Etaamb.openjustice.be
Arrest
gepubliceerd op 14 december 2004

Uittreksel uit arrest nr. 172/2004 van 28 oktober 2004 Rolnummer 3075 In zake : de vordering tot gedeeltelijke schorsing van artikel 1bis, § 5, eerste lid, 2°, van de wet van 18 juli 1973 betreffende de bestrijding van de geluidshinde Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters P. Mart(...)

bron
arbitragehof
numac
2004203676
pub.
14/12/2004
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

ARBITRAGEHOF


Uittreksel uit arrest nr. 172/2004 van 28 oktober 2004 Rolnummer 3075 In zake : de vordering tot gedeeltelijke schorsing van artikel 1bis, § 5, eerste lid, 2°, van de wet van 18 juli 1973 betreffende de bestrijding van de geluidshinder, zoals gewijzigd bij het decreet van het Waalse Gewest van 29 april 2004, ingesteld door P. Thiry en anderen.

Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters P. Martens, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke en J. Spreutels, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de vordering en rechtspleging Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 2 september 2004 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 6 september 2004, hebben P. Thiry, wonende te 4400 Flémalle, rue des Béguines 34, P. Deneye, wonende te 4470 Saint-Georges-sur-Meuse, rue Vingt Ponts 59/A, en Y. Oly, wonende te 4400 Flémalle, rue de la Reine 48/6, een vordering tot gedeeltelijke schorsing ingesteld van artikel 1bis, § 5, eerste lid, 2°, van de wet van 18 juli 1973 betreffende de bestrijding van de geluidshinder, zoals gewijzigd bij het decreet van het Waalse Gewest van 29 april 2004 (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 4 juni 2004, tweede uitgave).

Bij hetzelfde verzoekschrift vorderen de verzoekende partijen eveneens de gedeeltelijke vernietiging van dezelfde wetsbepaling. (...) II. In rechte (...) Ten aanzien van de bestreden bepaling B.1.1. De verzoekende partijen vorderen de gedeeltelijke schorsing van artikel 1bis, § 5, eerste lid, 2°, van de wet van 18 juli 1973 betreffende de bestrijding van de geluidshinder, zoals gewijzigd bij het decreet van het Waalse Gewest van 29 april 2004.

Artikel 1 van het voormelde decreet bepaalt : « Artikel 1bis van de wet van 18 juli 1973 betreffende de bestrijding van de geluidshinder wordt gewijzigd als volgt : [...] 7. Tussen § 3, die § 4 wordt, en § 4, die § 7 wordt, wordt een § 5 ingevoegd, luidend als volgt : ' § 5.In de zones A', B' en C' van het plan m.b.t. de blootstelling aan geluidshinder van de luchthaven van Luik-Bierset zijn de volgende principes van toepassing : 1° wanneer de isolatiewerken in de voornaamste nachtruimte(n) van de woningen gelegen binnen zone A van het ontwikkelingsplan op lange termijn worden uitgevoerd, wordt via geschikte technieken gezorgd voor een geluidsvermindering van minimum 42 dB (A);2° wanneer de isolatiewerken in de voornaamste nachtruimte(n) van de woningen gelegen buiten zone A van het ontwikkelingsplan op lange termijn worden uitgevoerd, wordt via geschikte technieken gezorgd voor een voldoende geluidsvermindering om een geluidsniveau van hoogstens 45 dB (A) te waarborgen zonder dat deze maximale geluidsniveaus meer dan tien keer gedurende een periode van 24 uur worden overschreden voor zover deze overschrijdingen te wijten zijn aan een overschrijding van het in § 7 bedoelde externe maximale geluidsniveau. [...] ' [...] » De verzoekende partijen vorderen meer in het bijzonder de schorsing van het zinsdeel « zonder dat deze maximale geluidsniveaus meer dan tien keer gedurende een periode van 24 uur worden overschreden voor zover deze overschrijdingen te wijten zijn aan een overschrijding van het in § 7 bedoelde externe maximale geluidsniveau ».

