Etaamb.openjustice.be
Arrest
gepubliceerd op 03 juni 2020

Uittreksel uit arrest nr. 200/2019 van 12 december 2019 Rolnummers 6992, 7001, 7002, 7007, 7012 en 7013 In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 11, 25, 1°, en 26 van de wet van 6 maart 2018 « ter verbetering van de verkeersv Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters L. L(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2020202055
pub.
03/06/2020
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Uittreksel uit arrest nr. 200/2019 van 12 december 2019 Rolnummers 6992, 7001, 7002, 7007, 7012 en 7013 In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 11, 25, 1°, en 26 van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten « ter verbetering van de verkeersveiligheid », gesteld door de Politierechtbank Henegouwen, afdeling Doornik, door de Franstalige Correctionele Rechtbank te Brussel, door de Correctionele Rechtbank Oost-Vlaanderen, afdeling Gent, en door de Correctionele Rechtbank Henegouwen, afdeling Charleroi.

Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters L. Lavrysen, J.-P. Moerman, P. Nihoul, T. Giet en J. Moerman, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter F. Daoût, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging a. Bij vonnis van 21 juni 2018, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 2 augustus 2018, heeft de Politierechtbank Henegouwen, afdeling Doornik, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 26 van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten ter verbetering van de verkeersveiligheid, in zoverre het voorziet in de retroactieve inwerkingtreding van de bepalingen van die wet in de volgende bewoordingen : ' Deze wet treedt in werking op 15 februari 2018, met uitzondering van de artikelen 10, 14, 16 en 20, en artikel 25, 2°, die in werking treden op 1 juli 2018.', niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met het beginsel van de niet-retroactiviteit van de strafwet, met name verankerd in artikel 2 van het Strafwetboek, artikel 7 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en artikel 15 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, alsmede de beginselen van rechtszekerheid en gewettigd vertrouwen ? ». b. Bij twee vonnissen van 25 mei 2018, waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn ingekomen op 7 september 2018, heeft de Franstalige Correctionele Rechtbank te Brussel de volgende prejudiciële vragen gesteld : « - Schendt artikel 25, 1°, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten ter verbetering van de verkeersveiligheid (Belgisch Staatsblad, 15 maart 2018) de artikelen 10, 11 en 12, tweede lid, van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 7 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met artikel 15 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, in zoverre dat artikel, wegens de retroactiviteit die het invoert, toelaat opnieuw de mogelijkheid in te voeren om feiten te bestraffen die niet-strafbaar waren geworden als gevolg van een onder de gelding van de vroegere wet verworven verjaring ? - Schendt artikel 25, 1°, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten ter verbetering van de verkeersveiligheid (Belgisch Staatsblad, 15 maart 2018) de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de algemene beginselen van niet-retroactiviteit van de wetten en van rechtszekerheid, in zoverre de in artikel 25, 1°, bepaalde wijziging van de verjaringstermijn retroactief van toepassing is ? ».c. Bij vonnis van 4 september 2018, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 11 september 2018, heeft de Correctionele Rechtbank Oost-Vlaanderen, afdeling Gent, de volgende prejudiciële vragen gesteld : « 1.Schendt artikel 26, eerste lid van de Wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten ter verbetering van de verkeersveiligheid, samen gelezen met art. 25, 1° van diezelfde wet en art. 3 Ger.W, de bepalingen over de fundamentele rechten en vrijheden gewaarborgd in titel II van de Grondwet, (met name de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet) én artikel 6.1 E.V.R.M., in zoverre deze bepaling, in het bijzonder door de toevoeging van de zinsnede ' deze wet treedt in werking op 15 februari 2018 ', een retroactieve inwerkingtreding van 11, 6° W.06.03.2017 [lees : 2018] / art. 38 § 6 Wegverkeerswet invoert ? 2. Schendt artikel 38 § 6 Wegverkeerswet, zoals aangepast door art. 11, zesde lid [lees : 6°] van de Wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten ter verbetering van de verkeersveiligheid, de bepalingen over de fundamentele rechten en vrijheden gewaarborgd in titel II van de Grondwet, (met name de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet) én artikel 6.1 E.V.R.M., in zoverre deze bepaling de termijn van recidive afhankelijk stelt van de verstreken periode tussen de basisveroordeling en de nieuwe veroordeling ? 