Etaamb.openjustice.be
Omzendbrief
gepubliceerd op 10 november 2010

Omzendbrief. - Privédetectives Aan het College van Burgemeester en Schepenen Ter informatie aan : De dames en heren Provinciegouverneurs De dames en heren Arrondissementscommissarissen Mevrouw, Mijnheer de Burgemeester, In het kad Een privé-detective beschikt niet over meer rechten dan een modale burger. Integendeel, de voorn(...)

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2010000620
pub.
10/11/2010
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN


Omzendbrief. - Privédetectives Aan het College van Burgemeester en Schepenen Ter informatie aan : De dames en heren Provinciegouverneurs De dames en heren Arrondissementscommissarissen Mevrouw, Mijnheer de Burgemeester, In het kader van artikel 2, § 1, van de wet van 19 juli 1991 tot regeling van het beroep van privé-detective, mag niemand het beroep van privé-detective uitoefenen of zich als dusdanig bekend maken, indien hij daartoe vooraf geen vergunning heeft gekregen van de Minister van Binnenlandse Zaken, na advies van de Veiligheid van de Staat en van de procureur des Konings van de wettige hoofdverblijfplaats van de betrokkene en, bij ontstentenis ervan, de Minister van Justitie.

Een privé-detective beschikt niet over meer rechten dan een modale burger.

Integendeel, de voornoemde wet op de privé-detectives legt hem een aantal bijkomende voorwaarden en beperkingen op, zowel met betrekking tot de middelen en methoden die hij kan hanteren, als met betrekking tot de zaken die hij mag onderzoeken.

Zo wordt artikel 1, § 1, 2° van de wet van 19 juli 1991 tot regeling van het beroep van privé-detective door sommige privé-detectives ten onrechte aangegrepen om toegang te eisen tot de registers van burgerlijke stand en de bevolkingsregisters.

Dit artikel luidt als volgt : « Art. 1, § 1. In de zin van deze wet wordt als privé-detective beschouwd elke natuurlijke persoon die gewoonlijk, al of niet in ondergeschikt verband, tegen betaling en voor een opdrachtgever activiteiten uitoefent bestaande uit : 2° het inwinnen van informatie omtrent burgerlijke stand, gedrag, moraliteit en vermogenstoestand van personen.» Het feit een vergund privé-detective te zijn doet evenwel geen bijzondere rechten ontstaan tegenover : -de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen en haar uitvoeringsbesluiten; - toegang tot de akten van de burgerlijke stand : artikel 45 Burgerlijk Wetboek blijft van toepassing.

Enkele voorbeelden : - Voor de toepassing van artikel 45 van het Burgerlijk Wetboek mag een privé-detective niet gelijkgesteld worden met een notaris of advocaat (artikel 45, § 1, eerste lid van het Burgerlijk Wetboek). In tegenstelling tot de notarissen en advocaten kan hij niet het voorrecht opeisen van artikel 45, § 1, tweede lid van het burgerlijk wetboek. - Een privé-detective heeft, zoals elke burger, recht op toegang tot de bevolkingsregisters om zijn eigen gegevens te kennen (1).

Hij mag zich echter niet beroepen op een mandaat van zijn opdrachtgever om gegevens betreffende andere personen op te vragen.

Eventuele onregelmatigheden met betrekking tot de wet van 19 juli 1991 tot regeling van het beroep van privé-detective kunnen gemeld worden aan de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken, Algemene Directie Veiligheid en Preventie, Directie Private Veiligheid, tel. 02-557 34 43 of vps@ibz.fgov.be.

L. VANNESTE, Directeur-generaal _______ Nota (1) Zie het koninklijk besluit van 16 juli 1992 betreffende het recht op toegang tot de bevolkingsregisters en het vreemdelingenregister en betreffende het recht op verbetering van deze registers.

^