Etaamb.openjustice.be
Wet van 02 juni 2006
gepubliceerd op 26 juni 2006

Wet tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen, teneinde de vereffeningsprocedure te verbeteren

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2006009479
pub.
26/06/2006
prom.
02/06/2006
ELI
eli/wet/2006/06/02/2006009479/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

2 JUNI 2006. - Wet tot wijziging van het Wetboek van vennootschappen, teneinde de vereffeningsprocedure te verbeteren (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegeneheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2.Artikel 184 van het Wetboek van vennootschappen wordt vervangen als volgt : «

Art. 184.§ 1. Voorzover de statuten niet anders bepalen wordt de wijze van vereffening bepaald door de algemene vergadering.

De vereffenaars treden pas in functie nadat de rechtbank van koophandel is overgegaan tot de bevestiging van hun benoeming ingevolge de beslissing van de algemene vergadering. De bevoegde rechtbank is die van het arrondissement waar de vennootschap op de dag van het besluit tot ontbinding haar zetel heeft. Indien de zetel van de vennootschap binnen zes maanden voor het besluit tot ontbinding verplaatst werd, is de bevoegde rechtbank die van het arrondissement waar de vennootschap haar zetel had voor de verplaatsing ervan. De rechtbank gaat pas over tot de bevestiging van de benoeming nadat zij heeft nagegaan dat de vereffenaars alle waarborgen van rechtschapenheid bieden. De rechtbank oordeelt tevens over de handelingen die de vereffenaar eventueel gesteld heeft tussen zijn benoeming door de algemene vergadering en de bevestiging ervan. Zij kan die handelingen met terugwerkende kracht bevestigen, dan wel nietig verklaren indien ze kennelijk in strijd zijn met de rechten van derden. Een alkte houdende benoeming van een vereffenaar kan slechts geldig worden neergelegd overeenkomstig artikel 74 wanneer er een afschrift van de beslissing tot bevestiging of homologatie door de rechtbank van koophandel wordt bijgevoegd.

Eenieder die werd veroordeeld wegens een inbreuk op de artikelen 489 tot 490bis van het Strafwetboek dan wel wegens diefstal, valsheid, knevelarij, oplichting of misbruik van vertrouwen mag niet tot vereffenaar worden aangewezen, net zomin als enige bewaarder, voogd, bestuurder of rekenplichtige die niet tijdig rekening en verantwoording heeft gedaan en niet tijdig heeft afgerekend. Tot die uitsluiting mag alleen worden besloten binnen een termijn van tien jaar, te rekenen van een definitief vonnis van veroordeling dan wel van het uitblijven van het tijdig rekening en verantwoording doen en tijdig afrekenen.

Tenzij de bevoegde rechtbank daartoe homologatie verleent, mag evenmin tot vereffenaar worden benoemd eenieder die failliet werd verklaard zonder rehabilitatie te hebben verkregen, alsook wie een gevangenisstraf, zelfs met uitstel, heeft opgelopen wegens een van de strafbare feiten die bedoeld worden in artikel 1 van het koninklijk besluit nr. 22 van 24 oktober 1934 betreffende het rechterlijk verbod aan bepaalde veroordeelden en gefailleerden om bepaalde ambten, beroepen of werkzaamheden uit te oefenen, wegens een inbreuk op de wet van 17 juli 1975 op de boekhouding van de ondernemingen of op de uitvoeringsbesluiten ervan, of wegens een inbreuk op de fiscale wetgeving.

Zo de bevoegde rechtbank weigert over te gaan tot homologatie of bevestiging, wijst ze zelf een vereffenaar aan, eventueel op voorstel van de algemene vergadering.

De rechtbank van koophandel wordt aangezocht bij eenzijdig verzoekschrift van de vennootschap, dat wordt ingediend overeenkomstig de artikelen 1025 en volgende van het Gerechtelijk Wetboek. Het verzoekschrift wordt ondertekend door het bevoegde orgaan van de vennootschap dan wel door een advocaat, en wordt ingediend met een boekhoudkundige staat van activa en passiva. De rechtbank doet uitspraak uiterlijk binnen vierentwintig uur nadat het verzoekschrift is ingediend.

De rechtbank kan eveneens worden aangezocht bij verzoekschrift van de procureur des Konings dan wel van iedere belanghebbende derde, overeenkomstig de artikelen 1034bis en volgende van het Gerechtelijk Wetboek.