3. Schendt artikel 38 § 6 Wegverkeerswet, zoals aangepast door art. 11, zesde lid [lees : 6°] van de Wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten ter verbetering van de verkeersveiligheid, de bepalingen over de fundamentele rechten en vrijheden gewaarborgd in titel II van de Grondwet, (met name de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet) én artikel 6.1 E.V.R.M., in zoverre deze bepaling de recidive mogelijk maakt op basis van een basisveroordeling die dateert van nà de feiten die ter beoordeling aan de rechter ten gronde voorgelegd worden ? 4. Schendt artikel 38 § 6 Wegverkeerswet, zoals aangepast door art. 11, zesde lid [lees : 6°] van de Wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten ter verbetering van de verkeersveiligheid, de bepalingen over de fundamentele rechten en vrijheden gewaarborgd in titel II van de Grondwet, (met name de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet) én artikel 6.1 E.V.R.M., in zoverre deze bepaling het opleggen van een verval van het recht tot sturen en van de examens zoals bedoeld in artikel 38 § 3, eerste lid Wegverkeerswet verplicht stelt, terwijl de rechter niet langer verplicht is een verval van het recht tot sturen en de examens op te leggen indien enkel toepassing dient gemaakt te worden van artikel 36 of artikel 37bis § 2 Wegverkeerswet ? 5. Schendt artikel 38 § 6, derde lid, Wegverkeerswet, zoals aangepast door art.11, zesde lid [lees : 6°] van de Wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten ter verbetering van de verkeersveiligheid, de bepalingen over de fundamentele rechten en vrijheden gewaarborgd in titel II van de Grondwet, (met name de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet) én artikel 6.1 E.V.R.M., in zoverre deze bepaling de toepassing van de meervoudige recidive afhankelijk stelt van de toepassing in een vorig veroordelend vonnis van artikel 38 § 6, tweede lid Wegverkeerswet in plaats van deze afhankelijk te stellen van het aantal voorgaande veroordelingen ? ». d. Bij vonnis van 18 september 2018, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 21 september 2018, heeft de Correctionele Rechtbank Henegouwen, afdeling Charleroi, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 26 van de wet van 15 maart 2018 [lees : 6 maart 2018] ter verbetering van de verkeersveiligheid de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het voorziet in een retroactiviteit van de inwerkingtreding van de verjaringstermijn van twee jaar zonder een onderscheid te maken tussen de personen die worden vervolgd wegens een strafvordering die is gestuit door een stuitende handeling die heeft plaatsgehad na de bekendmaking ervan, en de personen die worden vervolgd wegens een strafvordering waarvan de stuitende handeling heeft plaatsgehad na [lees : tussen] 15 februari 2018, datum vastgesteld door [lees : voor] de inwerkingtreding en de bekendmaking ervan, terwijl de strafvordering zonder die retroactiviteit zou zijn verjaard ? ».e. Bij vonnis van 18 september 2018, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 24 september 2018, heeft de Franstalige Correctionele Rechtbank te Brussel de volgende prejudiciële vragen gesteld : « - Schendt artikel 25, 1°, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten ter verbetering van de verkeersveiligheid (Belgisch Staatsblad, 15 maart 2018) de artikelen 10, 11 en 12, tweede lid, van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 7 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met artikel 15 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, in zoverre dat artikel, wegens de retroactiviteit die het invoert, toelaat opnieuw de mogelijkheid in te voeren om feiten te bestraffen die niet-strafbaar waren geworden als gevolg van een onder de gelding van de vroegere wet verworven verjaring ? - Schendt artikel 25, 1°, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten ter verbetering van de verkeersveiligheid (Belgisch Staatsblad, 15 maart 2018) de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de algemene beginselen van niet-retroactiviteit van de wetten en van rechtszekerheid, in zoverre de in artikel 25, 1°, bepaalde wijziging van de verjaringstermijn retroactief van toepassing is ? ». Die zaken, ingeschreven onder de nummers 6992, 7001, 7002, 7007, 7012 en 7013 van de rol van het Hof, werden samengevoegd. (...) III. In rechte (...) Ten aanzien van de zaak nr. 6992 B.1.1. Vóór de wijziging ervan bij de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten « ter verbetering van de verkeersveiligheid » bepaalde artikel 68 van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten « betreffende de politie over het wegverkeer » (hierna : de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten) : « De strafvordering die het gevolg is van een overtreding van deze wet alsmede van de ter uitvoering ervan vastgestelde besluiten, verjaart door verloop van een jaar te rekenen van de dag waarop de overtreding is begaan; deze termijn bedraagt evenwel drie jaar te rekenen van de dag waarop de overtreding is begaan voor overtredingen van artikel 30, § 1 en § 3, 33, 34, § 2, 35 en 37bis, § 1, 1° en 4° tot 6° ».

