Etaamb.openjustice.be
Arrest
gepubliceerd op 24 juni 2019

Uittreksel uit arrest nr. 79/2019 van 23 mei 2019 Rolnummers 6912 en 6916 In zake : de beroepen tot vernietiging van de artikelen 61, 10°, en 2, 11° tot 15°, van de wet van 2 oktober 2017 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters L. L(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2019202654
pub.
24/06/2019
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Uittreksel uit arrest nr. 79/2019 van 23 mei 2019 Rolnummers 6912 en 6916 In zake : de beroepen tot vernietiging van de artikelen 61, 10°, en 2, 11° tot 15°, van de wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, ingesteld door de vzw « BESA » en anderen en door de bvba « Human Security » en anderen. Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en F. Daoût, en de rechters L. Lavrysen, J.-P. Moerman, P. Nihoul, T. Giet en J. Moerman, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Alen, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de beroepen en rechtspleging a. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 26 april 2018 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 27 april 2018, is beroep tot vernietiging ingesteld van de artikelen 61, 10°, en 2, 11° tot 15°, van de wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 31 oktober 2017) door de vzw « BESA », de bvba « RND-Security », de bvba « S-Protection », de bvba « KEY4CE Security », de bvba « Professional Assistance & Security », de nv « Protection Unit Flanders », de cvba « Backline Evenementen Beveiliging » en de bvba « Team Service Security », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr.B. Lambrecht en Mr. M.E. Storme, advocaten bij de balie te Gent. b. Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 30 april 2018 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 2 mei 2018, is beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 61, 10°, van dezelfde wet door de bvba « Human Security », Anthony Diarra en Philippe Tumelaire, bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr.P. Joassart en Mr. M. Solbreux, advocaten bij de balie te Brussel.

Die zaken, ingeschreven onder de nummers 6912 en 6916 van de rol van het Hof, werden samengevoegd. (...) II. In rechte (...) Ten aanzien van de bestreden bepalingen B.1.1. De wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid (hierna : de wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten) vervangt de wet van 10 april 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/04/1990 pub. 08/04/2000 numac 2000000153 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten . - Duitse vertaling sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid in haar geheel en heeft tot doel de bestaande regelgeving omtrent private veiligheid te moderniseren : « De nieuwe wet zal volgende activiteitendomeinen behandelen : private bewaking, alarmen en alarmsystemen, camerasystemen, adviesverlening inzake veiligheid, veiligheid bij openbare vervoersmaatschappijen, maritieme veiligheid en opleiding in die domeinen.

Voor de uitoefening van deze domeinen kunnen ondernemingen die diensten aan derden aanbieden of interne diensten van organisaties vergund worden. Het personeel dat ze inzetten is voornamelijk onderworpen aan veiligheids- en opleidingsvoorwaarden.

Door middel van pro-actieve controle onder de vorm van vergunningsstelsels en identificatiekaarten voor personeel alsook door reactieve controle op de naleving van de wet beoogt de regering de betrouwbaarheid, de kwaliteit van de diensten en het respect voor de rechtsstaat te waarborgen » (Parl. St., Kamer, 2016-2017, DOC 54-2388/001, p. 3).