In de vennootschappen onder firma en in de gewone commanditaire vennootschappen zijn de besluiten slechts geldig indien zij worden genomen door de helft van de vennoten, in het bezit van drie vierde van het vennootschapsvermogen; bij gebreke van deze meerderheid beslist de rechtbank.

De vereffenaars vormen een college.

Ingeval de vereffenaar een rechtspersoon is, moet de natuurlijke persoon die hem vertegenwoordigt voor de uitoefening van de vereffening in het benoemingsbesluit worden aangewezen. Iedere wijziging van deze aanwijzing moet overeenkomstig deze paragraaf worden besloten en overeenkomstig artikel 74, 2°, worden neergelegd en openbaar gemaakt. § 2. Zo de artikelen 189bis en 190, § 1, niet in acht werden genomen, kan de bevoegde rechtbank op verzoek van het openbaar ministerie dan wel van iedere belanghebbende derde en nadat de vereffenaar werd gehoord, overgaan tot diens vervanging. »

Art. 3.In hetzelfde Wetboek wordt een artikel 189bis ingevoegd, luidende : «

Art. 189bis.De vereffenaars zenden in de zesde en de twaalfde maand van het eerste vereffeningsjaar een omstandige staat van de toestand van de vereffening over aan de griffie van de rechtbank van koophandel van het arrondissement waarin de vennootschap haar zetel heeft.

Die omstandige staat, die onder meer de ontvangsten, de uitgaven en de uitkeringen vermeldt en die wat nog moet worden vereffend, aangeeft, wordt bij het in artikel 195bis bedoelde vereffeningsdossier gevoegd.

Vanaf het tweede jaar van de vereffening wordt die omstandige staat slechts om het jaar aan de griffie overgezonden en bij het vereffeningsdossier gevoegd. »

Art. 4.Artikel 190, § 1, van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met de volgende leden : « Vooraleer de vereffening wordt afgesloten, leggen de vereffenaars het plan voor de verdeling van de activa onder de verschillende schuldeisers voor akkoord voor aan de rechtbank van koophandel van het arrondissement waarbinnen de vennootschap haar zetel heeft.

De rechtbank kan van de vereffenaar alle dienstige inlichtingen vorderen om de geldigheid van het verdelingsplan na te gaan. »

Art. 5.In hetzelfde Wetboek wordt een artikel 195bis ingevoegd luidende : «

Art. 195bis.Voor elke vereffening wordt ter griffie een dossier bijgehouden dat de volgende stukken bevat : 1° het in artikel 67, § 2, bedoelde dossier;2° het afschrift van de in artikel 181, § 1, bedoelde verslagen;3° een afschrift van de in artikel 189bis bedoelde vereffeningsstaten;4° de uittreksels van de in de artikelen 74, 2°, en 195, bedoelde bekendmakingen;5° in voorkomend geval, de lijst van homologaties en bevestigingen. Elke belanghebbende kan kosteloos inzage nemen van het dossier en er tegen betaling van de griffiekosten een afschrift van verkrijgen. »

Art. 6.Artikel 196, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, gewijzigd bij de wet van 8 april 2003, wordt aangevuld met het volgende punt : « 5° de vereffenaars die verzuimen aan de griffie van de rechtbank van koophandel van het arrondissement waarin de vennootschap haar zetel heeft, de omstandige staat van de toestand van de vereffening over te zenden, overeenkomstig artikel 189bis. »

Art. 7.Binnen het jaar waarin deze wet in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt, nemen de vereffenaars voor de vereffeningen die lopen op het ogenblik van de inwerkingtreding van deze wet de nodige maatregelen om zich te schikken naar de bepalingen ervan.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Napels, 2 juni 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Gewone zitting 2004-2005. Kamer van volksvertegenwoordigers : Parlementaire stukken. - Wetsvoorstel van de heer Massin c.s., nr. 51-1906/1.

Gewone zitting 2005-2006.

Kamer van volksvertegenwoordigers : Parlementaire stukken. - Amendementen nrs. 51-1906/2 tot 4. - Verslag, nr. 51-1906/5. - Tekst aangenomen door de commissie, nr. 51-1906/6. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat, nr. 51-1906/7.

Integraal verslag : 30 maart 2006.

Senaat : Parlementaire stukken. - Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat, nr. 3-1646/1.

^