Ministerieel besluit houdende delegatie van beslissingsbevoegdheden inzake artikel 93, § 1 en artikel 143 van het Kunstendecreet van 13 december 2013 aan het hoofd van de entiteit die bevoegd is voor de uitvoering van het Kunstendecreet
Numac : 2017030622
VLAAMSE OVERHEID
Cultuur, Jeugd, Sport en Media
30 OKTOBER 2015. - Ministerieel besluit houdende delegatie van beslissingsbevoegdheden inzake artikel 93, § 1 en artikel 143 van het Kunstendecreet van 13 december 2013 aan het hoofd van de entiteit die bevoegd is voor de uitvoering van het Kunstendecreet
DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL, Gelet op het Kunstendecreet van 13 december 2013, artikel 93, § 1 en artikel 143;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 10 oktober 2003 tot regeling van de delegatie van de beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de departementen van de Vlaamse ministeries, artikel 17, § 1 en artikel 18, 2° ;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 9 mei 2014 betreffende de uitvoering van het decreet van 13 december 2013 houdende de ondersteuning van de professionele kunsten, artikel 59 en 89;
Overwegende dat het, met het oog op een efficiënte beleidsvoering, aangewezen is sommige bevoegdheden te delegeren aan de leidend ambtenaar van de entiteit die bevoegd is voor de uitvoering van het Kunstendecreet, Besluit :
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder secretaris-generaal: het hoofd van de entiteit die bevoegd is voor de uitvoering van het Kunstendecreet.
Art. 2.De secretaris-generaal is gemachtigd om: 1° beslissingen te nemen houdende de toekenning en de grootte van de kunstenaarstoelagen vermeld in artikel 93, § 1 van het Kunstendecreet van 13 december 2013;2° beslissingen te nemen houdende de toekenning en de grootte van de tussenkomsten voor buitenlandse publieke presentatiemomenten vermeld in artikel 143 van het Kunstendecreet van 13 december 2013.
Art. 3.De secretaris-generaal rapporteert maandelijks aan de Vlaamse minister, bevoegd voor de culturele aangelegenheden, over de aanvragen en de toekenningen met betrekking tot: 1° de kunstenaarstoelagen via een financieel overzicht;2° de tussenkomsten voor buitenlandse publieke presentatiemomenten via een financieel overzicht.
Art. 4.De secretaris-generaal rapporteert jaarlijks aan de Vlaamse minister, bevoegd voor de culturele aangelegenheden, over de aanvragen en de toekenningen met betrekking tot: 1° de kunstenaarstoelagen via een financieel jaaroverzicht;2° de tussenkomsten voor buitenlandse publieke presentatiemomenten via een financieel jaaroverzicht.
Art. 5.De bij dit besluit verleende delegaties worden tevens verleend aan de ambtenaar die met de waarneming van de functie van secretaris-generaal is belast of die de secretaris-generaal vervangt bij tijdelijke afwezigheid of verhindering.
Art. 6.Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art. 7.Dit besluit treedt in werking op van 1 november 2015.
Brussel, 30 oktober 2015.
De Vlaamse minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel, S. GATZ
begin
Publicatie : 2017-07-