Etaamb.openjustice.be
Bekrachtiging van 19 februari 2004
gepubliceerd op 01 juni 2004

Collegebesluit nr. 04/99 houdende bekrachtiging van de verordening nr. 04/01 houdende de erkennings- en subsidiëringsvoorwaarden voor lokale dienstencentra

bron
vlaamse gemeenschapscommissie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2004031246
pub.
01/06/2004
prom.
19/02/2004
ELI
eli/besluit/2004/02/19/2004031246/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 FEBRUARI 2004. - Collegebesluit nr. 04/99 houdende bekrachtiging van de verordening nr. 04/01 houdende de erkennings- en subsidiëringsvoorwaarden voor lokale dienstencentra


De Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie heeft aangenomen en wij, het College, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFSTUK 1. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Deze verordening regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 166, § 3, 1° van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994.

Art. 2.In deze verordening wordt bedoeld met : a) Lokaal dienstencentrum : een voorziening die voldoet aan de bepalingen van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap, hoofdstuk II, afdeling 2, onderafdeling B - dienstencentrum, artikels 6 en 7.b) Kansarme wijken : delen van het territorium van het Brusselse hoofdstedelijke gewest waar een veelheid van problemen de situatie van maatschappelijke achterstelling in de hand werken, versterken of in stand houden. c) Initiatiefnemer : vereniging zonder winstoogmerk, gemeente of O.C.M.W. d) Nieuw initiatief : lokaal dienstencentrum dat zijn principiële erkenningsaanvraag heeft ingediend bij de Vlaamse Gemeenschap;e) Decreet van de Vlaamse Gemeenschap : decreet van 14 juli 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg.f) Besluit van de Vlaamse regering : besluit van 18 december 1998 houdende de erkenning en de subsidiëring van verenigingen en welzijnsvoorzieningen in de thuiszorg.g) Het College : het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie.

Art. 3.Conform de onderstaande bepalingen van de verordening en van de betreffende uitvoeringsbesluiten van het College en binnen de perken van de kredieten, erkent en subsidieert het College lokale dienstencentra. HOOFDSTUK 2. - Erkenning

Art. 4.Het College houdt bij de erkenning van lokale dienstencentra rekening met de programmatienorm zoals die wordt gehanteerd in het decreet van de Vlaamse Gemeenschap, en met een evenwichtige territoriale spreiding.

Art. 5.Het College erkent lokale dienstencentra in twee categorieën : a) lokale dienstencentra met een werking in kansarme wijken van het Brusselse hoofdstedelijke gewest;b) lokale dienstencentra met een werking in andere wijken van het Brusselse hoofdstedelijke gewest.

Art. 6.Lokale dienstencentra worden erkend indien de initiatiefnemer : a) een vereniging zonder winstoogmerk is die als Nederlandstalig kan beschouwd worden; b) een gemeente of een O.C.M.W. is dat een lokaal dienstencentrum uitbouwt dat als Nederlandstalig kan beschouwd worden; c) zijn zetel in het Brusselse hoofdstedelijke gewest heeft;d) de werking van het lokaal dienstencentrum uitbouwt zodat deze beantwoordt aan de bepalingen van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap en het besluit van de Vlaamse regering;e) voldoet aan de voorwaarden bepaald in de uitvoeringsbesluiten van het College.

Art. 7.Indien een lokaal dienstencentrum niet meer voldoet aan de voorwaarden bepaald in artikel 6 wordt de erkenning ingetrokken. HOOFDSTUK 3. - Subsidiëring

Art. 8.Binnen de perken van de uitgetrokken kredieten en volgens de voorwaarden bepaald in het bijhorende uitvoeringsbesluit zullen de erkende lokale dienstencentra een subsidie ontvangen. a) Voor de in artikel 6a bedoelde lokale dienstencentra bestaat deze subsidie uit : -een salarissubsidie voor de centrumleider; - een werkingssubsidie. b) De in artikel 6b bedoelde lokale dienstencentra ontvangen een werkingssubsidie.

Art. 9.Nieuwe initiatieven kunnen een salarissubsidie ontvangen voor een stafmedewerker en een werkingssubsidie, nadat een principiële erkenningsaanvraag is ingediend bij de Vlaamse Gemeenschap. HOOFDSTUK 4. - Slot- en overgangsbepalingen

Art. 10.Het College zal bij toepassing van deze verordening besluiten nemen.

Art. 11.De verordening nr. 94/08 van 19 januari 1995 van erkennings- en subsidiëringsvoorwaarden voor dienstencentra voor bejaarden wordt opgeheven.

Het collegebesluit nr. 95/027 van 19 januari 1995 houdende de uitvoering van de verordening nr. 94/08 van erkennings- en subsidiëringsvoorwaarden voor dienstencentra voor bejaarden wordt opgeheven.

Deze verordening treedt in werking vanaf 1 maart 2004.

Deze verordening wordt in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.

De Collegeleden, J. CHABERT G. VANHENGEL P. SMET

^