Etaamb.openjustice.be
Wet
gepubliceerd op 04 juli 2011

Oproep tot kandidaatstelling voor het mandaat van commissaris-generaal van de federale politie Referenties : - Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee ni(...) - Wet van 26 april 2002 houdende de essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden van(...)

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2011000418
pub.
04/07/2011
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN


Oproep tot kandidaatstelling voor het mandaat van commissaris-generaal van de federale politie (mandaat categorie 6) Referenties : - Wet van 7 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/12/1998 pub. 05/01/1999 numac 1998021488 bron diensten van de eerste minister Wet tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus sluiten tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus. - Wet van 26 april 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/04/2002 pub. 30/04/2002 numac 2002000334 bron ministerie van binnenlandse zaken en ministerie van justitie Wet houdende de essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse andere bepalingen met betrekking tot de politiediensten sluiten houdende de essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse andere bepalingen met betrekking tot de politiediensten. - Koninklijk besluit van 30 maart 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 30/03/2001 pub. 31/03/2001 numac 2001000327 bron ministerie van binnenlandse zaken en ministerie van justitie Koninklijk besluit tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten sluiten tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (RPPol). - Ministerieel besluit van 20 november 2006Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 20/11/2006 pub. 23/11/2006 numac 2006000904 bron federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit tot vaststelling van de functiebeschrijving en de daaruit voortvloeiende profielvereisten van de commissaris-generaal van de federale politie type ministerieel besluit prom. 20/11/2006 pub. 23/11/2006 numac 2006000901 bron federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit tot vaststelling van de functiebeschrijving en de daaruit voortvloeiende profielvereisten van de directeur-generaal van de algemene directie gerechtelijke politie van de federale politie type ministerieel besluit prom. 20/11/2006 pub. 23/11/2006 numac 2006000902 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit tot vaststelling van de functiebeschrijving en de daaruit voortvloeiende profielvereisten van de directeur-generaal van de algemene directie van de bestuurlijke politie van de federale politie type ministerieel besluit prom. 20/11/2006 pub. 23/11/2006 numac 2006000903 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit tot vaststelling van de functiebeschrijving en de daaruit voortvloeiende profielvereisten van de directeur-generaal van de algemene directie van de ondersteuning en het beheer van de federale politie sluiten tot vaststelling van de functiebeschrijving en de daaruit voortvloeiende profielvereisten van de commissaris-generaal van de federale politie (Belgisch Staatsblad van 23 november 2006).

Mandaat van commissaris-generaal bij de federale politie 1. Aanwijzing. De commissaris-generaal wordt, na gemotiveerd advies van de federale politieraad, door de Koning aangewezen op voordracht van de Ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken en voor een hernieuwbare periode van vijf jaar. 2. Inhoud van de functie. Zie voor het overige het ministerieel besluit van 20 november 2006Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 20/11/2006 pub. 23/11/2006 numac 2006000904 bron federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit tot vaststelling van de functiebeschrijving en de daaruit voortvloeiende profielvereisten van de commissaris-generaal van de federale politie type ministerieel besluit prom. 20/11/2006 pub. 23/11/2006 numac 2006000901 bron federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit tot vaststelling van de functiebeschrijving en de daaruit voortvloeiende profielvereisten van de directeur-generaal van de algemene directie gerechtelijke politie van de federale politie type ministerieel besluit prom. 20/11/2006 pub. 23/11/2006 numac 2006000902 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit tot vaststelling van de functiebeschrijving en de daaruit voortvloeiende profielvereisten van de directeur-generaal van de algemene directie van de bestuurlijke politie van de federale politie type ministerieel besluit prom. 20/11/2006 pub. 23/11/2006 numac 2006000903 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Ministerieel besluit tot vaststelling van de functiebeschrijving en de daaruit voortvloeiende profielvereisten van de directeur-generaal van de algemene directie van de ondersteuning en het beheer van de federale politie sluiten tot vaststelling van de functiebeschrijving en de daaruit voortvloeiende profielvereisten van de commissaris-generaal van de federale politie. 2.1. Algemeen.

