Etaamb.openjustice.be
Omzendbrief van 08 oktober 2001
gepubliceerd op 30 oktober 2001

Omzendbrief PLP 12 betreffende de rol van de Gouverneurs in het kader van het algemeen specifiek toezicht voorzien door de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus

bron
ministerie van binnenlandse zaken
numac
2001001078
pub.
30/10/2001
prom.
08/10/2001
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN


8 OKTOBER 2001. - Omzendbrief PLP 12 betreffende de rol van de Gouverneurs in het kader van het algemeen specifiek toezicht voorzien door de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus


Aan mevrouw en heren Provinciegouverneurs Aan mevrouw de Gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad Aan de dames en heren Burgemeesters Ter informatie : Aan de dames en heren Arrondissementscommissarissen Algemene Directie van de Algemene Rijkspolitie Mevrouw de Gouverneur, Mijnheer de Gouverneur, I. Inleiding De Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus (hieronder WGP genaamd), bevat verschillende bepalingen betreffende de functie van de Gouverneur, waaronder deze die betrekking hebben op het specifiek administratief toezicht.

Dit specifiek toezicht maakt het voor de overheid die het uitoefent, mogelijk om de wettelijkheid van de beslissingen van de politieorganen betreffende de bepalingen opgenomen in de WGP of krachtens deze wet uitgevaardigd, te controleren. De WGP voorziet in principe de tussenkomst van twee toezichthoudende overheden, namelijk de Gouverneur en eventueel de Minister van Binnenlandse Zaken.

Ik herinner u eraan dat de bijzondere wet van 21 maart 2000 tot wijziging van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen (Belgisch Staatsblad, 18 mei 2000) uitdrukkelijk voorziet dat door de federale overheid of door de Gewesten geen enkel administratief toezicht wordt georganiseerd op de beslissingen inzake tuchtaangelegenheden m.b.t. de lokale politie. Derhalve zijn de beslissingen inzake tuchtaangelegenheden m.b.t. de lokale politie niet onderworpen aan welk administratief toezicht dan ook.

Hoofdstuk V van titel II van de WGP regelt twee soorten van specifiek toezicht : een bijzonder specifiek toezicht, d.w.z. dat toegepast wordt op welbepaalde handelingen en een algemeen specifiek toezicht dat toegepast wordt op alle handelingen van de politieorganen. Het is over deze laatste categorie dat er in deze omzendbrief gesproken zal worden. Met name worden de bepalingen van titel II, hoofdstuk V, afdeling 4, artikelen 85 tot 88 van de WGP becommentarieerd betreffende de bevoegdheid die toegekend wordt aan de Gouverneurs inzake algemeen specifiek toezicht op de beslissingen betreffende de lokale politie die genomen worden door de gemeentelijke instellingen.

Bijkomende instructies betreffende de handelingen die onderworpen zijn aan het bijzonder specifiek toezicht zullen volgen (personeelsformatie, financiën). Ik herinner u er echter aan dat de wet van 2 april 2001 tot wijziging van de wet op het politieambt, de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, en tot wijziging van overige wetten inzake de inplaatsstelling van de nieuwe politiestructuren (Belgisch Staatsblad, 14 april 2001) een artikel 250bis WGP invoert dat stelt dat een eigen begroting van elke politiezone, duidelijk gescheiden van de gemeentebegroting, moet worden uitgewerkt binnen een strikte termijn. Ook voert deze wet een artikel 250ter in, dat oplegt dat de gemeenteraad of de politieraad van een meergemeentezone binnen de zes maanden na haar installatie ook het operationeel kader en het administratief en logistiek kader van het lokale politiekorps moet vaststellen.

Daarenboven zal binnenkort, wat deze materie betreft, een samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat en de Gewesten, afgesloten conform het Octopusakkoord, door de verschillende partijen bekrachtigd worden. Een besluit genomen ter uitvoering van de artikelen 71 en 77 wordt voorbereid, alsook een specifieke omzendbrief betreffende de begrotingsaspecten.

Als bijlage aan deze omzendbrief vindt u een synthesedocument betreffende het toezicht op de lokale politiezones.

