Etaamb.openjustice.be
Omzendbrief van 29 januari 2003
gepubliceerd op 13 februari 2003

Omzendbrief GPI 15quater houdende verduidelijkingen inzake de toepassing van de rechtspositieregeling betreffende de externe werving van CALog-personeel in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2003000082
pub.
13/02/2003
prom.
29/01/2003
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN


29 JANUARI 2003. - Omzendbrief GPI 15quater houdende verduidelijkingen inzake de toepassing van de rechtspositieregeling betreffende de externe werving van CALog-personeel in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus


Aan Mevrouw en Heren Provinciegouverneurs, Aan Mevrouw de Gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, Aan de Dames en Heren Burgemeesters, Aan de Commissaris-generaal van de federale politie, Aan de Korpschefs van de lokale politiekorpsen.

Ter informatie: Aan de Voorzitter van de Vaste Commissie van de lokale politie, Aan de Directeur-generaal van de Algemene Rijkspolitie, Aan de Dames en Heren Arrondissementscommissarissen.

Mevrouw, Mijnheer de Gouverneur, Mevrouw, Mijnheer de Burgemeester, Mijnheer de Commissaris-generaal, Mevrouw, Mijnheer de Korpschef, Sinds de Octopusakkoorden is de politie in dit land onophoudelijk in beweging. Van deze politie verwacht ik dat zij een verbeteringsgerichte organisatie is die zich permanent aan evoluerende noden en behoeften kan aanpassen en de processen en procedures voortdurend in vraag stelt en zonodig kan bijsturen om ze beter af te stemmen op de meerwaarde van een effectieve en efficiënte dienstverlening. 1. Verduidelijkingen inzake de toepassing van de rechtspositieregeling betreffende de externe werving van CALog-personeel in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus De voorbije maanden hebben zich, wat het doeltreffend inzetten van het personeel van het administratief en logistiek kader (afgekort als CALog-personeel) betreft, opnieuw belangrijke evoluties voorgedaan. Naar aanleiding van deze nieuwe evoluties, heeft de federale politie, vanuit haar rol als steun aan de korpsen van lokale politie, verbeteringsvoorstellen geformuleerd die ik als overheid kan bijtreden. U zal vaststellen dat zij tot doel hebben alle verantwoordelijke overheden over flexibele instrumenten te laten beschikken om binnen het referentiekader van het RPPol snel tot externe werving van bekwaam CALog-personeel over te gaan en aldus onrechtstreeks meer politieambtenaren vrij te maken voor effectief politiewerk. 1.1. Belangrijke evoluties 1.1.1. Drie mobiliteitscycli werden, zoals aangekondigd in de omzendbrief GPI 15, in 2002 georganiseerd. De directie van de mobiliteit en het loopbaanbeheer (hierna DPM) van de federale politie heeft de tendensen van de mobiliteit op basis van 2 quasi afgewerkte cycli grondig geanalyseerd en heeft verbeteringsvoorstellen gedaan.