De commissaris-generaal staat in voor de hoge leiding van de federale politie. Alle algemene directies, directies en diensten van de federale politie ressorteren onder hem. Hij draagt op essentiële wijze bij tot de geïntegreerde werking van de twee politieniveaus en ziet erop toe dat de verschillende componenten van de federale politie niet alleen met elkaar optimaal samenwerken, maar dat die samenwerking ook optimaal verloopt met de lokale politie.

Hij draagt rechtstreekse verantwoordelijkheid inzake beheer van de operationele politie-informatie, internationale politiesamenwerking, de betrekkingen met de lokale politie en de organisatie van de speciale eenheden.

Hij ziet erop toe dat het personeel en de middelen van de federale politie worden aangewend om de strategische en operationele doelstellingen van de federale politie te verwezenlijken in het kader van de geïntegreerde politiewerking en de uitvoering van het nationaal veiligheidsplan. Hij adviseert en steunt de lokale en federale politieoverheden. Hij geeft rekenschap van zijn daden aan de overheid en organiseert gestructureerd en regelmatig overleg met de directeurs-generaal en/of de lokale politie.

Hij heeft de leiding over en verzekert de coördinatie tussen de algemene directies van de federale politie, ziet erop toe dat de nodige steun aan de operaties wordt verleend en is verantwoordelijk voor de dagelijkse werking van de federale politie. Hij staat borg voor de geïntegreerde uitvoering van de opdrachten van de federale politie en ziet er in het bijzonder op toe dat de bestuurlijke directeur-coördinator en de gerechtelijke directeur hun activiteiten coördineren.