B.1.2. Naar luid van artikel 20, 1°, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof dient aan twee grondvoorwaarden te zijn voldaan opdat tot schorsing kan worden besloten : - de middelen die worden aangevoerd moeten ernstig zijn; - de onmiddellijke uitvoering van de bestreden maatregel moet een moeilijk te herstellen ernstig nadeel kunnen berokkenen.

Daar de twee voorwaarden cumulatief zijn, leidt de vaststelling dat één van die voorwaarden niet is vervuld tot verwerping van de vordering tot schorsing.

Ten aanzien van het moeilijk te herstellen ernstig nadeel B.2. Een schorsing door het Hof moet kunnen voorkomen dat voor de verzoekende partij door de onmiddellijke toepassing van de bestreden normen een ernstig nadeel zou ontstaan dat ten gevolge van een eventuele vernietiging niet of nog moeilijk zou kunnen worden hersteld.

B.3. Tot staving van het feit dat de bestreden bepaling hun een moeilijk te herstellen ernstig nadeel dreigt te berokkenen, voeren de verzoekende partijen aan dat hun nadeel niet hypothetisch is, dat de toegestane overschrijdingen plaatshebben tijdens de nacht en dat hun nadeel niet alleen dient te worden onderzocht voor de gevallen waarin de woning reeds is geïsoleerd (wat het geval is voor de eerste verzoekende partij), maar ook voor de gevallen waarin de isolatiewerken aan de woning nog niet zijn aangevat (wat het geval is voor de tweede en de derde verzoekende partij). Bij hun verzoekschrift voegen de verzoekende partijen meerdere verslagen van geluidsdeskundigen waarin de gevolgen van nachtlawaai voor de gezondheid worden uiteengezet.

B.4.1. De woningen van de tweede en de derde verzoekende partij zijn thans gelegen in zone C' van het plan met betrekking tot de blootstelling aan geluidshinder (P.B.G.) van de luchthaven van Bierset. De isolatiewerkzaamheden die een geluidsniveau van maximum 45 dB (A) in de voornaamste nachtruimten moeten waarborgen, zijn er nog niet uitgevoerd.

De bestreden norm betreft de waarborg die moet worden verkregen door de uitvoering van dergelijke werkzaamheden. De gevorderde schorsing is niet van dien aard dat zij, op korte termijn, voor die verzoekende partijen zou kunnen voorkomen dat een ernstig nadeel uit de onmiddellijke toepassing van de bestreden norm voortvloeit.

B.4.2. De woning van de eerste verzoekende partij is thans gelegen in zone B' van het P.B.G. Zij heeft isolatiemaatregelen in 2000-2001 genoten.

Uit het verslag van de dienst « Etudes, Devis et Suivi des travaux d'Insonorisation » van 26 januari 2001, « Résultat des tests d'insonorisation de 14 maisons en zone B », blijkt dat in de twee slaapkamers het geluidsniveau wordt verminderd met respectievelijk 48,2 decibel en 45,2 decibel.

De verzoekende partij betwist dat verslag niet. Zij toont ook niet aan dat de drempel van 45 dB (A) binnen de slaapkamers thans zou worden overschreden, zelfs in de gevallen waarbij de toegestane maximale geluidsdrempel van 87 dB (A) wordt overschreden, waarnaar zij in haar verzoekschrift verwijst.

Het risico van een moeilijk te herstellen ernstig nadeel is ten aanzien van die verzoekende partij niet aangetoond.

B.5. Vermits een van de voorwaarden voor de schorsing niet is vervuld, dient de vordering tot schorsing te worden verworpen.

Om die redenen, het Hof verwerpt de vordering tot schorsing.

Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 28 oktober 2004.

De griffier, P.-Y. Dutilleux.

De voorzitter, M. Melchior.

^