B.1.2. Bij artikel 25, 1°, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten worden de woorden « een jaar » vervangen door de woorden « twee jaar ».

B.2.1. Artikel 26, eerste lid, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten, die in het Belgisch Staatsblad van 15 maart 2018 is bekendgemaakt, bepaalt : « Deze wet treedt in werking op 15 februari 2018, met uitzondering van de artikelen 10, 14, 16 en 20, en artikel 25, 2°, die in werking treden op 1 juli 2018 ».

B.2.2. Het vaststellen van de inwerkingtreding van een wet op een ogenblik vóór de bekendmaking ervan is onbestaanbaar met artikel 190 van de Grondwet.

Artikel 26 van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten moet bijgevolg in die zin worden begrepen dat het bepaalt dat artikel 25, 1°, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten, dat de in artikel 68 van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten bedoelde verjaringstermijn met een jaar verlengt, uitwerking heeft met ingang van 15 februari 2018.

B.2.3. Artikel 25, 1°, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten, dat in het Belgisch Staatsblad van 15 maart 2018 is bekendgemaakt, is in werking getreden op 25 maart 2018, zijnde de tiende dag vanaf de dag van de bekendmaking ervan, krachtens artikel 4 van de wet van 31 mei 1961 « betreffende het gebruik der talen in wetgevingszaken, het opmaken, bekendmaken en inwerkingtreden van wetten en verordeningen » (hierna : de wet van 31 mei 1961).

B.3. Met de prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich onder meer uit te spreken over de bestaanbaarheid van artikel 26, eerste lid, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre de in het geding zijnde bepaling een retroactieve werking aan artikel 25, 1°, van die wet verleent.

B.4. Door een dergelijke werking te verlenen aan de verlenging van de verjaringstermijn die voortvloeit uit artikel 25, 1°, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten, doet de in het geding zijnde bepaling, die op 25 maart 2018 in werking is getreden, de strafvorderingen opnieuw ontstaan die, met toepassing van de vorige versie van artikel 68 van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten, tussen 15 februari 2018 en 25 maart 2018 waren beëindigd door verjaring.

B.5. De verjaring kan worden gedefinieerd als het recht dat bij de wet aan de dader van een misdrijf is toegekend om niet meer te worden vervolgd of berecht na het verstrijken van een bepaalde termijn sedert de feiten zich hebben voorgedaan. Een verjaringstermijn heeft verschillende doeleinden, waaronder het waarborgen van de rechtszekerheid door een termijn voor de rechtsvorderingen vast te stellen en het verhinderen van een aantasting van de rechten van verdediging waaraan afbreuk zou kunnen worden gedaan indien de rechtbanken zich zouden moeten uitspreken over de gegrondheid van bewijselementen die onvolledig zouden zijn wegens de verstreken tijd (EHRM, 22 juni 2000, Coëme e.a. t. België, § 146).