De commissaris-generaal waakt over de doelmatige en doeltreffende werking van de federale politie en de toepassing van de beginselen van specialiteit en subsidiariteit. 2.2. Uitwerking van een strategie. - Een strategisch planningsproces uitbouwen en ontwikkelen. - Dit proces voeden door de permanente opvolging van de evolutie in de maatschappij en in de wetgeving die een impact kan hebben op de opdrachten van de federale politie. - Een strategie ontwikkelen die in het nationaal veiligheidsplan kadert en in het door de Ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie bepaald algemeen beleid. Deze strategie moet de optimale geïntegreerde werking van beide politieniveaus bevorderen, zowel in de uitoefening van gespecialiseerde en supralokale opdrachten als in de ondersteuning op lokaal niveau. - Deze strategie door zijn directies en diensten en door de algemene directies laten omzetten in operationele doelstellingen en actieplannen die kaderen binnen de context van een meerjarenplanning. 2.3. Aanwending van de strategie. - Zich inschrijven in een groepsstrategie en deze aanmoedigen binnen de federale politie en in overleg met de lokale politie. - Zijn middelen en zijn personeel optimaal inzetten met inachtneming van eenieders bekwaamheden. 2.4. Werkorganisatie. - De overlegfora en werkgroepen rationaliseren in overleg met de bevoegde overheden. - Soepele en efficiënte werkingsprocessen uitwerken. - De taakuitvoering door zijn directies en diensten aansturen, coördineren en evalueren. - De verwezenlijking van de verbeterprojecten inzake werking van de federale politie op stapel zetten, ondersteunen en waarborgen. - Het personeel motiveren, evalueren en zijn bekwaamheden stimuleren. 2.5. Cultuur. - Zijn handelingen enerzijds inschrijven in een natuurlijk partnerschip met de directeurs-generaal, en anderzijds met de lokale politie. - Een moderne politiecultuur promoten waarbij bijzondere aandacht uitgaat naar meer transparantie en wederzijds vertrouwen. - Spontaan of op verzoek rekenschap afleggen aan de politieoverheden. 3. Profielvereisten voor de functie van commissaris-generaal. 3.1. Algemene kennis. o Grondige kennis van de wettelijke bepalingen met betrekking tot het politiewezen. o Grondige kennis van de organisatie, de werking, de structuren en de verschillende bevoegdheden van de twee niveaus van de geïntegreerde politiedienst. o Kennis van het Belgisch concept van de gemeenschapsgerichte politiezorg. o Vertrouwd zijn met het concept van de informatiegestuurde politiezorg. o Kennis van algemeen organisatiemanagement en projectmanagement in een overheidscontext. o Kennis van federaal en lokaal politiebeleid. o Inzicht in processen rond financiën en begroting en de relatie met managementinformatie. o Inzicht hebben in besluitvormingsprocessen in de overheidscontext. o Functionele kennis van de tweede landstaal. 3.2. Vaardigheden. o De bekwaamheid om, met de ter beschikking gestelde middelen, taken en verantwoordelijkheden binnen de organisatiestructuur dusdanig te verdelen dat de opdrachten van de federale politie doeltreffend en doelmatig worden uitgevoerd en elk niveau hierbij een toegevoegde waarde heeft. o De bekwaamheid tot het plannen van de werkzaamheden van de dienst : op efficiënte wijze prioriteiten stellen en aangeven welke acties nodig zijn om de gestelde doelen op korte en lange termijn te realiseren. o Overeenkomstig de strategie van de organisatie, een opvolging van de doelstellingen evenals een beheer van de performante middelen uitbouwen en implementeren. o Bekwaamheid tot het omgaan met potentiële risico's : kunnen anticiperen op potentiële problemen en risico's en ze in een ruimer perspectief kunnen plaatsen. o Inzicht hebben in strategisch denken (en in de impact van maatschappelijke geledingen) en in ontwikkelingen die relevant zijn voor de politiefunctie. o Kunnen aansturen, ontwikkelen en motiveren van medewerkers zodat ze hun doelstellingen en die van de organisatie op een correcte manier realiseren, zowel individueel als in teamverband. o De leiding van de algemene directies kunnen waarnemen en hun activiteiten coördineren met inachtneming van hun eigen bevoegdheden. o Betrokkenheid kunnen creëren en de eigenwaarde van de medewerkers verhogen door taken en verantwoordelijkheden door te geven, rekening houdend met de interesse, de ambitie, het ontwikkelingsplan en de competentie van medewerkers, en de gedelegeerde taken opvolgen. o Het vermogen om samen te werken en met de collega's een gemeenschappelijk doel te bereiken door coördinatie van hun activiteiten en aanwending van de daartoe nodige processen en procedures. o Besluitvaardig zijn : zich eenduidig uitspreken en zelfstandig beslissingen nemen zonder problemen voor zich uit of in de schoenen van anderen te schuiven. o Het vermogen tot onderhandelen. o Initiatieven durven nemen. o De bekwaamheid om zich mondeling uit te drukken op een vlotte en gestructureerde manier, alsook over zeer goede redactionele eigenschappen beschikken en hierbij getuigen van analyse- en synthesegeest. o In staat zijn om de Belgische politiediensten internationaal te vertegenwoordigen. 