Etaamb.openjustice.be
Wet
gepubliceerd op 10 september 2008

Indienen van kandidaturen voor het evenement « Culturele Hoofdstad van Europa 2015 » Gelet op het Besluit nr. 1622/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een communautaire actie voor het evenement Gelet op de beslissing van 21 mei 2008 van het Overlegcomité, ingesteld bij artikel 31 van de gewon(...)

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
2008029430
pub.
10/09/2008
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP


Indienen van kandidaturen voor het evenement « Culturele Hoofdstad van Europa 2015 » Gelet op het Besluit nr. 1622/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 tot vaststelling van een communautaire actie voor het evenement Culturele Hoofdstad van Europa voor de periode 2007 tot 2019;

Gelet op de beslissing van 21 mei 2008 van het Overlegcomité, ingesteld bij artikel 31 van de gewone wet van 9 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, hierna « het Overlegcomité » genoemd, waarbij de Franse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschap in naam van België worden belast met het gezamenlijk administratief beheer van de procedure voor de aanwijzing van de Belgische stad als Culturele Hoofdstad van Europa in 2015;

Gelet op dezelfde beslissing van het Overlegcomité, dat dit gezamenlijke administratieve beheer toevertrouwt aan een « Paritair Comité », samengesteld uit vier personen, onder wie twee door de Franse Gemeenschap worden aangewezen, namelijk de Secretaris-generaal van het Ministerie van de Franse Gemeenschap en de Commissaris-generaal van het « Commissariaat-generaal voor de Internationale Betrekkingen » en twee, aangewezen door de Vlaamse Gemeenschap, namelijk de Secretaris-generaal van het Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media, en de Secretaris-generaal van het Departement « Internationaal Vlaanderen »;

Deze oproep tot het indienen van kandidaturen wordt gedaan voor de selectie van de Belgische stad die de titel « Culturele Hoofdstad van Europa » in 2015 zal dragen. 1. Context Het evenement « Culturele Hoofdstad van Europa » is een gemeenschapsactie die wil bijdragen tot de toenadering tussen de Europese volkeren, stelt zich tot doel de rijkdom, de verscheidenheid en de gemeenschappelijke kenmerken van de Europese culturen voor het voetlicht te brengen en beoogt een groter wederzijds begrip tussen Europese burgers. Dit evenement is gebaseerd op de vaststelling dat Europa gedurende zijn geschiedenis een broeiplaats was voor een uitzonderlijk rijke en gevarieerde kunstontwikkeling en dat steden een cruciale rol speelden bij het ontstaan en de uitstraling van de Europese culturen.

Het Besluit nr. 1622/2006/EG (1), gepubliceerd in het P.B. W 304 van 3 november 2006, stelt de procedure vast voor de aanwijzing van steden als « Culturele Hoofdstad van Europa ».

De Ministerraad van de Europese Unie is de enige instelling die de titel « Culturele Hoofdstad van Europa » kan toekennen. Deze titel wordt voor één jaar toegekend. Geen stad kan de titel dragen zonder vooraf als zodanig door de Raad aangewezen te zijn.

Krachtens het Besluit 1622/2006/EG, worden de lidstaten van de Europese Unie uitgenodigd het evenement « Culturele Hoofdstad van Europa » beurtelings tussen 2007 en 2019 te organiseren. Die toerbeurt werd in onderlinge overeenstemming met de staten beslist : elk jaar kunnen twee steden die in twee verschillende lidstaten gelegen zijn, de titel dragen. De titel heeft betrekking op een stad. De stad kan, indien zij dit wenst, de naburige regio bij haar programma betrekken.

In 2015 zal België, als lidstaat van de Europese Unie, evenals de Tsjechische Republiek, het evenement « Culturele Hoofdstad van Europa » kunnen organiseren.

Deze oproep tot het indienen van kandidaturen, gepubliceerd op grond van het Besluit nr. 1622/2006/EG, richt zich bijgevolg tot de Belgische steden die zich kandidaat willen stellen als « Culturele Hoofdstad van Europa 2015 ». 2. Criteria voor de aanwijzing van de Belgische stad als Culturele Hoofdstad van Europa De steden die zich voor de titel 2015 kandidaat willen stellen, moeten een kandidatuurvoorstel indienen dat een cultuurprogramma met een Europese dimensie inhoudt, speciaal opgevat voor het betrokken jaar. Dit programma duurt één jaar; in behoorlijk met redenen omklede gevallen, kunnen de kandidaat-steden voor een kortere periode opteren.

