Etaamb.openjustice.be
Wet van 02 april 2009
gepubliceerd op 22 mei 2009

Wet houdende instemming met de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Kroatië inzake het verrichten van betaalde werkzaamheden door bepaalde gezinsleden van het diplomatiek en consulair personeel, ondertekend te Zagreb op 30 mei 2005 (2)

bron
federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking
numac
2009015061
pub.
22/05/2009
prom.
02/04/2009
ELI
eli/wet/2009/04/02/2009015061/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)Kamer (parl. doc.)Senaat (fiche)
Document Qrcode

2 APRIL 2009. - Wet houdende instemming met de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Kroatië inzake het verrichten van betaalde werkzaamheden door bepaalde gezinsleden van het diplomatiek en consulair personeel, ondertekend te Zagreb op 30 mei 2005 (1) (2)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Art. 2.De Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Kroatië inzake het verrichten van betaalde werkzaamheden door bepaalde gezinsleden van het diplomatiek en consulair personeel, ondertekend te Zagreb op 30 mei 2005, zal volkomen gevolg hebben.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 2 april 2009.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, K. DE GUCHT De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Sociale Zaken, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Binnenlandse Zaken, G. DE PADT De Minister van Justitie, S. DE CLERCK De Minister van Werk, Mevr. J. MILQUET De Minister van Zelfstandigen, Mevr. S. LARUELLE Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK

Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek Kroatië inzake het verrichten van betaalde werkzaamheden door bepaalde gezinsleden van het diplomatiek en consulair personeel, HET KONINKRIJK BELGI" en DE REPUBLIEK KROATI" Hierna genoemd « de Partijen » Geleid door de wens een overeenkomst te sluiten teneinde het verrichten van betaalde werkzaamheden door bepaalde gezinsleden van het personeel van diplomatieke zendingen van de Zendstaat dan wel van consulaire posten die deze heeft op het grondgebied van de Ontvangende Staat, te vergemakkelijken.

Zijn het volgende overeengekomen : Artikel 1 Toepassingsgebied van de Overeenkomst 1. Mogen op grond van wederkerigheid betaalde werkzaamheden verrichten in de Ontvangende Staat : a) de echtgeno(o)te en de ongehuwde kinderen jonger dan achttien jaar van een diplomatiek of een consulair ambtenaar van de Zendstaat, geaccrediteerd bij : (i) de Ontvangende Staat, of (ii) een internationale organisatie in de Ontvangende Staat;b) de echtgeno(o)te van een ander lid van het personeel van de zending van de Zendstaat dan wel van het personeel van de consulaire post van diezelfde Staat, als bepaald in artikel 1 van het Verdrag van Wenen inzake Diplomatiek (1961) en Consulair Verkeer (1963).2. De toestemming om betaalde werkzaamheden te verrichten wordt verleend overeenkomstig de wetten en voorschriften die van kracht zijn in de Ontvangende Staat en overeenkomstig het bepaalde in deze Overeenkomst.3. Deze toestemming geldt niet voor de ingezetenen van de Ontvangende Staat of de vaste verblijfhouders op zijn grondgebied.4. Tenzij de Ontvangende Staat anderszins beslist, wordt geen toestemming verleend aan de begunstigde die, na betaalde werkzaamheden te hebben aanvaard, niet langer deel uitmaakt van het gezin van de in het eerste lid van dit artikel bedoelde personen.5. De toestemming is geldig voor de periode dat het in het eerste lid van dit artikel bedoelde personeel is aangesteld bij de diplomatieke zending of de consulaire post van de Zendstaat op het grondgebied van de Ontvangende Staat, en vervalt wanneer de aanstelling eindigt, dan wel binnen een redelijke termijn na de beëindiging. Artikel 2 Procedures 1. Verzoeken om toestemming voor het verrichten van betaalde werkzaamheden worden uit naam van de begunstigde door de ambassade van de Zendstaat gestuurd naar de Dienst Diplomatiek Protocol van het Ministerie van Buitenlandse Zaken van de Republiek Kroatië dan wel naar de dienst Protocol van de Belgische Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, naar gelang van het geval.2. Nadat is onderzocht of de begunstigde een gezinslid is van een ambtenaar, zoals bedoeld in artikel 1§ 1 van deze Overeenkomst en nadat de officiële aanvraag is behandeld, laat de dienst Protocol van de Ontvangende Staat de ambassade van de Zendstaat officieel weten dat het gezinslid een betaalde werkzaamheid mag verrichten.3. De gevolgde procedures worden dusdanig toegepast dat de begunstigde van de toestemming zo snel mogelijk betaalde werkzaamheden kan verrichten.Alle voorschriften inzake de toestemming om betaalde werkzaamheden te verrichten en soortgelijke formaliteiten worden welwillend toegepast. 4. Toestemming om betaalde werkzaamheden te verrichten betekent niet dat de begunstigde wordt vrijgesteld van de wettelijke vereisten of voorschriften die gewoonlijk van toepassing zijn op persoonsgegevens, professionele of andere kwalificaties waarvan de werknemer het bewijs dient te leveren voor het verrichten van betaalde werkzaamheden. Artikel 3 Civiel- en administratiefrechtelijke voorrechten en immuniteiten Ingeval de begunstigde van een toestemming om betaalde werkzaamheden te verrichten civiel- en administratiefrechtelijke immuniteit van rechtsmacht geniet in de Ontvangende Staat, overeenkomstig de bepalingen van de Verdragen van Wenen inzake diplomatiek en consulair verkeer, dan wel enig ander internationaal verdrag, zal afstand worden gedaan van deze immuniteit ten aanzien van de handelingen die voortvloeien uit het verrichten van betaalde werkzaamheden welke onder het burgerlijk en administratief recht van de Ontvangende Staat vallen. De Zendstaat doet ook afstand van de immuniteit van tenuitvoerlegging van vonnissen die met betrekking tot dergelijke handelingen worden uitgesproken.

