Etaamb.openjustice.be
Samenwerkingsakkoord van 22 maart 2002
gepubliceerd op 07 november 2002

Samenwerkingsakkoord tussen de Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de benoemings- en afzettingsmodaliteiten van de vertegenwoordigers, leden van de gewestelijke vervoersmaatschappijen die zetelen in het Oriënteringscomité van de N.M.B.S.

bron
ministerie van verkeer en infrastructuur, ministerie van financien, ministerie van de vlaamse gemeenschap, ministerie van het waalse gewest en ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2002021398
pub.
07/11/2002
prom.
22/03/2002
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

22 MAART 2002. - Samenwerkingsakkoord tussen de Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de benoemings- en afzettingsmodaliteiten van de vertegenwoordigers, leden van de gewestelijke vervoersmaatschappijen die zetelen in het Oriënteringscomité van de N.M.B.S.


Gelet op artikel 39 van de Grondwet;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd door de bijzondere wet van 8 augustus 1988 tot hervorming der instellingen en de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot hervorming der instellingen;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, inzonderheid op artikel 42;

Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige overheidsbedrijven;

Gelet op de prioriteiten die de federale Regering vastlegde op 17 oktober 2000;

Overwegende dat de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, zoals gewijzigd door de wet van 22 maart 2002, in artikel 161quater in de oprichting voorziet van een Oriënteringscomité binnen de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen;

Dat artikel 161quinquies van bovengenoemde wet bepaalt dat het Oriënteringscomité is samengesteld uit de leden van de Raad van bestuur van de N.M.B.S. en van zes vertegenwoordigers, leden van de gewestelijke vervoersmaatschappijen, die worden benoemd volgens de modaliteiten bepaald in een samenwerkingsakkoord;

Overwegende dat onderhavig samenwerkingsakkoord de bepaling beoogt van de modaliteiten van benoeming en afzetting van de vertegenwoordigers, leden van de gewestelijke vervoersmaatschappijen die in het Oriënteringscomité van de N.M.B.S. zetelen;

Overwegende dat het Overlegcomité, bedoeld in artikel 31 van de gewone wet van 9 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het kader van de uitvoering van huidig akkoord overeenkomstig artikel 33 van genoemde wet volgens de consensusprocedure beslist;

De federale Staat, vertegenwoordigd door de heer Guy Verhofstadt, Eerste Minister van de federale Regering en door Mevr. Isabelle Durant, Vice-Eerste Minister van de federale regering, en Minister van Mobiliteit en Vervoer;

Het Vlaams Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering in de persoon van de heer Patrick Dewael, Minister-President, belast met Financiën, Begroting, Buitenlands Beleid en Europese Aangelegenheden en de heer Steve Stevaert, Minister Vice-President, en Minister Mobiliteit, Openbare Werken en Energie;

Het Waals Gewest, vertegenwoordigd door zijn Regering in de persoon van de heer Jean-Claude Van Cauwenberghe, Minister-President, belast met de Internationale Betrekkingen en de heer José Daras, Minister van Vervoer, Mobiliteit en Energie;

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door zijn Regering in de persoon van de heer François-Xavier de Donnéa, Minister-President, belast met de Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing en Wetenschappelijk Onderzoek, en de heer Jos Chabert, Minister van Openbare Werken, Vervoer, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, en de heer Robert Delathouwer, Staatssecretaris, belast met Mobiliteit, Ambtenarenzaken, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp;

Gezamenlijk hun eigen bevoegdheden uitoefenend, komen overeen wat volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Dit akkoord wordt gesloten zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheidsverdeling tussen de partijen zoals bepaald door de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd door de bijzondere wet van 8 augustus 1988 tot hervorming der instellingen en de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot hervorming der instellingen.

Art. 2.In het raam van dit akkoord wordt verstaan onder : 1. « De partijen » : De Federale Regering, de Waalse Regering, de Vlaamse Regering en de Brusselse Hoofdstedelijke Regering;2. « Het Oriënteringscomité » : Het orgaan bepaald bij artikel 161quater van de wet van 21 maart 1991 over de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven;3. « Overlegcomité » : orgaan zoals bedoeld in artikel 31 van de gewone wet van 9 augustus 1980 tot hervorming der instellingen. HOOFDSTUK II. - Benoeming

Art. 3.Elk van de gewestelijke vervoersmaatschappijen, bedoeld in artikel 161quinquies , beschikt over twee zetels in het Oriënteringscomité.

De zes vertegenwoordigers, leden van de gewestelijke vervoersmaatschappijen, worden benoemd door de Koning, bij in Ministerraad overlegd koninklijk besluit, op voorstel van de respectievelijke Gewesten.

Zij worden afgezet door de Koning, bij in Ministerraad overlegd koninklijk besluit, op voorstel van de Gewesten. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 4.De geschillen tussen de partijen die voortvloeien uit de interpretatie en de uitvoering van dit akkoord worden beslecht door een jurisdictie zoals bedoeld in artikel 92bis , §§ 5 en 6, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen.

Gedaan te Brussel op 22 maart 2002 in 1 origineel exemplaar in het Frans en in het Nederlands.

Voor de Staat : De Eerste Minister, G. VERHOFSTADT De Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer, Mevr. I. DURANT Voor het Vlaams Gewest : De Minister-President, P. DEWAEL De Vice-President en Minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, S. STEVAERT Voor het Waals Gewest : De Minister-President, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Vice-President en Minister van Vervoer, Mobiliteit en Energie, J. DARAS Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : De Minister-President, F.-X. de DONNEA De Minister van Openbare Werken, Vervoer, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, J. CHABERT De Staatssecretaris van Mobiliteit, Ambtenarenzaken, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, R. DELATHOUWER

^