II. Procedure m.b.t. het algemeen specifiek toezicht A. De Gouverneur moet bepaalde informatie krijgen opdat hij zijn controle inzake algemeen administratief toezicht kan uitoefenen : een lijst met een korte uiteenzetting van de beraadslagingen van de gemeenteraad of de politieraad over de kwesties betreffende de lokale politie (art. 85 WGP); een kopie in extenso van de besluiten (art. 86 WGP) : - van de gemeenteraad of de politieraad, alsook van het college van burgemeester en schepenen of het politiecollege die betrekking hebben op de gunningswijzen en voorwaarden van de opdrachten tot aanneming van werken, leveringen en diensten waarvoor de besluiten en normen bedoeld in hoofdstuk II van titel IV van de WGP toepasselijk zijn, alsmede de gunningsbesluiten van het college van burgemeester en schepenen of het politiecollege genomen in uitvoering van de voormelde besluiten; - van de gemeenteraad of de politieraad, alsook van het college van burgemeester en schepenen of het politiecollege betreffende de uitgaven die door dringende en onvoorziene omstandigheden worden vereist; - van de gemeenteraad of de politieraad betreffende de aanwerving, benoeming en bevordering van de leden van de lokale politie, met inbegrip van de zonechef.

Hoewel de WGP niets vermeldt over een eventueel te respecteren termijn voor het verzenden van de besluiten naar de Gouverneur, wordt verzocht deze besluiten te verzenden binnen de 20 dagen nadat zij genomen werden.

Teneinde alle discussie te vermijden inzake de draagwijdte van de door de gemeenteraden goedgekeurde besluiten, is het onontbeerlijk dat de gemeenten hierin uitdrukkelijk aangeven wanneer deze betrekking hebben op hun lokale politie.

De Gouverneur beschikt over een schorsingsbevoegdheid (artikel 87, § 1 van de WGP).

De voormelde beslissingen zullen enkel geschorst kunnen worden omwille van schending van de bepalingen vervat in de WGP of genomen krachtens deze wet. De Gouverneurs bevoegd voor het gewoon toezicht en het algemeen specifiek toezicht, moeten rekening houden met de eventuele verschillen in de organisatie van deze twee vormen van toezicht, wat betreft de termijnen, de motieven en de toegekende bevoegdheden.

Zo geeft de Memorie van Toelichting van de WGP als voorbeeld : « ... een miskenning van de wetgeving op de overheidsopdrachten, van beginselen van behoorlijk bestuur die geen betrekking hebben op de politie als zodanig (bijvoorbeeld het verbod tot partijdigheid, de onwettige belangenneming, de miskenning van één der kiesheidsregels bepaald in artikel 92 van de nieuwe gemeentewet,...) verder kunnen worden gesanctioneerd via de uitoefening van het (subsidiaire) gewoon administratief toezicht (...). Zo zal bijvoorbeeld de gouverneur, in het kader van de uitoefening van het specifiek toezicht, nagaan of het toekennen van een overheidsopdracht is gebeurd overeenkomstig de federale normen inzake de uitrusting van de politiediensten. Voor het overige behoort het toezicht of de wetgeving op de overheidsopdrachten wordt nageleefd tot de bevoegdheid van het gewoon toezicht".

Wat de coëxistentie van het specifiek toezicht op de handelingen van de lokale overheden inzake politie betreft, heeft de Raad van State in zijn advies betreffende het voorstel van ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, benadrukt dat het Gewest bevoegd blijft om, enerzijds, het gewone toezicht te organiseren en uit te oefenen op handelingen die niet uitdrukkelijk onder het specifieke toezicht vallen, en, anderzijds, om erop toe te zien dat de handelingen die wel onder, specifieke toezicht vallen, niet strijdig zijn met andere wetten of andere aspecten van het algemeen belang dan die waarvoor het specifieke toezicht is ingesteld.

Wij herinneren u er dan ook aan dat het de bevoegdheden inzake beheer en organisatie van de lokale politie door de gemeentelijke en meergemeentelijke overheden zijn, die aan het algemeen specifiek toezicht onderworpen zullen zijn. Ook zullen de enige redenen die ingeroepen kunnen worden, deze zijn die voortvloeien uit de schending van de wettelijke en reglementaire bepalingen met betrekking tot de lokale politie waaronder, gezien hun belang, de volgende uitdrukkelijk vermeld kunnen worden : - de uitrustingsnormen : art. 141 van de WGP; - de organisatie- en de werkingsnormen : art. 142 van de WGP; - de goedgekeurde personeelsformatie.

De bevoegdheid van de Gouverneur is derhalve beperkt tot een wettelijkheidscontrole, en sluit iedere opportuniteitscontrole uit die, van haar kant tot het gewone toezicht behoort.

Het schorsingsbesluit moet verstuurd worden naar de desbetreffende overheid binnen de 25 dagen te rekenen vanaf de dag na het toesturen aan het provinciebestuur van de lijst bedoeld in artikel 85 WGP. De Gouverneur kan bijkomende inlichtingen vragen per aangetekende brief.

