Etaamb.openjustice.be
Omzendbrief
gepubliceerd op 25 april 2003

Ministeriële omzendbrief betreffende parkeerplaatsen, voorbehouden voor personen met een handicap Aan de dames en heren gouverneurs, arrondissementscommissarissen, burgemeesters en schepenen. Deze omzendbrief actualiseert en vult de richtlijn Uit de ervaring opgedaan sinds het in toepassing brengen van de bovengenoemde omzendbrief en uit de(...)

bron
federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer
numac
2003014089
pub.
25/04/2003
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER


Ministeriële omzendbrief betreffende parkeerplaatsen, voorbehouden voor personen met een handicap Aan de dames en heren gouverneurs, arrondissementscommissarissen, burgemeesters en schepenen.

Deze omzendbrief actualiseert en vult de richtlijnen aan van de omzendbrief van 3 april 2001 in verband met hetzelfde onderwerp.

Uit de ervaring opgedaan sinds het in toepassing brengen van de bovengenoemde omzendbrief en uit de contacten met de verenigingen die personen met een handicap vertegenwoordigen, is het volgende gebleken : 1. De aanbeveling om de norm te weerhouden van één voorbehouden parkeerplaats op vijftig plaatsen (punt 1.1.1. van de omzendbrief van 03.04.2001) voor parkeerterreinen waar veel parkeerplaatsen beschikbaar zijn, is onvoldoende in de meeste gevallen.

Het past dus dat de aanbevelingsnorm op drie plaatsen voor vijftig wordt gebracht. 2. Jammer genoeg moet worden vastgesteld dat maar al te vaak de voorbehouden plaatsen onrechtmatig worden bezet. In de nieuwe categorisering van de zware overtredingen « per graad », zal het niet in acht nemen van deze regel, dus het onrechtmatig bezetten van een dergelijke plaats, als een zware overtreding van de eerste graad worden beschouwd.

Naast controle door de politie, zijn de volgende maatregelen aangewezen : 2.1. Het internationaal symbool van de personen met een handicap zoals het voorkomt op het verkeersbord, telkens het mogelijk is, ook op het wegdek afbeelden. 2.2. Voor de parkeerplaatsen die niet aangebracht zijn in de nabijheid van een woning waar een persoon met een handicap verblijft en die dus op een algemene wijze zijn ingesteld, hier ook, afhankelijk van de mogelijkheden, bovenop de aanwezigheid van het symbool zoals bedoeld in 2.1. : - ofwel de wegbedekking in de voorbehouden plaats(en) een andere kleur geven.

Met het oog op eenvormigheid is het best dit in het blauw te doen.

Er moet echter wel voor gewaakt worden dat het toegepaste procédé geen gladheid veroorzaakt; - ofwel, indien dat nodig is om gladheid te vermijden, evenwijdig met de afbakening in wit van de parkeerplaats, enkel een aangrenzend kader in blauw aanbrengen, met een breedte van 10 tot 15 cm.

De Minister van Mobiliteit en Vervoer, Mevr. I. DURANT De Regeringscommissaris voor de Sociale Zekerheid, Mevr. G. VAN GOOL

^