B.1.2. Hoofdstuk 4 van de wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten heeft betrekking op de personen betrokken bij de private veiligheid. Krachtens artikel 60 van die wet is dat hoofdstuk van toepassing op de volgende personen : « 1° de personen die de werkelijke leiding hebben in een onderneming of een interne dienst; 2° de personen die zonder de werkelijke leiding te hebben in een onderneming, hetzij zitting hebben in de raad van bestuur van een onderneming, hetzij de controle uitvoeren over een onderneming in de zin van artikel 5 van het Wetboek van vennootschappen;3° de personen belast met het uitoefenen van de activiteiten behorend tot het toepassingsgebied van deze wet, bedoeld onder hoofdstuk 2, afdeling 2;4° de personen, belast met de commerciële relaties met de klanten van een onderneming;5° de lesgevers en cursuscoördinatoren van opleidingsinstellingen;6° de personen die voor een bewakingsonderneming of een interne bewakingsdienst een andere functie uitoefenen dan deze die in dit artikel, onder 1° tot en met 5°, beoogd worden ». B.1.3. De voorwaarden waaraan die personen moeten voldoen, worden in artikel 61 opgesomd : « De personen, bedoeld in artikel 60, moeten voldoen aan de volgende voorwaarden : 1° niet veroordeeld geweest zijn, zelfs niet met uitstel, tot enige correctionele of criminele straf, zoals bedoeld in artikel 7 van het Strafwetboek of tot een gelijkaardige straf in het buitenland behoudens veroordelingen wegens inbreuken op de wetgeving betreffende de politie over het wegverkeer;2° onderdaan zijn van een lidstaat van de Europese Economische Ruimte of van de Zwitserse Bondsstaten [lees : Bondsstaat en] hun hoofdverblijfplaats hebben in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte of in de Zwitserse Bondsstaat;3° niet tegelijkertijd lid zijn van een politiedienst of een inlichtingendienst, noch een functie hebben in een penitentiaire instelling, noch activiteiten uitoefenen van privédetective, van wapen- of munitiefabrikant of -handelaar of enige andere werkzaamheid uitoefenen die, doordat ze wordt uitgeoefend door dezelfde persoon die ook een functie uitoefent in de sector van de private of bijzondere veiligheid, een gevaar kan opleveren voor de in- of uitwendige veiligheid van de Staat of voor de openbare orde;4° voldoen aan de door de Koning vastgestelde voorwaarden inzake beroepsopleiding en beroepservaring;5° minstens achttien jaar oud zijn;6° beantwoorden aan het profiel, zoals bedoeld in artikel 64;7° voldoen aan de voorwaarden inzake psychotechnisch onderzoek;8° niet geschrapt zijn uit het Rijksregister van natuurlijke personen zonder nieuw adres achter te laten;9° in de afgelopen drie jaar niet het voorwerp hebben uitgemaakt van een beslissing waarbij werd vastgesteld dat zij aan de veiligheidsvoorwaarden, bedoeld onder 6°, niet voldeden;10° niet tegelijkertijd deel uitmaken van een onderneming of van een interne dienst, vergund voor de uitoefening van bewakingsactiviteit 'bewaking uitgaansmilieu' en van een andere niet-geassocieerde onderneming of interne dienst die vergund is voor andere activiteiten;11° in de afgelopen drie jaar geen lid geweest zijn van de inlichtingendiensten of van die politiediensten waarbij het onmiddellijk erna uitoefenen van een functie in de private veiligheid een gevaar oplevert voor de Staat of voor de openbare orde ». B.1.4. Het profiel waaraan de personen, vermeld in artikel 60, krachtens artikel 61, 6°, moeten beantwoorden, wordt verder geconcretiseerd in artikel 64, en bevat de volgende elementen : « 1° respect voor de grondrechten en de rechten van de medeburgers; 2° integriteit, loyaliteit en discretie;3° een incasseringsvermogen ten aanzien van agressief gedrag van derden en het vermogen om zich daarbij te beheersen;4° afwezigheid van verdachte relaties met het crimineel milieu;5° respect voor de democratische waarden;6° de afwezigheid van risico voor de inwendige of uitwendige veiligheid van de Staat of voor de openbare orde ». B.1.5. Artikel 61, 10°, van de wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten voert een onverenigbaarheid in voor personen, zoals vermeld in artikel 60, die deel uitmaken van een onderneming of van een interne dienst, vergund voor de uitoefening van bewakingsactiviteit « bewaking uitgaansmilieu ».

B.1.6. Volgens de verzoekende partijen houdt die onverenigbaarheid in dat die personen geen deel mogen uitmaken van een andere niet-geassocieerde onderneming of interne dienst die vergund is voor andere activiteiten, zelfs indien die onderneming of interne dienst eveneens beschikt over een vergunning voor de bewakingsactiviteit « bewaking uitgaansmilieu ». Volgens de Ministerraad is de onverenigbaarheid niet van toepassing indien de andere niet-geassocieerde onderneming of interne dienst eveneens vergund is voor die bewakingsactiviteit.

