Etaamb.openjustice.be
Wet van 30 januari 2012
gepubliceerd op 17 september 2012

Wet tot regeling van aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet inzake de aansprakelijkheid van vervoerders van passagiers over zee bij ongevallen

bron
federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer
numac
2012014268
pub.
17/09/2012
prom.
30/01/2012
ELI
eli/wet/2012/01/30/2012014268/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)Kamer (parl. doc.)Senaat (fiche)
Document Qrcode

30 JANUARI 2012. - Wet tot regeling van aangelegenheden als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet inzake de aansprakelijkheid van vervoerders van passagiers over zee bij ongevallen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2.Voor de toepassing van deze wet betekent : 1° « Verdrag van Athene van 2002 » : het Verdrag van Athene van 2002 betreffende het vervoer van passagiers en hun bagage over zee, in de zin van artikel 15, derde lid, van het Protocol van 2002 bij het Verdrag van Athene van 1974 inzake het vervoer van passagiers en hun bagage over zee;2° « Verordening (EG) Nr.392/2009 » : Verordening (EG) Nr. 392/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende de aansprakelijkheid van vervoerders van passagiers over zee bij ongevallen; 3° « schip » : uitsluitend een zeegaand vaartuig, met uitzondering van luchtkussenvaartuigen.

Art. 3.Het is verboden een schip waarop de bepalingen van artikel 4bis van het Verdrag van Athene van 2002 van toepassing zijn en dat vaart onder de Belgische vlag, op enig tijdstip te exploiteren, tenzij het over een geldig certificaat beschikt krachtens de leden 2 of 15 van artikel 4bis van het Verdrag van Athene van 2002.

De Koning kan de bepalingen van het Verdrag van Athene van 2002 en deze wet geheel of gedeeltelijk van toepassing maken, eventueel in een aangepaste vorm, op alle of sommige categorieën van vervoer van passagiers over zee die niet onder het toepassingsgebied van het Verdrag van Athene van 2002 vallen en alle daarmee verband houdende dienstige maatregelen aannemen.

De Koning kan de maatregelen nemen bedoeld in artikel 2, tweede lid en artikel 11 van Verordening (EG) Nr. 392/2009 en alle daarmee verband houdende dienstige maatregelen.

Art. 4.Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 4bis van het Verdrag van Athene van 2002 is er met betrekking tot ieder schip dat, ongeacht de plaats van registratie, een vergunning heeft om meer dan twaalf passagiers te vervoeren en dat een haven op het Belgische grondgebied aandoet of deze verlaat, een verzekering of andere financiële zekerheid van kracht die voldoet aan de voorwaarden van lid 1 van artikel 4bis van het Verdrag van Athene van 2002, voor zover het Verdrag van Athene van 2002 van toepassing is.

Het schip beschikt als bewijs daarvan over een geldig certificaat afgegeven door de bevoegde overheid in overeenstemming met artikel 4bis van het Verdrag van Athene van 2002.

Art. 5.De bij het Verdrag van Athene van 2002 of Verordening (EG) Nr. 392/2009 voorgeschreven certificaten bevinden zich aan boord van het schip en worden daar voorgelegd aan de overheid die bevoegd is voor het toezicht, behalve indien het schip de vlag voert van een Staat die een mededeling heeft gedaan in overeenstemming met lid 14 van artikel 4bis van het Verdrag van Athene van 2002 en het bestaan van het certificaat dat door die Staat is afgegeven, blijkt uit een elektronisch register dat door die Staat wordt bijgehouden en dat door de Belgische overheid bevoegd voor het toezicht rechtstreeks kan geraadpleegd worden.

Art. 6.De Koning kan onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 4bis van het Verdrag van Athene van 2002 de voorwaarden voor de uitgifte van de in het Verdrag van Athene van 2002 of Verordening (EG) Nr. 392/2009 voorgeschreven certificaten vaststellen alsmede alle regels betreffende de uitgifte en de geldigheid van de certificaten.

