Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 28 november 2001
gepubliceerd op 20 december 2001

Ministerieel besluit tot vaststelling van het model van de legitimatiekaart van de verantwoordelijke leiders en hun vaste gemachtigden en van de vaste afgevaardigden van de vakorganisaties van het personeel van de politiediensten

bron
ministerie van binnenlandse zaken
numac
2001001146
pub.
20/12/2001
prom.
28/11/2001
ELI
eli/besluit/2001/11/28/2001001146/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 NOVEMBER 2001. - Ministerieel besluit tot vaststelling van het model van de legitimatiekaart van de verantwoordelijke leiders en hun vaste gemachtigden en van de vaste afgevaardigden van de vakorganisaties van het personeel van de politiediensten


De Minister van Binnenlandse Zaken, Gelet op de wet van 24 maart 1999 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakverenigingen van het personeel van de politiediensten, inzonderheid op artikel 16;

Gelet op het koninklijk besluit van 8 februari 2001 tot uitvoering van de wet van 24 maart 1999 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakverenigingen van het personeel van de politiediensten, inzonderheid op de artikelen 44, tweede lid en 49, eerste lid;

Gelet op het ministerieel besluit van 18 september 1989 tot vaststelling van het model van de legitimatiekaart van de verantwoordelijke leiders en van de vaste afgevaardigden van de syndicale organisaties van het rijkswachtpersoneel;

Gelet op het protocol nr. 9 van 5 juli 2000 van het onderhandelingscomité voor de politiediensten;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 2 februari 2001;

Gelet op het advies van de Minister van Begroting, gegeven op 7 maart 2001;

Gelet op het advies van de Vaste Commissie voor taaltoezicht, gegeven op 8 maart 2001;

Overwegende dat het advies van de Adviesraad van burgemeesters niet regelmatig is gegeven binnen de gestelde termijn en dat er geen verzoek om verlenging is gedaan; dat er bijgevolg aan voorbij gegaan is;

Gelet op het advies van de Raad van State, Besluit :

Artikel 1.De legitimatiekaart bedoeld in artikel 44 van het koninklijk besluit van 8 februari 2001 tot uitvoering van de wet van 24 maart 1999 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakverenigingen van het personeel van de politiediensten, wordt vastgesteld overeenkomstig het ministerieel besluit van 5 maart 1985 houdende vaststelling van het model van de legitimatiekaart van sommige vakbondsafgevaardigden bedoeld in de artikelen 72, tweede lid en 74, eerste lid, van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.

Art. 2.De legitimatiekaart bedoeld in artikel 49 van het koninklijk besluit van 8 februari 2001 tot uitvoering van de wet van 24 maart 1999 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakverenigingen van het personeel van de politiediensten, wordt vastgesteld overeenkomstig het model vervat in de bijlage bij dit besluit.

Zij heeft de vorm van een rechthoek met afgeronde hoeken die een lengte heeft van 86 mm en een breedte van 54 mm.

Art. 3.Het ministerieel besluit van 18 september 1989 tot vaststelling van het model van de legitimatiekaart van de verantwoordelijke leiders en van de vaste afgevaardigden van de syndicale organisaties van het rijkswachtpersoneel, wordt opgeheven.

Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001.

Brussel, 28 november 2001.

De Eerste Minister, G. VERHOFSTADT De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE

Bijlage bij het ministerieel besluit van 28 november 2001 tot vaststelling van het model van de legitimatiekaart van de verantwoordelijke leiders en hun vaste gemachtigden en van de vaste afgevaardigden van de vakorganisaties van het personeel van de politiediensten Model van legitimatiekaart van vaste afgevaardigde Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 28 november 2001.

De Eerste Minister, G. VERHOFSTADT De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE

^