Etaamb.openjustice.be
Arrest
gepubliceerd op 22 mei 2018

Uittreksel uit arrest nr. 34/2018 van 22 maart 2018 Rolnummers 6564, 6567, 6576, 6577, 6579 en 6584 In zake : de beroepen tot vernietiging van de artikelen 29 tot 34 van de programmawet van 1 juli 2016 Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en J. Spreutels, de rechters L. (...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2018201569
pub.
22/05/2018
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Uittreksel uit arrest nr. 34/2018 van 22 maart 2018 Rolnummers 6564, 6567, 6576, 6577, 6579 en 6584 In zake : de beroepen tot vernietiging van de artikelen 29 tot 34 van de programmawet van 1 juli 2016Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 01/07/2016 pub. 04/07/2016 numac 2016021055 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten (opheffing van de btw-vrijstelling voor online kans- en geldspelen andere dan loterijen), ingesteld door de nv « Casinos Austria International Belgium » en anderen, door de Waalse Regering, door de vennootschap naar Maltees recht « Reel Europe Limited » en de nv « Pac-Man », door de nv « Sagevas », door de bvba « Star Matic » en de vennootschap naar Maltees recht « Unibet (Belgium) Limited » en door de nv « Rocoluc ».

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en J. Spreutels, de rechters L. Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, F. Daoût en T. Giet, en, overeenkomstig artikel 60bis van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, emeritus voorzitter E. De Groot, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van emeritus voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de beroepen en rechtspleging a. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 22 december 2016 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 23 december 2016, is beroep tot vernietiging ingesteld van de artikelen 29 tot 34 van de programmawet van 1 juli 2016Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 01/07/2016 pub. 04/07/2016 numac 2016021055 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten (opheffing van de btw-vrijstelling voor online kans- en geldspelen andere dan loterijen), bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 4 juli 2016, tweede editie, door de nv « Casinos Austria International Belgium », de nv « Blancas », de nv « Middelkerke Casino Kursaal », de nv « Casino Kursaal Oostende » en de nv « Grand Casino de Dinant », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr.M. Maus, advocaat bij de balie te Gent. b. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 23 december 2016 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 26 december 2016, heeft de Waalse Regering, bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr.J. Bourtembourg, Mr. C. Molitor en Mr. N. Fortemps, advocaten bij de balie te Brussel, beroep tot vernietiging ingesteld van dezelfde wetsbepalingen. c. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 30 december 2016 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 2 januari 2017, is beroep tot vernietiging ingesteld van dezelfde wetsbepalingen door de vennootschap naar Maltees recht « Reel Europe Limited » en de nv « Pac-Man », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr.J.-L. Wuidard, advocaat bij de balie te Luik, en Mr. M. Nihoul, advocaat bij de balie van Waals-Brabant. d. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 29 december 2016 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 2 januari 2017, heeft de nv « Sagevas », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr.F. Judo en Mr. E. Traversa, advocaten bij de balie te Brussel, beroep tot vernietiging ingesteld van dezelfde wetsbepalingen. e. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 3 januari 2017 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 4 januari 2017, is beroep tot vernietiging ingesteld van dezelfde wetsbepalingen door de bvba « Star Matic » en de vennootschap naar Maltees recht « Unibet (Belgium) Limited », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr.A. Visschers en Mr. F. Smet, advocaten bij de balie te Brussel. f. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 4 januari 2017 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 5 januari 2017, heeft de nv « Rocoluc », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr.F. Tulkens en Mr. M. Vanderstraeten, advocaten bij de balie te Brussel, beroep tot vernietiging ingesteld van dezelfde wetsbepalingen.

Die zaken, ingeschreven onder de nummers 6564, 6567, 6576, 6577, 6579 en 6584 van de rol van het Hof, werden samengevoegd. (...) II. In rechte (...) B.1. De verzoekende partijen vorderen de vernietiging van de artikelen 29 tot 34 van de programmawet van 1 juli 2016Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 01/07/2016 pub. 04/07/2016 numac 2016021055 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, die met ingang van 1 juli 2016 de btw-vrijstelling voor kans- en geldspelen hebben beperkt.