3.3. Attitudes. o Zich inschrijven in de filosofie van de geïntegreerde werking van de politieorganisatie en de complementariteit van beide componenten en permanent aandacht hebben voor de kritieke succesfactoren. o Een correcte perceptie hebben van zijn verantwoordelijkheden, zowel ten aanzien van de federale als de lokale politie. o Een correcte perceptie hebben van de bijzondere rol die hij moet spelen op het internationale niveau, onder meer in het raam van de internationale politiesamenwerking. o Voortdurend verbeteren van het eigen functioneren en van de werking van de organisatie, door bereid te zijn te leren en mee te groeien met veranderingen, en door te anticiperen, via structurele maatregelen, op toekomstige uitdagingen, probleemstellingen of tendensen. o Innovatief denken : bestaande concepten en werkmethoden, tradities en gewoontes ter discussie durven stellen, permanent streven naar nieuwe mogelijkheden en vernieuwende oplossingen. o Permanent streven naar partnerschap en oog hebben voor klantgerichtheid en klantentevredenheid. o Over het nodige gezag beschikken : niet alleen een voldoende dominante persoonlijkheid hebben om mensen en situaties te beheersen en te leiden, maar dit gezag ook weten uit te stralen zodat men vanzelfsprekend als leider wordt aanvaard. o Openstaan voor discussies, rekening kunnen houden met kritische, opbouwende standpunten van anderen en bereid zijn om zijn eigen mening te herzien. o Openstaan voor problemen van alle personeelsleden en ze discreet kunnen behandelen. o Openstaan voor verzoeken van de overheid. o Er zorg voor dragen dat in volkomen transparantie rekenschap wordt afgelegd aan de overheid. o Voorrang geven aan de rationele werkingsmiddelen die rechtstreeks zijn afgestemd op het volbrengen van de doelstellingen; procedures verbannen die leiden tot of gebaseerd zijn op een steriele bureaucratie. o De administratieve vereenvoudiging aanmoedigen. o Regelmatig contact houden met de vertegenwoordigers van het personeel. o Regelmatig overleg plegen met de inspecteur-generaal van de federale politie en van de lokale politie. 3.4. Persoonlijke eigenschappen. o Stressbestendig zijn : getuigen van koelbloedigheid in crisissituaties en bekwaam zijn om onder druk te werken. o Over een grote integriteit beschikken : respect voor anderen, zonder favoritisme noch discriminatie. o Hoge frustratietolerantie en hoog incasseringsvermogen. o Sociaal engagement : het vermogen empatisch en sociaal voelend het maatschappelijk probleemveld aan te pakken vanuit een politioneel vaktechnische achtergrond. o Een duidelijke en transparante communicatie. 3.5. Ervaring. o Ervaring in de toepassing van moderne managementtechnieken. o Praktische ervaring in het leidinggeven. 4. Algemene aanwijzingsvoorwaarden. Voor de aanwijzing voor het mandaat van commissaris-generaal van de federale politie komt uitsluitend in aanmerking het personeelslid dat : - deel uitmaakt van het operationeel kader en bekleed is met de graad van : o hoofdcommissaris van politie of commissaris van politie eerste klasse; o commissaris van politie en houder is van het directiebrevet of van dit brevet vrijgesteld is; o commissaris van politie en op 31 maart 2001 bekleed was met de graad van commissaris van de (gemeente)politie en toen ofwel korpschef was bij de gemeentepolitie in een gemeente van klasse 17 ofwel niet-korpschef in een korps van de gemeentepolitie in een gemeente van klasse 20; - beantwoordt aan de profielvereisten van de commissaris-generaal van de federale politie; - geen evaluatie heeft verkregen met de eindvermelding « onvoldoende »; - zich bevindt in een administratieve stand waar het zijn aanspraken op bevordering en baremische loopbaan kan doen gelden; - geen niet-uitgewiste zware tuchtstraf, in de zin van artikel 5 van de wet van 13 mei 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/05/1999 pub. 16/06/1999 numac 1999000472 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten sluiten houdende het tuchtstatuut van de personeelsleden van de politiediensten, heeft opgelopen; - minimum veertig jaar oud is en de leeftijd van zestig jaar niet heeft bereikt; - indien het reeds een mandaat uitoefent, ten minste drie jaar houder is van dat mandaat.