B.1.7. Krachtens artikel 2 van dezelfde wet, wordt het « uitgaansmilieu », alsook zijn verschillende componenten, als volgt gedefinieerd : « [...] 11° dansgelegenheid : een gelegenheid waarvan uit de materiële organisatie van de plaats, of de bekomen toestemmingen of vergunningen, of het maatschappelijk doel of de handelsactiviteit van de natuurlijke of rechtspersoon die ze uitbaat, of de organisatie van de gebeurtenis, of de publicatie of de aankondiging ervan, blijkt dat ze door de organisator of de beheerder hoofdzakelijk bestemd is om te dansen;12° gewoonlijke dansgelegenheid : een plaats die gewoonlijk onder meer bestemd is als dansgelegenheid;13° occasionele dansgelegenheid : een plaats waar de organisator sporadisch een dansgelegenheid organiseert;14° uitgaansmilieu : cafés, bars, kansspelinrichtingen en dansgelegenheden;15° evenement : gebeurtenis van culturele, maatschappelijke, festieve, folkloristische, commerciële of sportieve aard, met uitzondering van occasionele dansgelegenheden en met inbegrip van festivals, met een tijdelijk karakter waarbij publiek aanwezig is ». B.1.8. Uit de parlementaire voorbereiding blijkt dat de onverenigbaarheid werd ingevoerd om bewakingsondernemingen te beschermen tegen criminele invloeden uit het uitgaansmilieu : « De regering opteert in dit ontwerp voor een onverenigbaarheid tussen een functie binnen een vergunde onderneming of interne dienst voor de uitoefening van de bewakingsactiviteit ' bewaking uitgaansmilieu ' en een functie binnen een andere, niet-geassocieerde onderneming, of binnen een andere interne dienst. De plaatsen waar bewakingsactiviteiten in het uitgaansmilieu worden uitgeoefend, zijn inderdaad vaak beïnvloed door het crimineel milieu, die deze plaatsen aanziet als lucratief in het kader van drugs- en andere trafieken.

Deze onverenigbaarheid vermijdt dat werknemers van gereputeerde ondernemingen zonder medeweten van hun werkgever ook actief zijn in dit gevoelige milieu.

Deze onverenigbaarheid geldt evenwel niet in het geval dat de twee betrokken ondernemingen geassocieerd zijn. In dit geval maken de geassocieerde ondernemingen deel uit van dezelfde economische groep en moeten de personeelsmiddelen flexibel ingezet kunnen worden door de verschillende ondernemingen van de groep, zelfs al is uiteraard een verschillende identificatiekaart voor elke onderneming vereist.

Aangezien de ondernemingen geassocieerd zijn, zal de uitoefening van activiteiten in het uitgaansmilieu bovendien niet gebeuren zonder medeweten van de onderneming die de persoon inzet voor andere bewakingsactiviteiten. De werkgever zal aldus kunnen zorgen voor de nodige omkadering en controle van de betrokken bewakingsagent, wat de risico's op invloed van het crimineel milieu zal beperken of het mogelijk zal maken om dit te verhelpen. Er dient op te worden gewezen dat de betrokken ondernemingen er alle belang bij zullen hebben om de vereiste omkaderingsmaatregelen te nemen, gelet op het risico op aantasting van de reputatie en het risico dat de onderneming aansprakelijk wordt gesteld indien de situatie ontspoort » (Parl. St., Kamer, 2016-2017, DOC 54-2388/001, pp. 42-43).

Ten aanzien van de ontvankelijkheid Wat betreft het belang B.2.1. De Ministerraad betwist het belang van de verzoekende partijen in beide zaken.

B.2.2. De Grondwet en de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof vereisen dat elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die een beroep tot vernietiging instelt, doet blijken van een belang. Van het vereiste belang doen slechts blijken de personen wier situatie door de bestreden norm rechtstreeks en ongunstig zou kunnen worden geraakt.

B.2.3. Alle verzoekende partijen in de zaak met nr. 6912, behoudens de eerste, zijn bewakingsondernemingen en doen blijken van het vereiste belang. De bestreden bepalingen hebben een invloed op de manier waarop zij hun personeelsleden kunnen aanwerven en inzetten. Als bewakingsagent actief in het uitgaansmilieu wordt ook de derde verzoekende partij in de zaak nr. 6916 rechtstreeks en ongunstig geraakt door de bestreden bepalingen. Bijgevolg doet ook zij blijken van het vereiste belang.

B.2.4. Er is derhalve geen aanleiding om na te gaan of de andere verzoekende partijen over het vereiste belang beschikken.