B.2.1. Artikel 29 heeft artikel 1 van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde (BTW-Wetboek) aangevuld met de volgende paragraaf : « § 14. Voor de toepassing van dit Wetboek wordt verstaan onder : 1° ' kans- en geldspelen ' : a) de spelen, onder welke benaming ook, die gelegenheid geven tot mededinging naar prijzen of premies in geld of natura, waarbij de spelers noch bij het begin, noch in de loop of bij het einde van het spel kunnen tussenkomen en de winnaars uitsluitend door het lot of enig andere kansbepaling worden aangewezen;b) de spelen, onder welke benaming ook, die gelegenheid geven tot mededinging naar prijzen of premies in geld of natura, uitgeloofd aan de deelnemers van een prijskamp, van welke aard ook, tenzij de prijskamp de totstandbrenging van een contract tussen de winnaars en de organisator ervan tot gevolg heeft;2° ' loterijen ' : elke gelegenheid om door middel van te kopen deelbewijzen van deelneming mee te dingen naar prijzen of premies in geld of in natura waarbij de winnaars door het lot of een andere kansbepaling waarop zij geen invloed kunnen uitoefenen worden aangewezen ». B.2.2. Artikel 30 heeft in artikel 18, § 1, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, enkel wat de Nederlandstalige versie betreft, in de bepaling onder 16°, de woorden « kans- of gokspelen » vervangen door de woorden « kans- en geldspelen ».

Krachtens het eerste lid van het voormelde artikel 18, § 1, van het BTW-Wetboek wordt elke handeling die geen levering van een goed is in de zin van dat Wetboek als een dienst beschouwd. Als een dergelijke dienst wordt onder meer beschouwd de uitvoering van een contract dat tot voorwerp heeft : « 16° langs elektronische weg verrichte diensten. Worden inzonderheid als dusdanig beschouwd, de langs elektronische weg verrichte diensten die het leveren en onderbrengen van computersites tot voorwerp hebben, het onderhoud op afstand van programma's en uitrustingen, de levering van software en de bijwerking ervan, de levering van beelden, geschreven stukken en informatie en de terbeschikkingstelling van databanken, de levering van muziek of films, van spelen, met inbegrip van kans- en geldspelen, en van uitzendingen of manifestaties op het gebied van politiek, cultuur, kunst, sport, wetenschappen of ontspanning en de levering van onderwijs op afstand. Het feit dat de dienstverrichter en de ontvanger langs elektronische weg berichten uitwisselen, betekent op zich niet dat de dienst langs elektronische weg wordt verricht ».

B.2.3. Artikel 31 heeft in artikel 44, § 3, van het BTW-Wetboek, dat een aantal diensten vrijstelt van de belasting, de bepaling onder 13° als volgt vervangen : « 13° a) de loterijen; b) de andere kans- en geldspelen, met uitzondering van degene die langs elektronische weg worden verricht zoals bedoeld in artikel 18, § 1, tweede lid, 16°;».

Vóór de inwerkingtreding van artikel 31 had de vrijstelling betrekking op : « 13° weddenschappen, loterijen en andere kans- en geldspelen, met inachtneming van de door de Koning vastgestelde voorwaarden en beperkingen ».

B.2.4. Artikel 32 heeft in artikel 51bis van het BTW-Wetboek de volgende paragraaf ingevoegd : « § 1bis. De medecontractant van de niet in België gevestigde schuldenaar van de belasting krachtens artikel 51, § 1, 1°, is met deze tegenover de Staat hoofdelijk gehouden tot voldoening van de belasting verschuldigd op de voor de medecontractant langs elektronische weg verrichte kans- en geldspelen bedoeld in artikel 18, § 1, tweede lid, 16°, wanneer de schuldenaar niet beschikt over een btw-identificatienummer in België, desgevallend in toepassing van één van de bijzondere regelingen bedoeld in artikel 58ter en artikel 58quater, noch beschikt over een btw-identificatienummer toegekend door een andere lidstaat in toepassing van één van de bijzondere regelingen bedoeld in de artikelen 358bis tot en met 369duodecies van richtlijn 2006/112/EG ».