B.6.1. De wetsbepaling die de verjaringstermijn van een strafvordering verlengt, is een procedurewet die overeenkomstig de artikelen 2 en 3 van het Gerechtelijk Wetboek vanaf de inwerkingtreding ervan van toepassing is op elke strafvordering, zelfs wanneer die vóór die inwerkingtreding is ontstaan, voor zover de strafvordering op die datum niet verjaard was (Cass., 12 november 1996, P.95.1171.N).

B.6.2. Met betrekking tot de onmiddellijke inwerkingtreding van een wet die de verjaringstermijn van de strafvordering verlengt, heeft het Hof bij zijn arrest nr. 165/2015 van 19 november 2015 geoordeeld : « Terwijl de rechtsonzekerheid die voortvloeit uit de invoering van straffen waarin niet was voorzien op het ogenblik waarop het misdrijf werd begaan niet vatbaar is voor verantwoording, is zulks echter niet het geval met de onzekerheid die te maken heeft met het feit dat een misdrijf dat reeds strafbaar was op het ogenblik waarop het werd begaan, nog met dezelfde straffen zou kunnen worden gestraft na het verstrijken van de verwachte termijn van verjaring, ook al worden de verwachtingen van de inverdenkinggestelde aldus gedwarsboomd (zie in dezelfde zin : EHRM, 22 juni 2000, Coëme e.a. t. België, §§ 149-151) ».

De onmiddellijke inwerkingtreding van een wet die de verjaringstermijn van de strafvordering verlengt, moet echter worden onderscheiden van een verlenging die met terugwerkende kracht wordt ingevoerd.

B.7. Door de retroactieve werking die zij aan artikel 25, 1°, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten verleent en die in B.4 wordt beschreven, doet de in het geding zijnde bepaling, zonder redelijke verantwoording, afbreuk aan de waarborg van rechtszekerheid die met de verjaring wordt beoogd en die in strafzaken inhoudt dat de dader van een misdrijf niet meer kan worden vervolgd of berecht na het verstrijken van een bepaalde termijn sedert de feiten zich hebben voorgedaan.

B.8. De prejudiciële vraag dient bevestigend te worden beantwoord in zoverre zij betrekking heeft op de inachtneming van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.

B.9. Rekening houdend met dat antwoord is het niet noodzakelijk de bestaanbaarheid van de in het geding zijnde bepaling met de andere in de prejudiciële vraag bedoelde normen te onderzoeken, aangezien dat onderzoek niet tot een ruimere vaststelling van ongrondwettigheid kan leiden.

Ten aanzien van de zaken nrs. 7001, 7002, 7012 en 7013 B.10. In elk van de prejudiciële vragen die in die zaken zijn gesteld, wordt het Hof verzocht zich uit te spreken over de grondwettigheid van artikel 26, eerste lid, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten in zoverre die bepaling een retroactieve werking aan artikel 25, 1°, van dezelfde wet verleent.

B.11. Rekening houdend met het antwoord dat is gegeven op de prejudiciële vraag die in de zaak nr. 6992 is gesteld, is het niet nodig die vragen te onderzoeken, aangezien dat onderzoek niet tot een ruimere vaststelling van ongrondwettigheid kan leiden.

Ten aanzien van de zaak nr. 7007 B.12. Oorspronkelijk bepaalde artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten, ingevoegd bij artikel 9, 4°, van de wet van 9 maart 2014 « tot wijziging van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968, van de wet van 29 juni 1964 betreffende de opschorting, het uitstel en de probatie, van de wet van 21 juni 1985 betreffende de technische eisen waaraan elk voertuig te land, de onderdelen ervan, evenals het veiligheidstoebehoren moeten voldoen en van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen » : « Behoudens in geval van artikel 37/1, eerste lid, moet de rechter het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig van ten minste 3 maanden uitspreken, en het herstel van het recht tot sturen afhankelijk maken van het slagen voor de vier examens en onderzoeken bedoeld in § 3, eerste lid, wanneer de schuldige, in de periode van 3 jaar te rekenen van de dag van de uitspraak van een vorig veroordelend vonnis dat in kracht van gewijsde is gegaan voor één van de overtredingen bedoeld in de artikelen 29, § 1, eerste lid, 29, § 3, derde lid, 30, §§ 1, 2 en 3, 33, §§ 1 en 2, 34, § 2, 35, 37, 37bis, § 1, 48 en 62bis, opnieuw één van deze overtredingen begaat.