De exceptie wordt verworpen.

Wat betreft de omvang van de beroepen B.3.1. De verzoekende partijen in de zaak nr. 6912 vorderen onder andere de vernietiging van artikel 2, 11° tot 15°, van de wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten.

Uit de uiteenzetting van het enige middel blijkt dat de grieven uitsluitend betrekking hebben op de toepassing van die bepalingen in het kader van de onverenigbaarheid die wordt opgelegd in artikel 61, 10°, van deze wet.

Het Hof beperkt bijgevolg zijn onderzoek van het enige middel in de zaak nr. 6912 in die mate.

B.3.2. De Ministerraad voert aan dat het enige middel in de zaak nr. 6912, voor zoverre het is afgeleid uit een schending van de vrijheid van ondernemen, in samenhang gelezen met artikel 23, derde lid, 1°, van de Grondwet en met de artikelen 15 en 16 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, niet ontvankelijk is omdat niet blijkt uit het verzoekschrift op welke wijze die bepalingen geschonden zouden zijn. De Ministerraad betwist om dezelfde reden de ontvankelijkheid van het eerste middel in de zaak nr. 6916, in zoverre het is afgeleid uit een schending van artikel 1 van het herziene Europees Sociaal Handvest. Tot slot voert de Ministerraad aan dat het verzoekschrift in de zaak nr. 6912 talrijke onduidelijkheden en incoherenties bevat.

B.3.3. Krachtens artikel 6 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof dient het verzoekschrift een uiteenzetting van de feiten en de middelen te bevatten.

Om te voldoen aan de vereisten van het voormelde artikel 6 moeten de middelen van het verzoekschrift te kennen geven welke van de regels waarvan het Hof de naleving waarborgt, zouden zijn geschonden, alsook welke de bepalingen zijn die deze regels zouden schenden, en uiteenzetten in welk opzicht die regels door de bedoelde bepalingen zouden zijn geschonden. Die vereisten zijn ingegeven, enerzijds, door de noodzaak voor het Hof vanaf het indienen van het verzoekschrift in staat te zijn de juiste draagwijdte van het beroep tot vernietiging te bepalen en, anderzijds, door de zorg om aan de andere partijen in het geding de mogelijkheid te bieden op de argumenten van de verzoekende partijen te antwoorden, waartoe een duidelijke en ondubbelzinnige uiteenzetting van de middelen onontbeerlijk is.

Die bepaling vereist derhalve dat de verzoekende partijen aangeven welke de artikelen of de onderdelen ervan zijn die volgens hen een schending uitmaken van de in de middelen uiteengezette normen waarvan het Hof de naleving verzekert.

Het Hof dient de omvang van het beroep tot vernietiging te bepalen aan de hand van de inhoud van het verzoekschrift, inzonderheid op basis van de uiteenzetting van de middelen. Het beperkt derhalve zijn onderzoek tot die onderdelen van de bestreden bepalingen waarvan wordt uiteengezet in welk opzicht zij de in de middelen aangevoerde referentienormen zouden schenden en tot die referentienormen waarvan wordt uiteengezet in welk opzicht ze zouden zijn geschonden.

Ten gronde B.4.1. Het eerste middel in de zaak nr. 6916 is onder andere afgeleid uit de schending, door artikel 61, 10°, van de wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten, van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat die bepaling bewakingsagenten verhindert tegelijkertijd deel uit te maken van een onderneming of van een interne dienst vergund voor de uitoefening van bewakingsactiviteit « bewaking uitgaansmilieu » en van een andere niet-geassocieerde onderneming of interne dienst die vergund is voor andere activiteiten, terwijl bewakingsagenten die niet in het uitgaansmilieu actief zijn, wel deel kunnen uitmaken van verschillende ondernemingen of interne diensten.

B.4.2. Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie sluit niet uit dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen wordt ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium berust en het redelijk verantwoord is.

Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer vaststaat dat er geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende middelen en het beoogde doel.