Krachtens artikel 51, § 1, 1°, van hetzelfde Wetboek is de belasting verschuldigd door de belastingplichtige die in België een belastbare levering van goederen of een belastbare dienst verricht.

B.2.5. Artikel 33 heft het koninklijk besluit nr. 45 van 14 april 1993 met betrekking tot de vrijstelling op het stuk van de belasting over de toegevoegde waarde ten aanzien van de kans- en geldspelen op. Dat koninklijk besluit preciseerde wat onder kans- en geldspelen moest worden verstaan voor de toepassing van artikel 44, § 3, 13°, van het BTW-Wetboek.

B.2.6. Artikel 34 bepaalt dat het hoofdstuk waarvan de bestreden bepalingen deel uitmaken op 1 juli 2016 in werking treedt.

B.3.1. Met ingang van 1 juli 2016 zijn bijgevolg de kans- en geldspelen die langs elektronische weg worden aangeboden (online kans- en geldspelen) niet langer van btw vrijgesteld. Offline kans- en geldspelen alsook loterijen blijven daarentegen vrijgesteld.

B.3.2. Bij aanvang ressorteerden kans- en geldspelen niet onder het stelsel van de btw, dat slechts op de limitatief opgesomde diensten van toepassing was.

Vanaf 1 januari 1993 vallen in beginsel alle diensten onder de btw-plicht, maar de wetgever voorzag in een vrijstelling voor weddenschappen, loterijen en andere kans- en geldspelen. Die vrijstelling was ingegeven door een reden van praktische aard : « Die activiteiten lenen zich immers slecht tot de heffing van de BTW, zodat het efficiënter is ze aan speciale belastingen te onderwerpen » (Parl. St., Kamer, 1992-1993, nr. 684/1, p. 49).

B.3.3. Krachtens artikel 135, lid 1, i), van de richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde (btw-richtlijn) verlenen de lidstaten vrijstelling voor « weddenschappen, loterijen en andere kans- en geldspelen, met inachtneming van de door elke lidstaat gestelde voorwaarden en beperkingen ».

Uit de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie blijkt dat aan die vrijstelling dezelfde praktische reden ten grondslag ligt : « Wat inzonderheid weddenschappen, loterijen en andere kansspelen betreft, zij eraan herinnerd dat daarvoor in een vrijstelling is voorzien uit praktische overwegingen - kansspelen lenen zich namelijk slecht voor btw-heffing - en niet, zoals het geval is voor bepaalde in de sociale sector verrichte diensten van algemeen belang, met de bedoeling deze activiteiten een gunstigere behandeling ter zake van de btw te geven » (HvJ, 10 juni 2010, C-58/09, Leo-Libera GmbH, punt 24).

B.3.4. De « speciale belasting » waaraan kans- en geldspelen worden onderworpen, is de belasting op de spelen en weddenschappen, ingevoerd bij de wet van 28 augustus 1921 houdende invoering van nieuwe fiscale middelen. Die belasting is later opgenomen in het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen (artikelen 43 en volgende van het WIGB) en is sedert de inwerkingtreding van de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten een gewestelijke belasting geworden (artikel 3, eerste lid, 1°, van de bijzondere financieringswet).

Ten aanzien van de ontvankelijkheid B.4.1. De Ministerraad betwist de ontvankelijkheid van het beroep in de zaak nr. 6576 in zoverre de verzoekende partijen bij het verzoekschrift geen afschrift van de beslissingen van de vennootschappen om in rechte te treden, overeenkomstig hun statuten, hebben gevoegd.