In dat geval zal er een nieuwe termijn van 25 dagen beginnen lopen de dag na de ontvangst van de gevraagde inlichtingen (artikel 88, § 1 van de WGP).

De wet preciseert niet welke termijn de gemeentelijke en meergemeentelijke overheden moeten naleven voor de verzending van de opgevraagde inlichtingen. Om het nemen van beslissingen dan ook niet met onbepaalde tijd te vertragen, zal de aanvraag van de Gouverneur een strikte termijn bevatten die kan verschillen naargelang de omvang van de opgevraagde inlichtingen.

Voor de besluiten bedoeld in artikel 86 WGP, moet het schorsingsbesluit verstuurd worden binnen de 25 dagen te rekenen vanaf de dag na het inkomen van het lokale besluit bij het provinciebestuur.

De Gouverneur stuurt onverwijld een kopie van zijn schorsingsbesluit naar de Minister van Binnenlandse Zaken, naar het voormelde adres van mijn administratie (Algemene Rijkspolitie, Directie Politiebeheer - Zonale Structuren, Koningsstraat 56, te 1000 Brussel).

B. De gemeentelijke overheid of de overheid van de meergemeentezone kan (artikel 87, § 2 en § 3 van de WGP) : - het geschorste besluit intrekken en de Gouverneur daarvan kennis geven; - het geschorste besluit rechtvaardigen binnen een termijn van 100 dagen die ingaat op de dag na het versturen van het schorsingsbesluit aan de gemeente of de meergemeentezone. Deze rechtvaardiging moet naar de Minister van Binnenlandse Zaken gestuurd worden op straffe van nietigheid van het geschorste besluit, uiterlijk de laatste dag van die termijn. Het besluit moet geadresseerd worden aan mijn administratie Algemene Rijkspolitie, Directie Politiebeheer - Zonale Structuren, Koningsstraat 56, te 1000 Brussel. Een kopie wordt naar de Gouverneur gezonden.

De Minister van Binnenlandse Zaken kan het geschorste besluit vernietigen binnen een termijn van 40 dagen die ingaat op de dag na ontvangst van het rechtvaardigingsbesluit. Het gemotiveerd besluit moet uiterlijk op de laatste dag van de termijn van 40 dagen verstuurd worden naar de gemeentelijke overheden of naar de meergemeentelijke overheden, (met kopie aan de gouverneur). Zoniet is de schorsing ambtshalve opgeheven.

Wanneer de gemeentelijke overheid of de overheid van de meergemeentezone het geschorste besluit niet intrekt of niet rechtvaardigt binnen een termijn van 100 dagen, vervalt dit besluit automatisch.

C. De Minister van Binnenlandse Zaken beschikt over een rechtstreekse vernietigingsbevoegdheid.

Zoals voorzien in mijn omzendbrief ZPZ17 van 6 april 2001, moet, afhankelijk van het onderscheid gemaakt door de artikelen 85 en 86 van de WGP, ofwel een kopie van de lijst met een beknopte omschrijving van de beslissingen, ofwel een kopie van de volledige tekst van de beslissingen mij toegestuurd worden. Deze documenten moeten worden geadresseerd aan de (Algemene Rijkspolitie, Directie Politiebeheer - Zonale Structuren, Koningsstraat 56, te 1000 Brussel).

Zij moeten worden verzonden binnen dezelfde termijn dan deze die van toepassing is voor de verzending naar de Gouverneur, namelijk binnen de 20 dagen na het nemen van de beslissingen Het spreekt vanzelf dat het artikel 87, § 4 WGP slechts bij uitzondering zal worden toegepast. Het komt de gouverneurs toe om desgevallend het artikel 87, § 1, toe te passen.

De wet preciseert de termijn niet die de gemeentelijke en meergemeentelijke overheden moeten naleven voor de verzending van de opgevraagde inlichtingen overeenkomstig artikel 88 § 1, tweede lid, door de toezichthoudende overheid. Om het nemen van beslissingen niet voor onbepaalde tijd te vertragen, zal de aanvraag van de Minister dan ook een strikte termijn bevatten, die kan verschillen naargelang de omvang van de opgevraagde inlichtingen.

III. Inwerkingtreding Alle lokale politiekorpsen moeten ten laatste tegen 1 januari 2002 geïnstalleerd zijn. Bijgevolg worden door de gemeenteraden en de politieraden reeds besluiten genomen betreffende de lokale politie.

Dit betekent dat de bepalingen van deze omzendbrief vanaf heden van toepassing zijn.

Ik kan u meedelen dat ik deze omzendbrief rechtstreeks verstuurd heb naar de gemeenten van uw ambtsgebied.