B.4.3. Zoals is vermeld in B.1.8, wou de wetgever, met de bestreden onverenigbaarheid, onder meer de betrouwbaarheid van de volledige sector verhogen en zodoende de openbare orde beschermen en de fysieke integriteit van de bevolking waarborgen. De Ministerraad voert aan dat uit het evaluatieverslag met betrekking tot de wet van 10 april 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/04/1990 pub. 08/04/2000 numac 2000000153 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten . - Duitse vertaling sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid is gebleken dat ondernemingen en hun personeelsleden die actief zijn in het uitgaansmilieu, een aanzienlijk groter risico hebben op beïnvloeding vanwege criminele organisaties.

B.4.4. De wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten verhindert niet dat ondernemingen of interne diensten, naast hun vergunning voor de bewaking in het uitgaansmilieu, eveneens beschikken over vergunningen voor andere bewakingsactiviteiten. De bestreden onverenigbaarheid verhindert evenmin dat personen tewerkgesteld in de bewaking in het uitgaansmilieu, voor dezelfde onderneming bewakingsactiviteiten uitoefenen in andere sectoren. De bestreden onverenigbaarheid is derhalve niet pertinent ten aanzien van de in B.4.3 vermelde doelstelling.

B.5.1. De wetgever wou eveneens de reputatie beschermen van ondernemingen die op geen enkele wijze actief zijn in de bewakingsactiviteit « bewaking uitgaansmilieu », door te vermijden dat hun personeel actief is in de bewaking in het uitgaansmilieu, zonder dat die ondernemingen daarvan op de hoogte zijn (Parl. St., Kamer, 2016-2017, DOC 54-2388/001, pp. 42-43).

B.5.2. Krachtens artikel 45 van de wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten nemen alle ondernemingen of interne diensten, en de personen die er de werkelijke leiding van hebben, alle voorzorgsmaatregelen en verrichten zij de nodige controles opdat hun personeelsleden of de personen die voor hun rekening werken, in de uitoefening van hun functie, de wetten in het algemeen en de voormelde wet en haar uitvoeringsbesluiten in het bijzonder naleven. Zowel ondernemingen en interne diensten vergund voor de bewakingsactiviteit « bewaking uitgaansmilieu » als ondernemingen of interne diensten vergund voor andere bewakingsactiviteiten, zijn bijgevolg verplicht te waarborgen dat hun personeelsleden of de personen die voor hun rekening werken, beantwoorden aan het profiel zoals bepaald in artikel 64 van de wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten.

Wat in het bijzonder de bewakingsactiviteit « bewaking uitgaansmilieu » betreft, kunnen bewakingsagenten, krachtens artikel 126 van dezelfde wet, hun functie bij de toegang of de uitgang van de plaatsen in het uitgaansmilieu, met uitzondering van occasionele dansgelegenheden, bovendien slechts uitoefenen voor zover zijzelf middels camerabeelden identificeerbaar zijn en de handelingen die zij stellen op een herkenbare wijze plaatsvinden in het gezichtsveld van bewakingscamera's waarvan de beelden worden geregistreerd en bewaard.

B.5.3. De in B.5.2 vermelde doelstelling verantwoordt niet dat personen die voldoen aan alle opgelegde voorwaarden, die werken voor vergunde ondernemingen die eveneens voldoen aan alle wettelijke voorwaarden voor het verkrijgen van de vereiste vergunningen, en die tijdens het uitvoeren van hun activiteiten in het uitgaansmilieu, in vele gevallen onderworpen zijn aan camerabewaking, worden verhinderd tegelijkertijd deel uit te maken van een onderneming of van een interne dienst vergund voor de uitoefening van bewakingsactiviteit « bewaking uitgaansmilieu » en van een andere niet-geassocieerde onderneming of interne dienst die vergund is voor andere activiteiten.

B.5.4. Het eerste middel in de zaak nr. 6916 is gegrond.

Artikel 61, 10°, van de wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten dient te worden vernietigd.

B.6. Aangezien de andere middelen niet tot een ruimere vernietiging kunnen leiden, moeten zij niet worden onderzocht.

Om die redenen, het Hof vernietigt artikel 61, 10°, van de wet van 2 oktober 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/10/2017 pub. 31/10/2017 numac 2017031388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid type wet prom. 02/10/2017 pub. 18/12/2017 numac 2017031910 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid. - Duitse vertaling sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid.

Aldus gewezen in het Nederlands, het Frans en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, op 23 mei 2019.

De griffier, P.-Y. Dutilleux De voorzitter, A. Alen

^