Deze voorwaarden moeten vervuld zijn op de uiterste datum van indiening van de kandidaatstellingen (zie 8.). 5. Gewone plaats van het werk. Brussels Hoofdstedelijk Gewest 6. Inplaatsstelling. Het mandaat van commissaris-generaal van de federale politie is momenteel vacant. 7. Selectie van de kandidaten. De selectiecommissie voor het ambt van commissaris-generaal onderzoekt de ontvankelijkheid van de kandidaatstellingen en vergelijkt met het oog op de beoordeling van de geschiktheid, de aanspraken en verdiensten van de kandidaten.

De samenstelling van de selectiecommissie voor het ambt van commissaris-generaal is de volgende : Voorzitter François ADAM Inspecteur-generaal Leden Valère DE CLOET Directeur-generaal van de gerechtelijke politie Michèle CONINSX Vice-voorzitster van het Europese Unie-agentschap voor justitiële samenwerking (EUROJUST) Indien de directeur-generaal van de ondersteuning en het beheer alsmede eventueel ook de directeur-generaal van de bestuurlijke politie niet meedingt voor het mandaat van commissaris-generaal, zal Mevr. Michèle Coninsx, gelet op artikel VII.III.61 RPPol, worden vervangen door Jean-Marie VAN BRANTEGHEM Directeur-generaal van de ondersteuning en het beheer Indien de directeur-generaal van de bestuurlijke politie niet meedingt voor het mandaat van commissaris-generaal, zal Mevr. Michèle Coninsx, gelet op artikel VII.III.61 RPPol, worden vervangen door Olivier LIBOIS Directeur-generaal van de bestuurlijke politie Eddy BAELEMANS Korpschef van de lokale politie Antwerpen (PZ 5345) Monique DE KNOP Voorzitster van het Directiecomité van de FOD Binnenlandse Zaken 8. Kandidaatstelling. Om ontvankelijk te zijn, moet de kandidaatstelling worden ingediend binnen een termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de dag van publicatie van deze oproep in het Belgisch staatsblad, namelijk uiterlijk op 3 augustus 2011.

De kandidaturen (formulier in bijlage) moeten, op straffe van niet-ontvankelijkheid, worden ingediend volgens één van de hierna vermelde modaliteiten : - opgestuurd per aangetekend schrijven aan de Minister van Binnenlandse Zaken, Algemene Directie Veiligheid en Preventie, Waterloolaan 76, 1000 Brussel; - door overhandiging van het document tegen ontvangstbewijs, bij de Algemene Directie Veiligheid en Preventie, Waterloolaan 76, te 1000 Brussel, alle werkdagen tussen 8 u. 30 m. en 17 uur.

De kandidaturen moeten vergezeld zijn van volgende documenten : - een attest of een benoemingsbesluit waaruit blijkt dat de kandidaat aan de vereiste voldoet van punt 4, eerste streepje; - voor de niet-mandaathouders, de evaluatie zoals bedoeld in titel VII.I RPPol of, bij ontstentenis, het advies bedoeld in artikel XII.VII.2 RPPol; - voor de mandaathouders, een kopie van het besluit houdende aanwijzing in hun ambt en een door de bevoegde overheid afgeleverd attest waaruit blijkt dat er geen tussentijdse evaluatieprocedure lopende is op uitgiftedatum van deze oproep; - een verklaring afgeleverd door de functionele overste waaruit blijkt dat betrokkene geen evaluatie met eindvermelding « onvoldoende » verkreeg in de loop van de vijf jaar die de indiening van de kandidatuur voorafgaan; - een verklaring afgeleverd door de overheid waaruit blijkt dat de kandidaat zich bevindt in een administratieve stand waar het zijn aanspraken op bevordering en baremische loopbaan kan doen gelden; - een verklaring afgeleverd door de functionele overste waaruit de afwezigheid blijkt van enige niet uitgewiste zware tuchtstraf; - een curriculum vitae vergezeld van een nota waarin de kandidaat de aanspraken en verdiensten uiteenzet die hij meent te kunnen doen gelden voor de uitoefening van het te begeven mandaat alsook zijn motivatie; - telefoonnummer(s) waarop de kandidaat bereikbaar is. 9. Bijkomende inlichtingen. Bijkomende inlichtingen betreffende deze oproep tot kandidaatstelling kunnen bekomen worden bij de heer Paul Vandenberghe, Directeur Politiebeheer, Algemene Directie Veiligheid en Preventie, FOD Binnenlandse Zaken, Waterloolaan 76, 1000 Brussel.

Tel : 02-557 34 20 Fax : 02-557 34 37 Email : paul.vandenberghe@ibz.fgov.be De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. A. TURTELBOOM

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^