Artikel 7, derde lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof bepaalt dat het bewijs van de beslissing van het bevoegde orgaan van de rechtspersoon om in rechte te treden « op het eerste verzoek » moet worden voorgelegd. Die formulering laat het Hof toe, zoals het heeft geoordeeld bij zijn arrest nr. 120/2014 van 17 september 2014, af te zien van een dergelijk verzoek, met name wanneer de rechtspersoon door een advocaat wordt vertegenwoordigd, zoals te dezen.

Die interpretatie belet niet dat een partij gerechtigd is op te werpen dat de beslissing om in rechte op te treden niet is genomen door de bevoegde organen van de rechtspersoon, maar zij moet haar opwerping aannemelijk maken, wat kan met alle middelen van recht. Zulks is te dezen niet het geval.

B.4.2. De Ministerraad betwist tevens het belang van de eerste verzoekende partij in de zaak nr. 6564 en van de eerste verzoekende partij in de zaak nr. 6576.

Nu de overige verzoekende partijen in de vermelde zaken doen blijken van het vereiste belang bij de vernietiging van de bestreden bepalingen, dient het Hof de exceptie niet te onderzoeken.

B.4.3. Zoals de Ministerraad opwerpt, zijn de aangevoerde middelen in werkelijkheid gericht tegen de artikelen 31 tot 34 van de programmawet van 1 juli 2016Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 01/07/2016 pub. 04/07/2016 numac 2016021055 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten. Zij bevatten geen grieven ten aanzien van de artikelen 29 en 30 van dezelfde programmawet, die enkel de in het BTW-Wetboek gebruikte begrippen omschrijven of wijzigen. De laatstgenoemde bepalingen zijn evenwel onlosmakelijk verbonden met de daadwerkelijk bestreden artikelen.

B.4.4. De beroepen zijn derhalve ontvankelijk.

B.5. De tussenkomende partijen verzoeken het Hof de beroepen tot vernietiging te verwerpen. Zij doen blijken van het vereiste belang in zoverre een vernietiging van de bestreden bepalingen de wetgever ertoe zou kunnen brengen alle kans- en geldspelen en loterijen aan de btw te onderwerpen.

Ten aanzien van de bevoegdheidverdelende regels B.6. De meerderheid van de middelen is afgeleid uit een schending van de bevoegdheidverdelende regels.

B.7.1. Artikel 177 van de Grondwet bepaalt : « Een wet aangenomen met de in artikel 4, laatste lid, bepaalde meerderheid stelt het financieringsstelsel vast voor de gewesten.

De Gewestparlementen regelen, elk voor zich, de bestemming van hun ontvangsten bij de in artikel 134 bedoelde regelen ».

B.7.2. Artikel 3, eerste lid, 1°, van de bijzondere financieringswet, vervangen bij de bijzondere wet van 13 juli 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021379 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet tot herfinanciering van de gemeenschappen en uitbreiding van de fiscale bevoegdheden van de gewesten type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021378 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen sluiten, bepaalt : « Volgende belastingen zijn gewestelijke belastingen : 1° de belasting op de spelen en weddenschappen;».

B.7.3. Artikel 4, § 1, van de bijzondere financieringswet, vervangen bij de bijzondere wet van 13 juli 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021379 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet tot herfinanciering van de gemeenschappen en uitbreiding van de fiscale bevoegdheden van de gewesten type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021378 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen sluiten, bepaalt : « De gewesten zijn bevoegd om de aanslagvoet, de heffingsgrondslag en de vrijstellingen van de in artikel 3, eerste lid, 1° tot 4° en 6° tot 9° bedoelde belastingen te wijzigen ». B.8.1. De vaststelling dat de voormelde btw-richtlijn de gedeeltelijke opheffing van de btw-vrijstelling voor kans- en geldspelen zou toestaan (artikel 135, lid 1) en niet eraan in de weg zou staan dat dezelfde kans- en geldspelen nog aan een andere belasting onderworpen zijn, voor zover het niet gaat om een omzetbelasting (artikel 401), neemt niet weg dat de wetgever die de richtlijnbepalingen omzet de bevoegdheidverdelende regels dient na te leven.

