Etaamb.openjustice.be
Samenwerkingsakkoord van 05 maart 2014
gepubliceerd op 28 oktober 2014

Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten inzake de ondersteuning van de Belgian Coordinated Collections of Micro-organisms, BCCM" als "Belgisch "Biological Resource Centre"

bron
federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister en programmatorische federale overheidsdienst wetenschapsbeleid
numac
2014206172
pub.
28/10/2014
prom.
05/03/2014
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

5 MAART 2014. - Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten inzake de ondersteuning van de Belgian Coordinated Collections of Micro-organisms, BCCM" als "Belgisch "Biological Resource Centre"


Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot hervorming der instellingen, met name op de artikelen 6bis, § 1 en § 2, 1° en 5°, ingevoegd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993, en 92bis, § 1, ingevoegd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;

Overwegende dat de Conventie inzake Biologische Diversiteit (door België ondertekend op 5 juni 1992, geratificeerd op 22 november 1996, in werking getreden op 20 februari 1997 en eveneens goedgekeurd door de Gemeenschappen en Gewesten) zijn ondertekenende partijen gelast met de bewaring en het duurzaam gebruik van de biologische diversiteit en voorziet in de rechtvaardige en billijke verdeling van de voordelen die voortvloeien uit het gebruik van de genetische hulpbronnen;

Overwegende dat de Conventie inzake Biologische Diversiteit benadrukt dat verzamelingen van biologisch materiaal een sleutelrol spelen in de ex situ bewaring van de biologische diversiteit;

Overwegende de aanbevelingen voor de nationale regeringen die de groep "Biological Resource Centres, BRCs" van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) formuleerde en die in januari 2004 werden goedgekeurd door het Comité voor Wetenschaps- en Technologiebeleid van de OESO (CSTP genoemd), te weten het verzekeren van : - de ondersteuning op lange termijn van de BRC's; - wetenschappelijk vooruitgang teneinde een geschikte verwerving en verdeling van het materiaal te verzekeren; - een coördinatie en complementariteit van de BRC's; - de kwaliteit van het materiaal en de diensten; - de ontwikkeling van de expertise alsook de ondersteuning van opleidingen om deze expertise te behouden.

Overwegende dat een "Biological Resource Centre, BRC" een belangrijke infrastructuur is ter ondersteuning van het onderzoek en de ontwikkeling in twee domeinen die een zeer belangrijke economische waarde vertegenwoordigen, namelijk biotechnologie en levenswetenschappen;

Overwegende dat de netwerking van de verzamelingen hen zal toelaten om het label "Biological Resource Centre" te bekomen en een toegevoegde waarde zal creëren, zowel voor de verzamelingen op zich, als voor hun gebruikers;

Overwegende dat op 10 september 1982 de federale Ministerraad, op advies van de Interministeriële Commissie voor Wetenschapsbeleid, besliste tot de oprichting van de "Belgian Coordinated Collections of Micro-organisms, BCCM)", en dat sindsdien de federale Ministerraad de financiering van opeenvolgende meerjarenfasen van de BCCM telkens heeft goedgekeurd. Op 27 maart 2009 besliste de federale Ministerraad om een jaarlijks weerkerende financiering toe te kennen aan BCCM, teneinde de BCCM te consolideren als Belgisch "Biological Resource Centre";

Overwegende dat het BCCM-consortium bestaat uit zeven complementaire verzamelingen van biologisch materiaal, die gecoördineerd worden door een coördinatiecel bij de POD Wetenschapsbeleid. De zeven verzamelingen zijn : - BCCM/DCG, de diatomeeënverzameling van de Onderzoeksgroep Protistologie en Aquatische Ecologie van de Universiteit Gent; - BCCM/IHEM, de biomedische schimmel- en gistenverzameling van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid; - BCCM/ITM, de mycobacteriënverzameling van het Instituut voor Tropische Geneeskunde; - BCCM/LMBP, de plasmide-verzameling van de Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie van de Universiteit Gent; - BCCM/LMG, de bacteriënverzameling van het Laboratorium voor Microbiologie van de Universiteit Gent; - BCCM/MUCL, de (agro)industriële schimmel- en gistenverzameling van de "Université Catholique de Louvain"; - BCCM/ULC, de cyanobacteriënverzameling van het "Centre d'Ingéniérie des Protéines" van de "Université de Liège".