Artikel 4 Immuniteit ten aanzien van strafzaken Ingeval de begunstigde van de toestemming voor het verrichten van betaalde werkzaamheden immuniteit geniet ten aanzien van de rechtsmacht in strafzaken van de Ontvangende Staat overeenkomstig de bepalingen van de bovengenoemde Verdragen van Wenen, dan wel van enig ander internationaal verdrag : a) doet de Zendstaat afstand van de immuniteit van de rechtsmacht die de begunstigde ten aanzien van de Ontvangende Staat geniet in strafzaken met betrekking tot elk handelen of nalaten dat voortvloeit uit de betaalde werkzaamheden, behalve in bijzondere gevallen wanneer de Zendstaat van mening is dat het doen van afstand in strijd is met zijn belangen;b) het doen van afstand van immuniteit ten aanzien van de rechtsmacht in strafzaken wordt niet geacht mede betrekking te hebben op de immuniteit ten aanzien van de tenuitvoerlegging van het vonnis, waarvan uitdrukkelijk afstand moet worden gedaan.In dergelijk geval neemt de Zendstaat het verzoek van de Ontvangende Staat ernstig in overweging.

Artikel 5 Belasting- en sociale zekerheidsstelsels In overeenstemming met de bepalingen van de bovengenoemde Verdragen van Wenen dan wel krachtens enig ander toepasselijk internationaal verdrag zijn de begunstigden van de toestemming voor het verrichten van betaalde werkzaamheden onderworpen aan de belasting- en sociale zekerheidsstelsels van de Ontvangende Staat, ten aanzien van alles wat verband houdt met het verrichten van bedoelde werkzaamheden in deze Staat.

Artikel 6 Duur en beëindiging Deze Overeenkomst wordt gesloten voor onbepaalde duur. Elk van de Partijen mag ze te allen tijde beëindigen door hiervan zes maanden van te voren langs diplomatieke weg schriftelijk kennis te geven aan de andere Partij.

Artikel 7 Inwerkingtreding Deze Overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na de datum waarop de laatste kennisgeving dat aan de grondwettelijke en wettelijke voorschriften voor de inwerkingtreding is voldaan, langs diplomatieke weg is uitgewisseld.

Ten blijke waarvan, de ondergetekende vertegenwoordigers, daartoe naar behoren gemachtigd door hun respectieve Regeringen, deze Overeenkomst hebben ondertekend.

Gedaan te Zagreb, op 30 mei 2005, in tweevoud, in de Nederlandse, de Franse, de Kroatische en de Engelse taal. In geval van verschil in uitlegging, is de Engelse tekst doorslaggevend.

Nota's (1) Zitting 2007-2008 en 2008-2009 : Senaat. Documenten. - Ontwerp van wet ingediend op 16 juli 2008, nr. 4-871/1. - Verslag, nr. 4-871/2.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking, vergadering van 6 november 2008. - Stemming, vergadering van 6 november 2008. Kamer van volksvertegenwoordigers : Documenten. - Ontwerp overgezonden door de Senaat, nr. 52-1566/1. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en aan de Koning ter bekrachtiging voorgelegd, nr. 52-1566/2.

Parlementaire Handelingen. - Bespreking, vergadering van 27 november 2008. - Stemming, vergadering van 27 november 2008. (2) Deze Overeenskomst treedt in werking op 1 juni 2009, overeenkomstig haar artikel 7.

^