Etaamb.openjustice.be
Omzendbrief van 02 september 2013
gepubliceerd op 04 november 2013

Ministeriële omzendbrief betreffende de herhuisvesting van de gebruiker die wordt ontzet ten gevolge van een bewoningsverbod opgelegd door de burgemeester overeenkomstig de artikelen 7 en 13 van de Waalse Huisvestingscode en Duurzaam Wonen

bron
waalse overheidsdienst
numac
2013027223
pub.
04/11/2013
prom.
02/09/2013
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

WAALSE OVERHEIDSDIENST


2 SEPTEMBER 2013. - Ministeriële omzendbrief betreffende de herhuisvesting van de gebruiker die wordt ontzet ten gevolge van een bewoningsverbod opgelegd door de burgemeester overeenkomstig de artikelen 7 en 13 van de Waalse Huisvestingscode en Duurzaam Wonen


I. Inleiding - wettelijk en reglementair kader Sinds 1 juli 2012 voorziet het Waalse Wetboek van Huisvesting en Duurzaam Wonen in een plicht tot herhuisvesting ten gunste van elke persoon die wordt ontzet ten gevolge van een bewoningsverbod opgelegd door de burgemeester of de Regering.

Die plicht tot herhuisvesting en de daaruit voortvloeiende financiering is niet van toepassing op de uitzettingsbesluiten genomen op grond van de artikelen 133, tweede lid, en 135, § 2, van de nieuwe gemeentewet. Die plicht geldt alleen voor de besluiten van de burgemeester genomen krachtens het Waalse Wetboek van Huisvesting en Duurzaam Wonen.

Ter herinnering, de plicht tot herhuisvesting geldt enkel wanneer de bewoonde woning één of meer tekortkomingen aan de bepaalde minimale gezondheidsnormen vertoont, zodat een bewoningsverbod wordt opgelegd en een uitzetting van de woning binnen een bepaalde termijn daarop volgt, waarbij het niet altijd gemakkelijk is om een andere woning te vinden (1). Die plicht is ook van toepassing wanneer een bewoningsverbod ten gevolge van een intrekking van de verhuurvergunning wordt opgelegd naar gelang van de vastgestelde tekortkomingen (2).

De plicht tot herhuisvesting is daarentegen niet van toepassing wanneer de woning wegens overbevolking ontruimd moet worden.

Het besluit van de Waalse Regering van 13 juni 2013Relevante gevonden documenten type besluit van de waalse regering prom. 13/06/2013 pub. 24/06/2013 numac 2013203693 bron waalse overheidsdienst Besluit van de Waalse Regering betreffende de herhuisvesting van de gebruiker die wordt ontzet ten gevolge van een bewoningsverbod opgelegd door de burgemeester overeenkomstig de artikelen 7 en 13 van de Waalse Huisvestingscode en Duurzaam Wonen sluiten betreffende de herhuisvesting van de gebruiker die wordt ontzet ten gevolge van een bewoningsverbod opgelegd door de burgemeester overeenkomstig de artikelen 7 en 13 van de Waalse Huisvestingscode en Duurzaam Wonen bepaalt de duur van de herhuisvesting alsmede de modaliteiten van de financiering ervan door het Waalse Gewest.

Dit besluit is van toepassing van 1 september 2013. Een voorstel tot herhuisvesting zal dan ook voor elk besluit van onbewoonbaarheid genomen na 31 augustus 2013 gewaarborgd moeten worden.

II. De procedure Het Wetboek vraagt eerst van de betrokken burgemeester om een reeks stappen uit te voeren om een woning te vinden voor de ontzette bewoners. Die stappen zijn verplicht en moeten door de dienst « Huisvesting » van de gemeente, indien hij bestaat, en, in voorkomend geval, met de hulp van het O.C.M.W. uitgevoerd worden.

De burgemeester wordt er dan ook om verzocht na te gaan of een woning overeenstemmend met de samenstelling van het gezin van de gebruiker die wordt ontzet, beschikbaar is op het grondgebied van zijn gemeente onder de categorieën volgende woningen die in de bepaalde volgorde te raadplegen zijn : - transitwoning; - woning die, overeenkomstig artikel 132 van het Waalse Wetboek van Huisvesting en Duurzaam Wonen aan een O.C.M.W. of aan een instelling met sociale doeleinden, wordt verhuurd; - woning die in beheer wordt genomen door een sociaal vastgoedagentschap; - woonstructuur die door een erkende instelling wordt vervuld.

