Etaamb.openjustice.be
Vacante Bettreking
gepubliceerd op 28 oktober 2005

Rechterlijke Orde. - Vacante betrekkingen - hoofdgriffier : - van het vredegerecht van het kanton Eeklo : 1; - van de politierechtbank te Kortrijk : 1, vanaf 1 mei 2006; - griffier bij het vredegerecht van het kanton Jette : 1 ; - bij het vredegerech(...)

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2005009848
pub.
28/10/2005
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE


Rechterlijke Orde. - Vacante betrekkingen - hoofdgriffier : - van het vredegerecht van het kanton Eeklo : 1; - van de politierechtbank te Kortrijk : 1, vanaf 1 mei 2006; - griffier bij het vredegerecht van het kanton Jette : 1 (*); - adjunct-griffier : - bij de rechtbank van eerste aanleg te Leuven : 1, vanaf 1 april 2006; - bij het vredegerecht van het kanton Jette : 1 (*); - opsteller bij de griffie : - van de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen : 2; - van de rechtbank van koophandel te Kortrijk : 1; - beambte bij de griffie van het vredegerecht van het kanton La Louvière : 1; - beambte bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen : 1.

De kandidaturen voor een benoeming in de rechterlijke orde moeten bij een ter post aangetekend schrijven aan de « FOD Justitie Directoriaat-generaal Rechterlijke Organisatie, Dienst Personeelszaken, 3/P/R.O. II, Waterloolaan 115, 1000 Brussel », worden gericht binnen een termijn van één maand na de bekendmaking van de vacature in het Belgisch Staatsblad (artikel 287 van het Gerechtelijk Wetboek).

De kandidaten dienen een afschrift bij te voegen van het bewijs dat zij geslaagd zijn voor het examen voor de griffies en parketten van hoven en rechtbanken, ingericht door de Minister van Justitie, en dit voor het ambt waarvoor zij kandidaat zijn. (*) De kennis van het Nederlands en van het Frans is vereist van de kandidaten voor de vacante plaatsen in de griffie van de gerechten die aangeduid zijn met een sterretje (*), overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 53 en 54bis van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken.

^