B.8.2. De artikelen 3, 4 en 5 van de bijzondere financieringswet kennen aan de gewesten een algemene bevoegdheid toe inzake de in die artikelen bedoelde belastingen. Voor zover zij niet anders erover hebben beschikt, moeten de Grondwetgever en de bijzondere wetgever worden geacht aan de gewesten de volledige bevoegdheid toe te kennen tot het uitvaardigen van de regels met betrekking tot de aanslagvoet, de heffingsgrondslag en de vrijstellingen van de in artikel 3, eerste lid, 1° tot 4° en 6° tot 9°, bedoelde belastingen, waaronder de belasting op de spelen en weddenschappen.

B.8.3. Uit de parlementaire voorbereiding ervan blijkt dat de bijzondere financieringswet ertoe strekt « uitsluitend voor een aantal belastingen die in hun oorsprong nationale belastingen zijn, de Gewesten te garanderen dat de nationale overheid in de toekomst niet meer zal optreden op die domeinen waarover de Gewesten op grond van dit ontwerp de bevoegdheid krijgen. Zonder dergelijke uitdrukkelijke bepaling staat het immers aan de nationale overheid vrij om bij gewone wet, op grond van artikel 110 [thans artikel 170], § 2, tweede lid, van de Grondwet, ' uitzonderingen te bepalen waarvan de noodzakelijkheid blijkt ' » (Parl. St., Kamer, 1988-1989, nr. 635/1, pp. 7-8).

B.8.4. De gewesten zijn niet bevoegd om de belastbare materie van de belasting op de spelen en weddenschappen te wijzigen. Het komt de federale wetgever toe om de belastbare materie te bepalen, bij een met een bijzondere meerderheid aangenomen wet.

De bijzondere wetgever heeft de belastbare materie van de in artikel 3 van de bijzondere financieringswet opgesomde belastingen en heffingen « als het ware bevroren », zowel ten aanzien van de met gewone meerderheid beslissende federale wetgever, als ten aanzien van de gewestelijke wetgevers (zie de afdeling wetgeving van de Raad van State in haar advies van 16 september 1992 over een voorstel van bijzondere wet tot wijziging van de bijzondere wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/01/1989 pub. 06/11/2008 numac 2008000907 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten (Parl. St., Kamer, BZ 1991-1992, nr. 604/2, pp. 11-12)).

B.9. De belastbare materie is het element dat aanleiding geeft tot de belasting, de situatie die of het feit dat leidt tot het verschuldigd zijn van de belasting. De belastbare materie onderscheidt zich van de belastbare grondslag (« de heffingsgrondslag »), die de basis is waarop de belasting wordt berekend.

B.10. De belastbare materie van de belasting op de spelen en weddenschappen, zo blijkt uit de parlementaire voorbereiding van de bijzondere wet van 13 juli 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021379 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet tot herfinanciering van de gemeenschappen en uitbreiding van de fiscale bevoegdheden van de gewesten type wet prom. 13/07/2001 pub. 03/08/2001 numac 2001021378 bron diensten van de eerste minister Bijzondere wet houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen sluiten, is « de organisatie in het openbaar of in private kring van de spelen en de weddenschappen ». De heffingsgrondslag van de belasting is « het bruto bedrag van de sommen ingezet bij spelen en weddenschappen » (Parl. St., Kamer, 2000-2001, DOC 50-1183/007, p. 157) of de zogenaamde « werkelijke brutomarge », zijnde het bedrag van de inzetten van de spelers, verminderd met het bedrag van de winsten die werkelijk uitgekeerd zijn aan de spelers (zie artikel 43bis van het WIGB).

B.11. Krachtens artikel 26, eerste lid, van het BTW-Wetboek, wordt de btw berekend over alles wat de dienstverrichter als tegenprestatie verkrijgt of moet verkrijgen van degene aan wie de dienst wordt verstrekt.