Indien geen woning op het grondgebied van de gemeente beschikbaar is, moet de burgemeester er de « Société wallonne du Logement » (Waalse Huisvestingsmaatschappij) schriftelijk van in kennis stellen op het volgend elektronisch adres : relogement@swl.be en haar de volgende stukken overmaken : - de samenstelling van het gezin van de gebruiker die wordt ontzet; - het bewijs van kinderen ten laste (attest waaruit blijkt dat kinderbijslag wordt uitgekeerd en/of vonnis betreffende de bewaring van de kinderen en hun huisvestingsmodaliteiten); - de lijst van de beheerders van geraadpleegde woningen; - een stand van zaken van de ondernomen stappen; - de eventuele gekregen antwoorden.

De « Société wallonne du Logement » gaat na of de vereiste stappen door de burgemeester zijn ondernomen en gaat daarna op zoek naar een beschikbare woning op het grondgebied van de provincie, door gebruik te maken van dezelfde categorieën woningen in dezelfde volgorde, met uitzondering van het beroep op de privé-woning ingevoerd vóór het beroep op de woonstructuren.

De door de « Société wallonne du Logement » uitgevoerde verificaties vóór het overnemen van het zoeken naar een woning hebben betrekking op de doeltreffendheid van de stappen en niet op de wijze waarop ze zijn verricht. Als de burgemeester de vastgoedbeheerders die betrokken zijn bij de categorieën woningen bepaald in het Waalse Wetboek van Huisvesting en Duurzaam Wonen of de logiesverstrekkende inrichtingen die zich op zijn grondgebied bevinden, werkelijk heeft geraadpleegd, dan wordt de « Société wallonne du Logement » bevoegd om een huisvestingsoplossing te vinden binnen een termijn van één maand. Die termijn van één maand begint te lopen na ontvangst van de schriftelijke informatie van de burgemeester samen met de bedoelde vereiste documenten.

De « Société wallonne du Logement » mag dan geen bijkomende stap van de burgemeester verlangen.

Als de burgemeester daarentegen geen stap heeft ondernomen of niet alle vastgoedbeheerders of betrokken inrichtingen heeft geraadpleegd, wordt de « Société wallonne du Logement » niet bevoegd voor het zoeken naar een woning.

Wanneer de « Société wallonne du Logement » de taak werkelijk overneemt en de instemming van de beheerder of van de eigenaar van de woning of van de inrichting krijgt, stelt ze er de burgemeester schriftelijk van in kennis, die dan het voorstelt doet aan de persoon die ontzet wordt.

Het voorstel tot herhuisvesting moet uiterlijk bij de uitzetting van de gebruiker aangeboden worden.

Als de « Société wallonne du Logement » geen enkele woning op het grondgebied van de provincie (3) vindt of als het ontzette gezin het voorstel van de burgemeester niet aanvaardt, rust geen verplichting meer op de burgemeester, noch op de « Société wallonne du Logement ».

Als de « Société wallonne du Logement » overigens geen beschikbare woning binnen de voorgeschreven termijn van één maand heeft kunnen vinden, licht ze er onmiddellijk de burgemeester schriftelijk over in.

Er wordt ook aan herinnerd dat de toegankelijkheidsvoorwaarden die eigen zijn aan elk type woning waarop een beroep in het kader van de herhuisvesting kan worden gedaan, nageleefd moeten worden (4).

III. De duur van de herhuisvesting De herhuisvesting wordt voor maximum zes maanden verzekerd en kan één keer voor zes maanden verlengd worden indien in een transitwoning of een woonstructuur betreft of voor een periode van twaalf maanden in de andere gevallen.

Ze eindigt vóór de vervaldatum indien de begunstigde zich in een woning bevindt waarvan de huurprijs 300 euro voor een woning met één slaapkamer niet overschrijdt, verhoogd met 50 euro per bijkomende slaapkamer.