Dat programma, dat voornamelijk op de culturele samenwerking steunt, moet voldoen aan hoge artistieke en culturele kwaliteitseisen en in overeenstemming zijn met de doelstellingen van de actie en de criteria die in artikel 4 van het Besluit 1622/2006/EG worden vastgesteld.

Dat artikel bepaalt dat het door de kandidaat-steden voorgestelde cultuurprogramma aan de hierna vermelde criteria moet voldoen, onderverdeeld in twee categorieën : « De Europese dimensie » en « Stad en burgers ». 1) Wat de « Europese dimensie » betreft, moet het programma : a) de samenwerking tussen culturele actoren, kunstenaars en steden in de desbetreffende lidstaat en in andere lidstaten in alle culturele sectoren bevorderen;b) de aandacht vestigen op de rijke culturele diversiteit in Europa;c) de gemeenschappelijke aspecten van Europese culturen naar voren brengen.2) Wat « Stad en burgers » betreft, moet het programma : a) de deelname van de burgers die in de stad en de omgeving wonen, bevorderen en zowel hun belangstelling wekken als die van burgers uit het buitenland;b) duurzaam zijn en integrerend deel uitmaken van de culturele en sociale ontwikkeling van de stad op lange termijn. Die criteria worden toegelicht en met voorbeelden geïllustreerd in de « Handleiding voor steden die dingen naar de titel van culturele hoofdstad van Europa », beschikbaar op de Internetsite van het Directoraat-generaal Onderwijs en Cultuur van de Europese Commissie, op het volgende adres : http://ec.europa.eu/culture/pdf/doc633_fr.pdf, http://ec.europa.eu/culture/pdf/doc633_nl.pdf of http ://ec.europa.eu/culture/pdf/doc633_de.pdf. Een sterke betrokkenheid van de sociale en economische partners van de stad is essentieel voor het slagen van het evenement. 3. De selectieprocedure a) De jury. Er wordt door België een selectiejury opgericht, overeenkomstig de interne procedures, om de kandidaturen van de kandidaat-Belgische steden te onderzoeken.

Ze wordt uit 13 leden samengesteld. Zeven onder hen zijn deskundigen die door de Europese instellingen worden aangesteld; de zes overige leden worden, in naam van België, door de Gemeenschappen, krachtens de beslissing van het Overlegcomité, aangesteld.

De jury benoemt haar voorzitter uit de personen die door de Europese instellingen worden aangesteld. Ze benoemt ook uit haar leden een verslaggever, belast met het voorbereiden van de beraadslaging en met het geven van een verslag over het resultaat van die beraadslaging. De debatten van de jury zijn niet openbaar.

Krachtens artikel 6.3 van het Besluit 1622/2006/EG, zijn de juryleden onafhankelijke deskundigen die zich ten opzichte van de steden die op de oproep tot het indienen van kandidaturen hebben geantwoord, niet in een belangenconflict bevinden en die beschikken over een aanzienlijke ervaring en deskundigheid in de culturele sector, in de culturele ontwikkeling van steden of in de organisatie van het evenement « Culturele Hoofdstad van Europa ».

De procedure voor de aanwijzing van de steden betreffende de titel 2015, wordt in het Besluit 1622/2006/EG vastgesteld. b) de selectieprocedure bestaat uit twee fasen : - Voorselectie : De Belgische steden die zich kandidaat willen stellen voor de titel « Culturele Hoofdstad van Europa 2015 » moeten op deze oproep beantwoorden door het indienen van een kandidatuurvoorstel.Dit bestaat uit een fiche, « kandidatuurvoorstel » genoemd, en uit een dossier.

Het kandidatuurvoorstel moet een overzicht geven van het programma dat de kandidaat-stad zich voorneemt gedurende het betrokken jaar te verwezenlijken.

Er wordt verzocht om concreet op de vragen te antwoorden die in de « fiche voor het kandidatuurvoorstel » zijn vermeld. Het antwoord op sommige vragen die op de fiche voorkomen is facultatief in de preselectiefase (en wordt verplicht in de selectiefase).

De in te vullen « fiche voor het kandidatuurvoorstel » is beschikbaar op de Internetsite van het Directoraat-Generaal Onderwijs en Cultuur van de Europese Commissie, op het volgende adres http://ec.europa.eu/culture/index_fr.htm of http://ec.europa.eu/culture/index_en.htm In het dossier, waarvan het formaat vrij is, worden de antwoorden nader toegelicht. Alle vormen van communicatie kunnen bij het dossier worden gevoegd.