Overwegende dat de BCCM-verzamelingen deel uitmaken van het Europese netwerk voor uitwisseling van microbiële gegevens MINE (Microbial Information Network Europe), van het CABRI-project (Common Access to Biotechnological Resources and Information), het EBRCN project (European Biological Resource Centres Network) en het EMbaRC project (European Consortium of Microbial Resources Centres);

Overwegende dat het BCCM-consortium via de POD Wetenschapsbeleid partner is van de voorbereidende fase van het MIRRI project (Microbial Resources Research Infrastructure), dat gefinancierd wordt in het kader van het Europees Strategisch Forum voor Onderzoeksinfrastructuur (ESFRI);

Overwegende dat de BCCM-activiteiten onder meer als ondersteuning gelden van de volgende federale bevoegdheidsdomeinen : - de industriële en intellectuele eigendom; - de metrologie (de stammen-banken zijn een referentiesysteem); - de algemene regels voor consumentenbescherming; - de uitwerking van productnormen; - de ontwikkelingssamenwerking.

Overwegende dat de BCCM-activiteiten ook diverse domeinen ondersteunen die bevoegdheidshalve geheel of gedeeltelijk afhangen van de Gewesten en de Gemeenschappen, zoals bv. : ? het industriële beleid; ? de vorming van vorsers; ? de preventieve gezondheidszorg; ? het leefmilieu en waterbeleid; ? het natuurbehoud; ? het landbouwbeleid.

Overwegende dat in een samenwerkingsakkoord de wijze moet worden toegelicht volgens welke de Gemeenschappen en de Gewesten betrokken worden bij de opvolging en de valorisatie van de BCCM;

De Federale Staat, vertegenwoordigd door de heer Philippe Courard, Staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid;

De Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest, vertegenwoordigd door de heer Kris Peeters, Minister-President van de Vlaamse Gemeenschap en van het Vlaams Gewest, en Mevr. Ingrid Lieten, Viceminister-president en Vlaams minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding;

De Franstalige Gemeenschap, vertegenwoordigd door de heer Jean-Marc Nollet, Vice-president en minister van Kinderwelzijn, Onderzoek en Ambtenarenzaken;

De Duitstalige Gemeenschap, vertegenwoordigd door de heer Olivier Paasch, Minister van Onderwijs, Vorming en Werkgelegenheid;

Het Waalse Gewest, vertegenwoordigd door de heer Jean-Marc Nollet, Vice-president en minister van Duurzame ontwikkeling, Ambtenarenzaken, Energie, Huisvesting en Onderzoek;

Het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door Mevr.

Céline Frémault, Minister van Tewerkstelling, Economie, Buitenlandse Handel en Wetenschappelijk Onderzoek;

Zijn het volgende overeengekomen :

Artikel 1.Algemene bepaling In dit akkoord zijn de samenwerkingsregels vastgelegd voor de ondersteuning van de BCCM als Belgisch "Biological Resource Centre", die het voorwerp uitmaakt van de beslissing van de federale Ministerraad van 27 maart 2009.

Art. 2.Opdracht van het BCCM-consortium In zijn hoedanigheid van Belgisch "Biological Resource Centre" heeft het BCCM-consortium de volgende opdracht : - de ex situ bewaring van microbiële diversiteit, volgens de regels van de Conventie inzake Biologische Diversiteit en het Protocol van Nagoya inzake toegang tot genetische rijkdommen en de eerlijke en billijke verdeling van voordelen voortvloeiende uit hun gebruik bij het Verdrag inzake Biologische Diversiteit; - het aanvaarden en ter beschikking stellen van het microbieel materiaal; - het uitvoeren van wetenschappelijke diensten op aanvraag van derden; - het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek dat relevant is voor de verzamelingen; - het aanvaarden van depots van biologisch materiaal als Internationaal Depositaris onder het Verdrag van Boedapest inzake de Internationale erkenning van het depot van micro-organismen ten dienste van de octrooiverlening (gedaan in Budapest op 28 april 1977, gewijzigd op 26 september 1980, geratificeerd door België op 15 september 1983 en in werking getreden in België op 15 december 1983).

