Etaamb.openjustice.be
Omzendbrief van 14 november 2001
gepubliceerd op 06 december 2001

Omzendbrief Ambulante handel/regeling inzake overdracht van marktplaatsen

bron
ministerie van middenstand en landbouw
numac
2001016376
pub.
06/12/2001
prom.
14/11/2001
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN MIDDENSTAND EN LANDBOUW


14 NOVEMBER 2001. - Omzendbrief Ambulante handel/regeling inzake overdracht van marktplaatsen


Aan de Burgemeesters.

Mevrouw, Mijnheer de Burgemeester, In een recent arrest van opschorting « sprak » de Raad van State zich « uit » over de draagwijdte van de voorwaarde tot stopzetting van ambulante activiteiten, opgelegd aan de handelaar die zijn marktplaatsen wenst over te dragen.

Sedert de inwerkingtreding ervan werd deze maatregel geïnterpreteerd alsof de gevolgen ervan verder zouden reiken dan de overdrachtsoperatie zelf. Deze interpretatie had tot gevolg dat de cedent de mogelijkheid werd ontnomen onder eender welk statuut, hetzij als werkgever hetzij als werknemer, nog een ambulante activiteit te kunnen uitoefenen.

Deze interpretatie wordt gemotiveerd vanuit de bedoeling om de handel in marktplaatsen te verhinderen en via deze bedoeling het onvervreemdbaar karakter te behouden van het aandeel inzake publiek domein waarop deze plaatsen zich bevinden.

De Raad van State is in zijn argumentatie van mening dat deze interpretatie in tegenstelling is met het principe van vrijheid van handel en nijverheid, geformuleerd inhet Decreet van Allarde. Dit principe kan immers slechts de beperkingen kennen van een uitdrukkelijke wettelijke of reglementaire bepaling en niet van een interpretatie die de letter van de tekst overstijgt.

De stevigheid van de argumentatie is dusdanig dat men kan aannemen dat het beroep volgend op het arrest van opschorting op een annulering zal uitdraaien.

Ik heb bijgevolg besloten om me, vanaf nu, te voegen bij het stadpunt van de Raad van State, hierin vooruitlopend op de wijziging, ter voorbereiding, die tot doel had de nadelige sociale gevolgen van de omstreden interpretatie op te heffen.

Concreet dus blijft de verplichting om elke ambulante activiteit stop te zetten als noodzakelijke voorwaarde voor de overdracht van marktplaatsen, maar de gevolgen die verder reiken dan de overdrachtsoperatie worden opgeheven.

Praktisch gezien zal een marktkramer dan ook, na de overdracht, een ambulante activiteit kunnen hernemen, wat de hoedanigheid van de werkgever of werknemer ook zij.

Het hoeft geen betoog dat deze mogelijkheid geen aanleiding mag geven tot handel in marktplaatsen, waarvan het verbod omwille van het onvervreemdbaar karakter inzake publiek domein blijft bestaan.

Mijn administratie houdt zich te uwer beschikking voor mogelijke bijkomende inlichtingen.

Uw dienstwillige, De Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand, R. DAEMS

^