De ingevulde « fiche voor het kandidatuurvoorstel » en het dossier dat vereist is om deel te nemen aan de fase voor de preselectie van een stad als Culturele Hoofdstad van Europa, moeten bij aangetekend schrijven worden verstuurd of ter plaatse tegen ontvangstbewijs vóór 17 uur in 20 exemplaren in het Frans, Nederlands of Duits EN in het Engels worden bezorgd aan de permanente vertegenwoordiging van België bij de Europese Unie (Wetstraat 61-63, 1040 Brussel) uiterlijk op 20 maart 2009. De vermelding « Kandidatuur voor de titel van Culturele Hoofdstad van Europa 2015 » zal op de omslag moeten voorkomen.

De hierboven vermelde selectiejury zal uiterlijk op 20 juni 2009 door het Paritair Comité worden bijeengeroepen om de kandidaturen te onderzoeken.

Het paritaire Comité bezorgt de jury vooraf een afschrift van de kandidatuur van elk van de steden die op de oproep hebben geantwoord.

De kandidaat-steden worden uitgenodigd om hun dossier aan de jury voor te stellen in de volgorde en volgens het tijdsschema die hun later worden meegedeeld. Er is in deze fase geen bezoek aan de betrokken voorzien.

Dit onderhoud zal de jury de mogelijkheid geven om de ingediende kandidatuur te toetsen aan de criteria vermeld in artikel 4 van het Besluit 1622/2006/EG. Het onderhoud bestaat uit twee delen. Ten eerste een mondelinge voorstelling door de kandidaat-stad van haar cultuurprogramma, met een duurtijd beperkt tot dertig minuten. Ten tweede een ondervraging door de selectiejury van de kandidaat-stad, eveneens tot dertig minuten beperkt.

Op het einde van die vergadering, maakt de jury (1) een shortlist met de kandidaat-steden die nader moeten worden onderzocht (2) een evaluatieverslag over de kandidaat-steden en (3) aanbevelingen ten behoeve van de voorgeselecteerde steden.

De jury beslist in principe met eenparigheid van stemmen van haar aanwezige leden. Indien de jury geen eenparigheid over één zelfde shortlist van kandidaat-steden kan bereiken, wordt beslist met een gewone meerderheid van de aanwezige leden van de jury. In geen enkel geval kan de jury geldig beslissen als niet minstens 7 van de 13 juryleden aanwezig zijn. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter beslissend.

Ze bezorgt dat verslag aan het Paritair Comité en aan de Europese Commissie, die dit zullen bekendmaken.

De lijst van de voorgeselecteerde steden zal worden bekendgemaakt bij een persconferentie die op het einde van de voorselectievergadering zal plaatsvinden.

Selectie : De voorgeselecteerde steden zullen hun kandidatuursakte moeten aanvullen, op grond van het programma dat reeds in de voorselectiefase werd voorgesteld.

Concreet wordt het volgende gevraagd : - zo gedetailleerd mogelijk antwoorden op de vragen die op de « fiche voor het kandidatuurvoorstel » in de voorselectiefase als facultatief worden voorgesteld en zo nodig ook de andere vragen aanvullen en nader toelichten. - Het dossier dat in de voorselectiefase als aanvulling van de fiche werd voorgesteld zal eveneens kunnen worden aangevuld en versterkt.

De voorgeselecteerde steden zullen rekening houden met de aanbevelingen die door de jury in de voorselectiefase werden gedaan.

De ingevulde kandidatuurvoorstellen moeten bij aangetekend schrijven worden verstuurd of ter plaatse tegen ontvangstbewijs vóór 17 uur worden bezorgd aan de permanente vertegenwoordiging van België bij de Europese Unie (Wetstraat 61-63, 1040 Brussel) uiterlijk op 1 december 2009. De vermelding « Kandidatuur voor de titel van Culturele Hoofdstad van Europa 2015 » moet op de omslag voorkomen. De selectiejury wordt een tweede keer uiterlijk op 1 maart 2010 door het Paritair Comité bijeengeroepen om de aangevulde kandidaturen van de voorgeselecteerde steden te onderzoeken.

Het Paritair Comité bezorgt de selectiejury bij voorbaat een afschrift van het aangevulde kandidatuursdossier van elk van de steden.

De selectiejury zal bij die vergadering de aangevulde programma's van de voorgeselecteerde steden evalueren op grond van de criteria die voor het evenement vastgelegd zijn en van de aanbevelingen die zij bij haar voorselectievergadering heeft gedaan.

De voorgeselecteerde steden zullen worden uitgenodigd om hun aangevulde dossiers vóór de jury voor te stellen in de volgorde die hun later zal worden meegedeeld.