Op het moment van ondertekening van dit Samenwerkingsakkoord aanvaarden alleen de verzamelingen BCCM/IHEM, BCCM/LMBP, BCCM/LMG en BCCM/MUCL patentdepots onder het Verdrag van Boedapest.

Art. 3.Stuurcomité Er wordt een stuurcomité opgericht dat belast wordt met de opvolging van de activiteiten van het Belgisch "Biological Resource Centre" en met de valorisatie ervan.

Het stuurcomité omvat : - Eén vertegenwoordiger van de volgende federale departementen : ? FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie; ? FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu; ? FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. - Eén vertegenwoordiger per Gemeenschap; - Eén vertegenwoordiger per Gewest.

Het stuurcomité wordt voorgezeten door de Voorzitter van het Directiecomité van de POD Wetenschapsbeleid of zijn afgevaardigde.

Het secretariaat wordt waargenomen door de BCCM-coördinatiecel bij de POD Wetenschapsbeleid.

Art. 4.Opvolging van de BCCM-activiteiten Het stuurcomité komt minstens éénmaal per jaar samen om de evolutie van de BCCM-activiteiten op te volgen, met inbegrip van de ontwikkeling van de verzamelingen, de diensten en de wetenschappelijke activiteiten.

Voorafgaand aan deze vergadering wordt er door de POD Wetenschapsbeleid een verslag over de activiteiten van het BCCM-consortium overgemaakt aan het stuurcomité.

Het stuurcomité volgt de BCCM-activiteiten op, en kan advies uitbrengen over de evolutie van de activiteiten en over de maatregelen die het nodig acht om de doelstellingen te bereiken.

De adviezen komen tot stand bij consensus van de leden. Indien geen consensus wordt bereikt, zal het advies vermelden op welke punten de meningen uiteenlopen en de federale Minister van wetenschapsbeleid zal de knoop doorhakken.

Art. 5.Valorisatie van de BCCM-activiteiten Het stuurcomité ziet erop toe dat alle resultaten van de ondersteuningsactie doelmatig worden overgedragen naar de mogelijke gebruikers.

De organisaties die onderzoek financieren en die onder de bevoegdheid vallen van de leden van dit Samenwerkingsakkoord zullen maatregelen nemen om onderzoekers waarmee deze organisaties in contact komen te wijzen op het belang van het deponeren van relevant biologisch materiaal bij een publieke cultuurverzameling door een geschikte clausule op te nemen in de contracten die met deze onderzoekers worden afgesloten.

Art. 6.Duur van het akkoord Dit akkoord wordt gesloten voor onbepaalde duur. In geval de Staat beslist om de BCCM-activiteiten stop te zetten loopt het akkoord ten einde één jaar na deze stopzetting. De Staat brengt het stuurcomité en de leden van dit Samenwerkingsakkoord hiervan schriftelijk op de hoogte.

Art. 7.Inwerkingtreding Dit akkoord treedt in werking op 5 maart 2014.

Opgemaakt te Brussel, in 8 exemplaren, op 5 maart 2014.

Voor de Federale Staat : De Staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, Ph. COURARD Voor de Vlaamse Gemeenschap en voor het Vlaams Gewest : De Minister-President van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams Minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding, Mevr. I. LIETEN Voor de Franstalige Gemeenschap : De Vice-president en Minister van Kinderwelzijn, Onderzoek en Ambtenarenzaken, J.-M. NOLLET Voor het Waalse Gewest : De Vice-president van de Regering van het Waalse Gewest en Minister van Duurzame ontwikkeling, Ambtenarenzaken, Energie, Huisvesting en Onderzoek, J.-M. NOLLET Voor de Duitstalige Gemeenschap : De Minister van Onderwijs, Vorming en Werkgelegenheid, O. PAASCH Voor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest : De Minister van Tewerkstelling, Economie, Buitenlandse Handel en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. C. FREMAULT

^