Als de herhuisvesting haar beslag krijgt in een woning, met uitzondering van de transitwoning, waarvan de huurprijs 300 euro voor een woning met één slaapkamer niet overschrijdt, verhoogd met 50 euro per bijkomende slaapkamer, is de begunstigde vrijgesteld van het zoeken naar een andere woning (5) als de huurovereenkomst voor een langere duur dan deze van de herhuisvesting is gesloten of als ze boven deze duur wordt verlengd.

IV. De financiering van de herhuisvesting Het Waalse Gewest betaalt het verschil tussen het bedrag betaald voor de ontruimde woning en het bedrag dat betaald moet worden voor de woning/structuur waarin de herhuisvesting wordt verricht, zodat het bedrag betaald door de begunstigde in het kader van zijn herhuisvesting met het bedrag van de huurprijs van de ontruimde woning of van haar huurwaarde overeenstemt.

Het betaalde verschil bedraagt hoogstens 250 euro. Dit bedrag wordt verhoogd met 30 euro per kind ten laste en met 100 euro als de begunstigde in een woning uit de privé-huursector gelegen in een vastgoeddrukgebied (6) wordt herhuisvest.

Vüür de sluiting van de huurovereenkomst maakt de begunstigde, als hij in een woning uit de privé-huursector wordt herhuisvest, of binnen de maand volgend op de handtekening van de huurovereenkomst of van de woonovereenkomst, voor de andere gevallen, de aanvraag tot tenlasteneming aan het bestuur over door middel van het met bijlage 1 overeenstemmende formulier.

Volledigheidshalve bevat de aanvraag tot tenlasteneming : 1° een uittreksel uit het bevolkingsregister met de gezinssamenstelling van de aanvrager, opgemaakt hoogstens één maand vüür de indiening van zijn aanvraag;2° de nauwkeurige identificatie van de woning of van de huisvestingsstructuur die wordt of zal worden bewoond en van de ontruimde woning, met vermelding van het bedrag van de huurprijs, van de financiële bijdrage of van de bewoningsvergoeding voor elk gebouw. Binnen vijftien dagen na de datum van versturen van de volledige aanvraag of, in voorkomend geval, van de laatste document(en) die de aanvraag aanvullen, brengt het bestuur de begunstigde en de eigenaar of beheerder van de woning op de hoogte van het bedrag van de tenlasteneming.

Vanaf de ontvangst van het schrijven van het bestuur waarbij het bedrag van de tenlasteneming wordt toegekend, kan de huurovereenkomst worden gesloten met de eigenaar van een woning uit de privé-huursector en een huurprijs kan worden vastgesteld waarvan het bedrag van de tenlasteneming wordt ingehouden.

De tenlasteneming wordt voortijdig uitbetaald voor een periode van zes maanden aan de eigenaar als de begunstigde in een woning uit de privé-huursector wordt herhuisvest.

In de andere gevallen wordt de tenlasteneming maandelijks uitbetaald aan het plaatselijke bestuur, aan de instelling met sociale doeleinden of aan de logiesverstrekkende inrichting, eigenaar of beheerder van de woning of van de structuur waar de begunstigde wordt herhuisvest.

De eigenaar of beheerder van de woning of van de woonstructuur, of het O.C.M.W. wanneer de herhuisvesting in een woning uit de privé-huursector wordt uitgevoerd, licht de administratie (7) over het einde van de herhuisvesting in.

Gedurende de duur van de herhuisvesting en de financiële tenlasteneming wordt geen huurtoelage gestort aan de begunstigde overeenkomstig het besluit van 21 januari 1999 tot toekenning van verhuis- en huurtoelagen.

V. De begeleiding Het herhuisveste gezin wordt tijdens het zoeken naar een woning begeleid.

Die begeleiding wordt verzekerd door de beheerder van de bewoonde woning, de logiesverstrekkende inrichting of het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn als de begunstigde in een woning uit de privé-huursector wordt herhuisvest.

Een tegemoetkoming van 25 euro per maand en per begunstigde wordt voorzien als de begeleiding niet door een sociaal vastgoedagentschap, een vereniging ter bevordering van de huisvesting of een logiesverstrekkende inrichting wordt verzekerd.

