Etaamb.openjustice.be
Wet van 20 juli 2005
gepubliceerd op 10 augustus 2005

Wet tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 op het vlak van de bedrijfsvoorheffing ingevolge de Communautaire richtsnoeren 2004/43 van 17 januari 2004 van de Commissie van de Europese Unie betreffende staatssteun voor het zeevervoer

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2005003611
pub.
10/08/2005
prom.
20/07/2005
ELI
eli/wet/2005/07/20/2005003611/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 JULI 2005. - Wet tot wijziging van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 op het vlak van de bedrijfsvoorheffing ingevolge de Communautaire richtsnoeren 2004/43 van 17 januari 2004 van de Commissie van de Europese Unie betreffende staatssteun voor het zeevervoer (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2.In Titel VI, Hoofdstuk I, Afdeling IV, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 wordt een artikel 2752 ingevoegd, luidende : « Art. 2752 - § 1. Dit artikel is van toepassing op de werkgevers die behoren tot de koopvaardij-, de bagger- en de sleepvaartsector en die in toepassing van artikel 270, 1°, schuldenaar zijn van bedrijfsvoorheffing. § 2. Onder de in dit artikel vermelde voorwaarden zijn de in § 1 vermelde werkgevers er niet toe gehouden de bedrijfsvoorheffing die zij verschuldigd zijn uit hoofde van een in artikel 273, 1°, bedoelde betaling of toekenning van belastbare bezoldigingen aan de werknemers die zij als communautaire zeelieden tewerkstellen aan boord van in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte geregistreerde schepen waarvoor een zeebrief wordt voorgelegd, in de Schatkist te storten.

Deze bepaling mag evenwel slechts worden toegepast met betrekking tot de in uitvoering van artikel 272 ingehouden bedrijfsvoorheffing. § 3. Met communautaire zeelieden worden bedoeld : - burgers van de Europese Economische Ruimte wanneer het zeelieden betreft die werken aan boord van schepen, met inbegrip van roro veerboten, die geregelde passagiersdiensten tussen havens van de Gemeenschap verzorgen; - in alle andere gevallen alle zeelieden die in een lidstaat onderworpen zijn aan belasting en/of sociale zekerheidsbijdragen. § 4. Wat de sleepvaart- en de baggersector betreft, is de in dit artikel bedoelde maatregel slechts van toepassing op het zeevervoersgedeelte van de sleep- en baggerwerkzaamheden.

De communautaire zeelieden moeten tewerkgesteld zijn aan boord van zeewaardige sleepboten of aan boord van zeewaardige baggerschepen met eigen voortstuwing die ingericht zijn voor het vervoer van lading over zee : - die in een lidstaat zijn geregistreerd; - waarvoor een zeebrief wordt voorgelegd; - en die minstens 50 pct. van hun bedrijfstijd werkzaamheden op zee verrichten.

Wat de sleepvaartsector betreft, wordt een evenredig deel van de wachttijd in aanmerking genomen als zeevervoer voor de berekening van de in het tweede lid bedoelde drempel van 50 pct.. § 5. De Koning bepaalt de regels en modaliteiten in verband met de wijze waarop ter gelegenheid van de indiening van de aangifte in de bedrijfsvoorheffing het bewijs wordt geleverd dat de bezoldigingen van de communautaire zeelieden voor wie de ingehouden bedrijfs-voorheffing met betrekking tot de periode waarop die aangifte betrekking heeft, niet wordt gestort, in aanmerking komen voor de toepassing van de in dit artikel beschreven maatregel. »

Art. 3.Artikel 2 is van toepassing op de bezoldigingen betaald of toegekend vanaf 1 juli 2005.

Artikel 4 van de wet van 24 december 1999 houdende fiscale en diverse bepalingen wordt opgeheven op 1 juli 2005.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 20 juli 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS Met 's Lands zegel gezegeld : De Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota's (1) Parlementaire verwijzingen : Stukken van de Kamer van volksvertegenwoordigers : 51-1859 - 2004/2005 : - Nr.1 : Wetsontwerp. - Nr. 2 : Verslag. - Nr. 3 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat.

Integraal verslag : 7 juli 2005.

Stukken van de Senaat : 3-1294 - 2004/2005 : - Nr. 1 : Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat.

^