerd systeem op blanco papier onder de door de minister of zijn gemachtigde vastgestelde voorwaarden.

De aanvaarding van deze opgaven door de douane heeft dezelfde juridische uitwerking als de aanvaarding van de in § 1 bedoelde formulieren. § 4. Het formulier waarvan sprake in § 1 mag worden vervangen, bij vervoer over zee, door het in artikel 13 bedoelde formulier en, bij vervoer door de lucht, door het in artikel 16 bedoelde formulier. »

Art. 8.Een artikel 17bis, dat luidt als volgt, wordt in hetzelfde besluit ingevoegd : « Art. 17bis, § 1. Onder voorbehoud van § 2 worden in de douanekantoren, waar de "Goederencomptabiliteit - zeevracht" of de "Goederencomptabiliteit - luchtvracht" van toepassing is, de gegevens die moeten voorkomen op de in artikel 17, § 1, bedoelde formulieren langs elektronische weg ingebracht in het in artikel 8 bedoelde Systeem voor Automatische Dedouanering in België en Luxemburg (SADBEL).

Het inbrengen van deze gegevens in SADBEL heeft dezelfde juridische uitwerking als de aanvaarding van de in artikel 17, § 1, bedoelde formulieren. § 2. Het bepaalde in artikel 8, § 2, is eveneens van toepassing op scheepsagenten, handlingmaatschappijen en magazijnhouders. »

Art. 9.§ 1. In bijlage IX bij hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in Titel II, sectie A, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) in de commentaar betreffende vak 1 wordt de tekst betreffende het derde deelvak vervangen door de volgende bepaling : « Dit deelvak wordt slechts ingevuld bij toepassing van de regeling communautair douanevervoer of indien de communautaire status van de goederen moet worden aangetoond. Hiervoor zijn de volgende tekens vastgesteld : T1 Goederen die met toepassing van de regeling extern communautair douanevervoer worden vervoerd.

T2 Goederen die met toepassing van de regeling intern communautair douanevervoer worden vervoerd overeenkomstig artikel 165 van het wetboek, behalve in de bij artikel 311, onder c), van de Verordening bedoelde gevallen.

T2F Goederen die met toepassing van de regeling intern communautair douanevervoer worden vervoerd, in de bij artikel 311, onder c), van de Verordening genoemde gevallen.

T Gemengde zendingen in ten minste twee van de volgende situaties : - goederen die onder de regeling extern communautair douanevervoer worden vervoerd; - goederen die onder de regeling intern communautair douanevervoer worden vervoerd, overeenkomstig artikel 165 van het wetboek, behalve in de bij artikel 311, onder c), van de Verordening bedoelde gevallen; - goederen die onder de regeling intern communautair douanevervoer worden vervoerd in de bij artikel 311, onder c), van de Verordening bedoelde gevallen.

T2L Document ten bewijze van de communautaire status van de goederen.

T2LF Document ten bewijze van de communautaire status van goederen die bestemd zijn voor of van herkomst zijn uit een deel van het douanegebied van de Gemeenschap waarop de bepalingen van Richtlijn 77/388/EEG niet van toepassing zijn. » b) de commentaar betreffende vak 22 wordt vervangen door de volgende bepaling : « 22.Valuta en totaal gefactureerd bedrag.

Achtereenvolgens vermelding van de munteenheid waarin het handelscontract is opgesteld en van het gefactureerde bedrag voor alle aangegeven goederen.

Indien een factuur is opgesteld in euro, in Belgische of in Luxemburgse frank en in vreemde deviezen, moet het in vak 22 te vermelden bedrag worden uitgedrukt in de munteenheid waarvan de code is vermeld in vak 44.

De vermelding van de gebruikte munteenheid geschiedt in de drielettercode van munteenheden van de ISO (ISO 4217).

In geval van verzending (wederverzending) of uitvoer (wederuitvoer) na herstelling dient in vak 22 van de aangifte enkel de kostprijs van de herstelling te worden vermeld. In geval van kosteloze herstelling wordt dit vak in de BLEU niet ingevuld.

Dit vak dient niet voor douanevervoer te worden gebruikt.