Gelieve, Mevrouw, Mijnheer de Gouverneur, te willen toezien op de naleving van deze omzendbrief.

Met de meeste hoogachting, De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE

BIJLAGE : SYNTHESEDOCUMENT AANGAANDE HET SPECIFIEK TOEZICHT OP DE LOKALE POLITIEZONES (WGP, Hoofdst. V) A. ALGEMENE WETTELIJKE BEPALINGEN : - het inwinnen van inlichtingen (artikel 65); - de goedkeuring van de beslissingen betreffende de personeelsformatie, betreffende de begroting en de erin aangebrachte wijzigingen, betreffende de bijdrage van een gemeente aan de politieraad en de erin aangebrachte wijzigingen en betreffende de rekeningen (artikel 66); - de ambtshalve inschrijving door de Gouverneur, indien de gemeenteraad of de politieraad ontvangsten of verplichte uitgaven die krachtens de wet gedurende het jaar waarop de politiebegroting of de bijdrage aan de politieraad betrekking heeft, geheel of gedeeltelijk ten laste van de gemeente of de zone komen, weigert op de begroting te brengen (artikel 72); - de ambtshalve inschrijving van het juiste bedrag of de schrapping van het bedrag indien de gemeenteraad of de politieraad ontvangsten op de politiebegroting brengt die, krachtens de wet, niet aan de gemeente of aan de zone toekomen (artikel 72); - de betaalbaarstelling van de uitgaven inzake de politie (artikel 82); - het onderzoek van de boekhouding en van de kas (artikel 83); - de goedkeuring van de besluiten van de gemeenteraad of de politieraad waardoor de financiële lasten van de leningen opgenomen voor het financieren van de lokale politie worden herschikt (artikel 84); - het informeren van de Gouverneur door de gemeentelijke instellingen over besluiten die de lokale politie betreffen (artikel 85); - het opsturen van een voor eensluidend verklaard afschrift van de besluiten tot bepaling van de gunningswijze en de voorwaarden van opdrachten tot aanneming van werken, leveringen en diensten waarvoor de besluiten en normen bedoeld in hoofdstuk II van titel IV van deze wet toepasselijk zijn (uniformen, kentekens, uitrusting, bewapening, enz.) alsmede de gunningsbesluiten van het college, de besluiten betreffende de uitgaven die door dringende en onvoorziene omstandigheden worden vereist of betreffende de aanwerving, de benoeming en de bevordering van de leden van de lokale politie (artikel 86); - het sturen van een of meer bijzondere commissarissen, na waarschuwing, teneinde gevraagde inlichtingen in te zamelen of de maatregelen ten uitvoer te brengen die voortvloeien uit verplichtingen welke aan de toepassing van deze wet zijn verbonden (artikel 89).

B. PROCEDURE TOT UITVOERING VAN HET TOEZICHT De wet detailleert de procedure van uitoefening van het toezicht en van beroep door de betrokken partijen.

Het bijzonder specifiek toezicht (goedkeuringstoezicht) De Gouverneur spreekt zich uit over de goedkeuring van de beoogde beslissingen : - in artikel 67 (operationele en administratieve personeelsformatie); betekening van het besluit binnen de 25 dagen te rekenen vanaf de dag volgend op de dag van ontvangst; - in artikel 71 (begroting en begrotingswijzigingen evenals de bijdrage van de gemeente die deel uitmaakt van de meergemeentezone) binnen dezelfde termijn als die hiervoor toegekend aan het gewestelijke of federale toezicht, verminderd met 5 dagen; - in artikel 76 (beslissingen met betrekking tot de bijdrage verschuldigd aan de politieraad voor een gemeente die deel uitmaakt van een meergemeentezone); betekening van het besluit binnen de 25 dagen te rekenen vanaf de dag volgend op de dag van ontvangst; - in artikel 77 (rekeningen van de lokale politie); betekening van het besluit binnen een termijn van 200 dagen die ingaat op de dag na het inkomen van de rekening; - in artikel 84 (herschikking van de financiële lasten van de leningen opgenomen voor het financieren van de lokale politie); betekening van het besluit binnen een termijn van 40 dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het besluit;