Wanneer de schuldige binnen 3 jaar te rekenen van de dag van de uitspraak van een vorig veroordelend vonnis dat in kracht van gewijsde is gegaan voor één van de in het eerste lid bedoelde overtredingen, twee van deze overtredingen opnieuw begaat, bedraagt het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig ten minste 6 maanden en is het herstel van het recht tot sturen afhankelijk van het slagen voor de vier examens en onderzoeken bedoeld in § 3, eerste lid.

Wanneer de schuldige binnen 3 jaar te rekenen van de dag van de uitspraak van een vorig veroordelend vonnis dat in kracht van gewijsde is gegaan voor één van de in het eerste lid bedoelde overtredingen, drie of meer van deze overtredingen opnieuw begaat, bedraagt het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig ten minste 9 maanden en is het herstel van het recht tot sturen afhankelijk van het slagen voor de vier examens en onderzoeken bedoeld in § 3, eerste lid ».

Die bepaling is in werking getreden op 1 januari 2015 (artikel 8 van het koninklijk besluit van 10 juni 2014Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/06/2014 pub. 17/06/2014 numac 2014014160 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 april 2007 betreffende de ademtesttoestellen en de ademanalysetoestellen sluiten « tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 april 2007 betreffende de ademtesttoestellen en de ademanalysetoestellen », gewijzigd bij artikel 1 van een koninklijk besluit van 21 juli 2014).

B.13.1. Bij artikel 11, 6°, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten wordt artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten vervangen door de volgende bepaling : « De rechter moet het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig van ten minste drie maanden uitspreken en het herstel van het recht tot sturen afhankelijk maken van het slagen voor de vier examens en onderzoeken bedoeld in § 3, eerste lid, wanneer de schuldige, in de periode van drie jaar te rekenen van de dag van de uitspraak van een vorig veroordelend vonnis dat in kracht van gewijsde is gegaan voor één of meer van de overtredingen bedoeld in de artikelen 29, § 1, eerste lid, 29, § 3, derde lid, 30, §§ 1, 2 en 3, 33, §§ 1 en 2, 34, § 2, 35, 37, 37bis, § 1, 48, 62bis of artikel 22 van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen opnieuw wordt veroordeeld voor één van deze overtredingen.

Wanneer de schuldige binnen drie jaar te rekenen van de dag van de uitspraak van een vorig veroordelend vonnis, waarin toepassing is gemaakt van het eerste lid, en dat in kracht van gewijsde is gegaan voor één van de in het eerste lid bedoelde overtredingen, opnieuw veroordeeld wordt voor één of meer van deze overtredingen, bedraagt het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig ten minste zes maanden en is het herstel van het recht tot sturen afhankelijk van het slagen voor de vier examens en onderzoeken bedoeld in § 3, eerste lid.

Wanneer de schuldige binnen drie jaar te rekenen van de dag van de uitspraak van een vorig veroordelend vonnis, waarin toepassing is gemaakt van het tweede lid, en dat in kracht van gewijsde is gegaan voor één van de in het eerste lid bedoelde overtredingen, opnieuw veroordeeld wordt voor één of meer van deze overtredingen, bedraagt het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig ten minste negen maanden en is het herstel van het recht tot sturen afhankelijk van het slagen voor de vier examens en onderzoeken bedoeld in § 3, eerste lid ».

B.13.2. Aangezien zij in het Belgisch Staatsblad van 15 maart 2018 is bekendgemaakt, is die tweede versie van artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten in werking getreden op 25 maart 2018, zijnde de tiende dag vanaf de dag van de bekendmaking ervan, krachtens artikel 4 van de wet van 31 mei 1961.