Dit vak behoeft niet te worden ingevuld bij de wederuitvoer van onder de regeling douane-entrepots geplaatste goederen. » c) het eerste lid van de commentaar betreffende vak 23 wordt vervangen door de volgende bepaling : « Indien de munt van de factuur een andere van de aan de euro deelnemende munten is dan de Belgische of Luxemburgse frank, de omrekeningskoers van de euro in deze munt vermelden.In het geval de munt van de factuur een niet tot de eurozone behorende munt is : voor een aangifte opgesteld in Belgische of Luxemburgse frank de door de Administratie der douane en accijnzen gepubliceerde omrekeningskoers van de betrokken munt in Belgische of Luxemburgse frank vermelden; voor een aangifte in euro de omrekeningskoers van de euro in de betrokken munt vermelden. » d) de commentaar betreffende vak 44 wordt aangevuld met de volgende bepaling : « In het deelvak in de rechterbenedenhoek de gebruikte munteenheid - Belgische of Luxemburgse frank of euro - vermelden bij het eerste artikel van de aangifte van de goederen.Deze vermelding wordt geacht voor alle artikelen te gelden waarop de aangifte betrekking heeft.

De vermelding van de munteenheid geschiedt in de drielettercode van munteenheden van de ISO (ISO 4217). » e) in de commentaar betreffende vak 46 wordt het derde lid vervangen door de volgende bepaling : « De statistische waarde moet worden vermeld in de munteenheid waarvan de code is vermeld in vak 44.» 2° in Titel II, sectie C, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) de commentaar betreffende vak 22 wordt vervangen door de volgende bepaling : « 22.Valuta en totaal gefactureerd bedrag.

Achtereenvolgens vermelding van de munteenheid waarin het handelscontract is opgesteld en van het gefactureerde bedrag voor alle aangegeven goederen.

Indien een factuur is opgesteld in euro, in Belgische of in Luxemburgse frank en in vreemde deviezen, moet het in vak 22 te vermelden bedrag worden uitgedrukt in de munteenheid waarvan de code is vermeld in vak 44.

De vermelding van de gebruikte munteenheid geschiedt in de drielettercode van munteenheden van de ISO (ISO 4217).

In geval van invoer (wederinvoer) na herstelling dient in vak 22 van de aangifte enkel de kostprijs van de herstelling te worden vermeld.

In geval van kosteloze herstelling behoeft dit vak in de BLEU niet te worden ingevuld.

Dit vak behoeft niet te worden ingevuld bij plaatsing van de goederen onder de regeling douane-entrepots, behalve wanneer het gaat om een entrepot van het type D. » b) het eerste lid van de commentaar betreffende vak 23 wordt aangevuld met de volgende bepaling : « Indien de munt van de factuur een andere van de aan de euro deelnemende munten is dan de Belgische of Luxemburgse frank, de omrekeningskoers van de euro in deze munt vermelden.In het geval de munt van de factuur een niet tot de eurozone behorende munt is : voor een aangifte opgesteld in Belgische of Luxemburgse frank de door de Administratie der douane en accijnzen gepubliceerde omrekeningskoers van de betrokken munt in Belgische of Luxemburgse frank vermelden; voor een aangifte in euro de omrekeningskoers van de euro in de betrokken munt vermelden. " c) de commentaar betreffende vak 44 wordt aangevuld met de volgende bepaling : « In het deelvak van de rechterbenedenhoek de gebruikte munteenheid - Belgische of Luxemburgse frank of euro - vermelden bij het eerste artikel van de aangifte van de goederen.Deze vermelding wordt geacht voor alle artikelen te gelden waarop de aangifte betrekking heeft.

De vermelding van de munteenheid geschiedt in de drielettercode van munteenheden van de ISO (ISO 4217). » d) in de commentaar betreffende vak 46 wordt het derde lid vervangen door de volgende bepaling : « De statistische waarde moet worden vermeld in de munteenheid waarvan de code is vermeld in vak 44.» e) in de commentaar betreffende vak 47 worden de volgende wijzigingen aangebracht : i) de commentaar betreffende letter a) wordt vervangen door de volgende bepaling : « a) type van belasting : de codes die van toepassing zijn in verband met het type van belasting (eerste kolom) worden vastgesteld door de Directeur-generaal der douane en accijnzen.» ii) de commentaar wordt aangevuld moet de volgende bepaling : « b) de maatstaf van heffing de maatstaf van heffing wordt vastgesteld overeenkomstig de regelgeving betreffende het in kolom 1 vermelde type van belasting. » iii) de commentaar wordt aangevuld met de volgende bepaling : « De in dit vak in te vullen bedragen worden uitgedrukt in de munteenheid waarvan de code is vermeld in vak 44. » § 2. In de Toelichting betreffende de vakken van het formulier 136 F, dat voorkomt in bijlage XII bij hetzelfde besluit, wordt de volgende bepaling betreffende vak 16 ingevoegd : « 16. De waarde per soort moet worden ingevuld in de munteenheid van facturatie. »

Art. 10.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1999.

Brussel, 27 november 1998.

J.-J. VISEUR

Bijlagen Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^