Voor de uitgifte van de certificaten bedoeld in het vorige lid, de afschriften van die certificaten, de afschriften van de daarop betrekking hebbende attesten van de verzekeraar of andere persoon die de financiële zekerheid stelt alsook voor de negatieve attesten, is een retributie verschuldigd waarvan de bedragen worden vastgesteld door de Koning.

Art. 7.§ 1. De in artikel 6 bedoelde certificaten vervallen van rechtswege, 1° wanneer er een wijziging optreedt met betrekking tot de op het certificaat vermelde gegevens over het schip, de geregistreerde eigenaar of de verzekeraar of iedere andere persoon die de financiële zekerheid stelt;2° wanneer om welke reden ook de verzekering of andere financiële zekerheid is vervallen;3° wanneer het schip van vlag verandert;4° wanneer de verzekeraar of iedere andere persoon die de financiële zekerheid stelt niet meer gerechtigd is om die activiteiten uit te oefenen. § 2. Ingeval van verval van rechtswege overeenkomstig § 1, dient de op het vervallen certificaat vermelde eigenaar het vervallen certificaat onverwijld terug te sturen aan de overheid die het certificaat heeft uitgegeven.

Art. 8.Het toezicht op de schepen met het oog op de naleving van het Verdrag van Athene van 2002, Verordening (EG) Nr. 392/2009, deze wet en haar uitvoeringsbesluiten wordt uitgeoefend door de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaren die daartoe aangesteld zijn en met betrekking tot schepen die de Belgische vlag voeren ook door de Belgische consulaire ambtenaren in het buitenland.

De met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaren die daartoe aangesteld zijn, hebben het recht elk schip dat niet in het bezit is van de bij het Verdrag van Athene van 2002, Verordening (EG) Nr. 392/2009, deze wet of haar uitvoeringsbesluiten voorgeschreven geldige certificaten op te houden of het de toegang tot een Belgische haven of de Belgische territoriale wateren te weigeren. Behoudens in dringende gevallen oefenen de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaren die daartoe aangesteld zijn, het in dit lid bedoeld recht ten aanzien van vreemde schepen eerst uit nadat de consul van het land waarvan het schip de vlag voert, is ingelicht. In dringende gevallen geschiedt deze mededeling onmiddellijk nadat de maatregelen zijn genomen. Het schip wordt vrijgelaten zodra het schip in het bezit is van de bij het Verdrag van Athene van 2002, Verordening (EG) Nr. 392/2009, deze wet of haar uitvoeringsbesluiten voorgeschreven geldige certificaten ter voldoening van de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaren die daartoe aangesteld zijn.

In het buitenland heeft de Belgische consulaire ambtenaar het recht de afvaart van een schip onder Belgische vlag te verbieden indien het schip niet in het bezit is van de bij het Verdrag van Athene van 2002, Verordening (EG) Nr. 392/2009, deze wet of haar uitvoeringsbesluiten voorgeschreven geldige certificaten. Het verbod tot afvaart wordt ingetrokken indien het schip in het bezit is van de voorgeschreven geldige certificaten ter voldoening van de Belgische consulaire ambtenaar.

Indien een toelating tot afvaart wordt geweigerd of een schip wordt opgehouden of de toegang tot een Belgische haven of de Belgische territoriale wateren geweigerd wordt, maakt de met de scheepvaartcontrole belaste dienst of, in voorkomend geval, de Belgische consulaire ambtenaar, een met redenen omkleed proces-verbaal op, waarvan een afschrift binnen vierentwintig uur na de beslissing wordt toegezonden aan de kapitein of de eigenaar van het schip.

Binnen vijftien dagen na de ontvangst van het afschrift van het met redenen omkleed proces-verbaal overeenkomstig dit artikel kan hoger beroep worden ingesteld tegen de beslissingen bedoeld in dit artikel.

Het hoger beroep wordt ingesteld door de kapitein of eigenaar van het schip door middel van een verzoekschrift gericht aan de Rijkscommissaris bij de Onderzoeksraad voor de Scheepvaart waarin de middelen worden uiteengezet. Het hoger beroep heeft geen opschortende kracht.