De beheerder van de bewoonde woning of het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn maakt zijn tegemoetkomingsaanvraag aan het bestuur over bij de overname van de begeleiding aan de hand van het met bijlage 2 overeenstemmende formulier.

Bij de tegemoetkomingsaanvraag moeten de volgende documenten worden overgelegd : 1° de identificatie van de begunstigde;2° de identificatie van de bewoonde woning en van de ontruimde woning. Het bestuur betaalt het verschuldigde bedrag voor een begeleidingsperiode van zes maanden.

Na verstrijken van die eerste periode van zes maanden, betaalt het bestuur het verschuldigde bedrag voor een tweede begeleidingsperiode van zes maanden als de begeleiding langer duurt.

VI. De perken van de regeling Wat betreft de noodtoestanden waaraan elke burgemeester zou kunnen worden blootgesteld, wordt eraan herinnerd dat de regeling ingevoerd bij het Waalse Wetboek van Huisvesting en Duurzaam Wonen een minimum is dat aan de burgemeester opgelegd is in een precies kader dat in een financiering voorziet maar dat hem niet ontslaat van zijn verantwoordelijkheid, noch van de minimale stappen die de rechtspraak van de Raad van State (8) van hem verlangt om een woning opnieuw te vinden voor elke persoon die ontzet wordt en die dan dakloos wordt.

Als de toestand vereist dat de burgemeester tussenbeide komt zonder op hulp van de « Société wallonne du Logement » te wachten, zal hij bijgevolg kunnen afwijken van het gebruikelijke mechanisme om de fysieke integriteit van de bewoners te behouden en de rechtspraak van de Raad van State na te leven.

Bovendien verhindert de ingevoerde regeling de burgemeester helemaal niet om van het kader af te wijken naar gelang van de hem aangeboden mogelijkheden, met name, indien een decente woning, die niet in de lijst opgenomen is, beschikbaar is om de herhuisvesting te waarborgen aan de persoon die ontzet wordt. In dit geval zal het Waalse Gewest evenwel niet tegemoetkomen. Het herhuisveste gezin zal evenwel een huurtoelage kunnen genieten overeenkomstig het besluit van 21 januari 1999 tot toekenning van verhuis- en huurtoelagen.

Namen, 2 september 2013.

De Minister van Duurzame Ontwikkeling en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET _______ Nota's (1) Artikel 7 van het Waalse wetboek van huisvesting en duurzaam wonen.(2) Artikel 13 van het Waalse wetboek van huisvesting en duurzaam wonen. (3) De onderzoeking wordt vanaf de uitzettingsplaats in concentrische cirkels uitgevoerd (4) Voorbeeld : als het gaat om een woning die, overeenkomstig artikel 132 van de Waalse Huisvestingscode aan een O.C.M.W., wordt verhuurd, kan alleen een gezin in een precaire toestand of met bescheiden inkomsten ertoe toegang hebben. (5) zie Punt V.(6) De lijst van de gemeenten gelegen in gebied met hoge vastgoeddruk wordt jaarlijks op 1 januari bijgewerkt en omvat heden de volgende gemeenten: Aarlen, Assesse, Attert, Aubel, Bevekom, Eigenbrakel, Kasteelbrakel, Chastre, Chaumont-Gistoux, Court-Saint-Etienne, Dalhem, Eghezée, Erezée, Gembloux, Grez-Doiceau, Hélécine, Incourt, Itter, Jalhay, Jodoigne, La Bruyère, Terhulpen, Lasnes, Messancy, Mont-Saint-Guibert, Namen, Nijvel, Orp-Jauche, Ottignies-Louvain-la-Neuve, Ramillies, Rixensart, Thimister-Clermont, Villers-la-Ville, Walhain, Waterloo en Waver.(7) Operationeel Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Wonen, Erfgoed en Energie, Directie Onderzoek en Woonkwaliteit. (8) R.S., 23 sept. 1999 ; R.S., 12 februari 2003 ; R.S., 26 januari 2005 ; R.S., 7 april 2006; R.S.., 16 juli 2009.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^