Wanneer de organisator van kans- of geldspelen een juridische verplichting heeft, van welke aard dan ook, om een gedeelte van de inzetten van de spelers als winst uit te keren, wordt de maatstaf van heffing berekend aan de hand van de werkelijke brutomarge, die een bedrag inclusief btw is (omzendbrief AAFisc Nr. 32/2016 van 30 november 2016, nr. 27). Dat is, met andere woorden, het brutobedrag van de ingezette sommen of inleggelden, verminderd met de winsten die werkelijk uitgekeerd zijn (Parl. St., Kamer, 2015-2016, DOC 54-1875/001, p. 20).

De btw zelf behoort niet tot de maatstaf van heffing (artikel 28, 6°, van het BTW-Wetboek). Aangezien de btw begrepen is in de werkelijke brutomarge moet zij derhalve uit die marge worden getrokken om de maatstaf van heffing te bepalen (voormelde omzendbrief, nr. 28).

Bij de berekening van de verschuldigde btw wordt evenwel geen rekening gehouden met de gewestelijke belasting op spelen en weddenschappen (voormelde omzendbrief, nr. 47).

B.12. De bestreden bepalingen hebben tot gevolg dat de werkelijke brutomarge van de organisatie van online kans- en geldspelen zowel aan de btw (21 pct.) wordt onderworpen als aan de gewestelijke belasting op de spelen en weddenschappen (basistarief van 11 of 15 pct. naar gelang van het gewest).

B.13. Door de online kans- en geldspelen aan de btw te onderwerpen, heeft de federale wetgever weliswaar de belastbare materie van de gewestelijke belasting op de spelen en weddenschappen formeel niet gewijzigd, maar heeft hij in werkelijkheid een maatregel genomen die de belastbare materie vermindert door het aanbieden van de betrokken spelen en weddenschappen duurder en daardoor minder aantrekkelijk te maken. Het oordeel over de wenselijkheid van dat gevolg komt in de eerste plaats de gewestelijke wetgever toe, die krachtens artikel 3, eerste lid, 1°, van de bijzondere financieringswet bevoegd is voor het vaststellen van de aanslagvoet en de vrijstellingen van de belasting op de spelen en weddenschappen.

Een dergelijke wijziging van de belastbare materie, die de mogelijkheid voor de gewesten om hun bevoegdheden uit te oefenen beperkt, zou de federale wetgever enkel kunnen doorvoeren met de in artikel 4, laatste lid, van de Grondwet bepaalde bijzondere meerderheid. Die bijzondere meerderheidsvoorwaarde maakt noodzakelijk deel uit van het systeem tot bepaling van bevoegdheden. Op grond van artikel 1, 1°, van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten, vermag het Hof kennis te nemen van een schending van de bijzondere meerderheidsvoorwaarden vereist door de Grondwet.

B.14. De middelen zijn gegrond in zoverre zij zijn afgeleid uit een schending van artikel 177 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 3, eerste lid, 1°, van de bijzondere financieringswet.

B.15. De artikelen 29 tot 34 van de programmawet van 1 juli 2016Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 01/07/2016 pub. 04/07/2016 numac 2016021055 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten dienen bijgevolg te worden vernietigd.

Er is geen aanleiding om de overige middelen te onderzoeken, aangezien zij niet tot een ruimere vernietiging kunnen leiden.

B.16. De vernietigde artikelen waren van toepassing op de inkomsten verkregen vanaf 1 juli 2016.

Teneinde rekening te houden met de budgettaire en administratieve moeilijkheden die de terugbetaling van de reeds betaalde belastingen zou teweegbrengen, dienen de gevolgen van de vernietigde bepalingen definitief te worden gehandhaafd met toepassing van artikel 8 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof.

Om die redenen, het Hof - vernietigt de artikelen 29 tot 34 van de programmawet van 1 juli 2016Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 01/07/2016 pub. 04/07/2016 numac 2016021055 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten; - handhaaft de gevolgen van de vernietigde bepalingen.

Aldus gewezen in het Nederlands, het Frans en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, op 22 maart 2018.

De griffier, P.-Y. Dutilleux De voorzitter, E. De Groot

^