Art. 9.Hij die een schip exploiteert, zonder dat alle door het Verdrag van Athene van 2002, Verordening (EG) Nr. 392/2009, deze wet of haar uitvoeringsbesluiten voorgeschreven geldige certificaten aan boord zijn of in overeenstemming met artikel 5 in een elektronisch register beschikbaar zijn, wordt gestraft met geldboete van 5.000 euro tot 1.000.000 euro.

Met dezelfde geldboete wordt gestraft, hij die een schip exploiteert zonder de door het Verdrag van Athene van 2002, Verordening (EG) Nr. 392/2009, deze wet of haar uitvoeringsbesluiten voorgeschreven verzekering of andere financiële zekerheid.

Met betrekking tot schepen die de Belgische vlag voeren, zijn het eerste en tweede lid van toepassing ongeacht de plaats waar de inbreuk is gepleegd.

Met betrekking tot schepen die een andere vlag voeren dan de Belgische zijn het eerste en tweede lid van toepassing op de schepen die een haven op het Belgische grondgebied binnenlopen of verlaten.

Alle bepalingen van Boek I van het Strafwetboek, met inbegrip van Hoofdstuk VII en artikel 85, zijn van toepassing op de bij deze wet bepaalde inbreuken.

Onverminderd de bevoegdheden van de officieren van gerechtelijke politie zijn de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaren die daartoe aangesteld zijn alsmede de federale politie belast met de politie te water, gelast de overtredingen van de bepalingen van deze wet en haar uitvoeringsbesluiten op te sporen en vast te stellen.

Indien de federale politie belast met de politie te water in het raam van deze wet inbreuken vaststelt, wordt hiervan onverwijld de met de scheepvaartcontrole belaste dienst ingelicht die tot het nemen van de gepaste maatregelen overgaat.

Art. 10.Artikel 5 van het koninklijk besluit van 27 november 1989 betreffende de uitvoering en de inwerkingtreding van de wet van 11 april 1989 houdende goedkeuring en uitvoering van diverse internationale akten inzake de zeevaart, gewijzigd door het koninklijk besluit van 20 juli 2000, wordt opgeheven.

Art. 11.Deze wet treedt in werking op de vroegste van de volgende data : - de datum van inwerkingtreding van de toetreding van België tot het Protocol van 2002 bij het Verdrag van Athene van 1974 inzake het vervoer van passagiers en hun bagage over zee; - de datum van toepassing van Verordening (EG) Nr. 392/2009 van 23 april 2009 betreffende de aansprakelijkheid van vervoerders van passagiers over zee bij ongevallen.

Zolang het Protocol van 2002 bij het Verdrag van Athene van 1974 inzake het vervoer van passagiers en hun bagage over zee niet in werking is getreden, moeten voor de toepassing van deze wet en haar uitvoeringsbesluiten de woorden « Staat die partij is » in artikel 4bis van het Verdrag van Athene van 2002 inzake het vervoer van passagiers en hun bagage over zee worden begrepen als « Lidstaat van de Europese Unie ».

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 30 januari 2012.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van de Noordzee, J. VANDE LANOTTE De Minister van Financiën, S. VANACKERE De Minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. J. MILQUET De Minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM _______ Nota (1) Zitting 2011-2012. Kamer van volksvertegenwoordigers.

Parlementaire stukken. - Wetsontwerp, nr. 53-1840/001. - Verslag, nr. 53-1840/002. -Tekst verbeterd door de Commissie, nr. 53-1840/003.

Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat, nr. 53-1840/004.

Integraal verslag. - 15 december 2011.

Senaat.

Parlementaire stukken. - Ontwerp geëvoceerd door de Senaat, nr. 5-1402/1. - Verslag, nr. 5-1402/2. - Beslissing om niet te amenderen, nr. 5-1402/3.

Handelingen. - 22 december 2011.

^