Algemeen specifiek toezicht (schorsing- en vernietigingstoezicht) De wet voorziet ook een algemeen administratief toezicht op alle besluiten van de gemeenteraad over aangelegenheden die de lokale politie betreffen, overeenkomstig artikel 85 van de voormelde wet van 7 december 1998. 1° Toepassingsgebied Naast en onverminderd de bepalingen van het voormeld artikel 85, moet een voor eensluidend afschrift naar de gouverneur gestuurd worden van de hierna genoemde besluiten (art.86) : - de besluiten van de gemeenteraad of de politieraad, alsook die van het college van burgemeester en schepenen of het politiecollege, genomen ingevolge bevoegdheidsdelegatie, waarbij de gunningswijze en de voorwaarden worden bepaald van de opdrachten tot aanneming van werken, leveringen en van diensten waarvoor de besluiten en normen bedoeld in hoofdstuk II van titel IV toepasselijk zijn, alsmede de gunningsbesluiten van het college van burgemeester en schepen of het politiecollege, genomen in uitvoering van voormelde besluiten; - de besluiten van de gemeenteraad of de politieraad, alsook die van het college van burgemeester en schepenen of het politiecollege, betreffende de uitgaven die door de dringende en onvoorziene omstandigheden worden vereist; - de besluiten van de gemeenteraad of de politieraad houdende aanwerving, benoeming en bevordering van de leden van de lokale politie; 2° Procedure De Gouverneur schorst bij gemotiveerd besluit, de uitvoering van de besluiten (artikelen 85 en 86), waarbij een gemeenteoverheid of een overheid van een meergemeentezone de wets- en verordeningsbepalingen met betrekking tot de lokale politie, de uitrustings-, werkings-, en organisatienormen, of de goedgekeurde personeelsformatie schendt.Een afschrift van het schorsingsbesluit wordt zonder verwijl naar de Minister van Binnenlandse Zaken verzonden.

Naast de mogelijkheid tot intrekking van het geschorste besluit, kan de gemeenteoverheid of de overheid van de meergemeentezone dit geschorst besluit gemotiveerd rechtvaardigen. Zij geeft daarvan kennis geven aan de gouverneur.

Dit rechtvaardigheidsbesluit moet genomen worden binnen een termijn van honderd dagen die ingaat op de dag na het versturen van het schorsingsbesluit van de gouverneur naar de gemeente of de meergemeentezone en moet op straffe van nietigheid van het geschorste besluit uiterlijk de laatste dag van die termijn naar de minister van Binnenlandse Zaken gezonden worden. 3° Termijn De in artikel 85 bepaalde besluiten zijn niet langer vatbaar voor schorsing of vernietiging door de Gouverneur indien hij zijn besluit niet heeft verstuurd naar de gemeenteoverheid of de overheid van de meergemeentezone binnen een termijn van 25 dagen die ingaat op de dag volgend op het versturen van de in dat artikel bedoelde lijst waarop zij zijn vermeld. Deze termijn wordt gestuit door de verzending van een ter post aangetekende brief waarbij de toezichthoudende overheid het dossier betreffende het betwiste besluit bij de gemeenteoverheid of de overheid van de meergemeentezone opvraagt of bijkomende inlichtingen inwint.

Het besluit van de toezichthoudende overheden moet binnen een termijn van 25 dagen worden betekend, ingaande vanaf de dag die volgt op de ontvangst van, hetzij het opgevraagde dossier, hetzij de gevraagde inlichtingen.

De besluiten bedoeld in artikel 86 ( overheidsopdrachten, dringende en onvoorziene uitgaven, personeel) die, zonder voorafgaand verzoek van de toezichthoudende overheid moeten worden gezonden aan de Gouverneur, zijn niet langer vatbaar voor schorsing of vernietiging na het verstrijken van een termijn van vijfentwintig dagen, toegekend door de wet om het besluit van de toezichthoudende overheid te betekenen.

Deze termijn gaat in op de dag na het inkomen van het besluit bij de Gouverneur.

Dwangtoezicht De Minister van Binnenlandse Zaken of de Gouverneur bepaalt de termijn op het ogenblik van de waarschuwing die per brief gebeurt. Pas na het verstrijken van deze termijn begeven één of meer bijzondere commissarissen zich ter plaatse, op de persoonlijke kosten van de gemeentelijke overheidspersonen of van de overheidspersonen van de meergemeentezone die verzuimd hebben aan de waarschuwing gevolg te geven, teneinde gevraagde inlichtingen of opmerkingen in te zamelen of de maatregelen ten uitvoer te brengen die voortvloeien uit de verplichtingen welke aan de toepassing van de wet van 7 december 1998 zijn verbonden (art. 89).

De invordering van de kosten geschiedt door de ontvanger op zicht van het daartoe getroffen besluit van de toezichthoudende overheid.

C. OVERZICHT VAN DE ORGANISATIEMETHODE VAN HET ADMINISTRATIEF SPECIFIEK TOEZICHT Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^