Etaamb.openjustice.be
Vergunning van 30 april 1997
gepubliceerd op 25 september 1997

Collegebesluit nr. 97/115 houdende uitvoering van verordening 97/001 houdende subsidiëring van verenigingen en manifestaties in het domein van het cultureel erfgoed

bron
vlaamse gemeenschapscommissie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
1997031261
pub.
25/09/1997
prom.
30/04/1997
ELI
eli/besluit/1997/04/30/1997031261/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

30 APRIL 1997. Collegebesluit nr. 97/115 houdende uitvoering van verordening 97/001 houdende subsidiëring van verenigingen en manifestaties in het domein van het cultureel erfgoed


Het College, Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde Grondwet van 17 februari 1994;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen;

Gelet op de bijzondere wet van 5 mei 1993 betreffende de internationale betrekkingen van de Gemeenschappen en de Gewesten : Gelet op de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur;

Gelet op de verordening 97/001 van 28 maart 1997 houdende subsidiNring van verenigingen en manifestaties in het domein van het cultureel erfgoed;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Hieronder volgt het uitvoeringsbesluit bij de verordening van de Vlaamse Gemeenschapscommissie nr. 97/001 houdende subsidiëring van verenigingen en manifestaties in het domein van het cultureel erfgoed. HOOFDSTUK I. - Subsidiëring van verenigingen en manifestaties in het domein van het cultureel erfgoed

Art. 2.Een vereniging die voldoet aan de voorwaarden in artikel 3, b,en aan de criteria opgesomd in artikel 6 van de verordening van de Vlaamse Gemeenschapscommissie houdende subsidiëring van verenigingen en manifestaties in verband met het cultureel erfgoed, kan bij de administratie van het College subsidies vragen. Het aanvraagdossier bevat de identificatiegegevens, een bestaansbewijs, een begroting en een beleidsnota voor het werkjaar waarvoor subsidies worden aangevraagd.

Een manifestatie die voldoet aan de voorwaarden in artikel 3 c, en aan de criteria opgesomd in artikel 6 van de verordening van de Vlaamse Gemeenschapscommissie houdende subsidiëring van verenigingen en manifestaties in verband met het cultureel erfgoed, kan bij de administratie van het College subsidies vragen. Het aanvraagdossier bevat de identificatiegegevens van de initiatiefnemer(s), een inhoudelijke voorstelling en een begroting van de manifestatie.

Art. 3.De aanvragen worden uiterlijk 1 april ingediend voor de manifestaties die gerealiseerd worden in de tweede helft van het lopende kalenderjaar.

De aanvragen worden uiterlijk 1 oktober ingediend voor de verenigingen, en voor de manifestaties die gerealiseerd worden in de eerste helft van het daaropvolgende kalenderjaar.

Art. 4.Op grond van de ingediende dossiers, op basis van de criteria en van het advies van de advieswerkgroep cultureel erfgoed-musea kan het College binnen de perken van de begroting subsidies toekennen.

Art. 5.Alle gevraagde bescheiden en inlichtingen die noodzakelijk geacht worden voor de toekenning van de subsidies of voor de financiële controle moeten aan de administratie van het College verstrekt worden.

Subsidies mogen enkel gebruikt worden voor de eigen werking van de vereniging of voor de manifestatie.

Controle door de administratie op de aanwending van de subsidies is steeds mogelijk.

Art. 6.De subsidies worden overgeschreven op de post- of bankrekening van de vereniging of organisator. Een specimen van het overschrijvingsformulier wordt door de vereniging bij het aanvraagdossier gevoegd.

Art. 7.Verenigingen die subsidies hebben gekregen, dienen uiterlijk op 31 maart van het jaar, volgend op het kalenderjaar waarvoor de subsidies werden toegekend, een inhoudelijk werkingsverslag en een financieel verslag neer te leggen bij de administratie van het College.

Uiterlijk drie maanden na de realisatie van de manifestatie moet bij de administratie van het College een verslagdossier ingediend worden, dat naast een inhoudelijk ook een financieel verslag bevat.

Art. 8.Het College kan richtlijnen uitvaardigen inzake het taalgebruik van de verenigingen en de manifestaties in het domein van het cultureel erfgoed.

Art. 9.Indien blijkt dat onjuiste gegevens werden verstrekt, kan het College de toegekende subsidies geheel of gedeeltelijk van de gesubsidieerde terugvorderen en de betrokkene eventueel tijdelijk uitsluiten van verdere subsidiëring, ongeacht de toepassing van de wettelijke bepalingen betreffende het afleggen van onjuiste verklaringen.

Art. 10.Indien subsidies worden toegekend, moet de medewerking van de Vlaamse Gemeenschapscommissie duidelijk leesbaar vermeld worden in alle publiciteit die in het kader van de aanwending van de subsidies wordt gevoerd.

Art. 11.Indien bijzondere omstandigheden daartoe, naar haar oordeel, aanleiding geven, kan het College op advies van de werkgroep cultureel erfgoed-musea geheel of gedeeltelijk vrijstelling verlenen om te voldoen aan de voorwaarden. HOOFDSTUK II. - Slotbepalingen

Art. 12.Het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie publiceert overeenkomstig de verordening houdende de uitgave van een 'Memoriaal van de Vlaamse Gemeenschapscommissie' jaarlijks de lijst van de gesubsidieerde verenigingen en manifestaties in verband met het cultureel erfgoed.

Art. 13.Dit uitvoeringsbesluit treedt in werking op 1 januari 1997.

De Collegeleden, R. GRIJP J. CHABERT V. ANCIAUX

^