B.14. In de tweede, derde, vierde en vijfde prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich uit te spreken over de grondwettigheid van artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten, zoals het luidde ingevolge de vervanging ervan bij artikel 11, 6°, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten.

Uit de volledige bewoordingen van de eerste prejudiciële vraag en uit de motieven van de verwijzingsbeslissing in verband met die vraag blijkt dat het Hof in die vraag wordt verzocht zich uit te spreken over de grondwettigheid van artikel 26, eerste lid, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten in zoverre die bepaling vermeldt dat artikel 11, 6°, van dezelfde wet « in werking treedt » op 15 februari 2018.

B.15. Bij artikel 2 van de wet van 2 september 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/09/2018 pub. 02/10/2018 numac 2018040680 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet tot wijziging van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer wat de verbeurdverklaring en immobilisering van voertuigen betreft type wet prom. 02/09/2018 pub. 19/09/2019 numac 2019014376 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer wat de verbeurdverklaring en immobilisering van voertuigen betreft. - Duitse vertaling sluiten « tot wijziging van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten betreffende de politie over het wegverkeer wat de verbeurdverklaring en immobilisering van voertuigen betreft » wordt de tweede versie van artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten vervangen door de volgende bepaling : « De rechter moet het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig van ten minste drie maanden uitspreken en het herstel van het recht tot sturen afhankelijk maken van het slagen voor de vier examens en onderzoeken bedoeld in § 3, eerste lid, wanneer de schuldige, na een veroordeling met toepassing van de artikelen 29, § 1, eerste lid, 29, § 3, derde lid, 30, §§ 1, 2 en 3, 33, §§ 1 en 2, 34, § 2, 35, 37, 37bis, § 1, 48, 62bis of artikel 22 van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen, één van deze bepalingen binnen drie jaar te rekenen van de dag van de uitspraak van een vorig veroordelend vonnis dat in kracht van gewijsde is gegaan, opnieuw overtreedt.

In geval van herhaling binnen drie jaar na een veroordeling waarin toepassing is gemaakt van het eerste lid, en die in kracht van gewijsde is gegaan voor één van de in het eerste lid bedoelde overtredingen, bedraagt het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig ten minste zes maanden en is het herstel van het recht tot sturen afhankelijk van het slagen voor de vier examens en onderzoeken bedoeld in § 3, eerste lid.

In geval van nieuwe herhaling binnen drie jaar na een veroordeling waarin toepassing is gemaakt van het tweede lid of dit lid, en die in kracht van gewijsde is gegaan voor één van de in het eerste lid bedoelde overtredingen, bedraagt het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig ten minste negen maanden en is het herstel van het recht tot sturen afhankelijk van het slagen voor de vier examens en onderzoeken bedoeld in § 3, eerste lid ».

Aangezien zij in het Belgisch Staatsblad van 2 oktober 2018 is bekendgemaakt, is die derde versie van artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten in werking getreden op de tiende dag vanaf de dag van de bekendmaking ervan, zijnde op 12 oktober 2018, krachtens artikel 4 van de wet van 31 mei 1961.

B.16. Uit het voorgaande blijkt dat de versie van artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten die het voorwerp van de tweede tot de vijfde prejudiciële vraag uitmaakt en waarvan de regeling betreffende de toepassing in de tijd in de eerste prejudiciële vraag in het geding wordt gebracht, sedert 12 oktober 2018 niet meer van kracht is.

B.17. Artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten strekt ertoe de duur te regelen van het verval van het recht tot het besturen van een motorvoertuig dat een rechter moet uitspreken.

Een dergelijk verval is een straf in de zin van het Strafwetboek.

B.18.1. Artikel 2, tweede lid, van het Strafwetboek bepaalt : « Indien de straf, ten tijde van het vonnis bepaald, verschilt van die welke ten tijde van het misdrijf was bepaald, wordt de minst zware straf toegepast ».