De voorgeselecteerde steden worden door de jury gehoord tijdens een onderhoud dat bestaat uit twee onderdelen. In een eerste deel stelt de kandidaat-stad via een mondelinge voorstelling van dertig minuten haar aangevuld cultuurprogramma voor. Het tweede deel is een debat van maximum één uur, tussen de kandidaat-stad en de selectiejury.

De jury kan de voorgeselecteerde steden bezoeken. Die bezoeken moeten plaatsvinden na indiening van de aangevulde dossiers en vóór de voorselectievergadering.

De jury beslist in principe met eenparigheid van stemmen van haar aanwezige leden. Indien de jury geen eenparigheid kan bereiken, wordt beslist met een tweederde meerderheid van de aanwezige leden van de jury. In geen enkel geval kan de jury geldig beslissen als niet minstens 7 van de 13 juryleden aanwezig zijn.

De jury maakt een evaluatieverslag over de aangevulde programma's van de voorgeselecteerde steden, en maakt een behoorlijk met redenen omklede aanbeveling voor de aanwijzing van een Belgische stad als « Culturele Hoofdstad van Europa ».

Het verslag houdt eveneens aanbevelingen in die aan de in aanmerking genomen stad worden gericht betreffende de verbeteringen en inrichtingen die vóór het betrokken jaar moeten worden getroffen, als ze als « Culturele Hoofdstad van Europa » door de Ministerraad van de Europese Unie wordt aangewezen. Dat verslag wordt aan het Paritair Comité door de Europese Commissie voorgesteld. Het zal online beschikbaar zijn.

De naam van de door de jury in aanmerking genomen stad zal worden bekendgemaakt bij een persconferentie die plaats zal vinden na de selectievergadering.

Het Paritair Comité zal instaan voor de organisatie en het secretariaat die noodzakelijk zijn voor de voorbereiding van de vergaderingen van de jury en van de eventuele bezoeken van de jury in de betrokken steden. c) Aanwijzing Op grond van het eensluidend advies van de selectiejury, wijzen de Gemeenschappen, krachtens de beslissing van het Overlegcomité, de stad aan die ze als Culturele Hoofdstad van Europa 2015 in aanmerking nemen en geven ze, door de geschikte middelen, van die beslissing kennis aan het Europees Parlement, aan de Ministerrad van de Europese Unie, aan de Europese Commissie en aan het Comité van de Regio's vóór uiterlijk 31 december 2010. Binnen de drie maanden, kan het Europees Parlement een advies richten aan de Europese Commissie. Deze doet dan een aanbeveling aan de Ministerraad van de Europese Unie, die officieel de Belgische stad aanwijst die als « Culturele Hoofdstad van Europa » voor 2015 in aanmerking komt.

De procedure voor de aanwijzing van de steden wordt in artikel 9 van het Besluit 1622/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006 bepaald. 4 Bijkomende informatie Er zijn heel wat inlichtingen betreffende de actie « Culturele Hoofdstad van Europa » beschikbaar op de Internetsite van het Directoraat-generaal Onderwijs en Cultuur van de Europese Commissie, op het volgende adres : http://ec.europa.eu/culture/index_fr.htm of http://ec.europa.eu/culture/index_en.htm en op de volgende Belgische sites : www.cfwb.be, www.wbri.be, www.vlaanderen.be en http://iv.vlaanderen.be.

De kandidaat-steden kunnen best de Handleiding voor steden die dingen naar de titel van Culturele Hoofdstad van Europa, op dezelfde adressen beschikbaar, raadplegen.

De steden die dingen naar de titel kunnen bijkomende informatie verkrijgen bij het Paritair Comité en bij de Eenheid Cultuur van het Directoraat-Generaal Onderwijs en Cultuur van de Europese Commissie en bij de Ministeries van de Franse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschap op de volgende adressen : 1. Ministère de la Communauté française, boulevard Léopold II 40, 1080 Bruxelles.2. Commissariat général aux Relations internationales de la Communauté française, place Sainctelette 2, 1080 Bruxelles.3. Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media, Arenbergstraat 9, 1000 Brussel.4. Departement Internationaal Vlaanderen, Boudewijnlaan 30, 1000 Brussel.5. Europese Commissie, DG EAC/Unité Culture Programme Actions, MADO 17/64, Brussel (België), Tel.: 00-32-2-298 46 44, E-Mail : Eac-Culture@ec.europa.eu _______ Nota (1) Beschikbaar op het volgende adres : http://ec.europa.eu/culture/index_fr.htm

^