Wat het doeltreffend inzetten van het CALog-personeel betreft, nopen deze tendensen op blijvende wijze tot een verhoogde aandacht voor de externe werving die een mobiliteitscyclus noodzakelijkerwijze moet volgen voor de invulling van die ambten die via de mobiliteit niet konden worden begeven. 1.1.2. Van 10 tot 13 december 2002 werden door de directie van de rekrutering en van de selectie (hierna DPR) van de federale politie op zeer succesvolle wijze de statutariseringsexamens voor het CALog-personeel van de politie voor alle niveaus georganiseerd. Aan deze functionele beroepsproef namen ook talrijke externe sollicitanten deel. Deze kandidaten hadden zich ingeschreven voor de talrijke (gegarandeerde) ambten die in het Belgisch Staatsblad van 12 oktober 2002 waren aangekondigd. De proef hield voor hen de eerste van vier verplicht af te leggen etappes in. De volgende etappes zullen voor hen plaatsvinden in het eerste trimester van 2003. 1.2. Blijvende maatregelen tot een meer geïntegreerde aanpak van de externe werving van het CALog-personeel van de politiediensten 1.2.1. De vorige items brengen mij onmiddellijk tot volgende beslissing. Sinds het afsluiten van de inschrijving voor het statutariseringsexamen op 6 november 2002 voor interne en externe kandidaten, zijn binnen de korpsen van lokale politie en diensten en directies van de federale politie ongetwijfeld nog sollicitanten in dienst genomen op contractuele basis (via de procedures beschreven in de hypothesen 2.2.3 tot 2.2.5 van de omzendbrief GPI 15bis en de uitvoeringsnota van DPR van 17 juli 2002) enerzijds, maar zijn ongetwijfeld nog ambten opengevallen wegens hetzij onvoldoende of niet voldoende bekwame kandidaten in de tweede mobiliteitscyclus, hetzij wegens (on)verwachte vertrekken van competente personeelsleden anderzijds. Wat de eerste categorie betreft, kunnen deze nieuw in dienst genomen personeelsleden uiteraard deelnemen aan de volgende statutariseringsronde in 2003. Wat de tweede situatie betreft, ben ik tot het inzicht gekomen dat de flexibele wervingstool die de omzendbrief GPI 15bis biedt, in dergelijke situaties heel bruikbaar is gebleken, zowel voor de lokale als de federale politie en aldus best kan bestendigd worden tot nader bericht en binnen het referentiekader van de hoogdringende nood aan competentie, zoals het in de omzendbrief GPI 15bis reeds werd aangebracht. 1.2.2. Een volgende beslissing is van dezelfde orde. U weet dat de externe sollicitanten in het raam van de vacant verklaarde statutaire CALog-ambten in het Belgisch Staatsblad van 12 oktober 2002 hebben moeten solliciteren voor expliciet vermelde betrekkingen. Dit houdt uiteraard een risico in dat heel gemotiveerde sollicitanten niet in aanmerking kunnen worden genomen voor de ambten waarvoor ze interesse hadden omdat het ambt aan een andere kandidaat wordt toegewezen.

Welnu, ik kan me vinden in een oplossing waarbij dergelijke sollicitanten op basis van hun welslagen voor de cognitieve proef van hun niveau (A, B, C of D), als onderdeel van het statutair examen sensu lato voor externen, opnieuw kunnen kandideren voor betrekkingen die via de intussen bestendigde wervingstool GPI 15bis worden aangekondigd op de website www.jobpol.be van DPR en toegevoegd worden aan de lijst van geslaagde kandidaten die aan de korpschef of directeur wordt meegedeeld voor het selectie-interview. Op deze wijze komen competente sollicitanten in aanmerking voor aantrekkelijke betrekkingen binnen de politie en komen zij, weliswaar als contractuele personeelsleden, in dienst. En de volgende statutariseringsronde in 2003 opent voor hen uiteraard perspectieven. 1.2.3. Eenzelfde oplossing kan worden geboden aan externe sollicitanten die vaststellen dat het ambt, opgenomen in het Belgisch Staatsblad van 12 oktober 2002, intussen werd geschrapt (b.v. op vraag van een politieraad of gemeenteraad omdat hun personeelsformatie niet volledig kon worden gehonoreerd of omdat een specifiek ambt intussen niet meer dienstig lijkt voor de politie of omdat de nood aan competentie een snellere invulling van het ambt op contractuele basis noodzaakte). Ook dit is de tol, die een politieorganisatie die soepel wil inspelen op veranderende omstandigheden, moet betalen. Aan deze kandidaten kunnen perspectieven worden geboden door hen eveneens in de contractuele werving, zoals bedoeld in punt 1.2.2. te betrekken. Het is niet ondenkbaar dat zij op deze wijze zelfs een betere opportuniteit vaststellen dan hun initiële keuze. 2. Algemene Inspectie van de federale politie en van de lokale politie De omzendbrieven betreffende de mobiliteit en de externe werving CALog zijn mutatis mutandis toepasselijk op de Algemene Inspectie van de federale politie en van de lokale politie (AIG), waar de inspecteur-generaal de rol van de commissaris-generaal vervult. De Minister, A. DUQUESNE

^