B.18.2. Wanneer bij de opeenvolging van drie strafwetten in de tijd, de straf gesteld door de eerste wet, die van kracht was op het ogenblik van het plegen van het misdrijf, zwaarder is dan de straf gesteld door de derde wet, die van kracht is op het ogenblik van de uitspraak, maar deze straf eventueel, op haar beurt, strenger is dan de straf die op het misdrijf was gesteld tussen het ogenblik van het plegen ervan en de uitspraak, dient de straf te worden toegepast, die op het misdrijf was gesteld door de minst zware tweede tussenliggende wet (Cass., 7 mei 2013, P.12.0235.N).

B.18.3. Uit het voorgaande blijkt dat, ingevolge de inwerkingtreding van artikel 2 van de wet van 2 september 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/09/2018 pub. 02/10/2018 numac 2018040680 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet tot wijziging van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer wat de verbeurdverklaring en immobilisering van voertuigen betreft type wet prom. 02/09/2018 pub. 19/09/2019 numac 2019014376 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer wat de verbeurdverklaring en immobilisering van voertuigen betreft. - Duitse vertaling sluiten, de tweede van de drie voormelde versies van artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten - van kracht van 25 maart 2018 tot 12 oktober 2018 - enkel kan worden toegepast op misdrijven die op 9 januari 2016 zijn gepleegd indien de straf die door die tweede versie van artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten wordt bepaald, minder zwaar is dan die welke door de derde versie van dat artikel wordt bepaald.

B.19. Volgens die derde versie van artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten moet de beklaagde die, bij een vonnis dat op 17 oktober 2014 is uitgesproken en in kracht van gewijsde is gegaan, wegens een van de in dat artikel bedoelde misdrijven is veroordeeld en die op 9 januari 2016 de in artikel 33, § 1, 1°, en in artikel 34, § 2, 2°, van dezelfde wet bedoelde misdrijven pleegt, vervallen worden verklaard van het recht tot het besturen van een motorvoertuig voor een periode van ten minste drie maanden, zelfs indien hij meer dan drie jaar na het vorige vonnis voor die feiten wordt berecht.

Ook al verschillen de bewoordingen ervan, toch dient de tweede versie van artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten op dezelfde wijze te worden geïnterpreteerd (Cass., 30 januari 2019, P.18.0879.F; Cass., 9 april 2019, P.18.1208.N).

De straf die die tweede versie bepaalt voor de voormelde misdrijven, kan bijgevolg niet als minder zwaar worden beschouwd dan die welke wordt bepaald door de derde versie van artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten, die sedert 12 oktober 2018 van kracht is.

De tweede versie van dat artikel kan dus niet meer worden toegepast op misdrijven die op 9 januari 2016 zijn gepleegd.

B.20. Aangezien de prejudiciële vragen betrekking hebben op een versie van artikel 38, § 6, van de wet van 16 maart 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/03/1968 pub. 21/10/1998 numac 1998000446 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie over het wegverkeer . - Duitse vertaling De hi(...) - de wet van 10 oktober 1967 houdende het Gerechtelijk Wetboek (Belgisch Staatsblad van 31 oktober (...) sluiten die niet meer van toepassing is op het geschil dat het voorwerp van de verwijzingsbeslissing uitmaakt, is het antwoord op die vragen kennelijk niet nuttig voor de oplossing van dat geschil.

B.21. De prejudiciële vragen behoeven geen antwoord.

Om die redenen, het Hof zegt voor recht : - Artikel 26, eerste lid, van de wet van 6 maart 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/03/2018 pub. 15/03/2018 numac 2018010649 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet ter verbetering van de verkeersveiligheid sluiten « ter verbetering van de verkeersveiligheid » schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het een retroactieve werking aan artikel 25, 1°, van dezelfde wet verleent. - De prejudiciële vragen die in de zaken nrs. 7001, 7002, 7007, 7012 en 7013 zijn gesteld, behoeven geen antwoord.

Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, op 12 december 2019.

De griffier, F. Meersschaut De voorzitter, F. Daoût

^